© JanJaap Rypkema

Capra: de pitbull van de overheid

4 Connecties

Relaties

Ambtenaren Klokkenluiders Hoffmann

Organisaties

Capra
47 Bijdragen

Klokkenluiders en ambtenaren die een arbeidsgeschil hebben met hun werkgever, krijgen vaak te maken met Capra Advocaten, een gespecialiseerd kantoor dat zich met name richt op gemeenten, provincies en waterschappen. Gesteund door de schier onuitputtelijke financiële middelen van de overheid gaan de advocaten van Capra er met gestrekt been in. Met alle gevolgen van dien.

Dit stuk in 1 minuut
  • Gemeenten en waterschappen spenderen tonnen om van ambtenaren af te komen die zichzelf beschouwen als klokkenluiders.

  • In zes zaken gaven overheidsinstanties minimaal 2,4 miljoen euro uit aan onderzoeks- en advocaatkosten tegen ex-ambtenaren: gemiddeld 4 ton per zaak.

  • Bestuursrechtdeskundige en onafhankelijk onderzoeker Caroline Raat adviseert ambtenaren tegenwoordig om geen interne melding te doen, of een misstand pas te melden als ze een nieuwe baan hebben.

  • FTM onderzocht zeven zaken waarin gemeenten en provincies Capra Advocaten inschakelden om lastige ambtenaren te lozen. De ambtenaren noemen Capra een agressief kantoor dat schikkingen mijdt en procedeert om de tegenpartij op kosten te jagen. Capra ontkent dat.

Lees verder

Een donderdagmiddag, eind november 2018. Gemeenteambtenaar John Ramaekers (61) zit in een ruimte in het Maastrichtse Mosa Forum te werken als zijn sectormanager binnenloopt. Fles wijn onder de arm. Hij maakt een praatje en vraagt John of hij even meeloopt naar het gemeentehuis, een paar honderd meter verderop. Ramaekers weet niet beter of ze zijn op weg naar het ambtsjubileum van een collega, over wie ze onderweg uitgebreid babbelen.

In het stadhuis dalen ze de trap af naar de kelders, waar de oude kerkers hebben plaatsgemaakt voor moderne vergaderruimtes. Plotseling trekt zijn chef een deur van zo’n ruimte open, waar een dame in mantelpak en een heer in pak staan te wachten. ‘Deze mensen willen graag een gesprek met jou hebben.’ De sectormanager sluit direct de deur en vertrekt schielijk met zijn fles wijn naar de feestelijke bijeenkomst van zijn collega.

De twee identificeren zich als onderzoekers van  Hoffmann BV. Ze zijn bezig met een onderzoek naar het lekken van vertrouwelijke notulen. ‘Het gesprek verliep als een judobeweging met het doel om je te vloeren, want de vragen werden steeds suggestiever,’ zegt Ramaekers. De bedrijfsrechercheurs houden hem mails voor. Zijn mails. Pas dan wordt hem duidelijk dat Hoffmann zijn digitale postbus heeft gelicht. Aan het einde van het gesprek stellen de twee hem nog een vraag: ‘Meneer Ramaekers, beseft u dat u uw geheimhoudingsplicht hebt geschonden?’

John Ramaekers: de spionageaffaire die dat niet was

De zaak komt bekend te staan als de Maastrichtse spionageaffaire. John Ramaekers, ambtenaar en kaderlid van vakbond CNV, wordt met twee collega’s verdacht van het lekken van notulen van een vergadering over het SSC-ZL, een samenwerking tussen de gemeenten Heerlen, Maastricht en Sittard-Geleen om de inkoop, ict en salarisadministraties te bundelen in een kantoor in Heerlen. Deze bundeling zou de gemeenten miljoenen besparen. Tenminste, dat was de bedoeling. Maar door stroeve onderhandelingen over de arbeidsvoorwaarden werken in het pand slechts enkele tientallen mensen en is van besparingen geen sprake.

Wapen gemeente Maastricht

Tijdens de betreffende vergadering zei de Maastrichtse wethouder John Aarts dat hij wil laten onderzoeken of kaderleden van de vakbonden, zoals John Ramaekers, die het samenwerkingsproces volgens hem frustreren, juridisch kunnen worden aangepakt of zelfs ontslagen. Als Ramaekers de notulen van die vergadering leest, is hij verbijsterd. Hij mailt een uittreksel, en later de complete notulen, door naar onder andere de vakbondsbestuurders.

Die vragen de Maastrichtse burgemeester Annemarie Penn of het college achter de uitlatingen van wethouder Aarts staat. In juni 2018 antwoordt de burgemeester in een brief dat de rechtspositie van de kaderleden niet in gevaar is, maar ze vindt wel dat de ambtelijke geheimhoudingsplicht is geschonden door het lekken van de vertrouwelijke notulen. In september 2018 zet de gemeentesecretaris, op advies van Capra, de bedrijfsrechercheurs van Hoffmann aan het werk. Hoffmann is partner van Capra Advocaten, dat sinds tientallen jaren het vaste juridische adviesbureau voor Maastricht is op het gebied van arbeidsvoorwaarden en rechtspositie, zo laat de gemeente Maastricht aan FTM weten.

Op 18 december 2018 adviseren Capra-advocaten Mark van de Laar en Luc Janssen de gemeente Maastricht in een vertrouwelijke brief om drie betrokken ambtenaren disciplinair te straffen: ‘De motivering adviseren wij aanmerkelijk harder van toon te laten zijn. Daarbij kan het belang van de vertrouwelijkheid toegelicht worden, en kunnen de medewerkers zeer uitdrukkelijk gewaarschuwd worden dat bij herhaling ontslag zal volgen.’

Drie dagen later stelt Mark van de Laar, partner bij Capra Maastricht, in een vervolgadvies voor om Ramaekers zwaarder te straffen dan zijn twee collega’s. De advocaat stoort zich mateloos aan het feit dat Ramaekers niet wil zeggen van wie hij de notulen heeft gekregen, dat hij volhoudt dat ze niet vertrouwelijk waren en dat hij zich nogal opwindt over het vergaande onderzoek van Hoffmann, die zelfs zijn mailbox hebben gelicht. ‘Het onderzoek is inderdaad vergaand geweest, maar ik acht het juridisch verdedigbaar,’ oordeelt Van de Laar. De advocaat adviseert de gemeente om Ramaekers een ‘goed/stevig onderbouwde (schriftelijke) berisping’ en een geldboete van 1 procent van zijn jaarsalaris te geven.

