
Kunnen we ons monetaire systeem op een eerlijker manier organiseren? Lees meer
Waarom is de creatie van geld in handen van – particuliere – banken? En moet dat altijd gepaard gaan met schuld? Ofwel: kunnen we ons monetaire systeem op een eerlijker manier organiseren?
Dat zijn vragen waar menig econoom zijn tanden op heeft stukgebeten. Toneelgroep De Verleiders zette een brede discussie in gang door op te roepen tot een burgerinitiatief. Met 120.000 handtekeningen moest de politiek wel reageren en nadenken over de aard en het wezen van ons geld en hoe het wordt gecreëerd. Dat leidde tot een opdracht voor de Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) om onderzoek naar geldschepping te doen.
Op Follow The Money begon het debat in 2015, toen auteur en voormalig bankenlobbyist Robin Fransman reen open brief aan het toneelgezelschap schreef, die werd beantwoord door Martijn Jeroen van der Linden, bestuurder van de stichting Ons Geld. Daarnaast gaven tientallen lezers in het discussieforum hun visie op wat misschien wel de grote vraag van het moment is: van wie is ons geld eigenlijk?
Niet burgers maar banken profiteren van de renteverhoging van de ECB
Aan een digitale euro die niet met banken concurreert, heeft niemand iets
Als we de economen van morgen niet anders opleiden, blijft de wereld op dezelfde voet doorgaan
Geld bepaalt alles, maar bijna niemand snapt het. Reis door onze kaart en ontdek hoe ons geldstelsel in elkaar zit
De ECB deelt miljarden uit aan private banken en stuurt onze overheid de rekening
De belastingbetaler mag nu ook de verliezen van De Nederlandsche Bank betalen
De ontrafeling van ons geldstelsel
Nederlandse regering presenteert voor het eerst een visie op de digitale euro
Wordt digitaal contant geld programmeerbaar, en gekoppeld aan je identiteit?
De strijd om het digitale geld is losgebarsten
© Micha Huigen
De strijd om het digitale geld is losgebarsten
President Biden besloot tot de ontwikkeling van een Amerikaanse digitale dollar. Ook de Europese Centrale Bank denkt serieus na over de uitgifte van een digitale euro. Het zijn echter niet de Europese burgers of hun volksvertegenwoordigers die belangrijke ontwerpkeuzes maken, maar technocraten en bankiers. Europese academici hebben stevige kritiek op deze opzet. ‘De toekomst van de digitale euro is een publiek goed.’
Is de Europese Centrale Bank (ECB) bereid te experimenteren met de uitgifte van een digitale vorm van contant geld, een central bank digital currency (CBDC)? In 2019 kreeg Follow the Money de kans die vraag te stellen aan Mario Draghi, nu de premier van Italië, en toen de president van Europa’s hoogste monetaire autoriteit. Het antwoord van Draghi was resoluut: ‘Nee. Wij overwegen geen experimenten op dit gebied.’ De reden: ‘Dat is riskant voor het monetaire beleid, de bancaire sector en de financiële stabiliteit.’
Drie jaar later doen 100 centrale banken, waaronder de ECB en de Amerikaanse Federal Reserve (Fed), uitgebreid onderzoek naar de ontwikkeling van digitaal centrale bankgeld. De ECB schrijft er positief over: ‘Een digitale euro zou een snel, gemakkelijk en veilig instrument zijn om dagelijks mee te betalen, [een instrument] dat de digitalisering van de Europese economie zou ondersteunen.’
Joe Biden, de Amerikaanse president, tekende op 9 maart een executive order voor de ‘verantwoordelijke ontwikkeling van digitale assets’. Ook de Bank of International Settlements (BIS), de bank van de zestig belangrijkste centrale banken van de wereld, is aan boord: ‘Eenvoudig gesteld is een central bank digital currency (CBDC) niets anders dan een digitaal bankbiljet. CBDC’s kunnen ervoor zorgen dat, terwijl economieën digitaliseren, het publiek toegang blijft houden tot de veiligste vorm van geld: een vordering op een centrale bank.’
Wat is er in de afgelopen drie jaar veranderd, waardoor Europese centrale bankiers plots zo positief zijn over een munt waar ze eerder niets van wilden weten?
Wat is centraal bankgeld?
Om die vraag te beantwoorden, moeten we terug naar de kredietcrisis van 2008. Toen werd pijnlijk duidelijk dat onze samenleving niet meer zonder commerciële banken kan functioneren: zo’n beetje het volledige digitale betalingsverkeer en 95 procent van de geldhoeveelheid is van hen afhankelijk.
