
Heineken’s brewery near Yangon, Myanmar. © Chiara Luxardo
‘Brewing a better world’ in een militaire dictatuur
Sinds een staatsgreep vorig jaar zaait een militaire junta dood en verderf in Myanmar, terwijl Heineken er uitstekende zaken doet en miljoenen investeert. Door belasting te betalen steunt en legitimeert de Nederlandse brouwer het illegale regime. Waarom trokken bedrijven massaal weg uit Rusland, maar blijven ze wel actief in andere landen waar ze betrokken raken bij mensenrechtenschendingen, zoals Myanmar?
- Ruim een jaar voor Russische invasie van Oekraïne greep een militaire junta de macht in Myanmar. Geen enkel land of internationale organisatie erkent dit regime als een wetmatige regering.
- Omdat de bevolking van Myanmar de huidige marktleider boycot vanwege innige samenwerking met de junta, doet Heineken nu erg goede zaken in het Zuidoost-Aziatische land.
- Heineken is niet van plan het land te verlaten. Want, zo stelt het bedrijf: ‘Onze prioriteit in Myanmar is de veiligheid en het levensonderhoud van ons personeel, hun families.’
- Door Heinekens substantiële belastingbetalingen financiert en legitimeert de brouwer de junta. Lokale werknemers van Heineken zelf vroegen de directie geen inkomstenbelasting meer af te staan. Heineken zei zich aan de wet te houden, maar heeft geprobeerd uitstel van betaling aan te vragen bij de junta.
- Heineken heeft in maart wel aangekondigd te vertrekken uit Rusland. Dat heeft vooral te maken met het grotere risico op reputatieschade als het bedrijf daar zou blijven. De situatie in Myanmar houdt het Westen veel minder bezig dan de oorlog in Oekraïne.
In Myanmar (voorheen Birma) is het bier van Heineken niet aan te slepen. Op dit moment kent het land, zoals dat in jargon heet, een aanbodgestuurde markt: het gaat er voor Heineken niet om klanten te verleiden een van de eigen biermerken (Tiger, ABC Stout, Heineken of Regal Seven) te kopen, het gaat er louter om zoveel mogelijk te produceren. Elke druppel die uit de brouwketel komt, vindt toch wel een afnemer.
Daarom investeert de nummer twee van de wereldwijde bierindustrie fors in dit Zuidoost-Aziatische land met ruim 53 miljoen inwoners. De productiecapaciteit van de enige lokale brouwerij, nabij de economische hoofdstad Yangon, moet omhoog om aan alle vraag te kunnen voldoen.
Dat Heineken zo hard groeit in Myanmar is opmerkelijk. Vorig jaar kromp de economie volgens de Wereldbank met naar schatting 18 procent. De coronapandemie speelt daarin een rol, maar de krimp is vooral het gevolg van een staatsgreep op 1 februari 2021, waarbij een militaire junta de gekozen regering van Aung San Suu Kyi naar huis stuurde.
Trofee voor grote belastingbetaler
De putschisten hebben zich volgens het Commissariaat voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties (OHCHR) het afgelopen jaar schuldig gemaakt aan ‘geweld op een enorme schaal’ en ‘systematische en wijdverbreide mensenrechtenschendingen en misstanden’. Het regime toont ‘minachting voor mensenlevens’ en begaat oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, zoals standrechtelijke executies en luchtaanvallen op dichtbevolkte gebieden, waarbij burgers willens en wetens doelwit zijn, aldus een recent VN-rapport.
Geen enkel land of internationale organisatie erkent de junta in Myanmar als wetmatige regering. Toch geeft Heineken door de huidige miljoeneninvestering een signaal dat het gelooft in dit land – en impliciet ook in het regime dat het er nu voor het zeggen heeft. Bovendien ondersteunt de Nederlandse brouwer de junta financieel door belasting te betalen, waarmee de bierbrouwer het illegale regime tegelijkertijd legitimeert.