Maar zover komt het niet. De ‘Maastrichtse spionageaffaire’ keert als een boemerang bij de gemeente Maastricht terug. Al snel blijkt dat van lekken geen sprake was: de notulen waren geheim noch vertrouwelijk, circuleerden in brede kring en waren door een andere ambtenaar naar buiten gebracht.

‘Wij zijn ons ervan bewust dat de afgelopen periode voor u zeer belastend is geweest. Wat dat betreft is een welgemeend excuus van onze kant op zijn plaats’

Tot dat oordeel komt ook advocatenkantoor Pels Rijcken, dat door de gemeente om een second opinion was gevraagd nadat de vakbonden een ultimatum hadden gesteld. In een 15 pagina’s tellend rapport trekt Pels Rijcken heel andere conclusies dan Capra. Omdat de notulen nooit in de openbaarheid zijn gebracht, is van schade geen sprake. De betrokken ambtenaren genieten bescherming omdat ze lid zijn van de Ondernemingsraad, en als vakbondskaderlid had Ramaekers het recht niet mee te werken aan het onderzoek van Hoffmann, dat bovendien disproportioneel was en waarvan de vraagstelling niet deugde. Pels Rijcken concludeert: ‘Gelet op al het voorgaande in onderlinge samenhang zien wij grote juridische risico’s in het berispen van de betrokkenen.’

Capra laat Follow the Money weten dat het van mening is dat ‘het advies dat in de second opinion is gegeven in meerdere opzichten onjuist is en ondeugdelijk gemotiveerd is’.

Op 23 januari 2019 ontvangen de drie betrokken ambtenaren een brief van het college van B&W. Na ‘uitvoerig intern beraad’ is gebleken dat er geen sprake was van het schenden van de geheimhoudingsplicht. ‘Wij zijn ons ervan bewust dat de afgelopen periode voor u zeer belastend is geweest. Wat dat betreft is een welgemeend excuus van onze kant voor al dit ongemak op zijn plaats.’

‘Verderfelijke rol’ 

Ondanks deze excuusbrief is John Ramaekers nog steeds woedend over de gang van zaken. Volgens hem speelde Capra een verderfelijke rol door steevast te spreken van het ‘lekken’ van informatie en door Hoffmann in te schakelen.

De notulen van die besloten vergadering zijn vervolgens door de advocaat van Capra ingebracht in de rechtszaak

Volgens hem kan Capra’s opstelling te maken hebben met een eerder akkefietje, uit 2017. Met de OR en de vakbonden was indertijd een besloten vergadering belegd over de problemen rond het SSC-ZL. Maar naderhand bleek dat een ambtenaar, een senior adviseur arbeidsvoorwaarden, in opdracht van de directeur bedrijfsvoering heimelijk notulen had gemaakt en die naar de directie doorspeelde. Gedekt door zijn collega vakbondskaderleden had Ramaekers laten weten deze mevrouw nooit meer bij een OR-vergadering te willen zien. De ambtenaar in kwestie blijkt een relatie te hebben met Gregoor van Duren van Capra, die als advocaat betrokken is bij het SSC-ZL. De notulen van die besloten vergadering zijn vervolgens door Van Duren ingebracht in de rechtszaak van de ondernemingsraad over het SSC-ZL.

In een reactie zegt Van Duren dat de vergadering waar Ramaekers op doelde, toegankelijk was voor alle medewerkers Maastricht die mogelijk zouden overgaan naar het SSC-ZL: ‘Op de deelnemers rustte geen geheimhoudingsplicht.’ De advocaat erkent dat een samenvatting van de notulen door zijn partner zijn doorgespeeld aan ‘functionarissen van de gemeente Maastricht die uit hoofde van hun functie nauw betrokken waren bij de vorming van het SSC-ZL’.

Geschiedenis Capra en Hoffmann

Capra omschrijft zichzelf als hét kantoor op het gebied van arbeidsverhoudingen binnen de overheid, de zorg en het onderwijs.

Het kantoor begon op 1 januari 1928 in Den Haag als het Centraal Adviesbureau voor Publiek Recht en Administratie, onder de rokken van juridisch uitgeverij Samsom. Het richtte zich op het verlenen van advies en bijstand aan gemeentebesturen en andere publiekrechtelijke lichamen. Op dat moment telde Capra één jurist.

In 1988 maakte Capra zich los van Samsom en ging verder als zelfstandig adviesbureau, met vijf juristen. Begin 1992 opende Capra een vestiging in Den Bosch. Later volgden kantoren in Zwolle en Maastricht. Op 2 januari 2002 maakte Capra de omslag van adviesbureau naar advocatenkantoor. Het kantoor kan sindsdien ook in hoger beroep optreden in arbeidsrechtelijke procedures.

Op 1 november 2018 vierde Capra zijn 90-jarig bestaan. Het kantoor heeft momenteel ruim dertig advocaten in dienst. Omdat Capra een maatschap is, hoeft het geen jaarrekening te deponeren en dus is er niets bekend over de omzet en winst- en verliescijfers.

In 1962 nam privédetective Gerd Hoffmann zijn eerste zaak aan, voor 50 gulden. De eenpitter werkte vanuit een huurwoning in de Amsterdamse Deurloostraat. In de jaren zeventig trad Gerd junior bij zijn vader in dienst. In de jaren tachtig steeg het aantal medewerkers naar tachtig. De zaak werd omgevormd tot een besloten vennootschap, met het hoofdkantoor in de Amsterdamse wijk Buitenveldert. In 1997 neemt junior na een conflict met zijn vader het stokje over. Hoffmann Bedrijfsrecherche groeit uit tot marktleider.

In 2001 verhuisde het bedrijf naar een nieuw en streng beveiligd pand in Almere. Tien jaar later werd Hoffmann overgenomen door Facilicom Group. Hoffmann telt inmiddels drie ‘diensten’ (bedrijfsrecherche, riskmanagement en cybersecurity) met bijna honderd medewerkers en voert jaarlijks gemiddeld 1200 onderzoeks- en adviesopdrachten uit.