Vanwege hun belangrijke publieke rol kunnen banken rekenen op alerlei vangnetten van de staat
Omdat we tegenwoordig voor bijna al onze transacties gebruik maken van het saldo op onze bankrekening – ook wel bankdeposito of giraal geld genoemd – konden overheden deze private bedrijven niet failliet laten gaan, wat in ons kapitalistische systeem normaal gesproken zou gebeuren. De commerciële banken bleken ‘systeembanken’ te zijn die koste wat kost gered moesten worden, anders zou de hele economie in een peilloze afgrond storten. Het gevolg: banken werden in 2008 overeind gehouden met miljarden belastinggeld.
Vanwege hun belangrijke (publieke) rol van digitale bankdeposito's in het betalingsverkeer kunnen banken ook rekenen op andere vangnetten van de staat. Het belangrijkste: een depositogarantie die banktegoeden van spaarders tot 100.000 euro garandeert. Dat depositogarantiestelsel is een impliciete subsidie voor commerciële banken, die in de hand werkt dat ze onverantwoorde risico’s nemen. De Parlementaire Enquête Financieel Stelsel (Commissie-De Wit) die na de kredietcrisis advies uitbracht om de publieke en private rol van banken beter te scheiden, noemde het afbouwen van deze depositogarantie expliciet als een belangrijk punt.
Deze adviezen werden niet opgevolgd. We zijn sindsdien alleen maar afhankelijker geworden van commerciële banken voor het betalingsverkeer. Dat komt omdat er geen publiek alternatief is voor bankdeposito’s. De verantwoordelijke overheidsinstantie, in ons geval de Europese Centrale Bank, heeft het publieke geld nooit aangepast aan het digitale tijdperk. Het enige geld dat de centrale bank uitgeeft voor algemeen gebruik, bestaat uitsluitend in de fysieke wereld: de munten en biljetten in je portemonnee.
Omdat het betalingsverkeer inmiddels grotendeels is gedigitaliseerd, vormt contant geld tegenwoordig minder dan 5 procent van de totale geldhoeveelheid. Dat was na de Tweede Wereldoorlog nog de helft en in 1975 zo’n 30 procent van het totaal. De dominantie van giraal bankgeld is dus gestaag gegroeid. Dat is geen toeval, maar een logisch gevolg van de gebrekkige digitale publieke voorzieningen op monetair gebied.
Disciplinerend effect op bestaande banken
Omdat de adviezen van de Commissie-De Wit niet werden opgevolgd en in een Haagse bureaula waren beland, startte een gemêleerde groep van academici, activisten en acteurs in 2015 een burgerinitiatief met de naam Ons Geld om dit thema opnieuw op de politieke agenda te zetten.
Het onderwerp bleek bij veel mensen te leven, en in andere landen werden vergelijkbare initiatieven gestart. Ons Geld dwong met 120 duizend handtekeningen een Kamerdebat af, wat leidde tot de onderzoeksopdracht voor de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). Die WRR kwam in 2019 met de aanbeveling te experimenteren met ‘digitale vormen van contant geld’ om zo een ‘daadwerkelijk alternatief’ voor commerciële banken te creëren.
Digitaal contant geld zou ons minder afhankelijk maken van banken voor het betaalverkeer. Bij een nieuwe crisis zou de banken met belastinggeld redden daardoor minder vanzelfsprekend zijn. Bovendien verwachtte de WRR een disciplinerend effect op bestaande banken, plus macro-economische voordelen: ‘Het [een veilig alternatief] zal banken dwingen zich verantwoorder te financieren, met meer eigen vermogen (kapitaal) en vreemd vermogen met een lange looptijd. De creatie van geld en schuld door commerciële banken wordt op die manier ook beter begrensd.’
De dreiging van Facebook
Draghi was in 2019 niet geïnteresseerd in de argumenten van de WRR en draaide hun redenering om: een veilige haven zou ‘een bedreiging voor de bancaire sector en financiële stabiliteit’ zijn. Inhoudelijk was het argument van Draghi zwak. De WRR had deze kritiek al ondervangen in zijn rapport: ‘Dat het financieel systeem instabiel kan worden door het creëren van een veilige haven zegt meer over het huidige systeem dan over het alternatief als zodanig. Het is eerder een indicatie van de weeffouten in het huidige systeem.’
Fundamentele hervormingen hebben de centrale banken nooit serieus hoeven te overwegen, omdat politieke druk ontbrak
Draghi en andere centrale bankiers wierpen zich voor 2020 vooral op als beschermers van het huidige bancaire stelsel: ergo, van de status quo. Dat burgers en wetenschappers voorstelden om iedereen toegang te geven tot digitaal contant geld veegden ze simpelweg van tafel, zonder er veel woorden aan vuil te maken. Ze waren ervan overtuigd dat strengere regelgeving, meer marktconcentratie (grotere banken) en de uitbreiding van vangnetten het bancaire systeem al voldoende hadden verbeterd ten opzichte van de situatie voor 2008.
