
FTM-columnist Jacob Gelt Dekker vindt dat de goddelijke status van de medische stand terecht wankelt. Dankzij dokter Google is de rol van de huisarts als poortwachter naar specialistische zorg overbodig geworden. Dat is beter, efficiënter en goedkoper.
-"Uw naam is vast niet Jan!" riep een hypernerveuze moeder van een ziek kind tegen de taxichauffer, die haar over stoepen en gaten peilsnel naar de Eerste Hulp had gebracht.
-"Nee," antwoordde de man met een zwaar accent,"maar u weet vast wel wat het wel is. Mohammed natuurlijk!"
-"Ik erger me altijd dood aan scheurende Marrokaanse taxichauffeurs," giegelde mama nerveus, "maar nu ben ik u diep dankbaar en ga een Sinterklaasgeschenk voor u kopen."
Eenmaal binnenin het ziekenhuis liep het minder snel.
-"Wie is de huisarts van het kind?" vroeg de balibediende nadat de moeder streng was teruggewezen in de rij. Ze moest eerst een nummertje trekken en op haar beurt wachten met haar in noodverkerende kind.
-"Maar het kind is pas zes maanden oud en heeft nog geen huisarts," antwoordde de onthutste vrouw. De dossier dame hief haar vinger waarschuwend op en sprak streng zonder zich ook maar iets aan te trekken van de paniekerige moeder en het lijdende kindje, dat het op een brullen had gezet.
- "U dient eerst voor een huisartsenverwijsbrief te zorgen en dan mag u terugkomen. U kunt niet zomaar een specialistisch kinderziekenhuis binnenstromen, mevrouw, zonder een verwijzing van uw huisarts."
Toen werd het de moeder te veel en ze barstte uit in een hysterische huil- en schreeuwbui, waardoor de balibufferdame eindelijk door de knieën ging en overlegde met de dienstdoende arts of het wellicht voor een spoedeisend geval zou kunnen doorgaan.
Monopolie
De afgelopen vijftig jaar ontstonden steeds meer medische specialismen en en ging de holistische behandeling van de patiënt bijna verloren. Een patiënt moest in stukje behandeld worden. Onbeperkt toegang voor de patiënt tot de medische specialist was onbespreekbaar. De patiënt diende van alle medische kennis uitgesloten te blijven voor zijn eigen bestwil en gemoedsrust. Latijnse terminologie voor gebruik van artsen onderling en tegenover de patiënt moest de toegangsdrempel nog verder verhogen. Jip- en Janneketaal rechtstreeks van de peuterspeelzaal werd de enige communicatie tussen de hoog- en zeergeleerde heren en hun lijdende onderworpen patiënten, als die al op uitleg aandrongen.
De goddelijke status van hen die gemachtig werden om te oordelen over leven en dood van de zieke werd zo groot, dat er nog een gespecialiseerde geneesheer als eerste station tussen geplaatst moest worden. Een poortwachter die niet alleen de toegang tot de medische goden moest bewaken, maar ook de patiënt voor zichzelf moest behoeden, immers ervaringskennis zou voeding geven aan inbeelding. Toegang tot de medische specalist, werd alleen mogelijk wanneer de huisarts de sterfelijke patiënt begeleidde zoals in de Egyptische mythologie de jakhals Anubis de dode begeleidde tot voor de troon van Osiris, de god van de onderwereld.
In de 17-18 en 19de eeuw hadden lijkenpikkers zoals onder andere, Boerhaave, Swammerdam, Pernkopf en Grey inhoud gegeven aan de moderne anatomie en legden de basis voor de geneeskunde met wetenschappelijke onderzoeksspecialismen. De nieuwe medische wetenschap had geluk dat Maria Theresia (1717-1780), keizerin van Oostenrijk samen met Graaf Friedrich Wilhelm von Haugwitz de bureaucratie moderniseerde en als bestuursmiddel weer populair maakte. Complexe, ogenschijnlijk onoplosbare problemen werden opgedeeld in vele kleine afdelingen die ieder makkelijk te besturen waren.
Medische bureaucratie
Het duurde niet lang voordat ook het menselijk lichaam werd opgedeeld in bijna autonome bureaucratische departementen, die bij afwijking behandeld werden door specifieke orden van medische specialisten en superspecialisten. Rusland, China en Japan huiverden nog vele eeuwen voor de nieuwe wetenschap die hun religieuze dogma's omver stootten en sloten de bevindingen als staatsgeheim achter slot en grendel.
Tijdens de late twintigste eeuw werd wereldwijd specialisatie toch de vorm van medische wetenschap en in Nederland de huisarts haar poortbewaker. Een nieuw instituut had zich rotsvast gevestigd binnen de samenleving, waarvan nauwelijks denkbaar was dat het ooit zou veranderen, ook al bleek het spoedig onvoorstelbaar kostbaar en inefficiënt te zijn.
De grootste bedreiging van de huisarts en de specialist is de patiënt, die mondig is geworden en onbeperkte toegang heeft tot medische informatie in allerlei vormen. Woedende relazen van artsen over patiënten die met print outs, rechtstreeks van Google, even komen zeggen wat ze hebben en welke specialist ze wensen te zien, zijn het gesprek geworden van artsen onderling.
Het gezagsondergravende patiëntengedrag van zelfdiagnose moet, volgens de vakbroeders stevig worden aangepast. Censuur op websites, overheidstoezicht op medische website plaatsing en beperking van toegang tot alle medische informatie passeren de revue. De over-the-countermedicamenten zoals die buiten Nederland veelal zonder recept zijn te verkrijgen, wordt als afschrikwekkend voorbeeld gesteld. Het is onverantwoordelijk de ongeschoolde patiënt zelf maar de verantwoordelijkheid voor het gebruik van een pijnstillertje te geven, menen de geneesheren.
Dokter Google
Echter de marktontwikkeling trekt zich weinig aan van de heftige verontwaardiging van de medische beroepsklasse. De opmars van online symptomen- diagnostiek websites en apothekers is onstuitbaar. De felle concurrentiestrijd is zo groot dat artsen en ziekenhuizen in in de VS het hele najaar 2010 tot 65 procent korting gaven aan patiënten die zich maar regulier lieten behandelen. Blijkbaar was de onmogelijk geachte bezuiniging wel af te dwingen via het marktmechanisme.
Het goddelijk medische specialisme in Nederland beeft op haar grondvesten nu de verwachte ziektekosten van 60 naar 90 miljard dreigen te stijgen, een kostenpost die niet meer gedragen kan worden door de samenleving. De markt kiest dan ook massaal voor zelf diagnostiek en behandeling, ondersteund door dokter Google.
Een internet patiënt kan prima zelf uitmaken of hij bij de oogarts, uroloog, orthopeed, cardioloog of gynaeoloog terecht wil komen. Daarvoor heeft hij de hulp van de huisarts beslist niet nodig. Het wordt wat moeilijker als het gaat om systeemziektes, maar daar schoort ook de huisarts met zijn aanvankelijke diagnose buitengewoon slecht.
0 Bijdragen