
Puur en alleen ondernemen om financieel rendement te behalen is op de lange termijn onhoudbaar. Het nieuwe ondernemen - waarbij mens en planeet centraal staan - krijgt in Nederland steeds meer voet aan de grond. Maar hoe werkt dit precies? Lees meer
De beweging van verantwoordelijke ondernemers groeit snel. Waar liggen de kansen voor deze 'nieuwe ondernemers'? Tegen welke problemen lopen ze aan? En hoe maken we onderscheid tussen de ondernemers die daadwerkelijk maatschappelijke en ecologische waarde creëren, en degenen die doen alsof?
Het jarenlange gesteggel over zzp’ers
Tony’s Chocolonely: nog niet slaafvrij, wel dividend
Waarom juist ambitieuze millennials niet voor het grote geld gaan
‘Voedselbedrijven lopen Brussel en Den Haag helemaal plat’
De synergie tussen gemeenten en nieuwe ondernemers
Verantwoord ondernemen langs de meetlat
Zo produceer je écht diervriendelijke eieren
Ondernemers pakken op eigen houtje de ouderenzorg aan
Hoe sociale ondernemingen onze economie van binnenuit vernieuwen
Specialisterren excelleert als bedrijf dankzij werknemers met autisme
Medewerker van maaltijdbezorger zijn werkgever Deliveroo aan, omdat zij alleen met zelfstandige bezorgers willen werken © ANP / Robin van Lonkhuijsen
Het jarenlange gesteggel over zzp’ers
De overheid weet nog altijd niet goed hoe ze belastingtechnisch en arbeidsrechtelijk met zzp’ers om moet gaan. Hans Baaij verrast dat niet dat het tussen de overheid en zzp’ers niet wil vlotten: commentaar van de uitvoerders van de wrakke wet- en regelgeving wordt steevast genegeerd. Baaij heeft een voorstel.
In 1994 studeerde ik af als fiscaal jurist op de juridische positie van zzp’ers (zelfstandigen zonder personeel, in die tijd ook wel ‘zelfstandigen zonder poen’ genoemd). Net als nu was toen de telkens terugkerende vraag: was er sprake van echte zelfstandigheid van de opdrachtnemer, of ging het om een schijnconstructie die een arbeidsovereenkomst moest verhullen? Bij veel organisaties bleken mensen als zelfstandige te zijn ingehuurd die eigenlijk als werknemer verloond hadden moeten worden. Omroepen, de overheid en zelfs uitgevers van juridische vakliteratuur maakten er een zootje van. Omdat het GAK/UWV toen nog beschikte over ter zake kundige inspecteurs regende het naheffingen en boetes bij de opdrachtgevers. Meestal was er niet zozeer sprake van kwade trouw, maar begrepen de contractpartijen de ingewikkelde wetgeving niet. Het gevolg was grote angst bij opdrachtgevers om zelfstandigen in te huren, en de opkomst van Payroll services, een dure manier om risico’s af te dekken.
Sinds 1994 is er qua regelgeving weinig veranderd. Zelfs het Uitvoeringsbesluit Loonbelasting uit 1965 is nog steeds geldende wetgeving. En de onzekerheid wie een echte dan wel een nepzelfstandige is, is alleen maar toegenomen. Intussen is er wel een enorme toename van het aantal zelfstandigen: van 650.000 in 1994 naar 1,1 miljoen vorig jaar. Ook de grote variëteit onder zzp’ers is toegenomen: van pizzakoeriers tot peperdure consultants.
Onderstaand CBS-overzicht geeft een eerste indruk van de variëteit aan zelfstandigen:
Om iets aan de rechtsonzekerheid van zzp’ers te doen, werd in 2005 de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) ingevoerd, zodat de Belastingdienst de zelfstandigheid op voorhand kon vaststellen. Eenvoud en doelmatigheid stonden daarbij voorop. Er werd een formulier ontwikkeld met een zeer beperkt aantal vragen. Een meedere daarvan was of men inderdaad meerdere opdrachtgevers had. Schijnzelfstandigen met maar één opdrachtgever konden eenvoudig onder dit criterium uitkomen door voor drie bekenden een kleine opdracht te verrichten. Ook verrichtten zzp’ers zogenaamd werkzaamheden bij elkaar.
Het falen van de VAR was voorzienbaar, en bewees hoe wereldvreemd en naïef de overheid naar het probleem keek
Nadat de Belastingdienst bij de VAR eenvoudig te misleiden bleek, kwamen er aanvullende eisen zoals dat men niet economisch afhankelijk mocht zijn van één opdrachtgever. Die voorwaarde werd vrij arbitrair vastgesteld, het was een zzp’er namelijk niet toegestaan meer dan 70 procent van hun totale omzet bij één opdrachtgever te genereren. Hierdoor raakten zelfstandigen als architecten en ICT-ers hun langlopende opdrachten kwijt en uit puur lijfsbehoud werden constructies bedacht om aan meerdere opdrachten te komen. Ook ik hielp die bedenken, als (zzp’ende) fiscaal jurist.
