Ruwe diamanten worden gesorteerd bij Eurostar Diamond Traders.

Ruwe diamanten worden gesorteerd bij Eurostar Diamond Traders. © Frederic Reglain / ASK Images

Curatoren Belgische diamantreus reanimeren claim van 600 miljoen euro bij ABN Amro

ABN Amro onderhandelt opnieuw met de curatoren van de failliete Antwerpse diamanthandelaar Eurostar Diamond Traders over een megaclaim van 600 miljoen euro. De bank meldde eerder dit jaar dat het conflict was opgelost, maar een voorgenomen schikking blijkt in mei van tafel geveegd. Volgens ABN Amro gaat het om een ‘onzinnige’ claim van de voormalige eigenaren, die niet tot een serieuze schadepost zal leiden.

Het recente verleden blijft ABN Amro maar achtervolgen. Bij de presentatie van de laatste kwartaalcijfers, op 11 augustus, maakte de bank bekend dat het Nederlandse Openbaar Ministerie (OM) een onderzoek is gestart naar zogeheten ‘dividendstrippen’. Eerder begon ook de Duitse justitie al een onderzoek naar deze frauduleuze transacties; in Frankfurt zijn acht voormalige ABN Amro- en Fortis-bankiers aangemerkt als verdachte.

Daarnaast zijn de voormalige bankbestuurders Gerrit Zalm, Joop Wijn en Chris Vogelzang sinds dit voorjaar verdachte in een justitieel onderzoek, omdat zij volgens het OM ‘feitelijk leiding gaven’ aan jarenlange overtredingen van de anti-witwaswetgeving.

Ook moet de bank zich in België verdedigen – zij het ditmaal niet tegen justitie. De curatoren van het Antwerpse Eurostar Diamond Traders (EDT), een van de grootste handelaren ter wereld die in 2019 onderuit ging, zijn met de bank in gesprek over een claim van 600 miljoen euro, die deel uitmaakt van de faillissementsboedel. ‘We zijn in onderhandeling met ABN Amro. Dit maakt inderdaad deel uit van de onderhandelingen,’ zegt curator Alain Van den Cloot tegen Follow the Money.

Het gaat om een schadeclaim die de toenmalige eigenaar van EDT, de van oorsprong Indiase familie Mehta, kort voor het faillissement bij ABN Amro neerlegde. Volgens de familie was de Nederlandse bank schuldig aan de neergang van het bedrijf. ABN Amro was de belangrijkste financier van EDT.

Daarbovenop eiste de familie nog eens 73 miljoen dollar (omgerekend 64 miljoen euro) van ABN Amro omdat de bank EDT zou hebben opgezadeld met slecht renderende derivaten. Ook deze claim is inzet van de onderhandelingen tussen bank en curatoren, bevestigt curator Van den Cloot: ‘Inderdaad, hoewel wij ons niet uitspreken over de gevorderde bedragen.’

Schikking van tafel

Dat de bank momenteel met de curatoren van EDT onderhandelt, is opmerkelijk. In het jaarverslag over 2020 meldde ABN Amro dat er in december een schikking was getroffen, nadat de curatoren hadden aangegeven ‘de vordering niet te willen voortzetten’. Het voorstel hoefde alleen nog door de rechtbank in Antwerpen goedgekeurd te worden. Volgens de bank zou dat op 18 maart 2021 gebeuren.

Maar zover is het niet gekomen. De voormalige eigenaren verzetten zich bij de rechtbank tegen de schikking, omdat het ‘een voorstel met een vreemde smaak’ was, stelt Youri Steverlynck, advocaat van de familie Mehta.

Zo wilde ABN Amro een boedelbijdrage doen, als de curatoren de voormalige bedrijfstop van EDT aansprakelijk zouden stellen voor het faillissement. ‘In ruil daarvoor zou dan de schadeclaim richting de bank van tafel gaan. Het is volstrekt ongebruikelijk om dat aan elkaar te koppelen,’ aldus Steverlynck.

ABN Amro wilde een boedelbijdrage doen, als de curatoren de voormalige bedrijfstop van EDT aansprakelijk zouden stellen voor het faillissement

De Antwerpse rechtbank ging daar tijdens een zitting op 27 mei in mee, stelt de advocaat, waarop de curatoren ter plekke besloten het schikkingsvoorstel in te trekken. Sindsdien ligt de miljoenenclaim weer op de onderhandelingstafel. Een woordvoerder van de Ondernemingsrechtbank Antwerpen bevestigt desgevraagd aan FTM dat de zaak voor onbepaalde tijd terug naar de rol is verwezen.