Hoeveel Heineken afdraagt, weigert het bekend te maken. Volgens eigen communicatie ging het in 2016, een jaar na de opening van de brouwerij, om 9,6 miljoen dollar. In 2017 was dat met ruim de helft toegenomen tot 15 miljoen dollar. Het is aannemelijk dat de fiscale bijdrage sindsdien snel verder is gestegen, aangezien de omzet de afgelopen jaren meermaals ‘met dubbele cijfers’ groeide en omdat bedrijven doorgaans fiscaal voordeel genieten in de eerste jaren na vestiging, wat daarna wordt afgebouwd.
Voor de staatskas van Myanmar betekent de belastingafdracht van Heineken een substantiële bijdrage
Voor de staatskas van Myanmar, dat behoort tot de dertig armste landen ter wereld, betekent het een substantiële bijdrage. Zo substantieel zelfs, dat toenmalig president U Win Myint de lokale dochteronderneming van Heineken tot twee keer toe, in 2019 en in 2020 (dus vóór de militaire staatsgreep), op zijn paleis uitnodigde. Daar gaf hij het bedrijf een trofee, als een van de grootste belastingbetalers van het land in de categorie particuliere buitenlandse bedrijven.
Het belang van de alcoholindustrie als inkomstenbron voor het huidige regime blijkt ook uit de druk die de junta sinds de staatsgreep uitoefent op restaurants en slijterijen om achterstallige belasting te betalen over de verkoop van alcoholische producten.
Heineken profiteert van de dictatuur, zij het op een opmerkelijke manier. De junta is zó gehaat bij de bevolking dat veel consumenten de producten van marktleider Myanmar Brewery boycotten, omdat dat bedrijf deels in eigendom is van de Myanma Economic Holding Limited (MEHL), een conglomeraat in handen van het leger. De Japanse brouwer Kirin, die met de militaire holding in een joint venture zit, heeft aangekondigd zijn aandeel te verkopen en Myanmar te verlaten omdat de activiteiten anders direct in dienst zouden staan van het welzijnsfonds van het leger.
Heineken heet de verweesde drinkers uiteraard van harte welkom.
De oorlogskas van Poetin
Een jaar en drieënhalve week na de coup in Myanmar vielen de troepen van Vladimir Poetin buurland Oekraïne binnen. Sindsdien kent Rusland een exodus van internationale ondernemingen, waaronder Heineken. Ze geven invulling aan de internationale oproep tot economische sancties, die Rusland moeten straffen en verzwakken.
In hun verklaringen zijn de meeste bedrijven vaag over de reden van hun (tijdelijke) vertrek uit Rusland. Vaak noemen ze ‘de menselijke tragedie’, ‘de verschrikkelijke gebeurtenissen’ en ‘de huidige omstandigheden’. Geen enkel bedrijf meldt in zijn verklaring expliciet te vertrekken omdat het de oorlogskas van Poetin niet wil spekken of als statement tegen Rusland.
‘Individuele managers willen niet dat er belastinggeld van hun bedrijf naar de Russische regering gaat, maar als onderneming ben je berekenend’
De bedrijven willen waarschijnlijk precedentwerking voorkomen. Want als Heineken weggaat uit Rusland omdat het niet wil dat Poetin belastinginkomsten gebruikt om oorlog te voeren, hoe zit het dan in het Afrikaanse land Burundi, waar de brouwer goed is voor een derde van de belastinginkomsten en daardoor een essentiële steunpilaar vormt voor de plaatselijke dictatuur?
Of in het huidige Myanmar?
‘Angst voor je imago is de doorslaggevende factor voor vertrek,’ zegt voormalig manager Hans Wesseling, die is gespecialiseerd in bedrijfsethiek en maatschappelijk verantwoord ondernemerschap en tussen 1991 en 2005 actief was voor Heineken. Angst voor imagoschade was ook de reden dat Heineken in 1996 Myanmar (toen nog Birma) al eens eerder verliet (zie kader ‘Met een slimme truc bleven we toch’).