Het falen van de VAR was voorzienbaar, en bewees hoe wereldvreemd en naïef de overheid naar het probleem keek: hoe kon je ooit de zeer complexe wet- en regelgeving en de grote variëteit aan zelfstandigen in een handvol vragen vervatten?
Vandaar dat toenmalig minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher in 2016 met de wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) probeerde de gewenste duidelijkheid te verschaffen. Deze wet tegen schijnconstructies bij zelfstandigheid overtrof evenwel in hoge mate de complexiteit en onnozelheid van de VAR. De Belastingdienst ontwierp een DBA-standaardovereenkomst voor zzp’ers en hun opdrachtgevers. Deze overeenkomst bevatte voor een normaal mens onbegrijpelijke teksten en was voor velerlei interpretaties vatbaar. Vervolgens keurde de Belastingdienst ook nog eens driekwart van de door organisaties ingediende DBA-verklaringen af. Door de DBA liepen zzp’ers massaal werk mis : zo moesten bij de Hogeschool Utrecht 400 zzp’ers vertrekken. Toenmalig staatssecretaris van Financiën Eric Wiebes besloot eind 2016 desondanks niet om de wet DBA in te trekken, maar slechts om de Belastingdienst de DBA niet meer te laten controleren. Zzp-technisch bevinden we ons dus al drie jaar in een vacuüm.
Op de website van de Belastingdienst staat tegenwoordig over de DBA: ‘Deze wet heeft niet de duidelijkheid en rust gebracht die hij moest brengen.’ Na het echec met de VAR en de DBA en het vacuüm dat daarna ontstond, ligt het initiatief om de rechtspositie van zzp’ers te reguleren nu bij minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken. Maar veel gebeurt er niet.
De holistische weging van de gezagsverhouding
Eind 2018 verscheen het Handboek Loonheffingen met daarin een aantal criteria voor de gezagsverhouding in arbeidsrelaties. Het vaststellen van gezag is de eerste stap in een lange reeks van stappen om de arbeidsrelatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer te bepalen. Het Handboek schrijft voor dat voor het bepalen van een gezagsverhouding:
...er gelet dient te worden op alle omstandigheden van het geval, in onderling verband bezien, waarbij niet alleen de rechten en verplichtingen in aanmerking worden genomen die partijen bij het aangaan van de rechtsverhouding voor ogen stonden, maar moet ook meegenomen worden de wijze waarop partijen uitvoering hebben gegeven aan hun rechtsverhouding en de wijze waarop ze daar inhoud aan hebben gegeven.
Dit wordt de ‘holistische weging’ genoemd, maar voor velen zal het neerkomen op hocus pocus. ZiPconomy geeft als voorbeeld uit het Handboek dat:
...de zelfstandige wel mag meedoen aan een werkoverleg zolang het maar gerelateerd is aan de opdracht die iemand doet. En als het geen verplichting is.
Kortom, een architect die dagelijks werkbesprekingen heeft met aannemers kwalificeert mede hierdoor niet als zelfstandige.
Omdat de gezagsverhouding maar één van de vele punten is waaraan een arbeidsrelatie getoetst moet worden, lijkt het erop dat ook Wouter Koolmees de rechtspositie van zelfstandigen niet onder de knie zal krijgen.
Via een algoritme kan vrijwel alle kennis op het gebied van het fiscale, sociale zekerheids- en arbeidsrecht toegepast worden op specifieke casussen
Wat moet er nu gebeuren?
Beroepspolitici als Asscher, Wiebes en Koolhaas zijn al een kwart eeuw geen stap dichterbij een oplossing gekomen. Kennelijk hebben ze geen benul van de dagelijkse praktijk van zzp’ers, administratiekantoren en uitvoeringsinstanties als de Belastingdienst en het UWV. De invloed van vakbonden, werkgeversorganisaties, ambtenaren, wetenschappers en politici op het beleid is evident, maar commentaar van de uitvoerders van de wrakke wet- en regelgeving wordt genegeerd.
Een tweede reden dat de overheid op het zzp-dossier (en vele andere dossiers) faalt is de old school-aanpak bij het maken van wetten. Er wordt eindeloos aan wetteksten gesleuteld, komma’s en punten worden bediscussieerd, maar een zo diverse groep als zzp’ers met al hun verschillende arbeidsrelaties, relaties die bovendien ook nog eens razendsnel veranderen, valt vrijwel niet te vangen in een wet, een formulier of een handboek. Vandaar dat ik al in 1994 in mijn afstudeerscriptie opperde om via een beslisboom (algoritme) de zelfstandigheid van een opdrachtnemer te bepalen.
