Intensieve geitenhouderij in Hurwenen, Gelderland.

De coronapandemie zet de wereld op zijn kop. Wie betaalt de rekening? En wie profiteert? Lees meer

Het virus SARS-CoV-2, beter bekend als het coronavirus, dook eind 2019 op in de Chinese provincie Hubei. In een paar weken tijd veroorzaakte het een epidemie, waarna het zich over de rest van de wereld verspreidde. Begin maart 2020 verklaarde de World Health Organisation de ziekte tot een pandemie en gingen landen wereldwijd 'op slot'.

Met het coronavirus is een crisis van historische proporties ontstaan, niet alleen medisch, maar ook economisch. In de vorm van steunfondsen en noodmaatregelpakketen werden bedrijven wereldwijd met vele miljarden op de been gehouden.

Waar met geld gesmeten wordt, liggen misbruik en fraude op de loer. Daarom volgt FTM de ontwikkelingen op de voet. Wie profiteert van de crisis? En welke oplossingen dienen welke belangen? 

216 artikelen

Intensieve geitenhouderij in Hurwenen, Gelderland. © ANP/Marcel van den Bergh

Geitengevaar: alleen zichtbaar op de kaart van Gelderland

Door de coronacrisis is er opnieuw aandacht voor de gezondheidsrisico's van intensieve veehouderij, met name geiten. De geitensector is relatief klein, maar was wel verantwoordelijk voor de Q-koortsepidemie van 2007-2011. Nu presenteert de sector alweer een risico: een veel grotere kans op longontstekingen voor wie er in de buurt woont.

Dit stuk in 1 minuut
  • Door het coronavirus ligt intensieve veeteelt opnieuw onder de loep: verscheidene longartsen maken zich zorgen over het effect van het virus op longen die reeds beschadigd zijn door longziektes als gevolg van fijnstof en ammoniak.
  • Vele honderdduizenden Nederlanders wonen binnen 2 kilometer van een geitenboerderij, wat volgens wetenschappelijk onderzoek hun kans op longontsteking tot 60 procent verhoogt.
  • Alleen Gelderland is transparant over de precieze locaties: de provincie telt 128 (grote) geitenhouderijen. Follow the Money en LocalFocus berekenden dat hierdoor ruim 375.000 inwoners extra risico lopen.
  • De Rijksdienst die landelijk de registratie van agrarische bedrijven verzorgt, houdt adressen van geitenhouders geheim. Ze beroept zich op de privacy van boeren – hetzelfde argument als destijds in de Q-koortsepidemie. 
  • Het lukt geitenrijke provincies niet om de groei van de sector in te dammen. In de Gelderse Bommelerwaard staat een ondernemer klaar om zijn bedrijf te laten groeien tot ruim 13.000 dieren.
  • Omwonenden staan overal met lege handen: onvoldoende informatie, gebrekkige bescherming door provinciale overheden, en een Rijksoverheid die primair meedenkt met de belangen van boeren.
Lees verder

Wie is zich ervan bewust dat er binnen 2 kilometer van zijn huis een geitenboerderij staat? Vast niet alle inwoners van de bebouwde kommen van de gemeenten Rhenen in Utrecht, of Bennekom en Lunteren in Gelderland. Toch zijn ze daar omringd door zoveel geitenfarms dat er altijd wel een op 2 kilometer afstand ligt. Die nabijheid betekent dat deze inwoners meer dan gemiddeld risico hebben op ontsteking van de longen. Het onderzoek ‘Veehouderij en Gezondheid Omwonenden’ (VGO), dat verbanden in kaart brengt tussen patiëntgegevens en agrarische locaties, heeft er nog geen echte verklaring voor. Maar dat er een verband is tussen longontsteking en wonen bij een geitenboerderij staat vast. Zo ligt in het onderzochte VGO-gebied – alleen de provincies Noord-Brabant en Limburg – het aantal longontstekingen al 8 jaar lang 50 tot 60 procent boven het landelijk gemiddelde. Volgens de betrokken wetenschappers komt een statistisch significant deel daarvan voor rekening van de geitenhouderij. 

Wat ook vaststaat is dat in gebieden met veel grootschalige veehouderijen er opvallend veel fijnstof in de lucht wordt gevonden. Primair fijnstof zorgt voor longproblemen bij omwonenden en veehouders, en secundair fijnstof – in combinatie met onder andere ammoniak – voor een verhoogde kans op longkanker. Een bepaald type (adenocarcinoom) komt voor bij mensen die nooit rookten, maar wel in aanraking komen met luchtvervuiling die in belangrijke mate wordt veroorzaakt door intensieve veehouderij.