Wesseling: ‘Individuele managers willen misschien niet dat er belastinggeld van hun bedrijf naar de Russische regering gaat, maar als onderneming ben je berekenend. Je benadrukt dat je geen politieke rol wilt spelen en dat je ongewild onderdeel bent van het fiscale systeem. Belastinggeld is niet van jou, het is geld dat je int voor de regering.’ Hij wijst er ook op dat Heineken er in Rusland toch al niet zo florissant voor stond, wat de beslissing ongetwijfeld makkelijker maakte.
Ook Joseph Wilde-Ramsing van de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) denkt dat het risico op reputatieschade de belangrijkste drijfveer is om te vertrekken. En daar zit ’m meteen het verschil tussen Rusland en Myanmar. ‘De oorlog in Oekraïne krijgt veel meer aandacht in de internationale politiek en media dan het interne conflict in Myanmar. Zeker in het Westen, waar de meeste multinationals vandaan komen, voelt de bevolking zich ook sterker betrokken bij de oorlog in Oekraïne,’ zegt hij.
Heineken vertrok in 1996 uit Birma, zoals Myanmar toen nog heette. Het land werd destijds ook al bestuurd door een militair bewind en maakte zich schuldig aan onder meer massamoord, marteling, dwangarbeid en de inzet van kindsoldaten. En alsof de geschiedenis zich herhaalt: vijf jaar daarvoor had toenmalig oppositieleidster Aung San Suu Kyi ook al de verkiezingen gewonnen, maar het regime weigerde plaats te maken en gaf haar huisarrest.
Uit protest riep ze buitenlandse bedrijven op investeringen uit te stellen, maar bij Heineken, dat toen net een brouwerij bouwde, stuitte ze op dovemansoren. Pas toen andere bedrijven zich terugtrokken, waaronder concurrent Carlsberg, deed Heineken dat ook. Het concern gaf volmondig toe dat dit geen morele beslissing was, maar een puur zakelijke. Kwestie van risicomanagement: de reputatieschade kon hoger uitpakken dan de verloren investering.
‘We trokken ons met veel tamtam terug, maar niet voordat we de activiteiten hadden overgedragen aan een partner die ons bier bleef brouwen,’ zegt Hans Wesseling, destijds manager bij Heineken en daardoor op de hoogte van de omstandigheden rondom het vertrek.
Die partner, Asia Pacific Breweries, een bedrijf waarin Heineken toen al een belangrijk aandeel had en die de Nederlanders later volledig zouden overnemen, zat in een joint venture met MEHL, het eerdergenoemde conglomeraat van het leger, en produceerde de merken Tiger en ABC Stout. De royalty’s over deze merken gingen naar Heineken. Bijkomend voordeel was dat Heineken bij terugkeer in Myanmar al over bekende merken beschikte, die niet vanuit het niets hoefden te worden opgebouwd.
Tijdens het apartheidsregime in Zuid-Afrika deed Heineken iets soortgelijks, zoals Follow the Money eerder liet zien. Formeel was het bedrijf afwezig, maar een lokale brouwerij produceerde onder licentie de merken Heineken en Amstel, waarmee Heineken de handelsboycot omzeilde en toch geld verdiende in Zuid-Afrika.
Het risico op reputatieschade lijkt dus klein in Myanmar. Zou Heineken, dat de slogan Brewing a better world gebruikt, om ethische redenen wel weg moeten uit dit land? Sinds de militaire coup heeft een aantal multinationals zijn vertrek aangekondigd, maar de lijst steekt schril af bij de Russische exodus. Het gaat uitsluitend om bedrijven die direct zaken doen met de junta, zoals de oliemaatschappijen Shell, Chevron en TotalEnergies, telecomaanbieder Telenor en dus ook brouwer Kirin.