Voor het bedenken van een algoritme dient er eerst gekeken te worden naar de beroepsgroep. Gaat het om piloten, auteurs, timmerlieden of administratieve krachten? De beroepsgroep bepaalt voor een belangrijk deel de inhoud van de vragen en de weging van de antwoorden.
De eerste stap moet vaststellen of er sprake is van een reguliere arbeidsovereenkomst. Hier speelt de gezagsverhouding een belangrijke rol; die zal sneller aangenomen worden bij een tijdelijke administratieve kracht op een kantoor dan bij een piloot die voor een buitenlandse organisatie werkt. Omdat de wetgeving in grotendeels ongewijzigde vorm al decennia bestaat, kan voor allerlei gevallen uit een grote hoeveelheid jurisprudentie geput worden.
Is er geen sprake van een reguliere arbeidsovereenkomst, dan dient het ondernemerschap vastgesteld te worden. Factoren die een rol spelen, zijn debiteurenrisico (wanbetalers), reclame, een eigen website, meerdere opdrachtgevers, investeringen in opleiding of apparatuur en nog veel meer zaken. Een timmerman met maar één opdrachtgever kan toch zelfstandig zijn als hij of zij bijvoorbeeld zwaar heeft geïnvesteerd in apparatuur en een bestelauto. Een literaire auteur die slechts verbonden is aan één uitgeverij, is meestal zelfstandig, omdat hij een ‘gereed product’ in de vorm van een kant-en-klaar manuscript inlevert en omdat er sprake is van een financieel risico als de verkoop tegenvalt. Een auteur die boeken in opdracht schrijft, is daarentegen geen zelfstandige: die loopt geen financieel risico en moet zich aan een opdracht houden.
Dan zijn er nog de fictieve dienstbetrekking, de inkomsten uit ‘overige werkzaamheden’, de vennoten in een VoF (vennootschap onder Firma), de maten in een maatschap en ook bij bestuurders en commissarissen van een BV of NV wordt beoordeeld of ze in loondienst zijn. En nog veel meer variabelen.
Een algoritme bestaat uit een logische opeenvolging van stappen waarbij de eerste en belangrijkste stap is in welke categorie de beroepsgroep valt. Gaat het om piloten, auteurs, timmerlieden of administratieve krachten? Vervolgens worden alle stappen doorlopen zoals in verschillende wetten en besluiten zijn voorgeschreven. Omdat de wetgeving al decennia in grotendeels ongewijzigde vorm bestaat, kan er bij iedere stap geput worden uit gedurende decennia opgebouwde jurisprudentie.
In een dergelijk algoritme kunnen wet- en regelgeving, jurisprudentie, het soort opdracht en de kwalificaties van de opdrachtnemer opgenomen worden. Anno 2019 kan een standaard computer al 5 biljoen berekeningen per seconde maken, dus technisch is er geen enkele reden om vast te houden aan inflexibele wetteksten en handboeken die uitgaan van maar een paar opties. De hedendaagse rekenkracht kan gebruikt worden om vrijwel alle kennis op het gebied van het fiscale, sociale zekerheids- en arbeidsrecht via een algoritme toe te passen op specifieke casussen, van architect tot pizzakoerier, van vertaler tot piloot en van journalist tot fiscaal jurist. En met iedere nieuwe casus kan het model verder geoptimaliseerd worden. Is er sprake van misbruik dan kan het algoritme snel aangepast worden om gaten in de regelgeving te dichten. Kortom, dé oplossing om per zzp’er of groep van zzp’ers zelfstandigheid vast te stellen; vandaar dat ik in 1994 als student het UWV en begin 2018 als ervaringsdeskundige en gespecialiseerd fiscaal jurist het ministerie van Financiën heb aangeboden mee te denken. Maar helaas...
46 Bijdragen
Marla Singer 7
Hans Baaij 4
Marla SingerHet is de incompetentie van de betrokken staatssecretarissen en ambtenarij, met name een groot tekort aan kennis van de praktijk, ouderwets denken in de vorm van regeltjes, gebrek aan creativiteit en zeker bij de bewindslieden een gebrek aan inhoudelijke kennis. Ik meen dat de laatste fiscalist als staatssecretaris de LPF-er Steven van Eijck was; dat was van 22 juli 2002 tot 23 mei 2003. Zonder inhoudelijke kennis is er sprake van een stuurloos schip. En dat blijkt.
Lobbyisten spelen hier geen rol. Zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers hebben baat bij duidelijkheid. Beiden lopen risico’s op naheffingen en gezanik. Hierdoor worden opdrachten soms niet verleend.
