De verkiezingsmark in Houten.

De verkiezingsmark in Houten. © Oscar Brak

De oorlogskas van lokale partijen is goed gevuld

Lokale partijen hebben in verkiezingstijd twee keer zoveel te besteden als plaatselijke afdelingen van landelijke partijen. Dat blijkt uit een enquête van Follow the Money. Waar dat geld vandaan komt, blijft vaak onduidelijk. ‘Dat toont de noodzaak van een wettelijke verplichting tot openbaarheid.’

Dit stuk in 1 minuut
  • Uit een representatieve steekproef van Follow the Money onder driehonderd lokale afdelingen van landelijke partijen en onafhankelijke lokale partijen blijkt dat zelfstandige lokale partijen weliswaar naast overheidssubsidie grijpen, maar toch over een hoger campagnebudget beschikken.
  • Zelfstandige lokale partijen beschikken gemiddeld over een campagnebudget van 9820 euro, lokale afdelingen landelijke of regionale partijen 5058 euro. Moederpartijen geven wel andere steun in de vorm van cursussen, advies, reclamewerk, PR-materiaal, vrijwilligers, huisvesting en inkoopvoordeel.
  • Landelijke partijen verdelen ruim 60 miljoen euro aan subsidie, zelfstandige lokale partijen delen daar niet in mee. Deze situatie leidt tot een ongelijk speelveld, zeggen experts. 
  • Omdat lokale partijfinanciering niet onder regelgeving valt, vindt er amper controle plaats en wordt er weinig financiële verantwoording afgelegd over publiek geld.
  • Binnenkort stemt de Kamer over een aanpassing van de wet, waardoor lokale partijen ook subsidie zullen ontvangen. Experts vrezen een enorme bureaucratie. ‘Nu worden zo’n twintig partijen gecontroleerd, stel je voor dat het om duizend zou gaan.’
Lees verder

Een gezelschap doedelzakspelers trekt door de glooiende uiterwaarden van de Maas bij Wijchen. Uit de blaasinstrumenten klinkt het Schotse lied Auld Lang Syne van Robert Burns. Nederlanders kennen het in de versie van André Hazes, die er Wij houden van Oranje van maakte. 

Het lied omlijst een campagnefilmpje voor de gemeenteraadsverkiezingen. Nadat kandidaten van Wijchen Lokaal zijn gepresenteerd (‘Mijn naam is Herms, Leo Herms’) duikt de camera onder de kilt van één van de aspirant-gemeenteraadsleden. Een paar blote billen wordt zichtbaar, gevolgd door de tekst ‘Wij hebben niets te verbergen’. Het filmpje trekt internationale aandacht – de Britse krant The Times schrijft zelfs een portret over de partij. 

Lokaal Wijchen is niet de enige gemeente met zo’n spraakmakend filmpje. Wel meer lokale partijen produceren anno 2022 Hollywood-esque korte verkiezingsfilms. Ook Groep De Mos trekt met een professioneel aandoende campagnevideo de aandacht. De partij trok alles uit de kast: dronebeelden, professionele voice-overs, gelikte beelden van de hofstad.

Fractievoorzitter Richard de Mos moet na de verkiezingen voorkomen. Het Openbaar Ministerie verdenkt hem van corruptie. Hij zou partijdonateurs hebben bevoordeeld toen hij nog wethouder was in Den Haag. In zijn campagnefilmpje neemt De Mos vast een voorschot op de uitkomst: ‘Ze hebben geprobeerd om ons kapot te krijgen en dat is niet alleen niet gelukt, we zijn nu groter en sterker dan ooit.’

Een verkiezingsfilmpje als dit mag wat kosten. Lokaal Wijchen legde 5000 euro neer voor haar campagneversie van Braveheart. Allemaal uit eigen zak betaald, zegt Herms. ‘Gezien de vele reacties verwacht ik dat het een extra zetel oplevert.’

En Hollywood in de hofstad, hoe diep moest de partij daarvoor in de kas tasten? De video werd gemaakt ‘binnen ons netwerk, voor een vriendenprijsje’, legt De Mos uit aan Follow the Money. Daar zit het grootste voordeel: voor 2000 euro kreeg zijn partij een professioneel gemaakte video. ‘Daarna moest er nog wel 20 duizend euro betaald worden zodat het filmpje zes weken lang regelmatig op TV West is te zien.’ 

Waar betaalt zo’n partij dat allemaal van? Daar hoeven lokale partijen geen verantwoordelijkheid over af te leggen. ‘Een groot democratisch probleem,’ noemt politicoloog André Krouwel dat. ‘Wie betalen onze lokale politici? Dat vertellen de meesten niet. Dat toont de noodzaak van een wettelijke verplichting tot openbaarheid.’

