Hoe bankiers en beurshandelaars miljarden roofden van Europese belastingdiensten. Lees meer

In heel Europa zijn landen jaren achtereen doelwit geweest van ‘bendes’ van bankiers, handelaren en hedgefondsen. Via ingenieuze constructies pleegden zij fraude met dividendbelasting. De schade loopt in de tientallen miljarden. In Duitsland loopt een strafrechtelijk onderzoek naar diverse banken en bankiers. ‘Georganiseerde misdaad in krijtstreeppak,’ noemde een kroongetuige het. Ook in Nederland is de Belastingdienst tientallen jaren slachtoffer geweest van dividendstrippende bankiers.

The CumEx-files is een internationaal samenwerkingsverband van onderzoeksjournalisten waar Follow the Money deel van uitmaakt. Dat leidde in oktober 2018 tot de eerste een golf publicaties. Drie jaar later volgde de reprise met 16 journalistieke organisaties uit 5 continenten. De onderzoeken worden gecoördineerd door het Duitse onafhankelijke platform Correctiv. Meer weten: cumex-files.com.

54 artikelen

© JanJaap Rypkema

Staatsbank ABN Amro trof in 2010 geheime miljoenenschikking met Italiaanse fiscus

In 2010 hing ABN Amro strafrechtelijke vervolging door het Italiaanse Openbaar Ministerie boven het hoofd. Een onderdeel van rechtsvoorganger Fortis had tussen 2004 en 2008 de Italiaanse fiscus voor enorme bedragen benadeeld. Uiteindelijk werd de affaire voor een onbekend miljoenenbedrag heimelijk geschikt. Dat blijkt uit documenten die door het ministerie van Financiën zijn vrijgegeven na een beroep op de Wet openbaarheid bestuur.

Frederique vraagt door

Luister naar de podcast bij dit artikel

Frederique de Jong in gesprek met Siem Eikelenboom

Dit stuk in 1 minuut
  • Fortis, de bank die in 2008 omviel en deels opging in het door de Nederlandse overheid geredde ABN Amro, heeft zich jarenlang schuldig gemaakt aan CumEx-handel, en heeft daarmee onder meer de Italiaanse fiscus ernstig benadeeld. Die zette een onderzoek in gang onder de codenaam ‘Mozart’.

  • ABN Amro lichtte in april 2010 het ministerie van Financiën uiteindelijk in over dit lijk in de kast. Het ministerie had zelf al eerder vragen over onderdelen van Fortis, en had daar onderzoek naar laten doen.

  • De staatsbank kwam uiteindelijk een geheime miljoenenschikking overeen met Italië, zo ontdekte FTM na een Wob-verzoek.

  • In Nederland had de FIOD al veel eerder haar oog op Fortis laten vallen, maar ondanks aandringen van de FIOD zelf kwam het, om onbekende redenen, nimmer tot een serieus onderzoek naar Fortis.

  • In het grootschalige Duitse onderzoek naar CumEx-fraude wordt de rol van Fortis en diens rechtsopvolger ABN Amro steeds pregnanter. Diverse verdachten hebben het ‘vak’ van Fortis geleerd.

Lees verder

Donderdag 8 april 2010. Op het ministerie van Financiën verzamelt zich rond half drie ’s middags een groep ambtenaren voor het regulier overleg van de directie Financieringen met vertegenwoordigers van Fortis Bank. Het overleg is nodig om wat pijnpuntjes te bespreken. De ooit zo trotse Belgisch-Nederlandse bank en verzekeraar, die in 2007 – samen met de Royal Bank of Scotland en Banco Santander – het kwakkelende ABN Amro had gekocht, was door de kredietcrisis en wanbeleid zelf in zwaar weer beland en moest in het najaar van 2008 worden gered door de overheden van Nederland, België en Luxemburg. De Nederlandse regering wil het oude ABN Amro samenvoegen met het Nederlandse deel van Fortis. Het plan is de bank op den duur naar de beurs te brengen.