MaartenH 10
Hans BaaijPeter Waalkens 7
Hans BaaijDe treurnis van het menselijke bewustzijn. Liever (desnoods veel) schade voor velen dan een deuk in het eigen ego (en eigenbelang) van een enkeling.
Wouter de Heij 5
Hans BaaijPs ik ben volledig in loondienst van mijn holding (een bv), mijn holding-bv heeft meerdere opdrachtgevers. Ben ik ZZP er of niet?
Hans Baaij 4
Wouter de HeijHet kenmerk van een holding is dat het een houderstermaatschappij is c.q. meestal de moedermaatschappij van andere vennootschappen. Een holding verricht zelf geen diensten en heeft dus ook geen opdrachtgevers. Dus het is wat apart dat je vanuit jouw holding werkzaamheden verricht voor diverse opdrachtgevers. Zou je desalniettemin vanuit de holding toch opdrachten uitvoeren, ben je DGA (directeur/groot-aandeelhouder) en zijn er verder geen werknemers ook dan kun je, zelfs als je vanuit een B.V. gezien worden als zelfstandige. Jammer alleen dat de ondernemersaftrek die geldt voor inkomstenbelasting zelfstandige voor een DGA niet van toepassing is.
Wouter de Heij 5
Hans BaaijHans Baaij 4
Wouter de HeijIs bijvoorbeeld afhankelijk van het percentage aandelen dat de holding in bezit heeft. Maar in principe zou ik zeggen, dat er geen sprake is van zelfstandigheid omdat er niet wordt deelgenomen aan het economisch verkeer. Maar er is wel BTW-ondernemerschap.
Lex Kwee 3
Hans Baaij 4
Lex KweeMet enige voorbehoud, wil ik hierover het volgende zeggen: in de beslisboom is het inderdaad verstandig om ergens in het begin ook de positie van de ZMP-er, dus een zelfstandige met personeel, mee te nemen. Indertijd was het zo, toen ik nog een praktijk als fiscalist had, ging het UWV er standaard van uit dat iemand met een aansluiting bij het UWV als werkgever, niet verloond hoefde te worden. D.w.z. er hoefden geen premies en ingehouden te worden en de ZMP-er had geen recht op een uitkering in geval van werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Dat een ZMP-er niet in loondienst is, is redelijk logisch, want de tweede eis voor een arbeidsovereenkomst is dat er persoonlijk arbeid wordt verricht en door de aanwezigheid van personeel is, zijn anderen van het bedrijf dan de ZMP-er inzetbaar. Dat zet de deur open naar schijnconstructies door bijvoorbeeld de buurman of de partner voor één uur per week op de loonlijst te zetten. Hoe vaak dit voorkomt, kan ik niet zeggen. Wanneer iemand een ZMP-er is en wanneer niet, is, zoals je terecht aangeeft, één van de vele vragen die de kwestie wel of geen loondienst oproept.
wilag kater 5
Een dergelijke stelsel van getrapte schalen werkt dan net zo als de getrapte Belastingschalen. LET OP - ideaal of perfect worden zulke getrapte stelsels nooit maar er ontstaat zo misschien een wat reeelere en eerlijker verdeling van risico's, maatschappelijke opbrengsten en ZZP-winsten mee, voor alle betrokken stakeholders.
Achterliggende reden is dat ZZP-ers soms prima bijdragen aan de samenleving (MVO etc) leveren maar daarbij (te) grote risico's lopen of nemen en desondanks uiteindelijk lage opbrengsten generen. Beruchte voorbeelden zijn sectoren als kunsten, wetenschappen, journalistiek, de design- en uitvinderswereld etc. Fundamenteel belangrijke sectoren met een stokoud gegeven: markten hebben (soms aanvankelijk) niet overal geld voor (over), terwijl een samenleving wel om dit of dat product of dienst zit te springen.
Om die laatste reden zou ik een fiscaal jurist ook wel eens willen horen over de effecten van een belastingvrije voet of van een basisinkomen om (getrapte) risico's van het ZZP-schap aanvaardbaar te maken maar ook eventuele ZZP-voordelen en -privileges enigszins in te dammen.
Bijkomend effect van een dergelijk getrapt stelsel is wat mij betreft ook om ZZP-ers in de toekomst wat meer (burger)bewustzijn van hun status en (inkomens)positie bij te brengen tav de samenleving als geheel. Hoe meer je als ZZP-er weet over jouw markt en jouw overheid die je steunt bij jouw ZZP-werkzaamheden hoe beter alle stakeholders in de hele samenleving met jouw ZZP-schap zijn gediend.