Relatie met het leger
Heineken en Carlsberg werken eveneens samen met lokale partnerbedrijven, respectievelijk de Alliance Brewery Company onder leiding van Aung Moe Kyaw en Myanmar Golden Star Group van Thein Tun. Van die laatste, een zakenman die vorige maand is overleden, is bekend dat hij warme banden onderhield met het leger. Heinekens partner Aung Moe Kyaw, een zakenman met uitstekende connecties, is Thein Tuns schoonzoon. Een Heineken-woordvoerder schrijft dat het bedrijf uitgebreid onderzoek deed naar de relaties van de partner, waaruit blijkt dat hij – ‘voor zover wij weten’ – geen banden onderhoudt met het leger. Wilde-Ramsing van SOMO vindt dat ongeloofwaardig: goede relaties met het leger zijn voor elk bedrijf noodzakelijk om te kunnen functioneren in het huidige Myanmar.
‘Investeringen zijn vaak voor de lange termijn. Je kunt niet bij iedere ommezwaai weghoppen en weer terugkomen’
Hoe dan ook, het gaat er bij de vraag of Heineken al dan niet moet blijven in Myanmar vooral om of je het de bierbrouwer kwalijk neemt belasting te betalen aan een illegaal regime. En of dat mogelijk strafbaar is.
Oud-manager Wesseling denkt van niet. ‘Een bedrijf krijgt te maken met ommezwaaien: van dictatuur naar democratie en van democratie weer naar dictatuur. Daar heb je geen invloed op en de scheidslijn tussen beide is ook niet altijd even duidelijk. Maar je investeringen zijn vaak voor de lange termijn. Je kunt dan niet steeds weghoppen en weer terugkomen.’
‘Een reis van openheid en democratie’
Het Myanmar Centre for Responsible Business, een organisatie die met financiële steun van onder meer de Nederlandse regering verantwoord zakendoen in Myanmar promoot, is nog stelliger in de verdediging van het bedrijfsleven. In een verklaring, ondertekend door Heineken, Unilever en ruim zestig andere bedrijven, schrijft de organisatie dat de huidige aanwezigheid van multinationals ‘op betekenisvolle wijze’ bijdraagt aan ‘een reis van openheid en democratie in Myanmar.’
Voor Burma Campaign UK is het ontbreken van een directe militaire partner voldoende reden om Heineken en Carlsberg niet op hun Dirty List te zetten, die inmiddels 170 bedrijven telt, waaronder Apple, Facebook, Google en Hilton Hotels. Die bedrijven zouden volgens de actiegroep niet langer zaken moeten doen in Myanmar. ‘De rest mag blijven. Een nóg grootschaliger uittocht van bedrijven zou op dit moment te veel schade aanrichten onder de bevolking,’ reageert directeur Mark Farmaner van de actiegroep. Hij vindt dat ondernemingen er wel alles aan moeten doen om geen belasting te betalen aan de junta, maar beseft dat dat in de praktijk vrijwel onmogelijk is.
Een collectief van 183 vakbonden en maatschappelijke organisaties, allemaal uit Myanmar, roept op tot ‘alomvattende economische sancties’, die inhouden dat Heineken en andere bedrijven die in Myanmar belasting aan de junta blijven betalen, moeten vertrekken. Ook als dat betekent dat miljoenen mensen hun baan zouden verliezen. ‘Langdurige aanwezigheid van het leger zal leiden tot voortdurende en steeds erger wordende schendingen van mensenrechten en arbeidersrechten, tot dwangarbeid, werkloosheid, voedseltekorten, een vluchtelingencrisis en andere vormen van onderdrukking,’ schrijft het collectief. Zware sancties kunnen de levensduur van het regime juist verkorten, oordelen zij.
‘Als Heineken legitiem wil opereren, moet het alle belastingbetalingen aan de illegale militaire junta in Myanmar stopzetten,’ schrijft woordvoerder Yadanar Maung van de actiegroep Justice for Myanmar, via de beveiligde berichtenapp Signal. ‘Bedrijven die doorgaan alsof het business as usual is, dreigen medeplichtig te raken aan de gruwelijke misdaden van de junta.’
‘Ik zie niet hoe je als bedrijf onder de huidige omstandigheden actief kunt blijven in Myanmar zonder medeplichtig te raken,’ zegt Wilde-Ramsing van SOMO. ‘Voor Heineken is het extra kwalijk dat het als gevolg van de mensenrechtenschendingen extra groeit en veel meer bier verkoopt.’