Lees verder Inklappen

De handelwijze van Capra in de zaak tegen de vier ambtenaren annex vakbondsleden is geen incident, zo blijkt uit onderzoek van Follow the Money. Veel provincies, waterschappen en gemeenten doen een beroep op Capra wanneer ze een conflict hebben met een werknemer. Dat varieert van duidelijke gevallen van fraude en integriteitsschendingen tot arbeidsgeschillen en klokkenluiderszaken. En juist in die laatste zaken draven de advocaten van Capra volgens betrokkenen nogal eens door. Geregeld willen ze, in strijd met de beroepsregels, niets van een schikking weten, en soms gebruiken ze willens en wetens onjuiste informatie die door de betrokken overheidsinstantie is aangedragen.

Arbeidsconflicten ontaarden mede door het optreden van de advocaten van Capra geregeld in langdurige moddergevechten, die de overheid soms tonnen aan juridische adviezen kosten. Want, zo stellen betrokkenen: in plaats van conflicten te slechten en te zoeken naar een oplossing die voor beide partijen acceptabel is, drijven de juristen van Capra de zaak op de spits en stappen ze waar mogelijk naar de rechter.

Jan Blanken, partner bij Capra, zegt desgevraagd: ‘Onze ervaring leert dat in een ruime meerderheid van de zaken waarin Capra Advocaten adviseert, wordt geschikt. In alle gevallen wordt de mogelijkheid van een minnelijke oplossing uitdrukkelijk aan de orde gesteld.’

Paul Kemperman: wobben over ontslaggrond is ‘misbruik van recht’

Daar weet Paul Kemperman alles van. De oud-ambtenaar van de gemeente Zevenaar vecht al tien jaar voor rehabilitatie, nadat hij in 2008 werd ontslagen op grond van een rapport waarover de Centrale Raad van Beroep (de hoogste rechtelijke instantie voor ambtenarenrecht) in 2015 oordeelde dat het niet deugde. De CRvB noemde de gang van zaken zelfs ‘onthutsend’. Wat is er in Zevenaar gebeurd?

Wapen ZevenaarNa de fusie tussen Zevenaar en Angerlo ontstaat een conflict. Afgesproken was dat er geen ambtenaren boventallig zouden worden verklaard en dat de gemeentelijke organisatie drie sectoren zou krijgen. Maar in strijd met de afspraken waren twee sectordirecteuren stiekem overeengekomen om met minder sectoren en minder mensen te gaan werken. Om ambtenaren eruit te werken, huurt een van de directeuren Louis Bunt van bureau KBB&T in, oud-consulent bij het Arbeidsbureau en tevens vriend en plaatsgenoot van de directeur. In Bunts rapport wordt Kemperman volledig afgekraakt. Na de presentatie ervan op 12 oktober 2005, meldt Kemperman zich ziek. Begin 2008 krijgt hij onvoorwaardelijk strafontslag. 

Vanaf dat moment begint Kemperman een strijd die tot op de dag van vandaag duurt en waarin hij de ene overwinning na de andere behaalt. In die juridische strijd laat Zevenaar zich bijstaan door Capra.

Belangrijk voor hem is de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 19 maart 2015. Daarin maakt het over het algemeen bedaagde college gehakt van de handelwijze van de gemeente: ‘Het door Kemperman geschetste beeld van de wijze waarop Bunt jegens hem te werk is gegaan kan als onthutsend worden getypeerd.’ En over de opsteller ervan: ‘Voor zover Bunt psychologische oordelen over de persoonlijkheid van Kemperman heeft geveld, is niet gebleken dat hij daarvoor op enige wijze is opgeleid. Het ging, met andere woorden, om subjectieve en onvoldoende onderbouwde diskwalificaties. De wijze waarop het rapport is gepresenteerd, was al even bedenkelijk.’

Hoewel Kemperman en een collega de werkwijze van Bunt dan al jaren aanvechten, interviewde Capra-advocaat Suzanne van Loon op verzoek van de gemeente in november 2012 drie ambtenaren die eerder door Bunt waren geïnterviewd. Van Loon wilde zo aantonen dat het rapport van Bunt correct was en dat het ontslag van Kemperman cum suis gerechtvaardigd. ‘Capra heeft er alles aan gedaan om maar gelijk te krijgen en het Bunt-rapport al die jaren te vuur en te zwaard verdedigd’, zegt Kemperman.

Maar in de laatste zaak boekte de gemeente recent een succes bij de hoogste rechter

Om zijn ontslag terdege te kunnen aanvechten, moest de oud-ambtenaar herhaaldelijk een beroep doen op de Wet openbaarheid bestuur (Wob) om documenten van de gemeente los te krijgen rond Bunts onderzoek en zijn ontslag. Dat leidde uiteindelijk tot drie rechtszaken, waarin de gemeente stelde dat Kemperman misbruik van recht maakte en moest ophouden met zijn Wob-verzoeken. De gemeente verloor alledrie de zaken.

Maar in de laatste zaak boekte de gemeente recent een succes bij de hoogste rechter: de Raad van State. Die oordeelt dat de gemeente Zevenaar drie Wob-verzoeken die Kemperman in de zomer van 2017 deed, niet hoeft te behandelen. Volgens de RvS maakt de oud-ambtenaar misbruik van de Wob door steeds nieuwe verzoeken in te dienen, terwijl hem al heel veel documenten zijn overhandigd. De nieuwe verzoeken vormen een dusdanig grote belasting voor de gemeente dat sprake is van onevenredigheid van belangen. Volgens de RvS doet Kemperman de wob-verzoeken alleen nog als drukmiddel om een hogere financiële vergoeding van de gemeente te krijgen.

Jac Coopmans: betalen voor kosten bezwaar

Ook Jac Coopmans, oud-ambtenaar van de gemeente Nederweert, krijgt het verwijt dat hij misbruik van recht maakt. Op 23 juli 2019 ontving hij een concept dagvaarding waarin de gemeente stelt dat Coopmans zoveel bezwaren, beroepen en Wob- en AVG-verzoeken indient dat de gemeente daar bijna een voltijds ambtenaar aan kwijt is. Dat heeft Nederweert ruim 376.000 euro aan advocaatkosten gekost, exclusief btw.

