
Gaat het echt beter met ons wanneer de economie groeit? Lees meer
'De economie groeit, dus het gaat goed met Nederland.' Dit soort uitspraken hoor je vast wel eens voorbij komen. Maar klopt dat wel? Waar praten we nu eigenlijk over als we het over de economie hebben?
Economie is een sociale wetenschap – het gaat over mensen en hun interactie. In veel economische discussies is deze menselijke factor alleen ver te zoeken en wordt er vooral gegoocheld met cijfertjes. Economie wordt zo een onnavolgbaar onderwerp voor iedereen die niet van wiskunde houdt; en daar lijdt het maatschappelijk debat onder. Economische argumenten worden regelmatig op dogmatische wijze ingezet om politieke besluiten te legitimeren – zonder aandacht te schenken aan de sociale implicaties. De economische leer vormt zo de perfecte sluier voor machtsmisbruik.
Het geloof in 'economische groei' heeft daarmee veel weg van een religie: in de veronderstelling dat het goed voor ons is – maar zonder echt te begrijpen waarom – lopen we als makke lammetjes achter de predikers van de economische waarheid aan. In het dossier 'De economische religie' ontkrachten we economische mythes en belichten we het maatschappelijke aspect achter de cijfertjes.
Polmans onvermogen om Unilever te verduurzamen is een maatschappelijk probleem
Podcast | Geen subsidies voor bedrijven, maar een betaalde baan voor iedereen
Geen subsidies voor bedrijven, maar een betaalde baan voor iedereen
Wat er écht gebeurt als een wereldwijde crisis ons raakt
Joseph Stiglitz: ‘We hebben luid protest nodig tegen de stille invloed van het grote geld’
OESO zet revolutionaire stap en wil geen pleisters meer plakken
Blind afbouwen van de staatsschuld? Investeer liever in de samenleving
De economische statistiek wordt van binnenuit aangevreten
We zijn verslaafd aan goedkoop geld, maar doen er te weinig mee
Een decennium crisis: we hebben niets geleerd
Een revolte in economisch denken?
Een groeiend aantal economen verzet zich tegen de neoklassieke dominantie in politiek en economie. We moeten minder inzetten op groei, zeggen zij, en meer oog hebben voor welzijn in plaats van welvaart. De oude garde schampert, maar intussen winnen de vernieuwers aan populariteit.
Kate Raworth heeft met haar boek Donut Economie het economisch denken in Nederland opgeschud. Twee weken geleden trok ze volle zalen op diverse plekken in Nederland. In Rotterdam (waar ik zelf aanwezig was) vertelde Jan Peter Balkenende dat hij Donut Economie al maanden aan iedereen aanraadt. Ook Ewald Engelen en Robert Went, econoom bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), zijn fan. Bij diverse ‘ouderwetse’ Nederlandse economen is echter een tegengeluid te horen. Zo laat Sandra Phlippen, chef economie bij het AD, weten het boek maar niets te vinden. Het advies van Bas Jacobs, hoogleraar aan de Erasmus Universiteit, was: ‘niet lezen’. De soms zelfs wat boze reacties hebben Raworth (en ook mij) verbaasd. De tweet die Raworth stuurde net na haar Nederlandse tour is veelzeggend. Op FTM schreef Ewald Engelen vorige week al over de arrogante houding van de neoklassieke economen in Nederland. Maar er gebeurt meer. Er is een hele discussie over economisch denken die verder gaat dan Kate Raworth versus de neoklassieke econoom. Dit artikel zet op een rijtje waar de discussie over economisch denken momenteel over gaat.
Raworth is namelijk niet alleen. Er zijn meer ‘nieuwe’ economen. Eind december ‘spijkerde’ de Australische econoom Steve Keen 33 stellingen op de London School of Economics. Samen met 68 andere economen en de campagnegroep Rethinking Economics wil Keen een reformatie in het economisch (academisch) denken ontketenen. Er valt inhoudelijk heel wat aan te merken op de stellingen. Zo wordt onvoldoende onderscheid gemaakt tussen economisch beleid en neoklassieke economische wetenschap, en ontbreekt een gedetailleerde kritiek op macro-economie en de rol van macro-economische modellen. Maar waar het mij hier om gaat is dat vernieuwende economische denkers elkaar steeds beter weten te vinden en bovendien het grote publiek weten te bereiken. Dit is een volgende stap in het veranderingsproces.