Fundamentele hervormingen of nieuwe systeemontwerpen – zoals het opknippen van grote systeembanken, zaken- en nutsfuncties scheiden, alternatieve digitale geldvormen ontwikkelen en de hervorming van het geldscheppingsproces – hebben ze bovendien nooit serieus hoeven te overwegen, omdat politieke druk ontbrak.
Maar in 2019 ontstond er plots een dreiging vanuit een heel andere hoek. Een consortium van tech- en betaalbedrijven, waaronder Uber, Spotify, Mastercard en Visa onder leiding van Facebook, kondigde een eigen digitale munt aan: de Libra, later omgedoopt tot Diem. Achteraf blijkt het plan voor de Libra een game changer te zijn geweest. Dit consortium was bedreigend voor de bancaire sector: het beschikte over een van de grootste zakelijke en gebruikersnetwerken ter wereld – een essentiële voorwaarde om een nieuwe munt tot een succes te maken.
Libra zou de macht over het geldstelsel plotsklaps kunnen overnemen van commerciële banken
Voor geld zijn netwerkeffecten van groot belang. Hoe meer mensen een munt gebruiken, des te aantrekkelijker het is om die munt te accepteren. Dat zat wel snor bij dit consortium. Miljarden mensen gebruiken het netwerk van Facebook, Spotify en Ebay of de betaaldiensten van Visa of Mastercard.
Met de Libra zouden miljarden mensen elkaar plots tegen lage kosten en met hoge transactiesnelheid kunnen betalen, buiten het bancaire systeem om. Het consortium had naast een groot bestaand netwerk ook voldoende kapitaal en gekwalificeerde ontwikkelaars tot zijn beschikking om daadwerkelijk een state-of-the-art digitaal geldstelsel te bouwen. Een serieuze bedreiging dus.
Het consortium achter Libra (Diem) kreeg meteen de wind van voren en werd tegengewerkt door de autoriteiten aan beide kanten van de Atlantische Oceaan. Amerikaanse en Europese overheden en toezichthouders zagen dit private initiatief als muiterij, een bedreiging voor hun soevereiniteit. Libra zou de macht over het geldstelsel plotsklaps kunnen overnemen van commerciële banken en daarmee ook de toezichthouders, de centrale banken, buiten spel zetten. Dat mocht niet gebeuren.
Afgelopen januari besloot het Facebook-consortium het project te staken, nadat het Amerikaanse treasury department en de Fed geen toestemming gaven voor een pilot. De betrokken partijen hadden de defensieve reactie vanuit de overheid – en met name het Amerikaanse parlement – onderschat. Senatoren dreigden bijvoorbeeld met strenger toezicht op de andere bedrijfsactiviteiten van Visa, Mastercard en Stripe, waardoor die partijen afhaakten. Ondanks deze mislukking sorteerde het plan effect. De Europese en Amerikaanse centrale banken zijn wreed wakker geschud.
De Chinese wereldmunt
Een tweede game changer was het tempo waarmee de Chinese overheid werkt aan de implementatie van een CBDC. Al in 2014 begon de Chinese centrale bank aan het project Digital Currency Electronic Payment (DCEP). De Chinezen willen een nieuwe globale standaard neerzetten voor internationale betalingen, en via de digitale munt de internationale positie van de renminbi versterken. De digitale renminbi zou met een succesvolle en gebruiksvriendelijke implementatie zelfs de status van de dollar als belangrijkste wereldmunt kunnen bedreigen.
Tijdens de Olympische Spelen eerder dit jaar konden bezoekers ook betalen met digitale renminbi's via een app op hun telefoon
De Chinezen liggen inmiddels flink voor. Ze zijn de (theoretische) onderzoeksfase lang en breed voorbij en voeren grootschalige pilots met een CBDC uit. Grote betaaldienstaanbieders als Alipay en WeChat zijn bezig de digitale renminbi te integreren in hun betaalapplicaties, die dagelijks door honderden miljoenen Chinezen worden gebruikt. Tijdens de Olympische Spelen eerder dit jaar konden bezoekers, behalve met hun creditcard, ook betalen met digitale renminbi's via een app op hun telefoon.
Ook andere landen hebben er vaart achter gezet. Nigeria, de Bahama’s en de Eastern Caribbean Currency Union, een groep eilanden die vaak als belastingparadijs worden aangemerkt, hebben al een CBDC gelanceerd. Ze willen hiermee transactiekosten verlagen en financiële inclusie vergroten: meer mensen en bedrijven toegang geven tot het formele digitale geldsysteem.
President Muhammadu Buhari van Nigeria heeft grootse verwachtingen van de eNaira: ‘De toepassing van deze CBDC en haar onderliggende techniek, blockchain geheten, kan Nigeria’s bruto nationaal product de komende tien jaar met 29 miljard dollar doen toenemen.’