Wapen gemeente NederweertDe gemeente vraagt de voorzieningenrechter om Coopmans een dwangsom op te leggen: elk nieuw Wob- of AVG-verzoek, en elke klacht of melding van een (vermoeden van een) nieuwe misstand kost hem dan duizend euro, tot een maximum van vijf ton.

De gewezen ambtenaar stelt dat de gemeente zelf het recht misbruikt. Net als Paul Kemperman stelt hij dat hij die Wob- en AVG-verzoeken wel moest indienen, om achter de werkelijke reden van zijn ontslag in 2009 wegens ongeschiktheid / disfunctioneren te komen en achtergehouden informatie te achterhalen. Voorts had hij de documenten nodig voor zijn zaak bij het Huis voor Klokkenluiders.

Coopmans stelt dat hij klokkenluider is, maar door de gemeente nooit als zodanig is erkend. Sterker: na zijn melding in 2006 aan B&W over illegale vuilstortingen door de gemeente, werd hij naar eigen zeggen door zijn afdelingshoofd dusdanig gepest dat hij zich regelmatig ziek had moeten melden. Voor de komst van een interim-manager in 2007 en een nieuw afdelingshoofd in 2008 waren er nooit klachten over Coopmans functioneren geweest. Tot en met januari 2007 kreeg hij in functioneringsgesprekken steevast het predicaat ‘goed’.

Volgens een vertrouwelijk memo van 23 oktober 2008 besloot het college van B&W op 7 en 21 oktober het dienstverband met Coopmans te beëindigen omdat er ‘sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding’. Het college stelt voor om ‘hierbij een gespecialiseerd bureau in te schakelen’. Dat wordt dus Capra, om precies te zijn Ad Kerkhof. Dit alles gebeurde achter de rug van Coopmans om. Pas in mei 2009 kreeg hij het memo in handen, na inzage in zijn personeelsdossier.

De Nationale Ombudsman oordeelde een jaar later dat er inderdaad sprake was van ‘onbehoorlijk gedrag’ van B&W

In diverse juridische procedures zijn volgens hem door de advocaat van Capra ‘pertinente onwaarheden’ gedebiteerd. Coopmans deed om die reden strafrechtelijke aangifte en diende diverse tuchtklachten in tegen Kerkhof. Alle aangiften waren onderbouwd met documenten waaruit die ‘onwaarheden’ bleken. Tevergeefs. Alle aangiften werden verworpen, omdat de advocaat van Capra volgens de tuchtrechter slechts gebruik had gemaakt van informatie die hem door de opdrachtgever – lees: de gemeente – was aangeleverd.

In 2011 diende Coopmans tegen de gemeente Nederweert een klacht in bij de Nationale Ombudsman. Die oordeelde een jaar later dat er inderdaad sprake was van ‘onbehoorlijk gedrag’ van B&W en dat de gemeente de ‘morele plicht’ had iets aan de zaak Coopmans te doen. Ook bij de hoogste rechter op het gebied van ambtenarenrecht, de Centrale Raad van Beroep, boekte Coopmans na jaren van procederen succes. In 2011 vernietigde dit college zijn ontslag wegens ongeschiktheid en in 2012 kwalificeerde de voorzitter van de CRvB de ontslagregeling die Coopmans van B&W had gekregen tijdens de rechtszitting als ‘een giftige bonbon’. De rechters verplichtten het college tot de betaling van een na-wettelijke uitkering tot 2019.

Diana de Wolff, bijzonder hoogleraar advocatuur

Je mag als advocaat dus geen onzin verkopen

‘Ongelimiteerde geldmiddelen’

Bestuurswetenschapper en onafhankelijk onderzoeker Caroline Raat stelt dat de zaken tegen Kemperman en Coopmans onterecht zijn. ‘Er zijn inderdaad uitspraken dat een veelvuldig beroep op de Wob misbruik van recht kan opleveren, maar dan gaat het om zaken tegen mensen of instanties die tientallen Wob-verzoeken indienen bij een instanties om dwangsommen te innen als niet tijdig wordt gereageerd. Maar hier gaat het om burgers die een gerechtvaardigd belang hebben, omdat ze documenten willen hebben voor hun juridische procedures.’

Kemperman en Coopmans voeren ook aan dat hun voormalige werkgevers, met Capra aan hun zijde, tot op de dag van vandaag een schikking uit de weg gaan. Caroline Raat herkent dit: ‘Bij overheden werken veel narcistische types die niet kunnen hebben dat hun eer wordt aangetast. Ze procederen liever door tot aan het gaatje dan te schikken. In het bedrijfsleven is men wat dat betreft veel nuchterder. Daar worden zaken vaker geschikt.’

‘In het bedrijfsleven is men pragmatischer. Bij de overheid heerst soms angst om te schikken’

Dat laatste ziet ook Diana de Wolff, bijzonder hoogleraar advocatuur aan de Universiteit van Amsterdam en advocaat arbeidsrecht bij Stadhouders Advocaten in Utrecht: ‘In het bedrijfsleven is men pragmatischer. Bij de overheid heerst soms angst om te schikken. Dat is natuurlijk ook een politiek proces. Je kunt nu eenmaal makkelijker aan de gemeenteraad verkopen dat een rechter heeft geoordeeld dat de gemeente moet betalen, dan dat je zonder tussenkomst van een rechter een bedrag voor een schikking reserveert.’

Die houding brengt wel een ongelijkheid van rechtsmiddelen met zich mee. De Wolff: ‘Dat is een probleem, ja. Het is een ingewikkelde vraag: hoe ver moet een advocaat gaan? Ik vind dat een advocaat zich rekenschap moet geven dat de tegenpartij, anders dan de overheid, niet over vrijwel ongelimiteerde geldmiddelen beschikt.’

Raat: ‘Je hebt als advocaat van de overheid een andere positie dan als advocaat van een louche occasion-dealer. Die laatste kan zich iets meer vrijheden veroorloven. Maar de overheid is machtig en behoort zich voorbeeldig te gedragen. Zelf zou ik mij niet zo opstellen als Capra doet.’

De Wolff wijst tot slot op de gedragsregels die inhouden dat een schikking vaak te verkiezen is boven een proces, dat de advocaat erop moet toezien dat de wederpartij niet nodeloos op kosten wordt gejaagd en dat de advocaat geen informatie gebruikt ‘waarvan hij weet, althans behoort te weten, dat die onjuist is: ‘Je mag als advocaat dus geen onzin verkopen.’