Profiteren van misdaden
Volgens critici is het dus in elk geval kwalijk, maar zou het ook strafbaar zijn of in strijd met internationale richtlijnen? De Tweede Kamer werkt op dit moment aan de Wet verantwoord en duurzaam internationaal ondernemen, waarin staat dat Nederlandse bedrijven in het buitenland een ‘wettelijke zorgplicht’ hebben. Dat betekent dat een onderneming die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat haar activiteit nadelige gevolgen kan hebben voor de mensenrechten, arbeidsrechten of het milieu in een land waar het opereert, verplicht is alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van haar kunnen worden gevraagd om die gevolgen te voorkomen.
Bij Heineken in Myanmar lijkt dat niet het geval, al zal de wet – als die wordt aangenomen – niet met terugwerkende kracht in werking treden.
De multinational houdt zich ogenschijnlijk evenmin aan het Global Compact van de Verenigde Naties, een pact dat is ondertekend door Heineken, met tien (niet-bindende) principes waaraan een verantwoorde onderneming zou moeten voldoen. Heineken lijkt volgens deze principes ‘voordelig medeplichtig’ bij de misdaden van de junta: het bedrijf profiteert van de misdaden zonder er zelf actief aan bij te dragen of de oorzaak te zijn van die misdaden. Het bedrijf lijkt ook niet te voldoen aan het mensenrechtenhoofdstuk van de OESO-richtlijnen voor multinationals.
‘Denkt u dat wij daar niet mee zitten?’
De belastingafdracht aan een illegale junta staat centraal in de betrokkenheid van Heineken bij mensenrechtenschendingen. Bedrijven zeggen zelf vaak dat ze niet verantwoordelijk zijn voor de manier waarop regeringen hun fiscale bijdragen uitgeven. Maar tijdens Heinekens aandeelhoudersvergadering in het voorjaar van 2019 klonk een genuanceerder geluid, toen de topman van destijds, Jean-François van Boxmeer, over de rol van Heineken sprak tijdens de genocide in Rwanda in 1994.
‘Het is een hele terechte vraag of wij, achteraf gezien, voordat de oorlog uitbrak belasting hebben afgedragen aan een regering die de oorlog heeft voorbereid. Het roept wel vragen op. Denkt u dat wij daar niet mee zitten?,’ zei hij.
Even later nam de particuliere belegger Sander Bouwmeester het woord: ‘De heer Van Boxmeer gaf daarstraks aan dat het achteraf slecht was om het regime in Rwanda financieel te steunen door middel van belastingen. Bent u niet hetzelfde aan het doen in Myanmar?’
Van Boxmeer: ‘Het is een slechte zaak gebleken. Ik denk niet dat je een regering tegenkomt die van tevoren aankondigt dat zij in drie jaar tijd een kwart van haar bevolking gaat vermoorden. Dat zegt niemand. Dat soort dingen gebeuren. Wij zijn [in 1996] uit Myanmar weggegaan vanwege de druk, ook van andere regeringen. Wij zijn [in 2013] naar Myanmar teruggegaan omdat de regering, de Europese Unie en de Amerikaanse regering allemaal zeiden dat zij Myanmar weer ondersteunden.’
‘U staat daar nog steeds achter?’
‘Ik sta er voorlopig nog steeds achter. Er zijn veel vraagtekens. Wij praten veel met onze ambassade, maar ook met andere bedrijven, bijvoorbeeld met Unilever.’
‘De vraag van Heineken om uitstel van belastingbetaling is opmerkelijk, omdat ze hiermee toegeven dat het ertoe doet hoe dat geld wordt uitgegeven’
Hoewel Heineken misschien geen directe verantwoordelijkheid voelt voor wat er met belastinggeld gebeurt, toch ‘zit’ de brouwer er in elk geval ‘mee’ als blijkt dat het geld dient om misdaden te financieren. Ook stelde het bedrijf vier jaar geleden, nog voor de staatsgreep, al ‘veel vraagtekens’ bij de eigen aanwezigheid in Myanmar. De huidige problematiek komt dus niet uit de lucht vallen.