Cryptomunten
Ook de groei van de cryptowereld heeft centrale banken sterk beïnvloed. In 2009, vlak na de kredietcrisis, lanceerde de geheimzinnige Satoshi Nakamoto (nog altijd weet niemand wie hij is), de eerste cryptomunt: bitcoin. Bitcoin was vernieuwend omdat het een nieuwe technologie introduceerde: een open source digitaal systeem voor transacties, dat geen centrale partij nodig had om de veiligheid te waarborgen. Je kunt elkaar betalen zonder tussenkomst van een externe partij, net zoals met contant geld, maar dan digitaal.
Aanvankelijk werd bitcoin genegeerd door bankiers, economen en politici. Ze deden het af als iets voor computernerds, gokkers en criminelen, en dachten dat het wel zou overwaaien. Die tijd is voorbij. Bitcoin – en andere cryptomunten die naar diens evenbeeld werden geschapen – zijn inmiddels uitgegroeid tot een industrie op zichzelf.
De totale markt van deze munten wordt op de cryptobeurzen gewaardeerd op 1700 miljard dollar, waarvan bitcoin meer dan 40 procent voor zijn rekening neemt. Er zijn tal van bedrijven omheen ontstaan die zich specialiseren in de ontwikkeling van de protocollen, het instandhouden van de netwerken en het aanbieden van wissel- en handelsdiensten.
In El Salvador kreeg bitcoin op 7 september 2021 de status van wettig betaalmiddel. Het Midden-Amerikaanse land werd daarmee de eerste natie ter wereld waar je belasting kunt betalen met de cryptomunt. Elke winkel, restaurant of kapperszaak die daar technisch toe in staat is, is verplicht bitcoin als betaalmiddel te accepteren. Bitcoin concurreert daarmee met de Amerikaanse dollar, sinds 2001 de officiële munteenheid van El Salvador.
Politiek en toezichthouders kunnen niet meer om de cryptomunten heen. De Financial Stability Board (FSB), voorgezeten door DNB-president Klaas Knot, schreef op 16 februari 2022 dat ‘de markten voor cryptobezittingen zich snel ontwikkelen en een punt kunnen bereiken waarop ze de mondiale financiële stabiliteit bedreigen als gevolg van hun omvang, hun structurele kwetsbaarheden en hun toenemende verwevenheid met het traditionele financiële systeem’.
De FSB waarschuwt in het bijzonder voor zogeheten stablecoins: digitale munten die altijd 1 dollar waard zijn en altijd in bankdeposito's kunnen worden omgewisseld. Stablecoins lijken in essentie erg op de CBDC’s die centrale banken nu onderzoeken, maar worden, net als de Libra, uitgegeven door een private partij. Dat is niet zonder risico’s.
Zo gaat achter Tether, met 80 miljard dollar in omloop de grootste stablecoin, een dubieuze partij schuil. In 2021 kreeg Tether een boete van 41 miljoen dollar opgelegd door de Amerikaanse financieel toezichthouder (CFTC) vanwege valse claims dat hun munt een-op-een werd gedekt met dollars op een bankrekening.
De FSB schrijft over de kansen en risico’s van de munten: ‘Stablecoins hebben de potentie om betalingen efficiënter te maken en financiële inclusie te bevorderen. Maar een breed overgenomen stablecoin met een potentieel bereik in uiteenlopende jurisdicties (een zogeheten ‘mondiale stablecoin’), kan van systemisch belang worden binnen – en tussen – een of meerdere jurisdicties, waaronder ook als betaalmethode.’
De reactie van de Amerikaanse en Europese centrale bank
De initiatieven van grote bedrijven, crypto-aanbieders en het machtige China noopten de ECB en de Federal Reserve in actie te komen. Ze beseften dat het publieke geld – munten en biljetten – moet worden geupdate naar het digitale tijdperk. Als zij niet zelf een veilig digitaal alternatief voor banktegoeden introduceren, doen anderen het.
De ECB startte in juli 2021 een onderzoeksproject - duur: twee jaar – naar de mogelijke invoering van een digitale euro. De Fed, publiceerde in januari 2022 een rapport over de risico’s en voordelen van een CBDC. Daarin schrijft de Fed dat een digitale dollar de betalingen tussen landen kan vereenvoudigen, wat wezenlijk is om Amerika’s dominante positie in het wereldhandelsverkeer niet aan China te verliezen.
De reden om een CBDC in te voeren is dus nauw verbonden met een strijd tussen economische wereldmachten
Het rapport werd op 9 maart opgevolgd met een executive order om de invoering van een CBDC voor te bereiden. Een digitale dollar kan dan worden gelanceerd indien ‘uitgifte daarvan in het nationale belang lijkt te zijn’ en die ‘het Amerikaanse leiderschap in het mondiale financiële systeem versterkt’.