— Kate Raworth (@KateRaworth) 15 januari 2018
Neoklassieke economische theorie
De vernieuwers verschillen al dan niet in aanpak en visie, maar een ding hebben ze gemeen: ze bekritiseren de dominante neoklassieke economische theorie. Deze theorie beschrijft markten waarop individuen hun nut maximaliseren en bedrijven hun winst. Vraag en aanbod bepalen prijzen en sturen de markt richting evenwicht. Een voorbeeld van neoklassieke aannames om deze theorie te verhelderen. In het lesboek Contemporary Financial Intermediation (2016) stellen Greenbaum, Thakor en onze eigen Arnoud Boot:
“To understand the economic behavior of individuals, it is convenient to think of an individual as being described by a utility function that summarizes preferences over different outcomes... It is reasonable to suppose that this individual always prefers more wealth to less... A rational economic agent can be expected to maximize his own expected utility…”
Deze aanname wordt ook wel ‘methodologisch individualisme’ genoemd. Het theoretische concept van een individu dat zijn nut maximaliseert staat centraal. Vernieuwende economen stellen dat deze aanname nauwelijks leidt tot zinvolle inzichten omdat het simpelweg geen beschrijving is van de praktijk. Onder anderen Marglin in The Dismal Science (2008) en Bowles en Gintis in A Cooperative Species (2011) gaan hier uitvoerig op in. In het dagelijks leven, zeggen zij, zijn jij en ik niet de gehele dag bezig ons nut te maximaliseren. We werken samen, leren, ontwikkelen en passen ons voortdurend aan. Bovendien is meer welvaart niet per definitie beter. Een mens kan bijvoorbeeld maar een beperkte hoeveelheid wijn tot zich nemen. En zo worden diverse andere aannames van de neoklassieke theorie betwist.
Gebrek aan diversiteit
Uiteraard is op elke sociale wetenschappelijke theorie iets aan te merken. De sociale realiteit is te complex om in één theorie te vatten. Dat is ook wat problematisch is aan de economische wetenschap: de dominantie van de neoklassieke theorie. Onder andere uit onderzoek van Rethinking Economics NL blijkt dat neoklassieke theorieën heersen in het academisch economisch onderwijs. In Nederland valt 86 procent van de vakken in de categorie neoklassiek; en aan geen enkele andere theoretische school wordt meer dan 4 procent van de tijd besteed. Complexiteitseconomie, gedragseconomie, post-Keynesiaanse economie, de Oostenrijkse school, ecologische economie en diverse andere scholen zijn dus zwaar gemarginaliseerd.
De conclusie van de onderzoekers van Rethinking Economics is vernietigend: studenten leren niet kritisch te denken en dit is een maatschappelijk probleem
Bovendien blijkt uit dit onderzoek dat 97 procent van de tijd wordt besteed aan methodes die gericht zijn op kwantitatief onderzoek en wiskunde en slechts 3 procent van de tijd aan kwalitatief onderzoek (zoals interviews). Met name de institutionele, sociale, politieke en culturele dimensies van ‘echte’ economieën hebben baat bij kwalitatieve analyses, aldus de onderzoekers van Rethinking Economics.
Tot slot laat dit onderzoek zien dat 75 procent van de vakken puur theoretisch is (modellen, formules, et cetera). Er is dus beperkte aandacht voor economische geschiedenis, machtsvraagstukken en ‘praktische’ economische problemen. De conclusie die de onderzoekers van Rethinking Economics trekken is vernietigend: studenten leren niet kritisch te denken en dit is een maatschappelijk probleem. Ook Robert Skidelsky, een prominent voorstander van economische vernieuwing, trekt in de paper ‘What is wrong with economics?’ een soortgelijke conclusie.