Verantwoordelijkheid erkennen
Vorig jaar maakte Heineken zich opnieuw ernstige zorgen over de bestemming van belastingbetalingen. Volgens een artikel in The Wall Street Journal hebben lokale medewerkers van Heineken in Myanmar er bij de directie op aangedrongen niet langer inkomstenbelasting af te staan, zodat dat geld niet langer ten goede zou komen aan het militaire regime. Een woordvoerster van Heineken reageerde dat het bedrijf ‘zich bindt aan naleving van de wet zodat het kan blijven functioneren’, maar voegde daaraan toe dat het ‘gezien de huidige situatie in Myanmar’ om uitstel van belastingbetaling heeft gevraagd.
Heineken geeft geen antwoord op onze vraag of de junta daarmee akkoord is gegaan, en zo ja, tegen welke voorwaarden. Het bedrijf laat ons evenmin weten wat de huidige stand van zaken is.
‘De vraag van Heineken aan het bewind is opmerkelijk, omdat ze hiermee toegeven dat ze zelf vinden dat het ertoe doet hoe belastinggeld wordt uitgegeven – en dus een verantwoordelijkheid erkennen,’ zegt Wilde-Ramsing. ‘Ze laten zien dat ze zich wel degelijk bewust zijn van het risico op medeplichtigheid bij de misdaden van het regime.’
Heineken weigerde vragen te beantwoorden en stuurde in plaats daarvan een verklaring. Samengevat: ‘Sommige landen waar wij actief zijn, stellen ons voor uitdagingen en dilemma’s, die we altijd van geval tot geval beoordelen, waarbij we rekening houden met sociale, juridische en economische factoren. Onze prioriteit in Myanmar is de veiligheid en het levensonderhoud van ons personeel, hun families en anderen die verbonden zijn met ons bedrijf. Ergens blijven of weggaan heeft allebei gevolgen. Vertrek kan leiden tot minder economische kansen voor lokale gemeenschappen. Bij dit soort dilemma’s overleggen we met lokale ngo’s en internationale organisaties zoals de EU, EU-ambassades, de Wereldbank en de OESO. We zullen de ontwikkelingen in Myanmar nauwlettend blijven volgen.’
32 Bijdragen
John Janssen 4
Hadden we die Mevr. Kyi niet met zeer vochtige ogen op het schild gehezen, vette nobel prijs gegeven, en heerlijk ouderwets gezellig de andere kant op gekeken toen Mevrouw haar Generaals de plaatselijke variant van de Oegoer over de kling gingen jagen????
Co Stuifbergen 5
John JanssenMaar het is in de media gekomen, dus we hebben niet de andere kant opgekeken.
(Ik dacht dat ook wat eredoctoraten ingetrokken zijn)
Vincent Huijbers 9
Zelfs 'verantwoordelijkheid' nemen is een economische overweging. Imagoschade als motivatie om te ergens te stoppen is ook losgekoppeld van wat er daadwerkelijk gebeurd. Losgekoppeld van morele overwegingen.
Het enkel economisch waarderen van de wereld is denk ik een probleem dat de basis kan gaan vormen voor de ondergang van onze 'westerse' waarden en manier van leven. Kijk alleen wat de oorsprong is van veel problemen met de rechtsstaat in ons eigen land.
Jan Ooms 10
Vincent HuijbersOpnieuw mooi gesproken Vincent! En hóe waar!
Willem de Vroomen 4
Vincent HuijbersVincent Huijbers 9
Willem de VroomenWanneer gaat het mis? Het is niet alleen het aandeelhouderskapitalisme: er zit wat onder want ook verzekeraars investeren fout ookal hebben die een collectief belang. Het lijkt de afstand te zijn die een aandelenportefeuille schept tot de investering. Die afstand koppelt verantwoordelijkheid los en vervangt het door rendement. Of beter verlegd de verantwoordelijkheid naar rendement. Daarom is imago wél een probleem.