Maar dat was toekomstmuziek. De overname en opdeling van Fortis verliep hectisch en was zo gecompliceerd dat de ambtenaren op het ministerie van Financiën heel 2009 en begin 2010 nodig hadden om in kaart te brengen wat de Staat nu precies heeft gekocht. Tijdens dat proces vallen nogal wat lijken uit de kast. Een van die lijken staat op deze donderdagmiddag 8 april 2010 als punt C op de agenda. Fortis heeft vragen van de Italiaanse fiscus ontvangen. Vragen over de afdeling Global Securities Financing Group (GSFG) van Fortis.

Kennelijk had deze afdeling zelf al de aandacht van de ambtenaren op het departement getrokken, want in 2009 vroeg het ministerie zowel de Amerikaanse adviesgroep Booz&Co als accountantskantoor PwC een rapport over dit GSFG uit te brengen.

Italië vermoedt dat Fortis hielp om ‘ongeoorloofde dividendconstructies’ te regelen. Volgens Fortis was er sprake  van ‘volstrekt normale transacties’

Beide rapporten bevinden zich tussen de documenten die het ministerie na een beroep op de Wet openbaarheid bestuur door Follow the Money heeft vrijgegeven. Hoewel bijna alle bladzijden zijn weggelakt, maken beide rapporten duidelijk dat GSFG zich bezighield met het lenen van grote partijen aandelen (securities lending), arbitrage en het opzetten van structuren om zoveel mogelijk belastingvoordeel te behalen.

Het is een complexe handel, die een goede controle vergt om te zorgen dat belasting niet ontdoken maar ‘slechts’ ontweken wordt en dat geen dividend wordt teruggevraagd door een partij die daar geen recht op heeft.  Maar juist hierop was de controle binnen GSFG zwak, zo had PwC in de zomer van 2009 geconstateerd. Daarom had PwC het ministerie geadviseerd om de ‘back office’ (het administratieve deel van GSFG) en de interne controle binnen het Fortis-onderdeel te verbeteren.

Intussen had ook de Italiaanse fiscus GSFG in het vizier gekregen. Die dienst vermoedt dat partijen door Fortis waren gefaciliteerd bij het opstellen van ‘ongeoorloofde dividendconstructies’. Fortis stelt dat er niets aan de hand is en dat er sprake was van ‘volstrekt normale transacties’. De bank heeft externe fiscalisten en juristen ingeschakeld om de vragen van de Italiaanse belastingdienst te beantwoorden.

Dit is alles wat de notulen van de vergadering van 8 april 2010 over de zaak melden.

[Uit de gewobde stukken; de vakjes met ‘10.2.e’ vervangen informatie die uit privacy-overwegingen is geschrapt]

Belastingderving

Tien weken later, op 18 juni 2010, vindt op het ministerie van Financiën een ander regulier overleg plaats. Nu vergaderen topambtenaren met de raad van bestuur en de raad van commissarissen van ABN Amro, de bank die inmiddels veel onderdelen van het oude Fortis heeft overgenomen. De ABN-top vertelt de ambtenaren iets meer over het onderzoek van de Italiaanse fiscus naar Fortis.

De ABN-top vertelt de ambtenaren dat Fortis in 2008 met deze activiteiten is gestopt

Die bank had tussen 2004 en 2008 Italiaanse partijen gefaciliteerd bij – zo staat in de vrijgegeven notulen – ‘het verkrijgen van belastingvoordelen/opbouwen van compensabele verliezen. Dit gebeurde door middel van dividendarbitrage. De Italiaanse wet zou daartoe mogelijkheden bieden’. Fortis was bij die handel afgegaan op de opinies van externe adviseurs, die geen juridische risico’s voorzagen, en maakte bij die dividendarbitrage gebruik van speciaal voor dat doel opgerichte vennootschappen (‘special purpose vehicles’, oftewel spv’s).

De ABN-top vertelt de ambtenaren dat Fortis in 2008 met deze activiteiten is gestopt, nadat was gebleken dat de Italiaanse fiscus deze praktijken kon bestraffen en de Nederlandse Staat eigenaar van Fortis was geworden. De ABN-bestuurders vertellen ook dat veel andere financiële partijen vanwege alle risico’s al eerder met die dividendarbitrage in Italië waren gestopt. Saillant detail: tot die andere partijen behoorde ook ABN Amro. Volgens de bankiers had ABN Amro ‘slechts even aan de markt gesnuffeld’ en was de bank vanwege de risico’s ‘al vrij snel’ weer gestopt.

