ABN Amro werd staatsbezit omdat de bank too big to fail was. En is. De noodzakelijke redding van ABN Amro kostte de Nederlandse belastingbetaler volgens de Algemene Rekenkamer 27,95 miljard euro. De prijs die de toenmalige minister van Financiën betaalde voor de delen van Fortis/ABN Amro betaalde, was achteraf gezien hoog, maar de ineenstorting van onze financiële sector werd ermee voorkomen. Vanaf het moment dat ABN Amro in staatshanden kwam - op 3 oktober 2008 - werd duidelijk gemaakt dat de ooit zo trotse bank het liefst zo snel mogelijk weer naar de markt moest worden gebracht. Het "naar de markt brengen" betekent in de regel dat een bank naar de beurs gaat. Zo ook in het geval van dé Bank. De vraag is alleen of een beursgang voor een bank die vooral nutsactiviteiten herbergt een goede zaak is. Een serieus debat werd daar nauwelijks over gevoerd. FTM stelt zich op het standpunt dat een beursgang van ABN Amro het bankieren in Nederland weer terugbrengt naar de pre-2008 staat. Het is zo weer business as usual in bankenland. Het kabinet laat tegelijkertijd een enorme kans aan zich voorbij gaan om het bankenlandschap in Nederland fundamenteel te veranderen: door banken kleiner te maken (zodat ze failliet kunnen gaan) en de markt concurrerender. FTM nam eerder dit jaar het voortouw in de kritiek op de aanstaande beursgang en we zullen journalistiek blijven produceren die deze gang van zaken tegen het licht houdt. Ook na de beursgang.

10 artikelen

Een gedurfde alternatieve beursgang voor ABN Amro

Er zijn alternatieve wijzen om een staatsbank als ABN Amro naar de beurs te brengen en een lange termijn aandeelhouderscultuur te vestigen. Een bijzondere uitwerking daarvan is afkomstig uit de Londense City.

Maak van ABN Amro een echte volksbank. Schenk de Nederlandse belastingbetaler de aandelen van de huidige staatsbank en dat zal een positieve uitwerking hebben op de Nederlandse economie. Dat was in een notendop het ludiek geformuleerde voorstel waarmee NRC Handelsblad-journalisten Menno Tamminga en Maarten Schinkel op 23 december 2014 via hun krant naar buiten traden.

'Voor Niks'

Tamminga en Schinkel hadden een jaar eerder al eens gewezen op de geldverslindende operatie die een beursgang is. Vierhonderd miljoen euro moest het kosten om ABN Amro, waar al een slordige dertig miljard aan belastinggeld in is gestoken, naar de beurs te brengen. De krankzinnige fee’s die door zakenbankiers voor deze routineklus in rekening wordt gebracht, waren volgens het tweetal buitenproportioneel. Die kosten konden eenvoudig worden bespaard door de huidige eigenaren van de bank - u en ik - de aandelen te geven. 'Voor niks’. Met deze sigaar uit eigen doos zouden de zakenbankiers bij de beursgang kunnen worden omzeild, zou de burger koopkracht in handen worden gegeven en zou Nederland met een zeer gedurfde deal in het buitenland de nodige aanzien verwerven. Inzake ABN Amro heeft Nederland inmiddels op een geheel andere wijze aan zijn reputatie gewerkt, met dank aan minister Dijsselbloem en de Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen van Dé bank.

Opsteker voor de economie

Het was ook Tamminga die begin april - toen de discussie over de toekomst van ABN Amro door het uitstel van de beursgang weer oplaaide - het voorstel voor de volksbank weer van de plank haalde. 'Staatsbank? Nee, Allemansbank’, luidde de kop van zijn artikel dat dit keer een iets ernstiger toon had. In de subtitel stond de essentie van het voorstel dat hij eerder in december in de krant had beschreven: 'Schenk de aandelen van ABN Amro aan ons allemaal. Dat is simpel en een opsteker voor de economie.’
'Schenk de aandelen van ABN Amro aan ons allemaal'
Tamminga verwees in het stuk echter niet naar zijn eigen artikel van vier maanden eerder, maar naar de inbreng van een Nederlandse vermogensbeheerder op de openbare hoorzitting over de toekomst van de Nederlandse bankensector die op 21 november 2013 werd gehouden.

Uit de Londense City

Het voorstel voor een alternatieve beursgang van ABN Amro komt namelijk oorspronkelijk uit de City. Op 27 oktober 2013 verzond Adriaan de Mol van Otterloo, een in Londen gevestigde vermogensbeheerder met een Nederlands paspoort, de vaste Kamercommissie voor Financiën een zeven pagina’s tellend 'Memorandum privatisering ABN Amro’ dat hieronder in zijn volle lengte is te lezen. Net als Tamminga een jaar later, zag De Mol van Otterloo andere mogelijkheden om de staatsbank naar de beurs te brengen en er een volksbank van te maken. 'De Nederlandse belastingbetaler (NLB) krijgt middels een schenking van de Staat 90% van de aandelen van ABN AMRO (AA) in handen. De overige 10% van de aandelen wordt via een IPO geplaatst bij institutionele beleggers. Om lange termijn aandeelhouderschap te stimuleren, krijgt NLB initieel 60% van de aandelen. De resterende 30% wordt gehouden door Stichting Bonusaandelen die deze resterende aandelen over een periode van 5 jaar uitkeert aan aandeelhouders die hun aandelen niet hebben verkocht.' Het door De Mol van Otterloo als 'vooruitstrevend' en 'uniek' omschreven plan moest een grondige cultuurverandering binnen het bestuur van de bank mogelijk maken en ervoor zorgen dat - door de betrokkenheid van de lokale aandeelhouder - er een lange termijn aandeelhouderscultuur kon worden gevestigd. Klein nadeel. Deze beursgang zou beslist minder gaan opbrengen. Maar daar zag De Mol van Otterloo weinig bezwaar in. 'De lagere opbrengst voor de Staat weegt niet op tegen de vele voordelen die een schenking aan NLB zal hebben. Het zal de Nederlandse samenleving ten goede komen.'
Hieronder het volledige document van De Mol van Otterloo. Kritiek, opmerkingen en aanvullingen zijn welkom.

Memorandum Privatisering ABN Amro