Je ziet het ook bij talloze maatschappelijke uitdagingen die eerst rendabel moeten zijn voordat ze van nut mogen zijn. Is het niet rendabel dan kan het niet van (maatschappelijke) waarde zijn. Kijk naar hoe mensen worden beoordeeld op hun economische bijdrage en hoe we omgaan met mensen die dat niet meer doen of kunnen.
De Homo Economicus is in ons allemaal geslopen.
Roland Horvath 7
Vincent HuijbersWat doet een onderneming zoals Heineken in Myanmar MM of in Rusland RU.
Bierbrouwen alsof de Birmanen en de Russen dat niet zelf zouden kunnen. Heiken doet het uitsluitend voor het geld en alles en iedereen daarrond kan hen niets schelen. Een neoliberale monopolistische Grote Multinationale Onderneming GMO heeft maar één criterium dat is zoveel mogelijk winst ten koste van alles en iedereen. Dat is een verkeerd begrepen opvatting over het doel van de productie, van winst en van globalisering. De productie van goederen dient er niet voor om winst te maken maar uitsluitend om goederen te maken op een manier die duurzaam is en alles en iedereen respecteert.
Bovendien is de aanwezigheid van een GMO als Heineken in landen als MM en RU verkeerd begrepen globalisering. Heineken schaadt de productie in MM en RU door te lage prijzen en door de export van de winst. Zowel wat betreft productie - als invoer en uitvoer-, als kapitaal als beheer als winst mag deels globaal zijn maar moet ook deels lokaal zijn. Voor ieder van die criteria moeten er 'dijken' aanwezig zijn rond iedere staat, wereldwijd. Dus geen verbod op globalisering maar ook geen totaal slopen van alle belemmeringen -zoals invoerrechten- en dijken.
Nu is er wereldwijd een roverskapitalisme in de armere zuidelijke staten ten bate van het noorden.
Heineken blijft in MM om de junta van dienst te zijn en de brouwerij gaat weg uit RU om de VS van dienst te zijn. Zodat met alle sancties en verhuis van ondernemingen uit RU dat land wordt geschaad. Alles op bevel van de super kapitalistische VS ten bate van hun wereld heerschappij.
Vincent Huijbers 9
Roland HorvathHeineken volgt denk ik eerder de publieke opinie. Bier kun je in de schappen laten staan of kiezen uit honderden alternatieven. Imago is belangrijk als je ziet hoe Heineken zich in reclame laat portretteren. Pas als het publiek voor Heineken gaat kiezen wat duurzaam en maatschappelijk brouwen is zullen ze omgaan. En met creatieve constructies verwacht ik.
Wat ik wonderlijk vind is dat we ons eenzijdig afhankelijk hebben laten maken van gas uit Rusland. Pijplijnen werden voorgesteld als zuiver privaat economische projecten. Lees dat goed: privaat. Volledig de geopolitieke consequenties ontkennend door direct in zee te gaan met de toen al assertieve Poetin. Een man met een plan. Net als China.
Losgezongen van enige verantwoordelijkheid (buiten te voorzien in een behoefte en rendement) lijkt een groter plan te ontbreken. Trek dat door naar een overheid die zich fixeert op het bbp of geluk van de bevolking uitdrukt in een koopkrachtcijfer.
Maar ook wij zijn individualistischer (of geëmancipeerd) geworden waardoor de collectieve belangen anders zijn gaan waarderen. Veel ingegeven door economische onafhankelijkheid én afhankelijkheid. Je zou in daarin hetzelfde mechanisme kunnen zien dat maakt dat een Heineken wél gebruik maakt van economische middelen en toch los van de maatschappij kan opereren. Het maakte dan niet uit of het een dictatuur is.
Maar ook wij opereren voor een decor van een toeslagenaffaire (wat was hiervan de bron? En hoe kon dit het beste keihard aangepakt worden?), toenemend aantal bezoekers van voedselbanken, energiearmoede, etc.
