De Fyra moest Nederland opstoten in de vaart der door snelle, efficiënte spoortrajecten verbonden volken. Het tegenovergestelde gebeurde. Treinen staan stil, een kaartje kopen is duur en ingewikkeld en wie nu naar Brussel wil pakt liever de auto. Dieptepunt: de Europese aanbesteding van HSL-Zuid waarover een trein van Italiaanse makelij zou gaan rijden: de Fyra. Dat liep anders. Het Fyra-debacle was een ‘accident waiting to happen’ en de Nederlandse overheid is zelf verantwoordelijk voor het fiasco. Dat blijkt uit De Ontsporing, het boek dat Marcel van Silfhout en Andries van den Berg hierover schreven en dat mogelijk werd gemaakt door financiering van vakbond FNV. Van Silfhout volgt de Parlementaire enquête Fyra (Fyra-enquête) over de geruchtmakende aanbesteding van die Italiaanse hogesnelheidstrein van dag tot dag.

24 artikelen

De Fyra-enquête. Dag #12: Arie Slob boos over uitschakeling controlerende rol parlement

Gastauteur Marcel van Silfhout, co-auteur van het boek ‘De Ontsporing’ over ‘het Fyra fiasco’, volgt de Fyra-enquête van dag tot dag. Hij noteert de verschillen en overeenkomsten met het boek én doet, met een nieuwsanalyse, verslag. Dag twaalf staat in het teken van de onthullingen van Arie Slob: 'HSL-Zuid en Fyra waren Chefsache.' Fyrageheimen kwamen niet verder dan het Torentje en bereikten nooit de Kamer.

Het is vandaag 8 juni – precies vijftien jaar na de dramatische Paarse kabinetsbeslissing om de vervoersconcessie voor de HSL-Zuid openbaar aan te besteden. ‘Misschien even een goed moment voor een minuut stilte’, grapte Arie Slob wrang en ironisch. De ChristenUnie-voorman, al veertien jaar actief in de Kamer, onderstreepte bedoeld of onbedoeld de basisconclusie van ons boek De Ontsporing (zie FTM, voorpublicatie Het Oranjebod). Op tafel lag een betaalbaar en kwalitatief goed voorstel van het zogeheten Oranjeconsortium – NS, KLM en Schiphol. Toch besloten Wim Kok en zijn tweede regering daar niet op in te gaan. De ministers Gerrit Zalm, Annemarie Jorritsma en Laurens Jan Brinkhorst verwierpen het Oranjevoorstel van collega Tineke Netelenbos. Ze wilden buitenlandse concurrenten uitnodigen voor de bieding teneinde een beter bod te krijgen op de toch al peperdure HSL-Zuid. Dat drijft de prijs tenminste lekker op, stelde Zalm vast. De afloop kennen we als ‘Het fiasco Fyra’. Was de Oranjeclub de HSL-Zuid destijds wel meteen gegund, dan had dat een hoop ellende bespaard. Sterker nog, dan had Nederland al medio 2006 meer moderne snelle treinen gehad, en betaalbaarder voor de reizigers. Eigenlijk is dat het echte drama: Nederland liep een betere spoortoekomst mis doordat het kabinet Kok II liever een neoliberaal aanbestedingsavontuur aanging.

Basisprobleem: de privatiseringsideologie

Slob gaf de enquêtecomissie college over waar volgens hem de oorsprong van alle ellende ligt: de basis. Terug dus naar de jaren negentig, terug naar het hoogtepunt van de hype alles te privatiseren, inclusief het spoor. Vele getuigen verkondigen voor de enquêtecommissie dezelfde boodschap – en toch heeft die tot nu toe geen sjoege gegeven, de aandacht voor het fenomeen ‘marktwerking’ is zo goed als nihil. De politieke ideologie lag aan de basis van het drama Fyra, maar het is alsof de commissie geen zin heeft de fundamentelere discussie aan te gaan. Zoals het er nu voorstaat, is marktwerking hooguit een onbeduidend zijspoor in het eindrapport. If so, een gemiste kans. De basisvraag en de reden voor de commissie speciaal Kamerlid Slob uit te nodigen voor de Fyra-enquête, is gebaseerd op twee feiten. Ten eerste is hij een van de langstzittende Kamerleden, met kennis van zaken. Hij is geruime tijd woordvoerder geweest op ‘het dossier’. Daarnaast was hij de tweede man in de commissie van Adri Duivesteijn die in 2004 een jaar lang onderzocht waarom juist veel grote projecten in Nederland derailleren, financieel en in tijd. Duivesteijns club haalde destijds al veel feiten boven water over de HSL-Zuid, handig dus Slob daarover nog eens te horen.

