Nauwelijks heeft Bondskanselier Angela Merkel en de overige politieke leiders van Europa hun handtekening gezet onder de nieuwe afspraken over het Europees Stabiliteits Mechanisme (ESM) als financieel vangnet, of Duitse bankiers hebben forse kritiek over de gemaakte afspraken op de Eurotop in Brussel, eind vorige week. Dat blijkt uit een rondje langs de velden van Das Handelsblatt.

Zo is Uwe Fröhlich, president van de Bundesverbandes der Volks- und Raiffeisenbanken (BVR), zeer kritisch over het overeengekomen plan dat voorziet in directe steun vanuit het ESM-fonds aan in moelijkheden verkerende banken in voornamelijk Zuid-Europa. 'We moeten oppassen dat het niet een vat zonder bodem wordt', zo tekent de Duitse zakenkrant op uit de mond van de topbankier.

Daarnaast is het maar de vraag of het .de herkapitalisatie van crisisbanken op den duur kan doorstaan, stelt Fröhlich. 'Dit mag niet leiden tot veel te grote risico's voor de Duitse belastingbetalers. Hetzelfde geldt voor de aankoop van staatsobligaties door middel van het noodfonds.'

Bezuinigingslijn van Berlijn
Stefan Winter, hoofd van 'Verbands der Auslandsbanken in Deutschland, zit op dezelfde lijn als Fröhlich. Zoals het een Duitse bankier betaamt, is hij van de harde bezuinigingslijn van Berlijn. Winter hamert tegenover Das Handelsblatt dan ook erop dat de 'inspanningen in de afzonderlijke lidstaten nu niet mogen afnemen met hert doorvoeren van de noodzakelijke hervormingen'.

Tegelijkertijd mag niet de indruk ontstaan dat Europa het reddingsfonds gaat veranderen, al naar gelang de politieke krachtsverhoudingen. Anders raakt het ESM geheid zijn geloofwaardigheid kwijt.

'Reddingsfonds light'

Andreas Schmitz, hoofd van de Duitse bankenorganisatie Bundesverband deutscher Banken (BdB), is evenmin te spreken over het ESM als groot noodfonds. Hij rept dan ook van 'een reddingfonds light' , aangezien financiële noodsteun kon worden verleend zonder uitgebreide controle. 'Directe steun van de Europese ESM als vangnet voor wankelende banken aan afzonderlijke lidstaten is alleen verantwoord als er vooraf sprake is van een goed functionerende, daadkrachtige interne Europese toezichthouder werk die dit alles met Argusogen in de gaten houdt.'