Misschien klinkt eea wat (te) idealistisch maar het lijkt me een betere toekomst op te leveren voor álle takeholders incl. 1 miljoen ZZP-ers.
Hans Baaij 4
wilag katerHet idee van getrapte schalen voor bijvoorbeeld belastingen op winst, is een interessante. Getrapte schalen, of zoals bij de inkomstenbelasting schijven, hebben evenwel een vorm van willekeur en zijn arbitrair. Aangezien we over computers beschikken kunnen we beter continue schalen aanhouden. Of zelfs meerdere continue schalen tegelijk waardoor er voor iedere ZZP-er op individueel niveau een belastingvrije voet, een basisinkomen, de zelfstandigenaftrek en de hoogte van de inkomstenbelasting bepaald kan worden. Het zijn rekentools die in de praktijk getest en steeds nauwkeuriger afgesteld kunnen worden.
MaartenH 10
Als je sociale zekerheid niet op loon maar op inkomen gaat baseren, en dus voor alle Nederlanders hetzelfde, is het probleem opgelost en is de arbeidsmarkt verlost van een verstikkende constructie. Dat betekent dat de overheid en niet de werkgevers op basis van inkomen inhoudingen gaan doen en dat voor iedereen uitkeringen en pensioen op dezelfde manier geregeld worden.
Martin van der Wiel 7
MaartenHBovendien is in veel sectoren het verschijnsel ZZP-er inhuren ook de welbekende race naar de bodem, met de bijbehorende uitknijp tarieven. Door de aanpassing van de sociale zekerheid zullen ZZP-ers die toch al weinig verdienen, nog minder overhouden.
Hans Baaij 4
Martin van der WielDuidelijkheid in de rechtspositie is voor ZZP-ers en hun opdrachtgevers van groot belang. Een ZZP-er wordt zwaar getroffen als zijn/haar zelfstandigenaftrek met terugwerkende kracht over vijf jaar wordt ingetrokken en er met boetes en rente, een enorm bedrag betaald moet worden.
In veel sectoren is inderdaad sprake van extreem lage tarieven, dat is vooral bij door miljardairs opgezette bedrijven als Uber en ook bij de Thuisbezorgers.
In andere sectoren verdienen ZZP-ers zich helemaal suf. Een kennelijk breed geaccepteerd uurtarief van € 60 komt al gauw neer op een maandomzet van tegen de € 9.000. Onze overheid en zeker die in Amsterdam betaalt grif en zonder onderhandelen € 90 per uur voor mensen die soms langdurig en full-time als ‘zelfstandige’ werkzaam zijn. Ik had zelf een cliënt die op vrijdag afscheid nam als werknemer en op maandag als freelancer tegen drievoudige kosten voor hetzelfde werk weer aan de slag ging bij de Gemeente Amsterdam
Martin van der Wiel 7
Hans BaaijVolledig eens met je reactie. Dat maakt de hele situatie er ook niet makkelijker op.
Wouter de Heij 5
Hans BaaijHans Baaij 4
Wouter de HeijIk kan mij jouw problemen als ondernemer annex werkgever heel goed voorstellen.
Terugkerend naar het onderwerp: er zijn grote verschillen tussen ZZP-ers. In mijn vroegere praktijk als fiscaal jurist had ik zeer gewilde ZZP-ers die met vier dagen werk in de week rustig € 20.000 per maand verdienden. Anders dan de VVD denkt, is een goed uurtarief voor velen dus helemaal niet het signaal om extra hard aan te poten maar (logischerwijs) juist om een tandje minder bij te zetten. Ik durf de stelling wel aan dat een hoger inkomstenbelasting tarief bij de hogere ZZP-inkomens leidt tot een hogere productiviteit en niet tot een lagere zoals VVD-filosofen beweren.
De hardste werkers die ik als klant had, waren mensen als freelance vertalers en journalisten die hoog gekwalificeerd waren maar slecht betaald en met pijn en moeite en lange werkweken aan de € 35.000 omzet per jaar kwamen.
Het Uber model werkt alleen aan de onderkant van de arbeidsmarkt waar tegen bodemtarieven gewerkt wordt. ZZP-ers met een gewild specialisme zoals die jij in dienst hebt, hebben de opdrachtgevers voor het uitzoeken en daar werkt het marktmechanisme andersom. Zeker in deze tijd met een tekort aan arbeidskrachten, ligt de macht bij de hoog opgeleide ZZP-er.
Het is dan ook krankjorum om te proberen al die verschillende ZZP-ers in een paar wetsartikelen te vangen.
Wouter de Heij 5
Hans BaaijHans Baaij 4
Wouter de HeijIn tegenstelling tot wat Asscher c.s. telkens naar voren brengen, hebben bedrijven bij de meeste functies vooral belang bij langdurige arbeidscontracten en niet bij hoppende freelancers of flexcontracten.