Nico Broekema: beslag op pensioen

Dat Capra in dienst van de overheid ver gaat, bewijst de zaak Nico Broekema. Na zijn ontslag ‘wegens ernstig plichtsverzuim’ heeft de gemeente Westland met hulp van Capra conservatoir beslag gelegd op het pensioen van de voormalige griffier, zodat hij financieel inmiddels helemaal klem zit. Wat is er gebeurd?

Wapen gemeente WestlandIn 2016 werd Broekema na een vlekkeloze ambtelijke carrière van bijna veertig jaar ontslagen wegens ‘ernstig plichtsverzuim’. Als griffier zou Broekema het griffiebudget hebben gebruikt voor onder meer scholingsactiviteiten van een netwerk van griffiers van dertien gemeenten. Ook zou hij zonder toestemming 37 dagen voor dat netwerk hebben gewerkt. Voor die nevenactiviteit had hij voorts nooit verlof aangevraagd.

Die nevenactiviteit kwam aan het licht na onderzoek van Hoffmann, op last van Capra Advocaten. De kosten van beide firma’s (die maart 2017 al ruim 87.000 euro bedroegen) wil de gemeente Westland op de ontslagen griffier verhalen. Capra-advocaat Jan Blanken heeft zelfs conservatoir beslag laten leggen op Broekema’s pensioen bij het ABP. ‘Dit is bedacht om mij te vernietigen. En de overheid is toch al supersterk, want die heeft onuitputtelijke middelen,’ zegt Broekema, die  de beslaglegging momenteel bij de rechter aanvecht. In een reactie zegt Blanken dat er beslag is gelegd omdat ‘sprake was van het onttrekken aan mogelijk beslag van een vermogensbestanddeel door betrokkene’.

Volgens Broekema heeft zijn ontslag veel, zo niet alles, te maken met toenmalig burgemeester Sjaak van der Tak, die flink de mist was ingegaan bij de nasleep van een brand in Wateringen waarbij grote hoeveelheden asbest waren vrijgekomen. Een van de verwijten was dat Broekema op het punt had gestaan om vertrouwelijke asbestinventarisatierapporten te lekken. Maar ten eerste bestonden die rapporten op dat moment nog niet, en ten tweede zijn asbestinventarisatierapporte openbare documenten. Toch schakelde de gemeente op 8 september 2016 Hoffmann en Capra in. Maar de gewezen griffier vraagt zich af hoe onafhankelijk dat onderzoek is geweest. ‘Want Capra en Hoffmann zijn partners, dat blijkt uit de website van beide bedrijven.’

Binnen de gemeente Westland blijken meerdere zaken spelen waarbij Capra is ingeschakeld

Advocaat Jan Blanken stelt dat Capra en Hoffmann onafhankelijk van elkaar voor een opdrachtgever werken: Van samenwerking is slechts sprake indien dit zowel door de opdrachtgever als door Capra en Hoffmann in het belang van de opdrachtgever wordt genoemd.’ Blanken ontkent dat het onderzoek is begonnen op basis van de verdenking van lekken. Wat dan wel de aanleiding is geweest, zegt hij niet. Over de asbestrapporten meldt hij dat het volledige asbestdossier op 15 juli 2015 onder geheimhouding naar de raad is gestuurd, die de geheime status ervan op 13 oktober 2015 bekrachtigde.

Kwaliteit van integriteitsonderzoek

Wat is de kwaliteit van integriteitsonderzoeken van instanties als Capra en Hoffmann? In maart 2017 publiceerde Liza Boon een afstudeeronderzoek voor haar opleiding bestuurskunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Zij analyseerde 47 integriteitsonderzoeken die topambtenaren en -bestuurders hun baan hadden gekost.

Haar conclusie: in slechts 13 van de 47 rapporten waren de getrokken conclusies houdbaar. ‘Veel voorkomende problemen bij het doen van integriteitsonderzoek is de bemoeienis van de opdrachtgever, het niet meewerken van betrokkenen en breed interpreteerbare normenkaders,’ schreef Boon. Ze beschrijft niet welk onderzoek door wie is uitgevoerd, maar stelt wel dat de onderzoeken met de best houdbare conclusies waren verricht door hoogleraren en organisatie- en adviesbureaus.

Het onderzoek van Liza Boon is hier te vinden (als pdf).

 

Lees verder Inklappen

De oud-griffier en zijn advocaten laten geen spaan heel van het Hoffmann-onderzoek, dat volgens hen louter is gebaseerd op subjectieve verklaringen van gemeenteambtenaren bij wie Broekema toch al slecht lag, zonder die verklaringen te controleren op feitelijke juistheid. In eerste aanleg is Broekema door de rechtbank Den Haag in het ongelijk gesteld: Westland heeft hem terecht ontslagen. Het hoger beroep in de zaak loopt nog. Daarnaast vecht Broekema het conservatoir beslag aan.

Uit onderzoek van Follow the Money blijkt dat er binnen de gemeente Westland meerdere zaken spelen waarbij Capra is ingeschakeld in zaken tegen (voormalige) ambtenaren. Uit informatie verkregen via een Wob-verzoek blijkt dat Westland in de jaren 2014-2018 bijna 348.000 euro heeft uitgegeven aan Capra. Over de jaren 2015-2018 gaf Westland daarnaast ruim 97.000 uit voor het inschakelen van Hoffmann.

Wim van den Haak: leugens in de rechtszaal

Terug naar Limburg, ditmaal een ander overheidsorgaan: het waterschap. In 2010 stapt planoloog Wim van den Haak (63) na een fraaie loopbaan van 24 jaar bij de provincie Zuid-Holland en Rijkswaterstaat over naar het waterschap Limburg. De eerste maanden krijgt hij louter complimenten voor zijn werk.

Waterschap LimburgDe goede relatie met zijn bazen verandert vanaf oktober 2010, als hij een paraaf moet zetten voor een vergunning voor de aanleg van een kademuur in de gemeente Valkenburg aan de Geul. Hij constateert dat hij daarmee met terugwerkende kracht een vergunning voor een project van het waterschap zelf goedkeurt. ‘Dat kwam daarna nog twintig tot dertig keer voor.’ Een vreemde gang van zaken, vindt de ervaren Van den Haak. Iedereen die een vergunning aanvraagt, moet daarvoor een uitgebreid proces doorlopen, maar dat geldt kennelijk niet voor het waterschap zelf.