De reden om een CBDC in te voeren is dus nauw verbonden met een strijd tussen economische wereldmachten over welke valuta in het internationale handelsverkeer wordt gebruikt. China ziet kansen om terrein te winnen, de VS en Europa willen vooral hun positie behouden.
Van meerdere alternatieven naar CBDC als oplossing
Dat is een volstrekt andere ambitie dan het belangrijkste doel dat de WRR definieerde voor de introductie van een ‘digitale vorm van contant geld’ voor het grote publiek: het disciplineren van banken, het bevorderen van marktwerking en het beter scheiden van publieke en private taken van banken.
De WRR adviseerde in 2019 overigens niet per se een CBDC te ontwikkelen, maar gebruikte de term ‘een veilig alternatief’. Dat zou een CBDC kunnen zijn, maar de WRR opperde ook de oprichting van een ‘betaalbank die alleen centralebankreserves aanhoudt’. Oftewel: een veilige bank die alleen spaargeld aanneemt en geen leningen verstrekt, ook wel depositobank genoemd, een ‘bewaarbank’.
In Nederland had zo’n depositobank al lang en breed kunnen bestaan. De Tweede Kamer steunde in 2016 unaniem de oprichting ervan
Zo’n depositobank zou het spaargeld van klanten een-op-een stallen bij de ECB en burgers zo direct toegang geven tot een veilige digitale haven. Een depositobank kan zowel door private partijen als de overheid worden opgericht en is waarschijnlijk veel sneller te realiseren, omdat die minder technisch onderzoek vereist dan de implementatie van een CBDC.
In Nederland had zo’n depositobank al lang en breed kunnen bestaan. De Tweede Kamer steunde in 2016 unaniem de oprichting ervan, ondernemers hadden de plannen klaarliggen, en toenmalig minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem kreeg opdracht te helpen bij het realiseren van zo’n bank. Maar in plaats van de obstakels weg te nemen, wierpen Dijsselbloem en De Nederlandsche Bank (DNB) allerlei juridische bezwaren op die de oprichting dwarsboomden. Uiteindelijk wierpen de initiatiefnemers in 2019 de handdoek in de ring.
Kamerlid Mahir Alkaya (SP) opperde vervolgens om een nationale betaal- en spaarbank (een publieke depositobank) op te richten. Zijn initiatiefnota van december 2018 werd anderhalf jaar later, zonder goede inhoudelijke argumentatie, ternauwernood weggestemd: 71 voor en 79 tegen. Alle coalitiepartijen stemden tegen; zij wilden wachten op de plannen van de ECB en DNB om een CBDC te ontwikkelen.
Sindsdien wordt nog maar één optie voor een veilig alternatief voor bankdeposito’s serieus onderzocht: een CBDC.
Technocratische kwestie of publiek goed
Oorspronkelijk waren het academici, burgers en ondernemers die het debat begonnen over de digitale toekomst van het geldstelsel. Maar sinds alle andere initiatieven dan een CBDC in de kiem zijn gesmoord, resteert nu een gesprek tussen vooral centrale bankiers en de financiële sector. De ECB zette een Digital Euro Market Advisory Group op waarin geen burgers en academici, maar dertig experts uit de bancaire en financiële sector zitting hebben. Hiermee is het debat verschoven naar achterkamers en lijken ook de doelstellingen van een publieke digitale munt te veranderen.
Centraalbankiers zijn geneigd het maatschappelijke belang om banken te disciplineren naar de achtergrond te verschuiven, en te focussen op het efficiënter maken van betalingen. Sterker nog: ze willen een CBDC die de rol van banken niet in gevaar brengt of fundamenteel verandert. Zij zien een CBDC vooral als iets technisch, los van maatschappelijke vraagstukken, en willen een CBDC op een technocratische, top-down manier implementeren.
Mahir Alkaya, die na het afschieten van zijn initiatief samen met Aukje de Vries (VVD) namens de Tweede Kamer werd aangesteld als rapporteur digitaal centrale bankgeld, stelt echter dat dit vraagstuk vooral een politiek onderwerp is. De rapporteurs schreven in februari 2021: ‘Wij zijn van mening dat dit niet alleen een technocratische discussie moet zijn maar juist de uitkomst van een politiek debat. Het gaat namelijk over fundamentele keuzes met potentieel verstrekkende gevolgen. Dat geldt zowel voor de doelstelling van digitaal centrale bankgeld als de mogelijkheden en risico’s ervan.’

De rapporteurs hebben gelijk. De implementatie van een CDBC betreft tenslotte de marktordening binnen de financiële wereld: hoe je die aanpakt, bepaalt welke partijen toegang hebben tot de centrale bank en wie er verantwoordelijk zijn voor de creatie van geld. Nu hebben alleen banken toegang tot een digitale rekening bij de centrale bank, maar in de toekomst zouden ook fintech-bedrijven of burgers toegang kunnen krijgen.