Kwetsbaren

Het nu woekerende coronavirus is een extra bron van zorg voor mensen met aandoeningen aan de luchtwegen. Er is geen bewijs dat het virus bij hen gemakkelijker toeslaat dan bij een ander. Wel zagen onderzoekers van Harvard een verband tussen fijnstof en hogere sterfte aan corona. Een ondermijnde weerstand, bijvoorbeeld als gevolg longproblemen, levert altijd extra risico op. ‘Ik kan me de angst daarom goed voorstellen,’ zegt Henk Jans, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Medische Milieukunde. En waar een ‘gewone’ longontsteking met antibiotica meestal goed te behandelen is, veroorzaakt Covid-19 in ernstige gevallen problemen waartegen vooralsnog geen medicijn opgewassen is. ‘Het coronavirus laat bij veel mensen diepe sporen na en vormt een behoorlijk risico voor kwetsbaren,’ zegt Alfons Olde Loohuis. Hij was huisarts in het Brabantse Herpen, destijds brandhaard van de Q-koortsepidemie, en wijst sindsdien onvermoeid op de gevaren van een corona-achtige virusuitbraak, juist in gebieden die hij aanduidt als ‘klein-China’: dichtbevolkt en met veel vee. 

Alfons Olde Loohuis, arts

Coronavirus vormt behoorlijk risico voor kwetsbaren

Bij de Q-koortsuitbraak van 2007 tot 2011 was de boosdoener een bacterie, afkomstig van geitenboerderijen. Ze kostte 95 mensen het leven en maakte nog eens 4107 mensen ziek. Met het ruimen van 50.000 dieren is Q-koorts teruggedrongen, maar tegen de nadien ontdekte extra longontstekingen zijn nog geen maatregelen genomen. De overheid wil eerst meer onderzoek, en dat laat door de uitbraak van het coronavirus nog wel even op zich wachten. Verder laat ze het aan de provincies over om de gezondheid van hun inwoners te beschermen. Die werken sinds 2017 vaak met een zogenoemde ‘geitenstop’ – een verbod op het vestigen of uitbreiden van geitenboerderijen - maar zonder effect. De sector groeide sindsdien van 533.000 naar meer dan 614.000 geiten in 2019.

Slot en grendel

Reden genoeg om te willen weten waar die boerderijen dan staan, en hoeveel mensen er omheen wonen – met alle risico’s vandien. Uiteraard beschikt de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland over adressen van geitenbedrijven, en over gegevens van de vergunningen die aan deze bedrijven zijn verleend. Op verzoek van Follow the Money vroegen datajournalisten van LocalFocus daarom om een bestand, omdat we voor heel Nederland wilden nagaan hoeveel mensen dicht bij een geitenhouderij wonen. Bedrijfslocaties zijn bepaald niet geheim, maar de Rijksdienst wilde ze niet verstrekken: privacybescherming van de ondernemer. Hetzelfde argument als waarmee de Gezondheidsdienst voor Dieren tijdens de Q-koortsepidemie de adressen van besmette geitenbedrijven onder de pet hield; en zo de bestrijding van de bacterie vertraagde.

Met het Gelderse systeem I-GO Veehouderijen is gelukkig wel een data-analyse te maken. In Noord-Brabant, Limburg en Overijssel wonen eveneens honderdduizenden mensen erg dicht bij geitenboerderijen. Maar gegevens van bedrijfslocaties zijn in deze provincies moeilijk te vinden. Ooit hebben ook hier gemeenten getracht met gegevensregistratie zicht te krijgen op de precieze locaties en omvang van veehouderijen – vooral om de stank van varkens en kippen in te dammen. Maar deze gemeentelijke systemen zijn in de loop der jaren vaak verouderd geraakt. Er kan geen actuele en betrouwbare informatie aan worden ontleend. Andere databases zijn niet toegankelijk en blijven achter slot en grendel. De enige uitzondering is de provincie Gelderland. Hier is, vooruitlopend op de invoering van de Omgevingswet, een actuele database van gegevens over veehouderijen ingericht, en die is door iedereen te raadplegen. 

375.000 Gelderlanders

Uit de de analyse die LocalFocus voor Follow the Money uitvoerde op basis van die database blijkt dat er in Gelderland 375.000 mensen té dicht bij een geitenboerderij wonen: dat is binnen een cirkel van 2 kilometer. Dit betekent dat één op de zes inwoners van Gelderland een verhoogde kans heeft longontsteking te krijgen – alleen maar omdat ze in de nabijheid leven van een van de 128 geitenbedrijven met een vergunning voor 50 dieren of meer. Waar die bedrijven precies te vinden zijn, is te zien op deze kaart. De rode cirkels markeren het gebied van 2 kilometer rondom een geitenfarm.