Dat is tegen de regels, vindt Van den Haak. In een nota van september/oktober 2010 stelt hij deze gang van zaken aan de orde. Zijn conclusie: het waterschap moet zich, net als alle andere partijen, aan de regels houden.

De kritische houding van de planoloog wordt niet op prijs gesteld. Hoewel hij zich intern officieel als klokkenluider meldt, wordt hij na een negatieve beoordeling op 1 maart 2013 ontslagen wegens onbekwaamheid en/of ongeschiktheid. Wat volgt is een lange weg door de instanties om officieel als klokkenluider te worden erkend. Diverse instanties, waaronder de Nationale Ombudsman, verleenden hem die erkenning. ‘Had het waterschap destijds gewoon de eigen klokkenluidersregeling gevolgd en Capra buiten de deur gehouden, dan was de zaak snel opgelost,’ zegt de oud-ambtenaar.

Tijdens zijn arbeidsconflict kreeg Van den Haak te maken met Capra, dat door het waterschap werd ingehuurd. ‘Mijn ervaringen met Capra zijn bijzonder slecht. Pieter-Joost Schaap, advocaat en partner bij Capra, was bijzonder intimiderend en nietsontziend,’ zegt Van den Haak. Hij ontdekte dat Capra in de rechtszaal niet terugdeinst voor pertinente leugens: ‘In een zaak bij de bestuursrechter in Maastricht ontkende Schaap op 6 september 2012 als advocaat van het waterschap dat zijn cliënt zichzelf achteraf vergunningen verleende, maar op 26 maart 2013 erkende het waterschap in een mededeling dat dit wel degelijk gebeurde maar ‘dat er niets mis is met vergunningverlening achteraf’.

In een reactie zegt advocaat Schaap dat zich totaal niet herkent in het door Van den Haak geschetste beeld. Hij weerspreekt met klem dat hij leugens zou debiteren, in de rechtszaal of daarbuiten.

‘Van een advocaat van de overheid zou je verwachten dat die zich constructief en bemiddelend opstelt, maar Schaap koos steeds voor het conflict’

De Nationale Ombudsman oordeelde op 31 december 2013 na twee klachten van Van den Haak ‘dat het niet passend is dat een overheid aangeeft dat er in algemene zin niets mis is met vergunningverlening achteraf’. Overigens concludeerde de Ombudsman dat Van den Haaks klacht op dit punt ongegrond was, omdat de vergunningverlening achteraf niet ‘stelselmatig’ was geweest. De oud-ambtenaar kreeg van de Ombudsman wel gelijk dat zijn klokkenluidersmelding niet correct was afgehandeld: de vertrouwenspersoon klokkenluiders met wie hij sprak, was tevens coördinator van de afdeling personeelszaken van het waterschap en dus niet onpartijdig.

Van den Haak ondervond voorts dat Capra eerder olie dan water op het vuur gooit: ‘In oktober 2011 – ik zat ziek thuis – ontving ik een brief van Capra waarin exit mediation werd voorgesteld. Ik schrok erg van dat woord ‘exit’, maar heb gelukkig kunnen bereiken dat we een gewoon mediation-traject konden doorlopen.’ De klokkenluider vond het vreemd dat hij zelf met dat voorstel moest komen en dat het niet van Capra kwam: ‘Van een advocaat van de overheid zou je toch verwachten dat die zich constructief en bemiddelend opstelt, maar Schaap koos steeds voor het conflict.’

Als voorbeeld noemt Van den Haak de klachten die hij over het waterschap indiende bij de Nationale Ombudsman. ‘Daarvoor had ik stukken van mijn werk nodig, maar dat werd op advies van Capra tegengehouden door mijn werkgever. Ik mocht het gebouw niet meer in en ik werd afgesloten van het intranet.’

Nadat hij 25.000 euro aan advocaatkosten had uitgegeven, besloot Van den Haak zijn verdere procedures zonder rechtsbijstand te voeren. Omdat hij wilde weten wat het waterschap aan Capra had uitgegeven, vroeg hij via de Wob hun facturen van Capra op. In april 2019 kreeg hij de gevraagde documenten. Het ging om veertig facturen; de eerste was van 9 september 2011, de laatste van 21 maart 2019. Bij elkaar bracht Capra het waterschap circa 90.000 euro in rekening.

Jolien Verbiest: rechtbank maakt gehakt van ontslag

De zaak-Van den Haak is niet het enige voorbeeld dat FTM vond waar een ambtenaar zichzelf klokkenluider beschouwt, terwijl hij is ontslagen vanwege een arbeidsgeschil. Het gebeurde ook in Soest. Op 1 januari 2016 neemt deze gemeente Jolien Verbiest in dienst, die feitelijk gaat werken voor de Uitvoeringsorganisatie Baarn, Bunschoten en Soest (BBS). De nieuwe organisatie is belast met de uitvoering van de Participatiewet in deze drie gemeenten.

Wapen gemeente SoestNa een half jaar wordt het Verbiest duidelijk dat binnen BBS de financiële controle onvoldoende is. Op 3 juni 2016 stuurt zij hierover een uitvoerige mail naar het managementteam van BBS. Het gevolg: het bestuur van BBS concludeert dat sprake is van verstoorde verhoudingen en stuurt Verbiest met verlof. Op 17 februari 2017 krijgt ze te horen dat ze eervol zou worden ontslagen. Ruim een jaar later concludeert de bezwarencommissie van de gemeente Soest dat Verbiest geen recht heeft op een na-wettelijke uitkering.

In 2018 buigen een raadscommissie van de gemeente Soest en een extern bureau zich over de kwestie. Uit beide onderzoeken blijkt dat de problemen die Verbiest had aangekaart, metterdaad bestaan. Tot 21 september 2017 geloofde de Soester gemeenteraad dat er sprake was van een arbeidsconflict; dat beeld kantelt als de raadscommissie boven water haalt dat Soest over 2015 en 2016 ruim 250.000 euro teveel aan het BBS heeft bijgedragen, ten gunste van de gemeenten Baarn en Bunschoten. Dat was zelfs meer dan de 237.000 euro die eerder al door Verbiest was gemeld.