Stevige taal
De kritiek van vernieuwers als Raworth, Skidelsky en Rethinking Economics is niet nieuw. Al ver voor de financiële crisis uitten denkers als Veblen, Kirman, Ormerod, Keynes, Galbraith, Minsky, Mirowsky en Lawson fundamentele kritiek op de neoklassieke economische theorie. Zo schreef Minsky in zijn essaybundel Can “It” Happen Again (1982): “For economists and policymakers to do better we have to abandon the neoclassical synthesis.”
Een probleem van veel vernieuwers is hun ingewikkelde taalgebruik. Mede hierdoor wisten zij geen groot publiek te bereiken en konden neoklassieke economen eenvoudig op de oude voet doorgaan zonder al te veel aandacht te besteden aan andersdenkenden. De eerste truc in het omgaan met kritiek is altijd: negeren.
De afgelopen jaren wordt er in de vernieuwende hoek echter in toenemende mate stevige heldere taal gebruikt. Bijvoorbeeld toen ik VU-hoogleraar Theo Kocken twee jaar geleden interviewde, noemde hij de neoklassieke economische ‘een sprookje’. Keen gaat nog verder door te stellen dat neoklassieke economie de afgelopen decennia een religie geworden is. Zijn boek Debunking Economics (2011) is echter een veel te ingewikkeld boek voor een groot publiek.

Waarde van de Donut
Wat Raworth vooral knap heeft gedaan, is het grote publiek bereiken. Ze heeft de fundamentele kritiek op neoklassieke economisch denken in eenvoudige taal samengevat en gebruikt heldere visualisaties. Haar Donut-model is eenvoudig te begrijpen en te communiceren. Door de versimpeling zijn wat nuances verloren gegaan, maar de boodschap is wel scherper geworden: we moeten af van de fixatie op groei en maximalisatie.
Truc twee: wie uit de neoklassieke pas loopt, wordt weggezet als een gekkie
Raworth reikt een andere bril aan om naar de economie te kijken en opent een debat over economische doelen, zoals het realiseren van een circulaire economie. Het blijkt dat veel niet-economen de Donut interessant vinden. Haar populariteit heeft ervoor gezorgd dat ‘ouderwetse’ economen haar niet konden negeren. Het vervolg is voorspelbaar. Er wordt nu getracht Raworth te ridiculiseren. Truc twee. Wie uit de neoklassieke pas loopt, wordt weggezet als een gekkie. Alleen is dat zo makkelijk niet meer.
Drie groepen vernieuwers
Sinds de financiële crisis van 2007/8 is de kritiek op de dominante economische wetenschap aangezwollen. Diverse nieuwe economiebewegingen en websites zijn gelanceerd. Voorbeelden zijn de Institute for New Economic Thinking, CORE, Exploring Economics, Evonomics en sinds kort Our New Economy (een stichting waar ik zelf voorzitter van ben).
Grofweg zijn er volgens mij drie groepen vernieuwers te onderscheiden. De eerste groep stelt dat het voldoende is om te schaven aan de neoklassieke theorie. Gedragseconomie gaat bijvoorbeeld uit van beperkte rationaliteit, maar laat andere neoklassieke aannames ongemoeid. De tweede groep wil het monopolie van de neoklassieke theorie doorbreken. Onder anderen Irene van Staveren van het Institute of Social Studies (ISS) en de mensen achter Rethinking Economics bepleiten dit. Zij vinden dat er verschillende brillen moeten komen om naar de complexe economische realiteit te kijken.
De derde groep wil de gehele neoklassieke theorie omverwerpen. Een voorbeeld hiervan is Eric Beinhocker, directeur van The Institute for New Economic Thinking, dat is gevestigd aan Oxford University. Hij stelt: “The radical challenge the new economists have accepted is to relax all of the unrealistic assumptions at once . . . and create an economics that has much greater fidelity to the real world.”
Vooral de laatste twee groepen zijn bedreigend voor neoklassieke economen. In feite wordt gesteld dat hun analyses gebaseerd zijn op verkeerde aannames en dat hun theorieën daarom mogelijk vrij snel tot de geschiedenis moeten behoren.