Is het dan nog nodig dat de overheid bankdeposito’s garandeert? Mogen andere bedrijven dan banken ook geld scheppen, of willen we dat voortaan voorbehouden aan de centrale bank? Bovendien opent een digitale euro nieuwe deuren voor monetair beleid: denk aan het zogenoemde helikoptergeld, waarbij elke burger direct geld op zijn rekening krijgt gestort om de economie te stimuleren. Dat wordt met een CBDC technisch een stuk eenvoudiger, en kan een alternatief zijn voor het huidige stimuleringsbeleid dat altijd via overheden, banken of grote bedrijven loopt.
Dit zijn geen louter technische kwesties, maar juist complexe politieke vraagstukken, waarin allerlei tegengestelde belangen zorgvuldig moeten worden afgewogen.
De implementatie van een CDBC betreft tenslotte de marktordening binnen de financiële wereld
De ontwerpkeuzes betreffen ook de programmeerbaarheid van de munt – iets wat bij fysiek contant geld niet mogelijk is. Een CBDC biedt mogelijkheden om transacties te monitoren of op voorhand beperkingen te stellen aan de bestemming van het geld. Daarbij kunnen grondrechten als vrijheid van economisch verkeer en privacy in het geding komen.
Een onderzoek van Duitse en Zwitserse economen liet zien dat het mogelijk is om privacy ook bij digitale betalingen te beschermen, maar dat hangt wel af van de ontwerpkeuzes. Daarmee kunnen ook heel andere doelen worden nagestreefd. De Chinese overheid gebruikt de digitale renminbi bijvoorbeeld om haar macht over de bevolking te vergroten, door transacties te monitoren. Mahir Alkaya bracht deze maand een boek uit, getiteld ‘Van wie wordt ons geld waarin hij Europa waarschuwt om niet de Chinese route te bewandelen.
Dat de ontwikkeling van een Europese CBDC nu in achterkamertjes wordt bekonkeld, levert flink wat democratische bezwaren op. Op 14 februari 2022 riepen 120 Europese wetenschappers en organisaties uit het maatschappelijk middenveld de ECB op om burgers te betrekken in de ontwikkeling van de digitale euro: ‘In de publieke consultatie die de ECB heeft georganiseerd en in januari 2021 afsloot, zijn Europese burgers amper gehoord. Daarvoor is geen goede rechtvaardiging. Wat er democratisch gezien op het spel staat, vergt meer dan een slecht verspreide vragenlijst.’
Ze benadrukken dat de doelstellingen van de CBDC verbreed moeten worden: ‘Die moet ook het oogmerk van de digitale euro betreffen, en niet worden gereduceerd tot een formaliteit waarbij het Europees Parlement simpelweg de beslissingen overneemt die elders al zijn genomen. De toekomstige digitale euro moet als een publiek goed worden behandeld.’
Martijn van der Linden is ondertekenaar van de hierboven genoemde oproep van 120 wetenschappers en was in 2015 mede-initiatiefnemer van het burgerinitiatief Ons Geld.
24 Bijdragen
Nico Stam
https://www.kmu.gov.ua/en/news/minekonomiki-za-tizhden-ukrayinci-vitratili-ponad-88-mln-grn-na-liki-za-programoyu-yepidtrimka
Nu kunnen mensen ook extra ondersteuning (± €200) aanvragen voor de geleden schade door de oorlog:
https://www.kmu.gov.ua/en/news/mihajlo-fedorov-6500-grn-mozhut-otrimati-ukrayinci-v-mezhah-yepidtrimki-uzhe-vidsogodni
Mocht je je willen verdiepen hier een overzicht van alle officiële publicaties vanuit de overheid als het gaat om dit instrument:
https://www.kmu.gov.ua/en/searchresult?key=ePidtrymka
Thomas Bollen 7
Nico StamMario Roegiest
Nico StamVincent Busch 3
Mario RoegiestGerard van Dijk 6
Fijn dat je weer terug bent. Jouw financiële expertise heb ik lange tijd gemist. Je hebt een goed stuk geschreven waarvoor dank.
Als aanvulling op je geschreven stuk heb ik van Arno Wellens begrepen dat met de CBDC de ECB in iedere geval hogere negatieve rente wil gaan rekenen op je spaargeld. Impliciet worden daar percentages van 5-10% genoemd. Dit, zo geeft Arno aan, heeft de ECB zelf op hun eigen website staan. Met de CBDC is het de bedoeling dat die heel aantrekkelijk word. Maar eenmaal erin kan je er niet meer uit. Daarmee verlies je als burger je financiële soevereiniteit en dat raakt direct ook de democratische waarden. Waar het systeem nu op vast loopt is dat de centrale banken hun gereedschap kist leeg is. De rente is al enorm laag. Gaan ze nog lager dan halen mensen hun geld van de bank. Met de CBDC is dat niet meer mogelijk. Ook kan je daar geen bitcoin meer van kopen. Er komen sowieso beperkingen waar je jouw CBDC aan kan uitgeven.