Dit is hoe CumEx werkt

Bankiers, belastingadviseurs, effectenhandelaren, investeerders en financiële deskundigen hebben zich vele jaren ten koste van de staat verrijkt met CumEx-transacties. CumEx een samenvoeging van de Latijnse woorden cum (‘met’) en ex (‘zonder’). De term verwijst naar de transactie met het beursgenoteerde aandeel die ‘met’ en ‘zonder’ dividend’ rond dividenddatum wordt afgerond. Ook het begrip ‘dividendstrippen’ wordt vaak gebruikt in de context van CumEx, maar betekent niet precies hetzelfde. Onder dividendstrippen valt nog een andere vorm: CumCum. Bij dit type transactie wordt eveneens op onrechtmatige wijze dividendbelasting teruggevorderd, maar hierbij gaat het om een ‘lichtere’ variant, die in Europa niet strafrechtelijk vervolgd kan worden.

De kern van het CumEx-bedrog is eenvoudig: er wordt één keer dividendbelasting betaald, maar vervolgens wordt door samenspannende personen en organisaties twee keer (of vaker) dividendbelasting teruggevorderd. De betrokkenen vinden dat ze bij iedere stap legaal hebben geopereerd, maar een kind begrijpt dat dit niet in de haak is.

De precieze werking van een CumEx-transactie is ingewikkelder om uit te leggen. Hier volgt een vereenvoudigde weergave:

We nemen een Duits voorbeeld, omdat daar groepen van investeerders, bankiers en handelaren (waaronder ook Nederlanders) het meest veelvuldig met CumEx-transacties bezig zijn geweest. Drie investeerders bundelen hun krachten: A, B en C. Investeerder A heeft aandelen in een bedrijf dat genoteerd staat aan de Duitse effectenbeurs, de DAX. Volkswagen bijvoorbeeld. De aandelen zijn 20 miljoen euro waard.

Investeerder B koopt ook aandelen van Volkswagen, ook voor 20 miljoen euro. Maar investeerder B koopt de aandelen vlak voor het bedrijf dividend aan haar aandeelhouders uitkeert. Deze aandelen worden cum-dividend genoemd. Het aandeel is dan nog ‘zwanger’ van die winstuitkering, en dus meer waard. Het bijzondere: investeerder B koopt de aandelen van investeerder C, maar investeerder C bezit deze aandelen op het moment van de verkoop nog helemaal niet. Dat maakt niet uit: investeerder C hoeft de aandelen namelijk pas later te leveren. Dat heet ‘short’ gaan.

Nu betaalt het beursgenoteerde bedrijf het dividend uit: 1 miljoen euro. Het bedrijf betaalt investeerder A echter slechts 750.000 euro uit. De resterende 250.000 euro, oftewel 25 procent van het dividend, wordt door de staat geïnd als dividendbelasting. Investeerder A krijgt voor deze 250.000 euro een certificaat, waarmee hij onder bepaalde voorwaarden de belasting van de staat kan terugkrijgen.

Investeerder A verkoopt zijn aandelen Volkswagen nu aan investeerder C. Investeerder C heeft ze nodig, omdat hij nog steeds aan investeerder B moet leveren. Maar C betaalt geen 20 miljoen euro, maar slechts 19 miljoen euro. Dat komt omdat de aandelen minder waard zijn, omdat het dividend al uitgekeerd is. Dat heeft A al geïncasseerd. Zulke aandelen worden ex-dividend genoemd.

Nu levert investeerder C de aandelen aan investeerder B. Maar omdat investeerder B de aandelen vóór de dividenduitkering heeft gekocht, en de aandelen nu 1 miljoen euro minder waard zijn, betaalt C 750.000 euro aan B. Investeerder B krijgt een belastingcertificaat voor de ontbrekende 250.000 euro. Dit certificaat - een dividendnota - wordt door een bank uitgegeven. Dat is een reden waarom er zoveel banken - ook kleinere - bij de fraude zijn betrokken.

