© CC0 (Publiek domein)

Wil je verdere Europese integratie invoeren, maar heb je de publieke opinie niet mee? In Brussel is het geen probleem: schrijf gewoon een rapport met een mobiliserend verhaal erin. Zo'n verhaal bestaat doorgaans uit drie vaste ingrediënten — jammer dat het ook driewerf onzin is.

Afgelopen maandag had ik in Maastricht moeten zijn. Daar kwam de vaste kamercommissie van de Tweede Kamer bijeen voor een hoorzitting over de toekomst van de euro en de Europese Unie. Mij was gevraagd mijn licht te laten schijnen over de vijf toekomstscenario's die de Europese Commissie in maart dit jaar heeft gepubliceerd. 

Ik moest helaas afzeggen, de winter gooide roet in het eten, maar ik had daar willen zeggen dat een zesde scenario veel waarschijnlijker is. Te weten: een voortzetting van de stille coup die sinds het begin van de eurocrisis gaande is. Als je de schermutselingen in Brussel, Parijs en Berlijn namelijk een beetje volgt, weet je dat het einde van het Europese verkiezingsseizoen daar als een uitgelezen kans wordt gezien om Europese burgers een federaliseringssprong door de strot te duwen — één waar ze in het kieshokje nooit voor zouden stemmen. Zo ondemocratisch is Europa geworden.

Nachtmerrie

Ook in het ondemocratische Europa ontkomen deze technocratische elites er echter niet aan hun plannen te legitimeren met een mobiliserend verhaal. Dat bestaat doorgaans uit drie vaste ingrediënten: zo begint menig rapport, denkstuk, witboek of groenboek met een verwijzing naar aartsvaders die tegen de verdrukking van oorlog en fascisme in de Europese waarden van vrijheid, vrede en democratie verdedigden. Kijk maar naar het witboek met de vijf scenario's. De eerste zin luidt als volgt:

‘Het verhaal van Europa begint met twee visionaire politici, Altiero Spinelli en Ernesto Rossi, die in de Tweede Wereldoorlog om politieke redenen op het eiland Ventotene werden gevangengezet door een fascistisch regime.In hun manifest voor een vrij en verbonden Europa schetsen zij het beeld van een plaats waar medestanders en tegenstanders elkaar ontmoeten om de spoken van het oude Europa voor altijd te bezweren.Geïnspireerd door die droom van een vreedzame, gezamenlijke toekomst beginnen de stichters van de EU, zestig jaar geleden, aan een unieke en ambitieuze reis op weg naar Europese integratie.’

De droom van weleer is een nachtmerrie geworden

Ik wil niet beweren dat dit onzin is. Waar het om gaat, is dat die goede bedoelingen zestig jaar later schril afsteken bij de geleefde werkelijkheid van veel burgers. Het klopt dat er in Europa niet meer met scherp wordt geschoten (behalve op Catalaanse burgers die willen stemmen dan). Maar de manier waarop de Europese Centrale Bank, de Europese Commissie en het IMF met landen als Griekenland, Spanje en Ierland omgaan, kun je onmogelijk vreedzaam noemen.

Als pakweg een derde van je economie op last van niet-gekozen technocraten hardvochtig wordt wegbezuinigd, en diezelfde technocraten vervolgens gelaten wegkijken van de gevolgen van dat afbraakbeleid, mag je wat mij betreft zonder schroom van sociale genocide spreken. Dat wil zeggen dat een natie willens en wetens aan de bedelstaf is gebracht, louter en alleen om een voorbeeld te stellen. Dat is ook wat de heldenverheerlijking van de ‘slager van Griekenland’ — te weten Jeroen Dijsselbloem — voor mij zo onverteerbaar maakt.

En denk nu niet dat dit verhaal alleen voor Griekenland geldt. Ook bij ons in Nederland is de introductie van de euro gepaard gegaan met achterblijvende inkomens. En ook bij ons heeft de eurocrisis ertoe geleid dat het parlement is verworden tot de handtekeningenmachine van Brussel.

De droom van weleer is een nachtmerrie geworden. Vind je het gek dat Brussel een eigen pr-bureau, Eurobarometer geheten, heeft opgetuigd? En dat dit bureau niets anders doet dan gemanipuleerde surveys uitbraken die suggereren dat burgers (weer) dik tevreden zijn met euro en unie?