Volgens een woordvoerder van ABN Amro is er geen enkele sprake van dat de bank moet vrezen voor een aanzienlijke schadepost. ‘Het gaat om een onzinnige en ongefundeerde claim van de voormalige eigenaren, die nu eenmaal onderdeel uitmaakt van de boedel. Het is nog steeds onze inzet, en die van de curatoren, om een vaststellingsovereenkomst te sluiten en de claim af te wikkelen. Dat gaat alleen iets langer duren.’

De schadeclaim komt volgens de woordvoerder voort uit een langlopend dispuut tussen de bank en de voormalige eigenaren. ‘Er is ondertussen al een flink aantal procedures geweest tussen de bank en EDT. Deze zijn allemaal in het voordeel van de bank uitgevallen.’ ABN Amro bevestigt wel dat de eerder overeengekomen schikking op verzoek van de curatoren naar de rol is terugverwezen.

Wereldwijd grootste financier

De ‘Diamonds- and Jewellery’-tak van ABN Amro fungeerde decennialang als grootste financier van de diamantindustrie. Eind jaren negentig van de vorige eeuw nam de bank een derde van alle wereldwijde leningen voor haar rekening, becijferden onderzoekers van SOMO in 2001 in een rapport.

De relatie met Eurostar Diamond Traders gaat volgens de oprichters van het bedrijf zeker veertig jaar terug. Mede dankzij miljoenenleningen van de Nederlandse bank groeide EDT vanuit Antwerpen uit tot wereldmarktleider, met in 2014 nog een omzet van 3 miljard dollar. Het bedrijf was hofleverancier van luxemerken als Cartier, Bulgari en Louis Vuitton, zo tekende NRC Handelsblad op.

Volgens de familie Mehta kondigde de bank in 2012 intern aan de kredietlijn te willen afbouwen. Het bedrijf had op dat moment in totaal 425 miljoen dollar geleend. ‘Het afbouwen van de kredieten is vervolgens op een dusdanig drieste manier gegaan, dat daarmee in feite het doodvonnis van de onderneming werd getekend,’ zegt advocaat Steverlynck.

Met name een door ABN Amro opgezette offshore-constructie via het Britse eiland Jersey zou tot de ondergang van EDT hebben geleid. In 2014 nam de vennootschap United Vision Limited (UVL) een deel van de diamantenvoorraad van EDT over, ter waarde van 134 miljoen dollar. In ruil daarvoor ontving EDT een lening van 90 miljoen dollar. Volgens Steverlynck gebeurde dit volledig op initiatief van de bank: ‘UVL was de facto een dochteronderneming van ABN Amro, de bank verbeterde op deze manier haar zekerheden.’

Met name een door ABN Amro opgezette offshore-constructie via het Britse eiland Jersey zou tot de ondergang van EDT hebben geleid

De woordvoerder van ABN Amro betwist dat: ‘Het betreft een voorraadfinanciering die is opgezet op verzoek van de klant en die jaren naar tevredenheid van de klant heeft gefunctioneerd. Deze structuur is met medeweten en goedkeuring van alle relevante autoriteiten tot stand gekomen en wordt vermeld in de jaarstukken van de relevante entiteiten.’

Volgens de bank werd voor de constructie met UVL gekozen omdat de eigendomsrechten op de verkochte diamanten via zo’n ‘special purpose vehicle’ (SPV) gemakkelijker over te dragen waren. ‘Bij het opzetten van de financiering en de SPV bood de wetgeving van Jersey terzake de beste mogelijkheden.’

Volgens de oprichters van EDT was de constructie in de praktijk moeilijk werkbaar. Het bedrijf moest bestelde diamanten voortaan eerst inkopen bij UVL, dat de opbrengst weer gebruikte om leningen bij ABN Amro af te lossen. Steverlynck: ‘Bij elke verkoop werd door de bank geld afgeroomd, er bleef amper werkkapitaal over. Zo stevende EDT onherroepelijk op faillissement af.’

ABN Amro ontkent deze aantijging stellig: ‘Van enige onrechtmatige uitlokking van een faillissement, laat staan door ABN Amro, kan geen sprake zijn.’ In rechtszaken is enige schuld van de bank tot op heden niet aangetoond.

Krediet opgezegd 

Het faillissement volgde in maart 2019. Tussen de bank en EDT was het toen al goed mis. ABN AMRO had een jaar eerder definitief het krediet opgezegd, waarop de familie Mehta de schadevergoeding van 600 miljoen euro eiste.

Uit rechtbankstukken in handen van FTM blijkt dat ook de curatoren aanvankelijk de schuld voor het faillissement bij de bank neerlegden. De neergang werd volgens hen veroorzaakt door ‘te snelle schuldafbouw op te korte tijd’ en de door ABN Amro bedachte constructie via Jersey bevatte volgens de curatoren zelfs ‘frauduleuze elementen’. ‘Er is geen legitieme reden om te werken met stromannen zoals de banken gedaan hebben,’ schreven de curatoren in een van de stukken.