MaartenH 10
Martin van der WielDe race naar de bodem moet sowieso aangepakt worden door minimumtarieven vergelijkbaar met minimumloon in te stellen. Een basisinkomen zou in dit verband ook wonderen doen, alhoewel het me niet handig lijkt om bij dit artikel daarover een discussie te beginnen.
Martin van der Wiel 7
MaartenHBetreft de minimumtarieven: Wie gaat dat controleren en hoe gaat dat gecontroleerd worden? Lijkt me onmogelijk.
MaartenH 10
Martin van der WielHet gaat daarbij met namen om zzp-ers die dicht tegen werknemerschap aanzitten. Dat zie je veel in bepaalde branches. Je zou analoog aan een arbeidscontract een ZZP contract kunnen verplichten waarin een aantal zaken verplicht worden afgesproken en aan eisen moeten voldoen. Onmogelijk gaat er bij niet in.
"Maar dat wil diezelfde overheid niet, daar hebben we marktwerking voor"
Volgens mij zijn wij nog steeds de baas van de overheid en niet andersom. Het is zaak om binnen de democratie mensen te overtuigen.
Hans Baaij 4
MaartenHTussen 1998 en 2004 was er een basisvoorziening onder de naam WAZ (wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen). Na een wachttijd van ik meen één jaar had de ondernemer recht op een uitkering van (maximaal) 70% van het minimumloon. Zeker geen vetpot, maar het voordeel was dat men niet in de Bijstand kwam en het eigen vermogen op moest eten. De premie per ondernemer bedroeg maximaal iets van € 2.000 per jaar. Onbegrijpelijk veel gelet op de tegenprestatie, maar dit terzijde.
Tegenwoordig zijn er broodfondsen, een soort onderlinge verzekeringsmaatschappij. Ik heb eerlijk gezegd geen idee of dit in de praktijk goed werkt.
Nelleke Nieuwboer 4
wilag kater 5
Nelleke NieuwboerZou wat mij betreft dan zijn: 'Over wat je bijverdient betaal je belasting naar rato', dus ook hier weer een getrapt stelsel. Dit omdat, vanuit de systeemkunde bekend is dat, geen enkel systeem helemaal perfect of eerlijk kan zijn voor alle betrokken stakeholders.
Gerard van Dijk 6
Nelleke NieuwboerDat laatste zal wel niet gebeuren want dat is dezelfde klasse waar de hoge ambtenaren zich in hebben vermengd (lobbyisten, cq lobbyisten).
Martin van der Wiel 7
In de praktijk zullen er altijd haken en ogen blijven, maar die kunnen met een veel flexibeler systeem (het algoritme in dit voorbeeld) op de wat langere termijn redelijk tot goed worden ondervangen. Resultaat is beter beleid, meer duidelijkheid voor alle partijen en minder misbruik door bedrijven als Post.nl en Deliveroo.
Maar.... zoals hierboven al uiteengezet; de alles beter wetende, naïeve, passieve, starre en van de werkelijkheid los gezongen overheid duldt geen inmenging van mensen van buitenaf met verstand van zaken die midden in de realiteit staan en veel beter weten wat er speelt in de maatschappij.
Derhalve zal er de komende jaren weinig tot niets gaan veranderen.
wilag kater 5
Martin van der WielMartin van der Wiel 7
wilag katerMaar de huidige stelsels zijn ingehaald door de tijd en niet meer te verbeteren c.q. op te lappen.
Dit geldt niet alleen voor de wetgeving inzake ZZP-ers, maar ook en vooral voor het belastingstelsel. Ik zie van dichtbij met welk wanbeleid de Belastingdienst de afgelopen jaren is opgezadeld. Dat is niet meer te verkopen, uit te leggen, uit te voeren en te controleren.
De koek is gewoon op, alleen is er bij de overheid (voorlopig) geen visie, geen kennis, geen zelfkritiek en geen daadkracht, zodat veranderingen op de korte termijn uit zullen blijven.
wilag kater 5
Hans Baaij 4
wilag katerOp bijna iedere vraag kan ik eigenlijk als antwoord geven: “er wordt niet echt nagedacht” . Dat geldt in ieder geval voor Nederland. Een extra complicatie op het ZZP-dossier is dat iemand uit Polen die daar erkend is als ZZP-er, hier vanwege EU-regels in principe ook ZZP-er is. Dat betekent geen bescherming bij ziekte, (op dit moment) geen minimumloon, geen vakantiegeld etc., maar weer wel allerlei fiscale faciliteiten, zoals zelfstandigenaftrek. Het door mij voorgestelde algoritme heeft voor in het buitenland opgetuigde schijnconstructies geen antwoord. Een minimum vergoeding van 16 euro o.i.d. is volgens mij wel een goed idee, ook om schijnconstructies tegen te gaan.