Ook in Gelderland geldt een geitenstop – een blokkade op nieuwe, of uitgebreidere, vergunningen – maar ook hier is het aantal dieren toch gestegen. Dat is vaak het gevolg van nog ‘ongebruikte ruimte’ in vergunningen die al lang geleden zijn verleend. 

Een typerend voorbeeld van de beperkte invloed van de overheid op de groei van de geitensector is te vinden in Bommelerwaard. Ten oosten van Zaltbommel staat Alexander van der Schans (52) te trappelen om zijn bedrijf te verdubbelen, zodat zijn zoon en neef het later kunnen voortzetten. De ambitie: 13.410 geiten op drie locaties. De meeste vergunningen zijn binnen; aangevraagd in 2012 en toegekend voordat de geitenstop werd ingevoerd. 

Marjoleine Jansen, woont in Hurwenen

Waar houdt ondernemen op en begint onze gezondheid?

Maar verzet vanuit het dorp en van de buren houdt Van der Schans nog tegen. Achterbuurman Pieter Liebrecht, veehouder van 120 melkkoeien: ‘Er komen 6000 geiten naast mijn bedrijf en woonhuis. Ik maak me grote zorgen over de gezondheid van mens en dier met zo’n concentratie. Als er bij hem iets gebeurt, ben ik als eerste aan de beurt.’ Dorpsbewoner Marjoleine Jansen, directeur-eigenaar van een bedrijf in magazijntechniek: ‘Er gebeuren dingen om je heen waarvan je niet kunt bevroeden dat het kan en mag. We willen in gesprek. Hij heeft een vergunning, hij mag ondernemen, maar waar houdt ondernemen op en begint onze gezondheid?’

Het geitenbedrijf van Van der Schans - nu nog op twee locaties met samen ruim 5000 dieren - ligt tussen Hurwenen en Rossum, twee dorpen in de gemeente Maasdriel, aan de rivier de Waal. Beide kernen vallen grotendeels in een denkbeeldige cirkel van twee kilometer rond de boerderij. Precies in het gebied met extra risico op longontsteking. Basisschool De Bogerd, het nieuwbouwproject Weteringshoek in Rossum, en de voetbalvelden van HRC’14 vallen ook in de cirkel. 

‘Geen enkele makelaar wijst je erop dat er 400 meter verderop een geitenbedrijf is gevestigd,’ zegt Michiel Tevel, die met zijn belastingadviesbureau annex woonhuis op 300 meter afstand van de stallen zit. ‘Zeker, dit is een Nimby-protest: not in my backyard. Maar ik ruik het dagelijks doordat er hier meer geuroverlast wordt toegestaan dan gebruikelijk. Mijn echtgenote heeft astmatische bronchitis en is allergisch voor de meeste antibiotica. Als zij hier een longontsteking oploopt, weet ik niet wat wij moeten doen. Het belang van de burger en zijn gezondheid wordt niet meegewogen door de gemeente en de toezichthouders hier.’

‘Bewust beschadigd’

De tegenstanders van uitbreiding van het geitenbedrijf hebben zich verenigd in vijf belangengroepen waaronder de Stichting Gezond & Fris Hurwenen & Rossum. Ze strooien zand in de vergunningenmachine waar ze maar kunnen. Over de moeite die dat kost, kunnen Marjoleine Jansen, Pieter Liebrecht en Michiel Tevel het urenlang hebben: tegenstrijdige bepalingen in vergunningen, rammelende onderzoeksrapporten, overtredingen van de voorschriften, aarzelende handhaving. Ze hebben resultaten geboekt: de bouw van stallen is stilgelegd en een vergunning is ingetrokken. De lokale media volgen de zaak op de voet, ook Zembla en de Volkskrant kwamen al naar Hurwenen, en er zijn Kamervragen gesteld. Maar zolang het bestemmingsplan ruimte geeft aan veehouderij bij de dorpskern is het uitstel – niet het gewenste afstel. De ingetrokken vergunning kan opnieuw worden aangevraagd zodra een verbeterd bouwplan wel aan de voorschriften voldoet. De gemeente Maasdriel houdt daar kennelijk al rekening mee, want een al aangelegde fundering hoeft niet te worden gesloopt. Tegelijkertijd heeft de wethouder van ruimtelijke ordening gezegd dat hij liever een andere locatie ziet voor de groeiplannen van de geitenhouderij.