Wat wij ‘ontwikkelingssamenwerking’ noemen, moet verhullen dat de mondiale economie allesbehalve een gelijk speelveld is

Verzwaarde dobbelstenen

Het tweede thema dat steevast de kop op steekt, is dat van het zielige, kleine Europa dat in een grote, boze buitenwereld — je weet wel: Poetin, Trump en China — de koppen bij elkaar moet steken om macht en welvaart te behouden. Ook dit witboek grossiert er in. Ik citeer:

‘In 2060 zal het aandeel van Europa in de wereldbevolking – dat in 1900 circa 25 % bedroeg – gekrompen zijn tot minder dan 5 % en zal geen enkele lidstaat meer dan 1 % van de wereldbevolking tellen.Verwacht wordt dat ook de economische macht van Europa in relatieve termen zal afnemen, van circa 22 % van het mondiale bbp vandaag tot een stuk minder dan 20 % in 2030. De snel toenemende invloed van de opkomende economieën maakt nog scherper duidelijk hoe belangrijk het voor Europa is met één stem te spreken en het collectieve gewicht van zijn samenstellende delen aan te wenden.’

Weer wil ik niet beweren dat het onwaar is. Wel dat het eenzijdig is. Drie eeuwen militaire, politieke en economische suprematie hebben Europese mogendheden en ondernemingen een moeilijk te overschatten voorsprong gegeven bij het leegroven van de planeet. Vrijwel alle product- en consumentenmarkten worden beheerst door vier of vijf Amerikaanse en/of Europese ondernemingen. Wat wij ‘ontwikkelingssamenwerking’ noemen, moet verhullen dat de mondiale economie allesbehalve een gelijk speelveld is.

Met andere woorden: in de wereld van het kapitalisme, dobbelen wij al driehonderd jaar met verzwaarde stenen.

Sinds het begin van de jaren tachtig is er maar liefst vierentwintig maal zoveel geld uit ontwikkelingslanden gevloeid als zij in diezelfde periode aan ontwikkelingssamenwerking hebben ontvangen. Dan gaat het om de omzet van westerse multinationals, rentebetalingen over leningen afkomstig van westerse banken, en belastingontwijking en -ontduiking die mede mogelijk wordt gemaakt door Nederlandse fiscalisten en wetgevers. Er is geen enkele reden om te denken dat daar snel een einde zal komen: onze multinationals kunnen onverminderd rekenen op de zachte macht van Europa en de harde macht van Amerika.

Als de droom is uitgewerkt, dan rest nog slechts de dreigmacht van de nachtmerrie

Het angstbeeld van een neergaand Europa slaat dus werkelijk nergens op. Het dient uitsluitend om ons in het federatieve gareel te krijgen. Maar als de droom is uitgewerkt, rest nog slechts de dreigmacht van de nachtmerrie.

Fuifnummer

Het derde thema is dat van de succesvolle bestrijding van een crisis die van buiten kwam en die van de euro weer het fuifnummer heeft gemaakt dat het voor de crisis was. Ik citeer wederom:

‘De mondiale financiële en economische crisis die in 2008 in de Verenigde Staten is ontstaan, heeft Europa op zijn grondvesten doen daveren. Vastberaden ingrijpen heeft de EU-economie inmiddels weer een stabiele basis gegeven, met een werkloosheid die is gedaald tot het laagste peil sinds de "grote recessie".’

Het is driewerf onzin. De crisis ontbrandde weliswaar met rommelhypotheken in de VS, maar die hypotheken waren mede gefinancierd door grootbanken uit de eurozone. Die financiering was op haar beurt mede afkomstig uit de extreme hoeveelheden spaargelden en exportoverschotten, die daar dankzij de euro lagen opgetast. Duitsland, Finland, Oostenrijk en Nederland konden immers exporteren in een munt waarvan de internationale wisselkoersverhouding door de aanwezigheid van landen als Griekenland, Italië en België veel gunstiger was dan als zij in guldens, marken, schillings of markka’s hadden moeten exporteren.

Via diezelfde gelden en overschotten was de euro ook mede verantwoordelijk voor de huizenzeepbellen in Groot-Brittannië, Spanje, Ierland en Nederland. Die deden op hun beurt de eurocrisis ontbranden, toen de banken zichzelf van de ene op de andere dag niet meer konden financieren en de europese belastingbetalers ze voor honderden miljarden euro's overeind moesten houden — hetgeen de private schuldencrisis tot een publieke maakte.