Wouter de Heij 5
Hans BaaijAan de andere kant is payroll bij overheden of over betalingen (> 50 euro per uur voor ZZP er) via overheden ook niet okay. Echte bedrijven met personeel moeten bijna 100 euro vragen voor hoog opgeleiden, zien risico’s toenemen en loonkosten ook.
Een grote groep ZZPers verdient echter goud geld door 65-90 euro te vragen, en dat zijn tarieven die voor echte bedrijven weer te laag zijn.
Kortom het stysteem wordt op twee plekken uitgehold. Ik kan als ondernemer beter stoppen met mensen in dienst nemen.
Gerrit Zeilemaker 6
En waarom moeten vooral werkers flexibel zijn, waarom moet de gewenste flexibiliteit altijd ten koste van de werkers gaan, terwijl de kosten van boodschappen, huisvesting enz. zo inflexibel vast liggen. Hoe flexibel zijn de ondernemers dan?
Ik heb geleerd bij economie dat ondernemen risico nemen was. Waar is het ondernemersrisico dan als ze dit vooral afschuiven op de werkers (en als het even kan op de overheid natuurlijk)?
Pizzakoeriers als zzp'ers; hoe kun je dat normaal vinden?
En keek de overheid wel 'wereldvreemd en naïef' naar het probleem. Was deze verwarring, verhulling, ontduiking en verscherpte uitbuiting niet gewoon de bedoeling?
Kijk de film van Ken Loach, Sorry we missed you, https://www.volkskrant.nl/cultuur-media/sorry-we-missed-you-van-regisseur-ken-loach-is-een-ijzersterk-aangrijpend-manifest~baf0e383/
Mario Klardie
Teun Kloosterman 2
Gert Laman 2
De (schijn) zelfstandige gebruikt diezelfde beslisboom in omgekeerde richting om vast te stellen wat de obstakels zijn op de weg naar erkenning van zelfstandigheid. Dit levert al snel gekunstelde constructies op die een verfijning van het systeem triggeren wat het geheel hopeloos complex maakt.
Hans Baaij 4
Gert Lamanieder systeem is te dwarsbomen door gegevens verkeerd of eenzijdig in te vullen. Een slimme opdrachtnemer (of zijn adviseur) kan de vragen op de beslisboom zo invullen dan het gewenste resultaat uit de beslisboom komt. Echter, dit gaat alleen op in het grijze gebied waar nog wat te manipuleren valt. Of, als er geen controle is, zoals nu meestal het geval is. Zonder controle faalt ieder systeem.
Aart Roelofsen 4
Hans Baaij 4
Aart RoelofsenEn later nog één voor een groep uitgeverijen om te bepalen of hun freelancers (redacteuren, vertalers, schrijvers) al dan niet echte zelfstandigen waren. Ik kan mij niet precies meer herinneren wat de uitkomst was, maar ik geloof dat circa 50% als zelfstandig beoordeeld werden, 25% zeker niet en 25% moest nader onderzocht worden. Zo waren er opdrachtnemers die hadden opgegeven meer dan drie opdrachtgevers te hebben, terwijl daar bij de opdrachtgever twijfels over waren. Het merkwaardige (en irritante) is dat de opdrachtgever zelfs bij opzettelijk verkeerd opgegeven informatie voor aansprakelijk kan zijn voor niet ingehouden loonbelasting en premies. De opdrachtgever liep in dit geval dus grote risico's.
Een zekere conclusie is dat beslisbomen per sector en/of groep van ZZP-ers gemaakt moeten worden. Best veel werk dus. Maar het gaat om veel geld, rechtszekerheid en een probleem dat al decennia niet opgelost wordt.
Leo Coenders 2
Hans Baaij 4
Leo Coendersaangezien ik zowel bij het UWV als bij het ministerie van financiën geen serieuze reactie heb gekregen op het aanbod eens te komen praten en men al decennia zonder resultaat aan het polderen is met mensen die het ook niet weten, lijkt het me niet erg nuttig om "die beslisboom gewoon te maken"
Eminem2 5
Heel veel andere criteria gaan uit van de gedachte "als het er uit ziet als een eend, kwaakt als een eend en loopt als een eend, dan is het waarschijnlijk een eend". Door enerzijds een aantal overduidelijke kenmerken van privaatrechtelijke dienstbetrekkingen naast elkaar te zetten en anderzijds een aantal overduidelijke kenmerken van winst uit onderneming en resultaat uit overige werkzaamheid, heeft men een verdere schifting getracht aan te brengen. Daardoor resulteerden ongeveer de volgende lijstjes.