Wat denkt Alexander van der Schans er nu zelf allemaal van? Na enkele pogingen tot telefonisch contact en een kort bezoek aan de poort (‘hij is in bespreking’) volgt een e-mail: ‘Aangezien ik in het recente verleden meerdere keren bewust beschadigd ben door artikels van uw collega’s denk ik dat het beter is dat wij ons zeer terughoudend opstellen. Dat betekent dat wij niet meewerken. Succes met uw verdere werk.’

De gemeente Maasdriel lijkt klem te zitten: oude vergunningen kan ze niet intrekken, een alternatief vinden via een nieuwe vergunning is onmogelijk vanwege de provinciale geitenstop. Maar, verzekert een woordvoerder, Maasdriel doet zijn ‘uiterste best’ om risico’s voor de volksgezondheid te beperken. Het gemeentelijke geitendossier zal de komende jaren nog wel wat dikker worden.

Archiefkasten

In Maasdriel volgt een actieve groep burgers elke beweging van de overheid en de geitenhouder, maar zulke betrokken inwoners heeft niet iedere gemeente. En als ze er wel zijn, dan hebben ze veel werk aan informatievergaring. Gemeenten publiceren nieuwe vergunningsaanvragen en -besluiten sinds 2013 digitaal, maar het verleden blijft in archiefkasten begraven. Gevolg hiervan is dat de boer - en zijn recht op privacy – door de overheid beter wordt bediend dan de burger en diens recht op informatie. 

Hiermee ontstaat een lastig parket voor de gezondheid van de burger met een geitenboerderij om de hoek. Gebrekkige toegang tot relevante informatie, een provinciale overheid die er niet in slaagt effectieve maatregelen te treffen, en een Rijksoverheid die haar optreden afhankelijk stelt van steeds weer nader onderzoek. 

Het lijkt onontkoombaar dat geitenbedrijven nog jaren zullen zorgen voor extra vermijdbare gevallen van longontsteking. Zo’n infectie mag dan gemiddeld beter te behandelen zijn dan Q-koorts of Covid-19, ze kost niettemin duizenden mensen jaarlijks het leven. Er kleven risico’s aan intensieve geitenhouderij, die zouden op zijn minst bekend moeten zijn bij de mensen die eromheen wonen. Net zoals ook omwonenden van andere risicovolle industriële bedrijven door de autoriteiten, en door de bedrijven zelf, moeten worden geïnformeerd. 

Verantwoording onderzoek LocalFocus

De datajournalisten van LocalFocus maakten voor hun analyse gebruik van openbare gegevens in I-GO Veehouderijen van de Omgevingsdiensten in Gelderland. Hieraan is op 13 maart 2020 een bestand ontleend van alle op dat moment geregistreerde en actieve (niet verlopen) vergunningen voor het houden van geiten.

Elke vergunning is gekoppeld aan een adres. Dat is niet altijd het adres waarop het geitenbedrijf daadwerkelijk is gevestigd. De vergunninghouder kan zijn geiten op een andere locatie hebben ondergebracht. Ook hebben sommige vergunninghouders meerdere locaties waarop ze hun geiten huisvesten.

De adressen uit de database zijn door LocalFocus eerst voorzien van unieke coördinaten; daarna is nagegaan aan welk adres vergunning(en) is (zijn) verleend voor het houden van 50 geiten of meer. Kleinere geitenbedrijven zijn hiermee buiten de analyse gehouden. Dit is ook de gebruikte methode in ‘Veehouderij en Gezondheid Omwonenden’, het onderzoek dat aantoont dat mensen in de nabijheid van geitenhouderijen tot 60 procent vaker longontsteking krijgen. 

Rond alle adressen met een vergunning voor 50 geiten of meer, is vervolgens een cirkel getrokken met een straal van 2 kilometer. Daarna is voor elke cirkel het aantal inwoners geteld. De 2-kilometercirkels zijn geen ‘nette rondjes’, zoals bij sterk inzoomen is te zien. Voor het berekenen van het inwoneraantal is namelijk een bestand gebruikt dat voor elk vlak van 100 bij 100 meter weet hoeveel mensen daar wonen. Het aantal inwoners per vlak is afgerond op 5. In sommige vlakken is het exacte aantal inwoners iets hoger, in andere iets lager. Voor deze analyse gaan we ervan uit dat dit in de praktijk niet zoveel uitmaakt.

Lees verder Inklappen