Het is propaganda van het onzuiverste water

De euro is nimmer stabiel geweest, en zal dat ook nimmer worden. Daarvoor verschillen de instituties, culturen en geschiedenissen van de lidstaten domweg teveel. En het ingrijpen van de Europese politieke elite na het uitbreken van de financiële crisis heeft weliswaar de euro gered, maar burgers en midden- en kleinbedrijven juist dieper in de stront gedrukt. Het is maar wat je belangrijker vind.

En dan nog iets: anders dan de VS, het Verenigd Koninkrijk en de Europese niet-euro landen, is de eurozone in 2010 zelfs in een tweede recessie verzeild geraakt. De reden hiervoor? Doordat de crisis werd geduid als een staatsschuldencrisis, en niet als een private schuldencrisis. Doordat lastenverzwaringen en bezuinigingen af werden gedwongen, in plaats van dat de beschikbare begrotingsruimte vrij werd gemaakt voor een bestedingsimpuls. En doordat men de ogen sloot voor de structurele onevenwichtigheden in de eurozone.

Bullshit

Wat de Eurobarometer ook zegt, de gevolgen van dit alles zijn rampzalig geweest. Toenemende ongelijkheid; economieën die nog meer uit elkaar zijn gegroeid; miljoenen burgers die aan de bedelstaf zijn geraakt; honderdduizenden bedrijven die over de kop zijn gegaan; scherp toegenomen afkeer van politiek, elites en experts; de terugkeer van fascisme; een groeiende twijfel aan nut en noodzaak van het Europese project. En als klap op de vuurpijl durft de Commissie dan ook nog eens te beweren dat de werkloosheid in de eurozone terug is op het niveau van voor de crisis. Het is propaganda van het onzuiverste water.

Het eindpunt van deze trend is een wereld van politieke lachspiegels

Het is tekenend voor het cynisme van de Europese politieke elite. Steeds duidelijker is het geworden dat een kaal werkloosheidscijfer in de neoliberale wereld van vandaag niet zoveel zegt. De tsunami aan zzp-ers, op- en afroepkrachten en nul uren-contracten halen burgers cosmetisch uit de werkloosheidsstatistieken, maar impliceren geenszins bestaanszekerheid, betekenisvolle arbeid of volledige benutting. Niet voor niets hanteert de Europese Centrale Bank sinds kort de veel preciezere categorie van ‘onderbenutting’: doe je dat, dan stijgt het cijfer ineens naar 18 procent. Met andere woorden, bijna één op de vijf werknemers in de eurozone bevindt zich in de praktijk op het randje van werkloos.

Als je dat negeert omdat je mooie sier wilt maken met optimistiche cijfers, dan ben je in feite geen haar beter dan de eerste de beste tabaksproducent of oliefabrikant die longkanker respectievelijk klimaatverandering ontkent. Het is een stuitende constatering dat regeringen steeds vaker hun toevlucht nemen tot dezelfde feitenvrije bullshit als zij hun populistische uitdagers verwijten.

‘Agnotologie’, zo heet het met een duur woord: het doelbewust stimuleren van onwetendheid door te liegen, te verdraaien of te verwarren. Het is uitermate kortzichtig: het holt het vertrouwen van kiezers in politiek, elite en deskundigen alleen maar verder uit. Het eindpunt van deze trend staart ons vanaf de andere kant van de Atlantische Oceaan in het gezicht: een wereld van politieke lachspiegels.

Wie wil weten hoe de eurozone er echt voor staat, doet er goed aan de documenten van de Commissie te mijden als de pest. Die doen immers niet aan informeren, maar aan manipuleren. Als je wil weten waarom de eurocrisis nog lang niet voorbij is en waarom de muntunie op de lange termijn onhoudbaar is, kan je beter de working papers van het Max Planck Instituut in Keulen volgen. Dat had ik de leden van de kamercommissie ter afsluiting willen meegeven: lees in vredesnaam het werk van prominente Duitse wetenschappers als Wolfgang Streeck en Fritz Scharpf. Vrij toegankelijk te vinden op de website van het Max Planck Instituut. En laat de agitprop uit Brussel vooral links liggen.