A. Privaatrechtelijke loondienstbetrekking
- verplichting om persoonlijk het werk uit te voeren;
- de al eerder genoemde gezagsverhouding;
- onder dezelfde omstandigheden werken bij hetzelfde bedrijf als mensen waarvan niet ter discussie staat dat deze in loondienst zijn;
- doorbetaald krijgen bij ziekte;
- eerder voor dezelfde opdrachtgever in loondienst gewerkt hebben;
- het soort werkzaamheden dat wordt uitgevoerd is van zulk essentieel belang voor de opdrachtgever, dat niet goed denkbaar is dat dit buiten loondienst zou gebeuren.
B. Winst uit onderneming / resultaat uit overige werkzaamheid
- ondernemersrisico lopen;
- investeringen gedaan hebben (geen noodzakelijke voorwaarde);
- meerdere opdrachtgevers hebben, waarvan niet één dominante (ook geen noodzakelijke voorwaarde, want op projectbasis meerdere jaren voor één opdrachtgever werken kan wel degelijk als ondernemer gebeuren);
- opdrachtgever mag alleen aan het eindproduct eisen stellen, maar mag geen gedetailleerde aanwijsbevoegdheid hebb
Eminem2 5
De werkelijke crux van de problematiek van de sociale verzekeringsplicht van ZZP'ers ligt naar mijn mening echter buiten die van de door de wetgever en rechter ontwikkelde criteria. En dat is dat die criteria niet meer zijn dan een manier om de vraag te beantwoorden wie wel of niet onder de beschermende werking van de werknemersverzekeringen WW, ZW en WIA zou moeten vallen.
Een eeuw geleden was het antwoord op die vraag niet zo moeilijk, omdat loondienst en vrij ondernemerschap vrij eenvoudig van elkaar te onderscheiden waren. De typische arbeider in landbouw, industrie en bouw was sociaal verzekerd. De zelfstandig gevestigde vrije beroepers (advocaten, dokters) niet en de typische kleine ondernemers (winkeliers, aannemers en boeren) ook niet. Of de managers bij grote bedrijven destijds sociaal verzekerd waren, is mij niet bekend. Het punt is dat de scheidslijn tussen hen die een sociaal vangnet nodig hadden en zij die het zelf wel konden redden, 50 tot 100 jaar geleden vrij duidelijk was. En dat is nu wel anders.
De te beantwoorden vraag is echter nog altijd dezelfde: wie hebben er een sociaal vangnet nodig voor werkloosheid, kortdurende ziekte en langlopende arbeidsongeschiktheid? Dat lijkt mij primair een *maatschappelijke* discussie die breed gevoerd zou mogen worden, in plaats van formulieren (zoals de VAR) en wetten (zoals de DBA) de schuld te geven van de moeilijke omgang met deze complexe materie.
John Jaarsveld 3
Maar echt rechtvaardig is het niet, om belasting te heffen op arbeid. Juist de "gewone arbeider", of die nu zzp-er is of in loondienst, heeft alleen zijn arbeid om te verkopen. Veel rechtvaardiger zou het zijn, om helemaal geen loon- en inkomstenbelasting te heffen, maar alleen belasting te heffen op:
1) Energie, vervuiling, en gebruik van publieke middelen (water, grond, lucht, grondstoffen)
2) Winst bereikt door middel van kapitaalbezit en speculatie
En ook de sociale lasten zouden hier uit betaald kunnen worden.
Dan wordt het opeens aantrekkelijker om weer mensen in dienst te nemen, in plaats van een machine hetzelfde werk te laten doen, omdat je voor een machine belasting betaald omdat die elektriciteit of benzine gebruikt, en vervuilend afval achterlaat als hij afgedankt wordt, terwijl je de mens alleen zijn loon hoeft te betalen, en verder niets. Erg aantrekkelijk voor de werkgever, en met erg weinig risico.
Er komt dus geld in de portemonnee van mensen die het willen uitgeven aan zaken die andere mensen weer aan het werk zetten, en het wordt veel minder aantrekkelijk om het op te potten als kapitaal, of het te besteden aan zaken waar we eigenlijk van af willen omdat ze de aarde teveel belasten.
De grote uitdaging bij zo'n voorstel is dat het juist de mensen treft die bezit hebben vergaard, en die zich erg zullen verzetten. Ook degenen die jaloers zijn op de goed verdienende medeburger zullen dit voorstel niet zien zitten. Het hoeft voor de economie echter geen probleem te zijn als sommigen veel verdienen, zolang ze het maar uitgeven, en niet oppotten en dan gebruiken om een oneigenlijk voordeel te verkrijgen ten opzichte van de minder kapitaalkrachtigen.
Ruud de Vries 1