Tot slot verkoopt investeerder B de aandelen terug aan investeerder A. Alles is weer zoals het voor de verkoop was. Denkt men. Maar hoewel de Duitse staat maar één keer de 250.000 euro aan belastingen heeft geïnd, zijn er na deze wisseltruc twee belastingcertificaten, elk van 250.000 euro. Investeerder A en investeerder B krijgen in totaal dus 500.000 euro terug van de staat, die nu een kwart miljoen euro armer is. De drie investeerders delen de buit. Ka-ching!

Bij CumCum werkt het zo: een aandeelhouder die geen recht heeft om dividendbelasting terug te vragen, verkoopt zijn aandeel tijdelijk aan een partij die dat recht wel heeft. Na inning van het dividend wordt het aandeel weer teruggeleverd aan de verkoper die al die tijd het recht op dat aandeel heeft behouden, bijvoorbeeld door een setje optiecontracten.

CumCum is volgens de Amsterdamse hoogleraar Jan van de Streek in principe agressieve belastingplanning. Die kan door de beugel zolang een partij de Nederlandse anti-dividendstripbepalingen niet overtreedt. Maar als de fiscus erin slaagt om aannemelijk te maken dat sprake is van verboden dividendstrippen, dan krijgt de partij – bijvoorbeeld een Nederlandse bank – de dividendbelasting niet terug.

Lees verder Inklappen

De bankiers leggen de ambtenaren aan tafel uit dat de Italiaanse fiscus door die constructie met de spv’s lijkt heen te kijken en Fortis rechtstreeks verantwoordelijk houdt voor de derving van belasting. Volgens de bankiers komt die opstelling niet zozeer voort uit wijzigingen in de Italiaanse fiscale wetgeving; de kwestie is eerder dat het inzicht van de Italiaanse fiscus is veranderd. 

In het overleg wordt afgesproken dat ABN Amro het ministerie van Financiën goed over de affaire zal informeren en regelmatig een update zal geven. Eventuele persberichten over deze kwestie zal ABN Amro met het ministerie afstemmen. Ook ontvangt het departement tijdig de conclusies van het interne onderzoek dat ABN Amro/Fortis uitvoert. De vrees is dat de druk op degenen die verantwoordelijk waren voor de activiteiten in Italië zal toenemen.

Mozart in der minne

Op 24 augustus 2010 stuurt de senior tax manager van ABN Amro een mail naar Stibbe, het advocatenkantoor dat voor de bank optreedt. Hij geeft daarin uitleg over de zaak die van de Italianen de codenaam ‘Mozart’ heeft gekregen. De Fortis-afdeling GSFG leende in de periode 2004-2008 ‘op grote schaal’ aandelen van Italiaanse beursgenoteerde bedrijven. Die werden door middel van een zogenoemde LEPO doorverkocht aan Italiaanse vennootschappen. ‘Zonder al teveel in detail te treden stelt de Italiaanse belastingdienst zich op het standpunt dat er sprake was van een samenhangend geheel aan transacties waarbij Fortis zich schuldig heeft gemaakt aan, dan wel verwijtbaar betrokken is geweest bij het teniet doen gaan van de Italiaanse dividendbelastingclaim op de betreffende aandelen.’

De tax manager van ABN Amro laat zijn advocaten weten dat het Mozart-onderzoek in een vergevorderd stadium is:  ‘Onderhandelingen zijn opgestart “om de kwestie in der minne te schikken”.’

Het Italiaanse onderzoek draait niet langer om de vraag of Fortis fout heeft gehandeld, alleen nog over de omvang van de boete

De bankier meldt Stibbe dat ABN inmiddels een bedrag opzij heeft gelegd (voorziening) voor die boete. De hoogte daarvan is in de mail weggelakt, maar de bank vreest dat in een ‘worst case scenario’ dat bedrag ‘vele malen hoger’ kan uitpakken, bijvoorbeeld wanneer de bank alle niet-afgedragen belastingen plus rente plus boete moet betalen.