Op 15 juni 2018 verschijnt Kikker in de put, een onderzoek van adviesbureau Rijnconsult naar de bedrijfscultuur binnen BBS. De conclusies zijn vernietigend voor Jeannet Kool, de directeur van BBS over wie Verbiest eerder had gerapporteerd. Volgens het rapport is er sprake van een hofhouding: ‘Rond haar is een “inner circle” en zijn er vazallen. Uit mailwisselingen blijkt dat sommige medewerkers niet mogen praten met andere organisaties.’

In een vonnis van 26 april 2019 maakt de rechtbank Midden-Nederland gehakt van de argumenten van BBS om Verbiest te ontslaan. Zij had ‘terecht aandacht gevraagd voor en er op gewezen dat bepaalde zaken niet goed liepen bij BBS’. Het samenwerkingsverband had haar daarom niet mogen ontslaan. Het ontslagbesluit wordt vernietigd: ‘Het is aan partijen om aan deze nieuwe situatie invulling te geven,’ aldus de rechtbank. 

Bijgestaan door advocaat Marien Korevaar van Capra hebben BBS en de gemeente Soest tot aan de uitspraak van de rechter geweigerd om met Verbiest om tafel te zitten en haar argumenten aan te horen.

De affaire heeft de drie gemeenten die in BBS samenwerken alleen al in 2019 bijna anderhalf miljoen euro gekost aan extra BBS-kosten. Daarin zitten een cultuurtraject van 136.000 euro, organisatiekosten van 563.000 euro en kosten van Capra voor 10.000 euro.

Caroline Raat, bestuurswetenschapper

Ik adviseer ambtenaren tegenwoordig maar om geen interne melding te doen

Van misstand tot arbeidsconflict

Melding van een misstand of een verstoorde arbeidsrelatie? Het is een definitiestrijd waar Gerrit de Wit, bestuurslid van de Expertgroep Klokkenluiders, vaker op stuit: ‘Een ambtenaar begint met het melden van een misstand en als hij dat niet keurig volgens het boekje doet, hem niet bekend is waar het boekje ligt of wat er precies in staat, gooit de werkgever het al snel op een arbeidsconflict. En dat verlies je altijd, omdat de rechter in vrijwel alle zaken zal oordelen dat er een arbeidsconflict is. En dan moet jij maar zien aan te tonen dat dat conflict pas is ontstaan na je melding.’ 

Caroline Raat: ‘Dat klopt. Ik adviseer ambtenaren tegenwoordig maar om geen interne melding te doen, of een zaak pas te melden als je een nieuwe baan gevonden hebt.’

Raat: ‘Capra procedeert zoveel dat ze kind aan huis zijn bij de rechtbanken. Vergissingen of fouten worden dat kantoor minder aangerekend dan een burger. Waar bij een burger zijn kop eraf gaat als hij een document ook maar een seconde te laat aanlevert, zie je bijvoorbeeld dat de overheid documenten wel later mag aanleveren.’

Gerard Dalhuisen: Capra torpedeert minnelijke schikking

Soms treedt Capra niet alleen als advocaat op, maar ook als onderzoeker. Dat merkte Gerard Dalhuisen (63), sinds januari 2013 secretaris-directeur van het waterschap Vallei en Veluwe. In 2016 kreeg hij opeens te horen dat het bestuur van hem af wilde. De organisatie was aan het veranderen en hij zou de juiste leiderschapsstijl missen om die verandering te leiden.

Waterschap Vallei en VeluweToen Dalhuisen zich verzette, werd hij geschorst. Vervolgens deed Capra-advocaat Marion Kolijn-van de Merwe een ‘draagvlakonderzoek’ waarin ze negen personen hoorde, onder wie de twee andere leden van het directieteam. Die wilden opeens niet meer met hem werken. Een van de twee heeft nu Dalhuisens functie. 

In juni 2018 concludeerde de rechtbank Gelderland op basis van het Capra-onderzoek dat voorafgaand aan het verslag sprake was van ‘onherstelbaar verstoorde arbeidsverhoudingen’. Daarom was een terugkeer in zijn oude functie niet mogelijk.

Maar, zo stelde de rechtbank: het waterschap heeft zelf een overwegend aandeel gehad in het ontstaan en voortbestaan van de situatie die tot zijn ontslag heeft geleid. Zo heeft het bestuur Dalhuisen nooit de gelegenheid gegeven om zich te verbeteren. Ook was het onnodig om hem te schorsen. Het waterschap heeft geen enkele poging gedaan om de onvrede binnen de directe te beteugelen en de situatie te de-escaleren.

Tot slot nam de rechtbank het de bestuursvoorzitter van het waterschap, senator Tanja Klip-Martin (VVD), kwalijk dat zij geheime gesprekken met Dalhuisen naar de overige directieleden had gelekt, waarmee zij haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden. Op grond van dit alles kende de rechtbank Dalhuisen een hogere ontslagvergoeding toe dan het waterschap hem wilde betalen: 176.000 euro meer.

Daarmee was de kous niet af. Nu ontstond een conflict over het begrip ‘salaris’. Capra en het waterschap stelden dat de eindejaarsuitkering, de collectieve resultatendeling en de vaste wachtgeldvergoeding niet tot het salaris van Dalhuisen behoorden. De voormalige secretaris-directeur stelde bezwaar in en kreeg van een onafhankelijke commissie gelijk.

Zo ver had het allemaal niet hoeven komen, want uit documenten waarover FTM beschikt, blijkt dat in augustus 2016 bijna een minnelijke regeling was getroffen tussen het waterschap en Dalhuisen. Maar op het laatste moment beriep Capra zich op een document van de accountant van het waterschap, die stelde dat de overeengekomen regeling in strijd was met de Wet normering topinkomens. Dat document is ondanks herhaald verzoek om inzage tot op de dag van vandaag geheim.

‘Het gekke is dat wij nota bene drie zaken hebben genoemd waarin zo’n regeling Wnt-proof was goedgekeurd en uitgevoerd. En om het nog gekker te maken: een van die regelingen was door Capra zelf in elkaar geknutseld,’ zegt Bernard Tomlow, de raadsman van Dalhuisen. ‘Als we in augustus 2016 een regeling hadden kunnen treffen, waren die rechtszaken niet nodig geweest en was de reputatie van mijn cliënt niet zo beschadigd.’