Zelf denk ik dat alle drie de wegen tegelijkertijd bewandeld dienen te worden, maar ben ik net als Raworth bij voorkeur actief in groep twee en drie. Diversiteit in denken en de ontwikkeling van nieuwe concepten, theorieën, systemen en business-modellen zijn nodig om de ecologisch-economische en sociaal-economische vraagstukken op te lossen. Het lijkt mij onmogelijk om bijvoorbeeld een circulaire economie te realiseren binnen het neoklassiek denkkader. Ook voor het analyseren van machtsvraagstukken is neoklassieke theorie ongeschikt; in de economische praktijk speelt macht echter vrijwel altijd een rol.
Een nieuwe generatie
De grote vraag is hoe snel verandering gaat plaatsvinden. Mogelijk wordt het wachten op het pensioen van ‘ouderwetse’ neoklassieke economen. Max Planck, de winnaar van de Nobelprijs voor de Natuurkunde in 1918, schreef in Scientific Autobiography and Other Papers’ “A new scientific truth does not triumph by convincing its opponents and making them see the light, but rather because its opponents eventually die, and a new generation grows up that is familiar with it.”
Een andere mogelijkheid is dat de revolte onder studenten en het grote publiek de komende jaren nog veel groter wordt. Dus lees je in en bemoei je ertegenaan. Mensen bepalen hoe de economie eruitziet. Oftewel welke economische theorieën (ideeën) gerealiseerd worden.
60 Bijdragen
Matthijs 11
Als je een computermodel maakt van het rijgedrag van een auto, is het prima om een aantal aannames te doen zodat je model eenvoudig genoeg is om mee te rekenen. "We gaan uit van een perfect sturende bestuurder, constante temperatuur van 20 graden, geen wind en geen andere weggebruikers". Op die manier kun je een deel van het probleemgebied modelleren en verkennen.
Het is echter fout om zo'n beperkt model door te trekken naar de echte wereld. En dat doen veel economen wel. Zie ook de doorberekeningen van CBS van politieke programma's. Tot op meerdere cijfers achter de komma worden voorspellingen gedaan, terwijl er dezelfde foutieve aannames in de modellen zit. Werkloosheid is gemodelleerd als "kiezen voor vrije tijd", als mensen willen werken ontstaan de banen vanzelf, etc.
Anton Van de Haar 8
MatthijsAls het gaat om het neoklassieke model, dan plaats ik grote vraagtekens bij je conclusie dat dit zeker een nuttig gereedschap zal zijn in de toolbox van economen.
Modellen kunnen zo ver bezijden de werkelijkheid staan, dat ze per saldo geen enkele waarde hebben. Het klassieke voorbeeld van zo’n model is het epicykel model van o.a. Ptolemaeus. Dat model was bedacht om in een wereldbeeld waarin de aarde in het centrum van het zonnestelsel staat de banen van de planeten aan de hemel te kunnen verklaren.
Zie epicykel model: https://nl.wikipedia.org/wiki/Epicykels
Naar mijn idee valt het neoklassieke model in epicykel categorie. Want de kernveronderstellingen van dit model staan zo ver bezijden de werkelijkheid, dat je er niets mee kan verklaren zonder extreme kunstgrepen te plegen. Tot die kunstgrepen van de “epicykel categorie” behoren de veronderstellingen dat alle consumenten en bedrijven precies hetzelfde willen en ook doen, namelijk utiliteit en winst maximaliseren, en dat ze in de toekomst kunnen kijken om dit mogelijk te kunnen maken.
In werkelijkheid staats haaks op dit beeld. Want in werkelijkheid zijn individuele consumenten en bedrijven juist heel verschillend, zowel qua mogelijkheden als wensen, en beschikken ze niet over de helderziende vermogens om die wensen in onze onzekere en ongewisse wereld optimaal na te kunnen streven. Niet zelden bereiken ze daardoor min of meer het tegendeel van wat ze hadden willen bereiken (zeg maar het minimaliseren van de eigen utiliteit en winst), en bovendien kunnen ze daarbij anderen, bedoeld of onbedoeld, nogal in de weg zitten (zeg maar het reduceren van de utiliteit en winst van anderen).