Om in kaart te brengen hoe verkiezingscampagnes betaald worden, stuurde Follow the Money een vragenlijst aan zo’n drieduizend lokale partijen, van Gulpen-Wittem in het zuiden van Limburg tot Schiermonnikoog.

De respondenten kregen drie weken de tijd om veertien vragen te beantwoorden. Met een respons van ongeveer 10 procent zijn de uitkomsten volgens meerdere experts representatief. Daarnaast sprak Follow the Money tientallen lokale partijen om te achterhalen hoe zij hun campagnebudget uitgeven en of er ook giften in natura binnenkomen. Of allebei, zoals bij de totstandkoming van de campagnefilm van Groep De Mos.

Groter risico op financiële beïnvloeding

De overheidssubsidie die partijen met minstens één zetel in Tweede Kamer verdelen, loopt jaarlijks op, tot ruim 60 miljoen euro in 2024. Lokale partijen die in een gemeenteraad, een waterschap of provinciale staten zitten, krijgen geen overheidssubsidie.

De financiering van landelijke partijen valt onder de Wet financiering politieke partijen, die in 2013 in werking is getreden. Een commissie onder leiding van Kars Veling, oud-Kamerlid namens de ChristenUnie, evalueerde de wet in 2018. 

De commissie signaleerde ‘een groter risico op (de schijn van) financiële beïnvloeding van partijen’. Om dergelijke beïnvloeding tegen te gaan, deed zij een aantal aanbevelingen, waaronder subsidie voor lokale partijen. Tijdens een onlangs gehouden Kamerdebat dienden Kamerlid Leijten (SP) en Kamerlid Arib (PvdA) een motie in om dit advies over te nemen. Een stemming over dit voorstel volgt nog.

Follow the Money doet al enige tijd onderzoek naar de financiering van landelijke politieke partijen. De gemeenteraadsverkiezingen vormen de aanleiding dit uit te breiden naar lokale lokale partijen. 

Follow the Money verspreidde begin februari een enquête over hun financiering  onder zo’n drieduizend politieke partijen. We hebben niet alle partijen bereikt, en niet alle uitnodigingen om mee te doen zijn aangekomen. Driehonderd partijen verspreid over heel Nederland en afkomstig uit gemeenten van uiteenlopende groottes vulden de vragenlijst in.

De respondenten beslaan ideologisch het hele politieke spectrum, waaronder lokale afdelingen van landelijke partijen, onafhankelijke lokale partijen, samenwerkingsverbanden en regionale partijen. Hoewel een geanonimiseerde enquête betrof, lieten veel partijen contactgegevens achter om hun antwoorden toe te kunnen lichten. Ook daartussen waren politieke partijen van links tot rechts vertegenwoordigd, behalve de PVV en het Forum voor Democratie. 

Wij blijven geïnteresseerd in de antwoorden van partijen die wij nog niet wisten te bereiken of die nog niet in de gelegenheid waren de enquête in te vullen. Via dit formulier kunt u een link naar de vragenlijst aanvragen. 

Lees verder Inklappen

Uit de antwoorden die Follow the Money ontving, blijkt dat het gemiddelde campagnebudget voor de gemeenteraadsverkiezingen op 7.800 euro per partij ligt. Budgetten variëren van niks tot en met 90.000 euro bij een enkele lokale partij. 

Deze bedragen zijn vergelijkbaar met die uit 2013, toen onderzoeks- en adviesbureau Necker van Naem in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken een steekproef hield onder 265 afdelingen van landelijke partijen en onafhankelijke lokale partijen. 

Hieruit bleek dat afdelingen of lokale partijen jaarlijks 3000 euro tot 5000 euro aan inkomsten ontvangen. Uitschieters (30 duizend per jaar voor een lokale partij en 70 duizend per jaar voor een afdeling van een landelijke partij) komen slechts voor in grotere gemeenten. 

Campagnebudget zelfstandige lokale partijen

Onafhankelijke lokale partijen hebben gemiddeld 9820 euro te besteden tijdens de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen. Lokale afdelingen van landelijke partijen moeten het gemiddeld met 5058 euro doen. 

De SP verlangt bijvoorbeeld veel solidariteit van de lokale broeders en zusters. Commissieleden, raadsleden, wethouders en andere volksvertegenwoordigers dragen een deel van hun vergoeding af aan de partij. Daarmee financieren zij scholing, acties, het partij-apparaat en campagnes. 