‘Capra was hier onderzoeker en advocaat. Dat heeft al de schijn van belangenverstrengeling’

In een reactie zegt Capra-advocaat Bart Jeroen Boiten dat hem geen regelingen bekend zijn vergelijkbaar met de schikking waarover het waterschap en Dalhuisen onderhandelden. Hij ontkent dat Capra de zaak heeft laten escaleren: ‘Er is langdurig geprobeerd om in onderling overleg tot een minnelijke schikking te komen. Het waterschap en Capra betreuren dat dit niet is gelukt.’

Bernard Tomlow plaatst vraagtekens bij de hele affaire: ‘Direct in februari 2016 heeft Capra contact met het waterschap. Op 2 maart krijgt mijn cliënt per brief te horen dat als hij niet akkoord gaat met de aangeboden vertrekregeling, er een draagvlakonderzoek zou plaatsvinden.’ Dat draagvlakonderzoek is volgens Tomlow uiterst selectief binnen de organisatie uitgevoerd. Tomlow: ‘Capra was hier onderzoeker en advocaat. Dat heeft al de schijn van belangenverstrengeling.’

Ook jurist Caroline Raat vindt dat problematisch: ‘Capra is als advocaat van de overheid ook zeer nauw betrokken bij onderzoeken die het kantoor ofwel zelf doet ofwel Hoffmann voor inschakelt. Dat lijkt mij niet verstandig.’

Aart van Malenstein zit namens de PvdA in het algemeen bestuur van het waterschap. Hij heeft continu gepleit voor een minnelijke schikking in de zaak-Dalhuisen. ‘Dat leek aanvankelijk te lukken, maar later is Capra keihard de confrontatie aangegaan. Met alle gevolgen van dien: de hele affaire heeft het waterschap meer dan zeven ton gekocht, de interne kosten niet meegerekend.’

Integriteitsonderzoeken zijn ‘lucratief’

De onderzoeks- en advocaatkosten die de overheid in de hierboven genoemde procedures heeft gemaakt, zijn niet mals. Bij elkaar komen deze zaken, voor zover FTM heeft kunnen nagaan, minimaal uit op circa 2,4 miljoen euro, deels exclusief btw:

  • De kosten in de zaak tegen Jolien Verbiest zijn niet bekend.
  • In de zaak tegen Wim van den Haak stuurde Capra het waterschap Limburg 40 facturen met een gezamenlijke waarde van bijna 89.000 euro.
  • Tussen 1 januari 2018 en 20 april 2019 betaalde de gemeente Maastricht ruim 170.000 euro aan Capra. Onduidelijk is of dat alleen kosten waren voor de zaak John Ramaekers. In diezelfde periode factureerde Hoffmann ruim 110.000 euro voor ‘diverse onderzoeken in het kader van diverse integriteitsmeldingen’. Pels Rijcken stuurde over de periode 1 januari tot 20 april 2019 ruim 26.000 euro aan rekeningen. Alles bij elkaar: ruim drie ton.
  • In de juridische procedure tegen Gerard Dalhuisen gaf het waterschap Vallei en Veluwe tot en met 31 december 2018 ruim 182.000 euro uit, exclusief btw. Het draagvlakonderzoek van Capra kostte nog eens ruim 20.000 euro, exclusief btw.
  • In Nederweert bedragen de advocaatkosten in de zaak tegen Jac Coopmans 376.000 euro.
  • In Westland, waar de kwestie rond Nico Broekema speelt, stuurden Capra, Hoffmann en het juristenkantoor Vijverberg over de periode 2014-2018 ruim 510.000 euro aan rekeningen.
  • De gemeente Zevenaar gaf in de periode 2005-2019 ruim 882.000 euro uit aan procedures tegen Paul Kemperman en andere ontslagen ambtenaren.
Lees verder Inklappen

Schikken is beter dan procederen

Integriteitsonderzoeken zijn lucratief geworden, stelt hoogleraar Bestuurskunde Michiel de Vries: ‘We zien commerciële ondernemingen relatief kleine zaken onderzoeken.’ De Vries vindt dat overheden zich veel vaker de vraag moeten stellen of de geconstateerde overtreding wel zo ernstig was, of de ambtenaar echt schuld draagt en of er wel serieuze schade is toegebracht.

‘Juist de overheid moet misbruik van bevoegdheden en willekeur bestrijden en begrippen als gelijkheid en rechtszekerheid waarborgen’

Gerrit de Wit, bestuurder van de Expertgroep Klokkenluiders die veel (oud)ambtenaren bijstaat, ziet dat er een ongelijk speelveld is ontstaan, waarbij overheidsorganen over ongelimiteerde middelen beschikken: ‘Dat zijn mechanismen die we nagenoeg altijd terugzien in klokkenluiderszaken, maar ook in (arbeids)conflicten met en bij de overheid. De extreem hoge kosten van een procedure staan absoluut niet in verhouding tot het conflict. Waarom staan overheden toe dat een advocatenbureau de confrontatie opzoekt in plaats van streeft naar een oplossing?’

De Wit vindt dat met name overheden de algemene beginselen van behoorlijk bestuur hoog in het vaandel horen te dragen: ‘Juist de overheid moet misbruik van bevoegdheden en willekeur bestrijden en begrippen als gelijkheid en rechtszekerheid waarborgen.’

Hij stelt dat de handelwijze van Capra in strijd is met de procesrichtlijnen van de Nationale Ombudsman, die onder andere voorschrijven dat overheden hun uiterste best horen te doen om tot een minnelijke schikking te komen. ‘Maar je ziet juist dat overheden soms blijven procederen en alles in de strijd gooien. Daarmee ontstaat de dringende behoefte aan bestuurlijke dan wel tuchtrechtelijke correctiemechanismen, want die mechanismen falen tot op heden ernstig. Waarom staat de overheid toe dat uit haar naam onjuistheden en leugens worden verkondigd?’

Voor dit artikel zijn alle betrokken advocaten van Capra, evenals Hoffmann, om wederhoor gevraagd; een deel van hun reacties en commentaar is in dit artikel verwerkt. Hun volledige antwoorden zijn hier te vinden.