Matthijs 11
Anton Van de HaarMisschien heb je gelijk en zijn die neoklassieke modellen bijna nergens goed voor. Wat ik er zo over geleerd heb, zie ik in elk geval ook de grote problemen van die modellen. Uitgaan van een economie die per definitie in evenwicht raakt (waarom?), uitgaan van volledig rationele mensen (huh?), etc.
Anton Van de Haar 8
MatthijsMartijn Jeroen van der Linden 5
Anton Van de Haarnick 4
Martijn Jeroen van der LindenMoet deze vraag nu nog steeds serieus gesteld worden?
Is het niet de bedoeling dat een theorie, dus ook de neoklassieke economische, zijn plaats (waar?) moet hebben in de werkelijkheid.
Inmiddels is toch voldoende aangetoond dat de neoklassieke theorie zodanig vaak de plank misslaat dat er aan haar weinig waarde kan worden gegeven.
De vraag laat zich ook aldus beantwoorden: de neoklassieke economische theorie is geldig binnen haar eigen aannames.
Maar aangezien haar aannames niet deugen hebben we weinig aan haar.
hans van rheenen 7
Wanneer de niet-economisch geschoolde burger (kiezer en consument) een raar buikgevoel krijgt dat er 'iets' niet klopt, worden àlle economen sowieso aan de kant gezet en met het waswater weggesmeten.
We staan m.i. nu inderdaad kort voor een revolte, maar wèl tegen àlle hoogopgeleiden, die op hun beurt óók niet holistisch hebben leren denken en handelen.
Een internationaal Trump-effect met een dagelijks roeptoeteren, waarbij de beste debater gelijk krijgt? Fricties zijn het treurige gevolg.
Edmond Muller 7
hans van rheenenBeta mensen voelen zich vaak verheven boven alpha mensen omdat aplha's maar wat 'aanrommelen' met onzekerheden. Vreemd want aan de andere kant is het werken met 1-en en 0-en (en externaliteiten) stukken gemakkelijker dan het werken met onzekerheden. Ik denk dat de de tijd van de alpha's is aangebroken...:-) Nu nog de beloning voor die groep. Afijn, ik dwaal af geloof ik...:-)
hans van rheenen 7
Edmond MullerOok de 'hoogopgeleiden' zijn zich door gebrek aan holistisch denken van geen kwaad bewust, het zijn inmiddels de elitair hoogopgeleiden die nu hun visie doordouwen.
Anton Van de Haar 8
Edmond MullerEn wat denk je van financiële belangen? Neoklassieke onderzoeksinstituten worden op grote schaal gefinancierd door rijke individuen en bedrijven die een belang hebben bij het in stand houden van het neoklassieke vrije markt sprookje. Daarmee creëren ze werkgelegenheid voor economen die bereid zijn dit neoklassieke sprookje te pushen, en die economen houden daar een heel aardig belegde boterham aan over.
Een mooi voorbeeld van de bekende economieblogger Noah Smith: "It was only after taking the macro field course that I began to suspect that there might be a political motive behind the neoclassical research program (I catch on quick, eh?). "Why does anyone still use RBC?" I asked one of the profs (not an RBC supporter himself). "Well," he said, stroking his chin, "it's very politically appealing to a lot of people. There's no role for government."
bron: http://noahpinionblog.blogspot.nl/2011/05/what-i-learned-in-econ-grad-school-part.html
[Verwijderd]
Zeer kort samengevat: het draait om wij en niet om ik.
Martijn Jeroen van der Linden 5
[Verwijderd][Verwijderd]
Wat is kortzichtigheid eigenlijk?
Heeft iemand wat rationele argumenten?
Ludovica Van Oirschot 15
[Verwijderd]Dit eenvoudige verhaal leert dat het huidige model spaak moet lopen.
Willem de Vroomen 4
Ludovica Van OirschotLudovica Van Oirschot 15
Raworth zit nu in fase 2.