Op 14 september 2010 buigen topambtenaren van Financiën zich opnieuw over de zaak, nu zonder de top van ABN Amro. Het Italiaanse onderzoek draait niet langer om de vraag of Fortis fout heeft gehandeld – dat is inmiddels buiten kijf – maar alleen nog over de omvang van de boete. Omdat het Mozart-onderzoek naar de praktijken van Fortis wordt uitgevoerd door de Italiaanse FIOD, bestaat in Nederland de vrees dat de zaak op een strafrechtelijk onderzoek zou uitdraaien, al staat in de notulen: ‘Het Italiaanse ministerie van Financiën zal aan het Italiaanse ministerie van Justitie adviseren geen strafrechtelijke vervolging te starten.’

Uit de vrijgegeven documenten blijkt dat ABN Amro in november 2010 een schikking overeenkwam met de Italiaanse overheid. Hoeveel de bank precies moest betalen, is niet bekend: het bedrag in kwestie is weggelakt. Een deel ervan wordt overigens door ABN Amro betwist; ze betalen onder protest.

Omvang schikking: tussen de 100 en 300 miljoen euro

Voor welk bedrag heeft ABN Amro de zaak met de Italiaanse belastingdienst geschikt? Geen van de betrokken partijen wil hierover iets zeggen. Op basis van verschillende documenten komt FTM uit op een bedrag dat tussen de 100 mln en 305 mln euro ligt.

1. Hoewel de bedragen overal zijn weggelakt, valt op basis van de wit gemaakte ruimte op te maken dat een driecijferig aantal miljoenen betreft.

2. In de documenten verwijzen het ministerie van Financiën en ABN Amro naar een persbericht van 22 juni 2010, waarin meer zou staan over het bedrag dat voor de Italiaanse kwestie is gereserveerd. Dat persbericht meldt drie posten die de omzet en winst van ABN Amro in het eerste kwartaal van 2010 negatief hebben beïnvloed. De eerste twee posten zijn samen tussen de 1,15 en 1,25 miljard euro. In het tweede kwartaal moet daar ‘naar verwachting’ nog een bedrag aan worden toegevoegd ten behoeve van de juridische voorziening (ter verantwoording door Fortis Bank Nederland), meldt het persbericht. Het gezamenlijk effect van de drie posten wordt geschat op circa 1,35 miljard euro. Hieruit kan worden geconcludeerd dat een bedrag tussen de 100 en 200 mln voor de Italiaanse zaak is gereserveerd.

3. In de documenten wordt verwezen naar de halfjaarcijfers 2010 van ABN Amro waarin meer over het gereserveerde bedrag staat. In dit halfjaarbericht staat een post legal provisions van 265 miljoen euro.

4. In de jaarrekening 2010 van ABN Amro Group NV is sprake van een post legal provisions van 305 miljoen euro voor belastingen. Uit de toelichting valt op te maken dat het bedrag van 305 miljoen is opgebouwd uit voorzieningen die voor meer zaken zijn getroffen dan louter de kwestie met de Italiaanse fiscus. Die is zodoende waarschijnlijk geschikt voor een bedrag onder de 305 miljoen.

Lees verder Inklappen

De schikking betekent niet automatisch het einde van de ‘Italiaanse kwestie’. Een strafrechtelijke vervolging door de Italiaanse FIOD is niet uitgesloten, en hangt als een zwaard van Damocles boven het hoofd van ABN Amro. Dat blijkt uit de notulen van een regulier overleg tussen het ministerie en de top van ABN Amro, dat plaatsvindt op 18 februari 2011. Hierin staat dat de bank over een eventuele strafrechtelijke vervolging wordt geadviseerd. Uit dezelfde notulen blijkt ook dat binnen de de bank een ‘post mortem onderzoek’ wordt gedaan naar de gang van zaken binnen het inmiddels ter ziele gegane Fortis.

In de door het ministerie van Financiën vrijgegeven documenten is dit de laatste vermelding van ‘Mozart’ en over een mogelijke strafrechtelijke vervolging.