Dossier lag stilletjes te stinken

Zijn meest opmerkelijke en tegelijkertijd zorgwekkende analyse is hoe successievelijke regeringscoalities de Kamer uitrangeerden op het HSL- en Fyra-dossier. Dat begon al meteen in de jaren negentig toen de Kamer nauwelijks werd gekend en gehoord bij belangrijke beslissingen over de intussen elf (11) miljard euro verslindende HSL-Zuid.
De Kamer werd eenvoudigweg belangrijke informatie onthouden. Moedwillig
De Kamer werd eenvoudigweg belangrijke informatie onthouden. Moedwillig. Volgens Slob gebeurt dat wel vaker, juist bij de grotere politieke kwesties en zeker als zaken worden vastgespijkerd in het regeerakkoord, een vorm van ‘gestold wantrouwen’ in de woorden van de gerespecteerde en ervaren ChristenUnie-politicus. De HSL en de Fyra waren Chefsache, voorbehouden dus aan de hogere politiek waarbij niet zelden alleen coalitiegenoten en fractievoorzitters in het Torentje in het geheim werden bijgepraat. Het is de ultieme verklaring dat het hele hogesnelheidsdossier zo lang reukloos heeft kunnen blijven stinken onder de Haagse kaasstolp. Het zorgwekkende zit hem in het feit dat Slob toegeeft dat het blijkbaar mogelijk is de Kamer lange tijd in het ootje te nemen, en dat dan hooguit een parlementaire enquête die onwelriekende zaken nog naar boven kan halen.

Valse informatie Peijs en Netelenbos

Ontluisterend is dat, aldus Slob, bewindslieden als Netelenbos en Karla Peijs gerust hun valse informatie kunnen volhouden, in geval van Netelenbos zelfs toen ze allang geen minister meer was. Slob heeft altijd geweten dat de NS veel te hoog heeft geboden op de HSL-Zuid – de hele Kamer wist dat. Toch houdt Netelenbos tot en met en in deze parlementaire enquête vol dat het een prima bod was. Peijs op haar beurt presteerde het de Kamer informatie over het dreigende HSA-faillissement te onthouden, terwijl de verontruste prognoses al lang de hoogste ambtelijke en politieke niveaus hadden bereikt. Kortom: juist grote politieke issues kunnen lang dooretteren zonder dat de Kamer greep krijgt op de groeiende puist.
grote politieke issues kunnen lang dooretteren zonder dat de Kamer greep krijgt op de groeiende puist
Slob gaf de commissie aan dat ook hij De Ontsporing heeft gelezen. Het boek zal een ‘feest’ van herkenning voor hem zijn geweest, want anders dan de enquête heeft ons boek veel ruimte gemaakt voor een analyse naar ‘de oorsprong’ van het hele Fyra en HSL-probleem. Slob: ‘Sinds de verzelfstandiging is het misgegaan met de verstandhouding tussen de NS en de Staat.’

Geen rode vlag

Ook wat onlangs is gebeurd rond de Limburgse aanbesteding en het vertrek van de sjoemelende NS-topman Timo Huges heeft volgens de fractievoorzitter van de ChristenUnie alles te maken met die oorsprong. ‘We hebben de Nederlandse Spoorwegen met alle marktwerking in een hybride situatie gebracht.’ Het bedrijf is tegelijkertijd staatsbedrijf en concurrerende marktpartij. Dat levert een vrijwel onmogelijk te managen spagaat op. Slob: Daar zullen we over moeten nadenken, we zullen dit onder ogen moeten zien. Is dit wat we willen?’ Aan Slobs bijdrage ging een openbaar verhoor vooraf met NS-directeur Merel van Vroonhoven. Deel één, want ze mag donderdag terugkomen om te praten over de allerlaatste periode van de Fyra-flop, de maanden waarin haar NS onder haar leiding met een taskforce bezig was te kijken of de Italiaanse trein de rails weer op kon of niet. Van Vroonhovens bijdrage staat grotendeels al in De Ontsporing. Samengevat is haar stelling: ‘We wisten dat het zwaar en moeizaam zou worden met de Fyra.’ Maar ondanks het feit dat ‘maar liefst twaalf instanties toezagen’ op de bouw en technische staat van de trein, hees geen enkele partij echt een ‘rode vlag’. De commissie confronteerde haar met het gegeven dat die rode vlag wel min of meer aanwezig was in de vorm van verontrustende informatie over de Fyra op het bureau van ProRail. Die info heeft haar, gaf ze toe, nooit bereikt. Ook dat heeft te maken met de splitsing van de Nederlandse Spoorwegen – ze bleek ook geen weet te hebben van het feit dat NS-dochter NS Financial Services in Ierland de Fyra-treinen de facto al in bezit had genomen door ze af te nemen nog voordat de trein vergunningtechnisch was toegelaten op het HSL-spoor. Schokkend is dat de commissie nu meldt dat de afdekbodemplaat die van de Fyra was afgevallen – een veiligheidspunt en daarmee reden alle Fyra’s van het spoor te halen – pas twee dagen later op de Belgische HSL-rails is gevonden, terwijl in de tussentijd de hogesnelheidstreinen gewoon doorreden op dat traject. De afdekplaat was groot en zwaar genoeg om een Fyra te laten ontsporen – veel reizigers zijn dus in gevaar geweest, zonder het te weten. Van Vroonhoven had er geen antwoord op. Verantwoordelijk voor de Fyra of niet, ze weet niet waarom er nog twee dagen treinen hebben gereden. Pijnlijk. Lees alle updates op www.deontsporing.nl