Lotte van der Meer 1
Ludovica Van Oirschot[Verwijderd]
In de werkelijkheid is die gedachte natuurlijk gelul, want hebzucht en/of (wittenboorden en-bef) criminaliteit destabiliseren dat 'evenwicht' op gigantische wijze.
Co Pater 7
[Verwijderd]HeRo 7
Onze interesse was al aangewakkerd na het bekijken van de Tegenlicht aflevering over Donut Economy van Raworth van 26 november 2017; https://www.npo.nl/vpro-tegenlicht/26-11-2017/VPWON_1269673 en onze eigen overtuiging dat hoge winstcijfers en hoge groei niet vol te houden zijn. We zouden willen zeggen : FTM en Martijn Jeroen vuur jullie artikelen maar op ons af !
R. Eman 8
Dit klinkt mij eerder als hogeschool niveau in de oren dan als academisch niveau. Daarom is het niet verbazingwekkend dat er weinig kritisch denken en laat staan vernieuwend vermogen uit voort komt.
Annemiek van Moorst 11
R. EmanZoals Beinhocker stelt:
“The radical challenge the new economists have accepted is to relax all of the unrealistic assumptions at once . . . and create an economics that has much greater fidelity to the real world.”
R. Eman 8
Annemiek van MoorstPrecies. Dat vind ik dus kenmerkend HBO niveau. Op academisch niveau zou je (dienen te) leren om de modellen te verifiëren.
Annemiek van Moorst 11
Martijn Jeroen van der Linden 5
Annemiek van MoorstBert Bakker 4
Marla Singer 7
Bert BakkerEn dan deze keer omheen het vliegveld geen bebouwing toelaten dat later kan gaan klagen over overlast van het vliegveld.
(Het is dat je een vliegveld niet ondergronds kan bouwen.....)
Inge 5
Marla Singer[Verwijderd]
IngeGewoon doen omdat je er goed in bent.
Inge 5
[Verwijderd][Verwijderd]
Marla SingerKonden we electrisch vliegen.
Bart Klein Ikink 6
Ik denk dat er meer democratie moet zijn, met corrigerende referenda zoals in Zwitserland, zodat de bevolking ten alle tijde het politieke proces kan corrigeren.
Uiteraard doet men er goed aan verstandig economisch beleid te voeren, maar dat kan best op deze manier. In Zwitserland kan dat ook. Veel onrealistische initiatieven sneuvelen daar in referendums.
Conny Bergé
Bart Klein IkinkBart Klein Ikink 6
Conny Bergénick 4
Bart Klein IkinkHet veelvuldig via referenda stemmen wordt in de Zwitserse praktijk door een (kleine?)minderheid gedaan. Conservatisme(*) viert hoogtij.
{(*) Op zich niks mis met conservatisme, maar enige ruimte voor verandering/verbetering blijft wel gewenst.}
Laat ik eens een knuppel in het hoenderhok werpen: De Zwitserse economie is de meest parasitaire economie van de wereld.
MaartenH 10
nickMeest parasitaire economie van de wereld? Zou Nederland dat niet zijn met z'n belastingdeals? Trouwens,in Zwitserland wordt daar vooruitgang geboekt, dankzij referenda.
nick 4
MaartenHBart Klein Ikink 6
nickWat betreft conservatisme, als de meerderheid daar gelukkig mee is, wie ben ik dan om te zeggen dat ze progressief moeten zijn.
Maar de referenda staan open voor ieder idee en iedereen. Dus als de meerderheid niet opdaagt, dan heeft de meerderheid het laten gebeuren.
In ieder geval kunnen burgers de politici niet de schuld geven als iets gebeurt wat ze niet willen.
[Verwijderd]
Bart Klein IkinkMartijn Jeroen van der Linden 5
[Verwijderd]Arjan 7
Martijn Jeroen van der LindenDan krijgen we een Ministerie van Wenselijkheid die het advies gaat geven om voor de sleepwet te stemmen en handelsverdragen af te sluiten.
Vrij onzinnig allemaal.