In je stuk had je staan dat de ECB een soort van overheidsinstelling is. Dat is niet het geval. Het is een private instelling een consortium waar banken en multinationals aan gelieerd zijn waaronder Goldman Sachs, de Rabobank en ook de Roth Childs het centrale beleid in bepalen althans wanneer we het over de centrale bank der centrale banken hebben, de BIS in Zwitserland.
De waarschijnlijkheid is vrij zeker dat burgers met de CBDC hun financiële soevereiniteit zullen verliezen. Hoe kwetsbaar we daarin zijn heeft Canada al bewezen door de banktegoeden van demonstrerende truckers te bevriezen. Overigens dit geldt niet alleen voor de dollars maar ook de bitcoins die bij Exchanges staan geparkeerd.
Thomas Bollen 7
Gerard van DijkPieter Jongejan 7
Thomas BollenGuus Hendriksze 1
Thomas BollenEchter de Raad van Commissarissen wordt door cooptatie benoemd.
Dat zijn mensen uit het maatschappelijk middenveld en het bedrijfs leven.
Dit is verankerd in de grondwet. Zie Koning Willen 1
Deze RvC bemoeit zich echter wel degelijk met het beleid van DNB.
Tot hij koning werk was W. A. ook lid van de RVC,daarna werd het een belangen conflict.
Mijn leeftijd is gevorderd, dus ik weet nog "de 200 van Mertens" , dat is dus nog steeds zo.
Guus
Co Stuifbergen 5
Anders kunnen transacties vervalsd worden.
Het is veel werk, maar hier is misschien een risico als een munt minder populair wordt.
Erik Jonker
Thomas Bollen 7
Erik JonkerYiri T. Kohl 2
Een imho vrij verhelderende outline van de technologische kant: https://moxie.org/2022/01/07/web3-first-impressions.html
"These client APIs are not using anything to verify blockchain state or the authenticity of responses. The results aren’t even signed. [...] So much work, energy, and time has gone into creating a trustless distributed consensus mechanism, but virtually all clients that wish to access it do so by simply trusting the outputs from these two companies without any further verification. [...] All write traffic is obviously already public on the blockchain, but these companies also have visibility into almost all read requests from almost all users in almost all dApps."
Dus:
"The people at the end of the line who are flipping NFTs do not fundamentally care about distributed trust models or payment mechanics, but they care about where the money is. So the money draws people into OpenSea, they improve the experience by building a platform that iterates on the underlying web3 protocols in web2 space, they eventually offer the ability to “mint” NFTs through OpenSea itself instead of through your own smart contract, and eventually this all opens the door for Coinbase to offer access to the validated NFT market with their own platform via your debit card. That opens the door to Coinbase managing the tokens themselves through dark pools that Coinbase holds, which helpfully eliminates the transaction fees and makes it possible to avoid having to interact with smart contracts at all."
Bert Bouma 1
Bijzonder hoe veel andere publicaties al tijden schrijven over 'digitaal geld', maar nooit de moeite nemen om uit te leggen waar het precies om gaat.
Gelukkig weet ik het nu wel!
Guus Hendriksze 1
Bert BoumaDat is de waarde van uw werk, uitgedrukt in euro's. Als U uw salaris krijgt, pikt de bank dat gelijk in.
En U krijgt daar een waardebon voor terug in de vorm van een pinpas.
De bank heeft dus een schuld aan U, of anders gezegd, U heeft geld tegoed van uw bank.
We hebben dus al Digital Currency, alleen is dit gegarandeerd door uw bank met DGS op de achtergrond.
Bij Central Bank Digital Currency neemt de Centrale Bank die functie over inclusief de garantie door
die centrale bank. De commerciele banken raken hier de nuts functie dus kwijt.
De commerciele banken krijgen hierdoor een probleem. Om dat zij de nuts functie beheerde en mbv fractioneel bankieren konden zij gratis geld creeren. Dat moest wel met echt werk vanuit de reeele economie worden terug betaald. Als de nuts functie bij de commerciele banken weg valt komt ook de krediet functie in het gedrang.
Het is dus van groot belang hoe de invulling van CBDC gaat plaats vinden.
De commerciele banken zullen erg alles aan doen om hier een dikke vinger in de pap te houden.
Bitcoin zal het niet worden in het dagelijks betalings verkeer. Er zit geen echte waarde onder waardoor grote
fluktuaties. Tevens heeft het veel computer kracht en bijbehorend energie gebruik nodig.