Uit rechtbankstukken blijkt dat ook de curatoren aanvankelijk de schuld voor het faillissement bij de bank neerlegden

Na een aantal zittingen bij de rechtbank in Antwerpen, vorig jaar september, besloten de curatoren toch met de bank te gaan praten over een mogelijke schikking. ‘Het ging hier om verwijten die geïnitieerd werden door (het voormalige bestuur van) Eurostar voorafgaand aan het faillissement, niet door de curatoren. Zij wilden deze procedure beëindigen,’ zegt de woordvoerder van ABN Amro. (De curatoren wilden geen verdere details geven zolang de onderhandelingen met de bank nog lopen.)

In december 2020 lag er het ‘voorstel tot dading’, zoals de bank vermeldde in het jaarverslag. Dat het schikkingsvoorstel afgelopen mei toch terugging naar de tekentafel, meldde de bank niet aan de buitenwereld. ‘Omdat er niets bijkomends te melden is naast hetgeen in het jaarverslag 2020 is gemeld,’ aldus de woordvoerder van de bank. ‘De strekking is onveranderd gebleven, namelijk dat er wordt beoogd een dading [vaststellingsovereenkomst, red.] te sluiten en de ongefundeerde claim administratief af te wikkelen.’

Al jaren discussie

Binnen de bank leidde de financiering van de diamanthandel al jaren tot discussie, vanwege het grote risico op fraude en witwassen. Zo raakte de bank in opspraak vanwege de financiering van een Israëlische handelaar die verdacht werd van corruptie. Ook kreeg de bank een boete van toezichthouder DNB wegens misstanden bij het Diamonds & Jewellery-kantoor in Dubai.

In vergaderingen van het bankbestuur met de raad van commissarissen gingen daarom al  jaren stemmen op om de afdeling Diamonds & Jewellery zo snel mogelijk te verkopen. Het bestuur onder leiding van toenmalig topman Gerrit Zalm liet dat na – al werden dus wel bestaande leningen afgebouwd.

Vorig jaar augustus maakte de bank bekend helemaal uit de diamantsector te willen stappen

In mei 2018, een jaar na Zalms vertrek, maakte ABN Amro bekend het kantoor in Dubai te sluiten. Vorig jaar augustus maakte de bank bekend helemaal uit de diamantsector te willen stappen.

Het faillissement van EDT krijgt mogelijk ook nog een strafrechtelijk staartje. De Belgische justitie is in april een onderzoek gestart, zo berichtte zakenkrant De Tijd. Het onderzoek richt zich op ‘feiten die te maken hebben met het faillissement, zoals schriftvervalsing, het wegwerken van activa, witwassen en de boekhouding die niet in orde was’, aldus een woordvoerder in de zakenkrant. 

ABN Amro zegt voor zover bekend geen onderwerp te zijn van strafrechtelijk onderzoek in België. Een woordvoerder van het parket in Antwerpen bevestigt dat de bank door justitie niet als verdachte is aangemerkt: ‘Het onderzoek richt zich uitsluitend op het faillissement zelf.’

Uitgebreide reactie ABN Amro

De bank liet in een reactie op vragen van Follow the Money het volgende weten: 

‘Er is sprake van een langlopend dispuut tussen de bank en een klant van de bank, Eurostar Diamond Traders (EDT). Inmiddels is EDT failliet. In die context is het zo dat (het voormalige bestuur van) EDT al tijden alle middelen aangrijpt om de bank in diskrediet te brengen. Er is ondertussen al een flink aantal procedures geweest tussen de bank en EDT (en daaraan gelieerde partijen). Deze zijn allemaal in het voordeel van de bank uitgevallen. De vonnissen en arresten zijn publiek toegankelijk. Recent werd nog een door Eurostar Diamond International SA en Kaushik Mehta (één van de voormalige bestuurders) jegens de bank neergelegde strafklacht integraal onontvankelijk bevonden door het Hof van Beroep te Antwerpen. Deze vaststelling werd later volledig bevestigd door de hoogste instantie in België, het Hof van Cassatie.’

‘Verder is van belang om te weten dat de vordering tot faillietverklaring destijds is ingesteld door de voorlopige bewindvoerders van EDT, niet door ABN AMRO Bank. Deze vordering is in eerste aanleg beoordeeld door de Ondernemingsrechtbank Antwerpen en in hoger beroep door het Hof van Beroep te Antwerpen. Beide rechterlijke instanties zijn tot de vaststelling gekomen dat het faillissement van EDT terecht was. Van enige onrechtmatige uitlokking van een faillissement, laat staan door ABN AMRO Bank, kan dan ook geen sprake zijn.’

Lees verder Inklappen