[Verwijderd]
[Verwijderd]Bart Klein Ikink 6
[Verwijderd]MaartenH 10
[Verwijderd]Marla Singer 7
Markteconomie heeft het westen overigens niet want het zijn voornamelijk de grote spelers die de toon zetten en (indirect) de regels bepalen. Belastingontduiking, import/export regelingen en algemene regeldruk zijn het domein van de a-morelen.
Niet voor niets dat deze spelers regelmatig rond te tafel met de politiek en financiële hotemetoten rond de tafel zitten en gezamenlijk de taart verdelen waarbij een heel klein stukje voor de 99% overblijft.
Of de cijfers van Oxfam precies kloppen of niet het is elke jaar weer hetzelfde liedje dat de welvaartsverdeling steeds schever komt te liggen.
Dan kan je je afvragen of het moreel verantwoord is om door het ('permanent') onteigenen van 2000 miljardairs kosher is om zo het leven van 5 miljard mensen te verbeteren.
Er is ook een andere variant mogelijk die in diverse Afrikaanse landen wordt toegepast. Daar is het normaal om van de rijken te nemen wat je zelf nodig hebt, want die hebben toch genoeg.
Geenszins een structurele oplossing maar redelijk praktisch.
Jan Smid 8
Marla Singerhttps://www.parlement.com/id/vkc7ggsyv5vr/neoliberalisme
Patrick van Schie zegt bijvoorbeeld in onderstaand filmpje dat hij voorstander is van vrijhandel, terwijl het in feite niet eens bestaat. Dat is zo mooi te zien in het tweede filmpje
https://www.youtube.com/watch?v=49v2dkrk2Io&t=204s
https://www.youtube.com/watch?v=V1YMPk3XhCc&t=444s
Neoliberalisme is ook het bewerkstelligen van justitiële tweedeling. Volkswagen die aantoonbaar heeft gerotzooid met de uitstoot door diesels wordt niet vervolgd terwijl een boertje die zijn koeien op een speciaal dieet heeft voor het maken van een speciale kaas, met als gevolg dat ze vanwege dat strenge dieet veel minder poepen krijgt een boete van 30k voor zijn kiezen van niet bewezen mestfraude.
https://www.waarmaarraar.nl/pages/re/104917/Boete_voor_buffels_die_te_weinig_poepen.html
Marla Singer 7
Jan SmidNeo liberalisme is an sich wel een cliché omdat het te pas en te onpas wordt gebruikt terwijl het vaak niet eens de hele lading dekt.
De voorbeelden zijn er legio en er komen er elke dag teveel gevallen bij jammer genoeg.
Las vandaag dat er 'studenten' (in leasewagens) van PC Nederland te Kampen het land rondrijden om bejaarden een 'PC hulpcontract' aan te bieden. Dan maakt het niet uit of je geen computer hebt zolang je maar betaald. Doe je dat niet dan krijg je een deurwaarder op bezoek die de rekening nog even flink omhoog schroeft.
Gaat een rechter daar in mee of wordt dat soort uitschot aangepakt voor oplichting? (Tipje voor FTM?)
Martijn Jeroen van der Linden 5
Marla SingerMarco Fredriks 4
Conny Bergé
Arjan 7
Zag laatst discussie tussen o.a. Lex Hoogduin en Kate Raworth. Kreeg idee dat Lex vond dat het hoog gehalte open deuren intrappen was, en dat we hier helemaal geen vrije markt kennen zoals Kate het schetst. Er is een sterke rol voor de overheid (en dus veel regelgeving) die veel verantwoordelijkheid heeft en sturing kan geven.
Ik moet het boek nog lezen, hoop dat ik er door heen kan komen.
thebluephantom 6
wellicht ook interessant
MaartenH 10
In plaats daarvan is geld verdienen een eigen leven gaan leiden, een doel op zich geworden. Het idee van een gemeenschap waarvan alle leden op z'n minst te eten en onderdak kregen is al vroeg verlaten en vervangen door charitas en later sociale voorzieningen en wie geen of niet genoeg geld verdient heeft een probleem.