Guus
Pieter Jongejan 7
Nu kampt de wereldeconomie opnieuw met stagflatie maar lijken politici en centrale bankiers niet te kiezen voor het bestrijden van inflatie, maar voor het bevorderen van inflatie via CBDC. Hoe verklaren de twee auteurs deze totale beleidsomslag? Denken zij wellicht dat een hogere inflatie via helicoptergeld (CBDC) en monetaire financiering positief gaat uitwerken op de economische groei? Of denken zij dar het bij de machthebbers primair om het behoud van hun machtspositie gaat en dat het op slinkse wijze (via CBDC) wegroven van de besparingen en pensioenen van de Europese bevolking daarvoior noodzakelijkm is?
fouad Delezer
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
fouad DelezerDe ECB wordt geleid door een Franse juriste die durft te beweren dat de hogere inflatie van tijdelijke aard is. De Amerikaanse rente stijgt (en hun beurskoersen ook), terwijl de rente in de eurozone omlaag gaat. De Frane leiding van de ECB stuurt maw aan op een steeds zwakkere euro. Klaar ben je met je europensioen. En FTM zwijgt als het graf. Het lijkt hier Rusland wel. Censuur alom.
Roland Horvath 7
Pieter JongejanJeroen van der Smissen 3
Pieter Jongejan[Verwijderd]
Alien Ten Kleij
Jeroen van der Smissen 3
Alien Ten KleijRoland Horvath 7
Om de handel te kunnen betalen in iedere eurozone staat, wanneer de euro's weggelekt zijn naar de overschot landen als DE en NL, moet er een 2e eigen nationale munt zijn in iedere euro staat. Te vergelijken met de 2e munt in Zwitserland, de WIR. Die er is naast de CH Franc sedert 1934.
Nu wordt er in de tekort staten aan ruilhandel gedaan.
Die tweede munt kan en moet ook nu ingevoerd worden. Er gaat in de EU namelijk geen geld van overschot staten naar tekort staten door de inkomstenbelasting, waarbij de burgers in de overschot staten meer belasting betalen dat de burgers in de tekort staten. Er zijn in de EU uitsluitend inkomsten belastingen op het niveau van de staten, niet van de Unie. Dat is het zoveelste bewijs dat een confederatie zoals de EU, waar in de Raad, het belangrijkste wetgevende orgaan, een verbale oorlog gevoerd wordt tussen de staten. De sterkste wint.
De EU is aan het uiteenvallen, wat confederaties doen tenzij ze verder evolueren naar een federatie met een centraal gezag dat verantwoordelijk is voor de problemen op het niveau van de unie. En uitsluitend daarvoor. Dat zal ook nooit veranderen omdat de EU de knecht moet blijven van de GMO en van de VS. Wat we nu zien bij de oorlog in UA. De EU is nu een hulpje van de NAVO.
GB is er uit. PL en HU zijn ontevreden. En als Le Pen president wordt in FR dan gaat FR er ook uit?
Roland Horvath 7
- De initiatieven in NL om een collectieve spaarbank te creëren waren toch beter. De ECB is overheid maar niet echt betrouwbaar, o.a. is haar opdracht prijsstabiliteit. In plaats daarvan tracht de ECB een inflatie van zo'n 2% te creëren met geld creatie, zo'n 12.000 miljard euro.
En in -totale- tegenstelling daarmee mogen de nationale overheden niet te veel schulden hebben en de begrotingen moeten sluiten op enkele procenten na, om de waarde van de € te stabiliseren. De bestedingen van de consumenten en van de ondernemingen moeten niet beperkt worden. Die politiek is bedrog.
De ECB moet de staten met rust laten en de problemen van Unie oplossen. Wat dat betreft: Het geld van de geldcreatie is gegaan naar staten maar ook naar banken en dan in de zakken van de aandeelhouders verdwenen. Was dat geld gegeven aan alle ingezetenen van de EU, een even groot bedrag in euro aan iedereen, ook aan die buiten de eurozone, dan had dat de koopkracht verhoogd, een verhoging van de productie gecreëerd, de staten met geldproblemen op weg geholpen, de prijsverschillen in de EU deels geëgaliseerd en de waarde van de euro op peil gehouden.
- De krediet functie van de private banken moet ook verminderd. Geld is van iedereen. Daarom is het voor de hand liggend dat krediet verleend wordt door de ECB. Met een redelijke interest van 2 à 3 procent. De ECB hoeft zich er niets aan te trekken als een krediet niet terug betaald kan worden. Want de ECB gaat niet failliet. Ze moet wel zien dat het krediet gaat naar hen het het meeste nodig hebben en naar hen die het dringend nodig hebben om een investering te kunnen uitwerken. De maatschappij heeft maar een beperkte hoeveelheid middelen.