Op vragen van Follow the Money verwijst een woordvoerder van het ministerie van Financiën naar de hierboven aangehaalde notulen van het overleg van 18 februari 2011. Voor het ministerie is de zaak afgedaan.

Een woordvoerder van ABN Amro laat weten: ‘Het betreft een kwestie van enige tijd geleden. De Italiaanse belastingdienst heeft in het verleden vragen gesteld over transacties waarbij een rechtsvoorganger van ABN AMRO bank betrokken was. ABN AMRO heeft daarover destijds met de Italiaanse belastingdienst overleg gepleegd. Dat heeft geleid tot een oplossing die voor beide partijen aanvaardbaar was.’

Dossier

Volg the CumEx Files

‘Georganiseerde misdaad in krijtstreeppak,’ noemt een kroongetuige het: in heel Europa zijn landen jaren achtereen doelwit geweest van ‘bendes’ van bankiers, handelaren en hedgefondsen. Via ingenieuze constructies pleegden zij fraude met dividendbelasting; de schade loopt in de tientallen miljarden.

The CumEx-files is een onderzoek van 19 Europese journalistieke organisaties en wordt gecoördineerd door het Duitse nieuwsmedium Correctiv. Wil je op de hoogte blijven? Volg dit dossier, dan sturen we je een seintje als er een nieuw artikel online staat.

Inschrijven

Eerdere pogingen om CumEx te stoppen

Dat Fortis opduikt in een Italiaans onderzoek is bepaald niet opmerkelijk. Al rond de eeuwwisseling was zowel bij de Belastingdienst en het ministerie van Financiën bekend dat Nederlandse financiële instellingen zich bezighielden met dividendstrippen. Om daar paal en perk aan te stellen, had Nederland in 2001 de wet zodanig aangepast dat dividendstrippen niet meer mogelijk zou zijn.

In 2004 stuurde de Belastingdienst al een brandbrief naar de Nederlandse Vereniging van Banken: kon die haar leden waarschuwen om te stoppen met deze ‘gewraakte transacties’?

Nog geen twee jaar na invoering van de wet kwam de Belastingdienst al tot de conclusie dat Nederlandse partijen zich nog steeds aan dividendstrippen bezondigden en dat dit de schatkist flink wat geld kostte. Uit datzelfde onderzoek bleek bovendien dat die gevallen moeilijk waren aan te pakken, omdat in de nieuwe wet de bewijslast was neergelegd bij de Belastingdienst.

Op 8 februari 2004 stuurde de Nederlandse Belastingdienst daarom een brandbrief naar de Nederlandse Vereniging van Banken. Of de NVB zo vriendelijk wilde zijn haar leden te waarschuwen dat ze met deze ‘gewraakte transacties’ moeten stoppen. Die oproep was in het geval Fortis aan dovemansoren gericht.

Het Belgisch-Nederlandse concern zat tot aan zijn nek in allerhande dubieuze vormen van dividendarbitrage. En dat was bij de Nederlandse overheid ruimschoots bekend, zo beschreef Follow the Money al in maart 2019.

In 2005 was de FIOD, de fiscale opsporingsdienst, een vooronderzoek begonnen naar de afdeling Global Securities Lending and Arbitrage (GSLA), gevestigd aan het Rokin in Amsterdam. Dit Fortis-onderdeel hield zich op grote schaal bezig met dividendstrippen van onder meer Nederlandse, Duitse, Zwitserse en Amerikaanse aandelen.

In mei 2006 gaf een medewerker van de FIOD op het ministerie van Financiën een Powerpoint-presentatie met de titel ‘Global Dividendtax Fraud Investigation’. Daaruit bleek dat de Belastingdiensten van Nederland, Duitsland, Zwitserland, de VS en nog twee andere landen voor grote sommen waren gedupeerd. Wereldwijd zou het nadeel van dividendstrippen volgens de FIOD wel eens ‘enkele miljarden euro’ kunnen bedragen.