De economie wordt dus bepaald door geld verdienen, liefst zoveel mogelijk, want dat levert macht, aanzien en luxe op, en het maakt je sterk ten opzichte van concurrenten. Dus groei en de maximalisering van je afzet als doelen. Niet meer de behoeftevoorziening is leidend, maar het zoveel mogelijk afzetten. Mensen worden consumenten, en met heel veel reclame geïndoctrineerd dat ze beter af zijn met nog meer consumptie.
Als je dat wilt veranderen moet je om te beginnen mensen minder afhankelijk van inkomen maken, basisinkomen dus, maar wel op een zodanig niveau, dat de prikkel om te werken voldoende in stand blijft, maar niet zo overmatig als nu. Een tweede zaak is het strikt aan banden leggen van reclame, dus wél informeren, maar níet indoctrineren.
Het lastige is dat de top van de piramide hier veel bij te verliezen heeft. Zij hebben ook de macht, want inderdaad wat is er nog democratisch aan representatieve democratie en zij hebben toegang tot beïnvloedingsmogelijkheden via mainstream media, ze bepalen gewoon heel veel met hun geld. En daar valt lastig tegen op te
boksen. Maar ja, het is bijna Cruyffiaans, het establishment wil de status quo en zal die met hand en tand verdedigen, daar is het establishment voor.
nick 4
MaartenHIk parafraseer: Mensen zouden zodanig moeten zijn dat als aan hun behoeften voldaan is, zij blij en tevreden zijn, klaar.
Hier zit de echte zwakke plek: mensen zijn niet zo.
Goudzwaards' economie van het genoeg is in geen velden of wegen te vinden.
Mike de Leeuw 2
In de zorg-wereld en de vergoeding van veel nieuwe (zeer) dure medicijnen is de discussie rondom QALY's losgebarsten...(= Quality of Life Years). Hoeveel mag een verbeterde kwaliteit van leven eigenlijk kosten? Daar worden steeds betere praktijk-getuurde normen voor opgesteld per ziektebeeld. Er zijn dus zeer dure medicijnen die maar 2 maanden extra levensverwachting geven en dan ook nog in mindere kwaliteit dan de standaard behandeling... die doen dus niet meer mee in de zorgpakketten. De happy few die het zich kunnen permitteren (Ja, ook in NL) kunnen nu ook al online zien, dat het geen zin heeft.
Opvallend is dus dat 'Quality of Life' haar intrede gedaan heeft in een wereld die gedomineerd wordt door Global monopolisten. Daar wordt het neo-klassieke model dus al aangepakt.
Willem de Vroomen 4
Willem de Vroomen 4
Mz59 7
Willem de Vroomenhttps://www.theguardian.com/commentisfree/2018/jan/24/fairest-europeans-inequality-surged-us-europe
Victor Onrust 2
Willem de VroomenHet zwemband-optimisme van Kate Raworth
http://hardewoorden.nl/2017/12/het-zwemband-optimisme-van-kate-raworth/
Jan-Marten Spit 9
Deze opmerking veronderstelt dat lezers niet kunnen nadenken. Dat is wellicht ook de aanname geweest onder dit 'werk':
https://personal.eur.nl/bjacobs/ESB_toptarief.pdf
in de errata:
"2. Door een interpretatiefout is de schatting van de Paretoparameter precies één punt te hoog. De correcte
Paretoparameters zijn 3,23 (2002) of 3,31 (2006). In de volgende artikelen hebben we de berekeningen
overgedaan zonder dat dit tot een andere conclusie leidt, omdat een iets minder conservatieve
grondslagelasticiteit wordt gehanteerd: "
Studenten (in een wetenschap) krijgen voor dit soort broddelwerk (een fout van ruim 20% in de input corrigeren met de grootheid 'minder conservatief' zodat de conclusie blijft staan, zonder enig duiding van het waarom van de 1e progressieve noch de tweede conservatieve schatting, noch enige uitleg waarom de berekening werden overgedaan met een andere grondslagelasticiteit - al laat die motivatie zich raden) een dikke onvoldoende, en idealiter een indringend gesprek over wat wetenschappelijke zuiverheid is.
Bas Jacobs: nooit naar luisteren.