De SP-afdeling in de gemeente Zuidplas zamelde 36 duizend euro in door middel van afdracht: raadsleden, wethouders en commissieleden dragen een deel of zelfs hun hele vergoeding af aan de partij. Van die 36 duizend euro vloeit maar 3000 euro terug in de campagnekas van Zuidplas. Het drukwerk en PR-materiaal dat de afdeling van de landelijke partij krijgt, schat ze op een waarde van 1500 euro. 

Gekeken naar het budget per inwoner hebben zelfstandige lokale partijen een beter gevulde campagnekas dan afdelingen van landelijke partijen. 7 procent heeft meer dan vijftig eurocent per inwoner te besteden. Eén partij zegt zelfs een euro per inwoner te kunnen uitgeven. Van de lokale afdelingen van landelijke partijen haalt slechts één respondent een budget van een halve euro per inwoner – minder dan 1 procent. 

Veruit de belangrijkste reden voor het hogere budget is de afdrachtregeling die vrijwel alle zelfstandige lokale partijen hanteren. Raadsleden en wethouders staan elke maand een deel van hun vergoeding af om te sparen voor de volgende verkiezingscampagne. Meestal gaat het om 100 euro per maand per raadslid, waardoor een raadszetel per verkiezingscyclus 4800 euro oplevert voor de partij. 

Een vertegenwoordiger van een onafhankelijke lokale partij uit Noord-Brabant zou liever niet van afdracht afhankelijk zijn, laat hij anoniem in de enquête weten. ‘Er ligt nu een wetsontwerp in de Kamer om de lokale partijen ook financieel te ondersteunen. Dit om ruimte te geven aan opleidingen, scholing, fractieondersteuning en onderzoek om zo een gelijk speelveld met de landelijke partijen te creëren.’ 

Geld van de  landelijke partij

Bijna de helft van alle partijen die ook landelijk actief zijn, krijgt van de moederpartij een financiële bijdrage voor de gemeenteraadsverkiezingen: 47 procent. 

Als de moederpartij bijdraagt, gaat het gemiddeld om 2877 euro, 47 procent van het campagnebudget. Respondenten verwijzen daarbij naar afdracht- of solidariteitsregelingen. Dat die steun behoorlijk kan oplopen, bewijst de lokale afdeling van de ChristenUnie in Groningen, die nu drie zetels in de raad heeft. 

De CU Groningen mocht 15 duizend euro bijschrijven. Dit bedrag werd opgebracht door de leden, legt een woordvoerder van de partij uit. ‘De contributie van de leden wordt vier jaar opgespaard en via een verdeelsleutel over de lokale afdelingen verspreid.’ De Groningers voegden zelf nog 715 euro toe aan het budget, dat ze binnenhaalden via donaties.

53 procent van de afdelingen van landelijke partijen ontvangt geen financiële steun van het centraal bestuur. Zij moeten hun campagnebudget uit verschillende bronnen ophalen. Ze gaan met de pet rond bij leden, lokale ondernemers springen bij, en soms betalen raadsleden en wethouders de campagne. In een enkel geval ontvangt een partij een legaat waar jarenlang (campagne-)activiteiten van bekostigd worden. 

Een op de zeven partijen gebruikt geld, bedoeld voor fractieondersteuning, voor de verkiezingscampagne 

Veel lokale politieke partijen krijgen elk kwartaal een bijdrage van de gemeente bedoeld voor bijvoorbeeld telefoonrekeningen, internet, kantoorkosten, bankkosten of apparatuur voor op de fractiekamer. Dit geld is niet bedoeld voor kosten gerelateerd aan verkiezingen, maar een op de zeven partijen zet toch een deel van de bijdrage daarvoor in. 

Namens een onafhankelijke lokale partij uit Noord-Holland zegt een respondent: ‘Het is een gotspe dat we wel een summiere gemeentelijke bijdrage krijgen, maar die niet voor de verkiezingscampagne mogen gebruiken. Hoezo solidariteit?’

In 2018 werd een evaluatie van de Wet financiering politieke partijen gepresenteerd. De commissie stond onder leiding van oud-Kamerlid namens de ChristenUnie Kars Veling. Daaruit bleek dat de huidige situatie voor lokale partijen, waarin zij geen overheidsbijdrage ontvangen, onhoudbaar is. In de eerste plaats door het toegenomen belang van lokale partijen, beschrijft de commissie. In 2002 sleepten lokalen 22 procent van de stemmen in de wacht, in 2018 was dit al opgelopen tot 28 procent.