De FIOD wilde graag een grootschalig strafrechtelijk onderzoek naar dividendstrippen binnen Fortis beginnen; om onbekende redenen is het daar nooit van gekomen.

Saillant detail: toen de FIOD pleitte voor een grootschalig onderzoek naar Fortis, bestond de politieke top van het ministerie van Financiën (waaronder de FIOD valt), uit minister Gerrit Zalm (VVD) en staatssecretaris Joop Wijn (CDA). In 2008 werd Zalm vice-voorzitter van ABN Amro, en leidde later het team dat de fusie tussen Fortis en ABN Amro begeleidde. In februari 2009 werd Zalm voorzitter van de raad van bestuur van het nieuwe ABN Amro; nog diezelfde maand werd Joop Wijn lid van de raad van bestuur.

Op volle kracht verder

De opheffing van Fortis betekent niet het einde van het dividendstrippen in Nederland. Uit het Duitse strafdossier over de CumEx-zaak blijkt dat ABN Amro Clearing Bank (AACB) ook na de nationalisatie transacties afhandelde die te maken hadden met dividendstrippen (CumEx en CumCum). 

Al in 2014 vroegen Duitse opsporingsambtenaren Nederland in een rechtshulpverzoek om documenten van dit ABN-onderdeel. Een jaar later wordt ook de ABN Amro Clearing Bank in Frankfurt gevraagd om handelsdata die verband houden met dividendstrippen. Weer later, januari 2016, klopt de Duitse justitie opnieuws aan bij AACB, nu met vragen over een serie vennootschappen die in 2010 nog volle dochters van de ABN Amro waren, waaronder Kirchberg Investment Management uit Luxemburg. Dit onderdeel hield zich tot februari 2016 bezig met dividendstrippen. Dat gebeurde met medeweten van het moederbedrijf in Amsterdam, dat pas in februari 2016 de relatie met Kirchberg opzegde.

In de gewobde documenten staat dat ABN Amro Holding Deutschland zich in de periode 1989-1991 bezondigde aan ‘dividend stripping activities’. Hiermee zou de Duitse tak in 1992 zijn opgehouden. Maar uit het grootschalige Duitse strafonderzoek naar dividendstrippen blijkt dat de bank ook na 1992 een rol is blijven spelen.

Een van de hoofdverdachten in het omvangrijke proces, de Nieuw-Zeelander Paul Mora, zou ‘het vak’ van Fortis hebben geleerd

In november 2019 vielen opsporingsambtenaren van de deelstaat Hessen voor de tweede keer het hoofdkantoor van ABN Amro in Frankfurt binnen. Eind vorige maand deed het OM van de deelstaat Nordrhein-Westfalen een inval. Die zou in verband staan met een nog steeds actieve, hooggeplaatste manager van het Duitse ABN Amro die tussen 2010 en 2015 bij dubieuze aandelentransacties betrokken zou zijn geweest.

In Bonn ging vorig jaar het eerste proces tegen een aantal CumEx-verdachten van start, waaronder de Britse ex-bankiers Martin Shields en Nick Diable. Tegenover het Openbaar Ministerie hebben zij uitgebreid verteld over de rol van Fortis en ABN Amro bij allerhande vormen van dividendstrippen, zoals CumEx- en CumCum-transacties. Zo zou een van de hoofdverdachten in het omvangrijke proces, de Nieuw-Zeelander Paul Mora, het vak van Fortis hebben geleerd.

De uitspraak in dit eerste CumEx-proces wordt op korte termijn verwacht. Indien het tot een veroordeling komt, dan zal alleen al het OM in Keulen de komende maanden tientallen verdachten voor de rechter brengen. De Bonner rechtbank, nu het toneel van het eerste CumEx-proces, bereidt zich zelfs voor op een stortvloed aan CumEx-rechtszaken. Zo is de rechtbank volgens Duitse media inmiddels bezig om extra zittingscapaciteit te scheppen. Waarschijnlijk komen er op korte termijn liefst tien extra kamers bij om alle zaken te kunnen behandelen. 

De kans bestaat dat onder de verdachten een Nederlander zal zijn – een voormalige leidinggevende van Fortis GSLA.