Daarnaast is ‘door ondermijning van het lokale bestuur het risico op (de schijn van) financiële beïnvloeding van partijen groter geworden,’ schrijft de commissie. ‘Hoewel zij geen aanwijzingen heeft dat de politieke partijen hierdoor worden geraakt, bestaat dit risico natuurlijk wel.’ Veling pleit dan ook voor subsidiëring van lokale partijen én voor regelgeving over de inkomsten van lokale partijen in het algemeen.

Vier jaar later, op 15 februari van dit jaar, werden de aanbevelingen uit het rapport tijdens een Kamerdebat besproken. Een van de zaken die de commissieleden aankaarten is het feit dat politieke partijen op lokaal niveau niet in aanmerking komen voor overheidssubsidie. ‘Dit leidt tot een ongelijkheid die niet langer te verdedigen valt.’ 

In 1970 verdeelden de partijen onderling 120 duizend euro. In 2018 was dit bedrag al opgelopen tot 18 miljoen euro. Door de motie Jetten (uit september 2019) loopt het bedrag nu op tot liefst 62 miljoen euro. De onafhankelijke lokale partijen vallen hierbuiten.

Zeven op de tien partijen wil inzage geven in donateurs

Een van de stellingen die Follow the Money voorlegde, luidde ‘Lokale partijen moeten de identiteit van hun donateurs openbaren’. 17,8 procent van de partijen is het daarmee eens, en een meerderheid, 57,2 procent, is het sterk met deze stelling eens. Slechts 10,8 procent van de partijen is het oneens of sterk oneens. 

De lijsttrekker van een lokale partij uit de provincie Utrecht zegt dat intern discussies plaatsvinden over nog radicalere transparantie over de financiering: ‘Wat mij betreft zetten we elk lid met naam en toenaam, inclusief bijdrage, op de website.’

De ChristenUnie in Ede staat daar vierkant achter. Op de website van de afdeling staan jaarverslagen en jaarrekeningen van de jaren 2015 tot en met 2020. Secretaris Jan Willem Middelesch schrijft dat ‘niet alle inkomsten worden gebruikt voor de verkiezingscampagne. Daarvoor wordt in het ‘verkiezingsfonds’ gedurende meerdere jaren een bedrag opgebouwd.’

‘Zeker lokaal kun je met relatief weinig geld al snel belangrijke steun verlenen en zo de suggestie geven van invloed kopen’

De inkomsten van de Edense ChristenUnie komen in 2020 van de zes raadsleden, die ieder 40 euro per maand aan de lokale partij geven, en van een bijdrage van 4771 euro van het landelijk bureau, gebaseerd op het aantal partijleden in de gemeente. De grootste uitgaven dat jaar bestaan uit de permanente campagne à 2237 euro, de posten voor kadervorming, bestuurskosten, representatiekosten en bankkosten komen uit op 445,72 euro. 

Ook in Den Haag gaan stemmen op voor meer openheid over de financiering van politieke partijen. In 2021 nam de gemeenteraad zelfs twee moties van de Haagse Stadspartij aan om de transparantie te vergroten. 

Een goede zaak, zegt Hans Vollaard, universitair hoofddocent Nederlandse en Europese politiek Universiteit Utrecht. ‘Bedrijven hebben het recht, in het kader van vrije meningsuiting, om geld te geven. Zeker lokaal kun je met relatief weinig geld al heel snel belangrijke steun verlenen en zo alleen al de suggestie geven van invloed kopen.’ 

Om dit soort troebele transacties te voorkomen, zouden lokale partijen ook subsidie moeten krijgen. Renske Leijten (SP) en Khadija Arib (PvdA) dienden hiertoe een amendement in, waar de Tweede Kamer na het voorjaarsreces over stemt. Door lokale partijen onder te brengen in de Wet financiering politieke partijen is ook meer toezicht nodig. 

Dat kan nog weleens voor problemen zorgen, meent Simon Otjes, universitair docent Nederlandse Politiek bij de Universiteit Leiden en onderzoeker bij het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen. ‘Momenteel vallen er zo’n twintig partijen onder de controle van de Wet financiering politieke partijen. Stel je voor dat het om duizend zou gaan. Dat zorgt voor een enorme berg bureaucratie.’

De commissie-Veling adviseerde de lokale rekenkamers deze controle te laten uitvoeren. Maar dat is volgens Otjes niet wenselijk. ‘Die zijn daar niet voor geëquipeerd.’ 

Hans Vollaard kijkt verder dan het financiële aspect. ‘Zeker op lokaal niveau worden er allerlei giften in natura gedaan, zoals gratis drukwerk, een zaaltje voor een avond. Follow the money is belangrijk, maar follow the resources misschien nog wel meer.’