Lia 4
Vincent HuijbersLia 4
Roland HorvathGisteren weer een treffende illustratie hiervan gelezen in VN:
https://www.vn.nl/nederlandse-tomatenkweker-tunesie/
"De Nederlandse onderneming Desert Joy vestigde zich in het zuiden van Tunesië om het hele jaar door duurzaam cherrytomaatjes te kunnen kweken. Als eerste tomatenteler ter wereld kreeg het bedrijf het Fairtrade-certificaat, en dat terwijl het bedrijf voor de tomatenteelt dagelijks talloze liters grondwater opslorpt. Lokale boeren zitten intussen soms wekenlang zonder."
Want:
"‘Tijdens de energiecrisis van 2008 hoorden we van onze klanten dat zij, bij wijze van spreken, ook met kerst cherrytomaatjes wilden kunnen eten,’ zegt hij. ‘Dus moesten we op zoek naar een locatie waar het hele jaar door geteeld kan worden, tegen lage productiekosten.
(...)
Buiten de kassen toont hij kolossale watersilo’s. ‘Die worden gebruikt voor de opslag van water voor irrigatie. De hoeveelheid water die we dagelijks per vierkante meter voor irrigatie nodig hebben, schommelt, maar kan oplopen tot 8 of 9 liter, inclusief 30 procent afvalwater dat wordt hergebruikt.’
"Zo’n tien kilometer van Desert Joy, in de oase van Ghenini, vertelt boer Hachni Zakaria dat hij verbouwt op onvruchtbare grond. ‘Vroeger kregen we een keer per vijftien dagen irrigatiewater van de overheid, nu nog hooguit een keer per maand. Voor tomaten en aardappels is de grond meestal te droog.’
(...)
Zakaria’s ouders en voorouders leerden hem duurzaam verbouwen. Geen bestrijdingsmiddelen, weinig machines, zuinig met water en de grond. Hij wil die tradities in ere houden. ‘Vorige generaties leefden van de oase. Ik wil dat de oase behouden blijft. Daarom experimenteer ik met de teelt van gewassen en verdwenen graansoorten die beter zijn afgestemd op de bodem en het klimaat en minder water nodig hebben.’
(...)
(vervolg)
Lia 4
Roland Horvath“Twee mannen van dezelfde generatie, beiden begaan met het milieu. Maar waar Van Antwerpen ter wille van de consument via miljarden aan investeringen de grenzen van de natuur oprekt en dagelijks talloze liters water uit de grond pompt, besloot de Tunesische boer om dezelfde redenen die grenzen juist te omarmen.
Zakaria denkt dat hij minder problemen zou hebben met de aanpak van Desert Joy wanneer de tomaten voor de Tunesische markt bestemd zouden zijn. ‘Maar ze worden allemaal geëxporteerd. Dus in feite exporteren die bedrijven ons kostbare water. En hoe dieper je boort, hoe meer zout. Door het uitdrogingsproces spoelt er zeewater in de grond, waardoor het water zouter en viezer wordt. Schoonmaken en ontzilten vergt investeringen, tegenwoordig is het water vier keer zo duur. Ik schat dat ongeveer de helft van de boeren het financieel niet meer kon bolwerken en ermee is gestopt. Hele stukken oase liggen nu braak.’
(...)
Ooit waren de oases rond Gabès zoals mensen zich het paradijs voorstellen, zo memoreren inwoners weemoedig. Hoge dadelpalmen, weelderige groene struiken, warmwaterbronnen, kabbelende beekjes met vissen en waterschildpadden, kwinkelerende vogels met bijzondere kleuren. De bewoners hadden zich destijds geen voorstelling kunnen maken van het rondslingerende afval, de kurkdroge grond, de verdorde struiken en de vergeelde palmbomen van vandaag, zegt Zakaria. ‘Als kind vond je het gewoon. Pas door het enthousiasme van toeristen begreep je hoe bijzonder het was. Niemand wilde weg, je had alles wat je wensen kon.’
(...)
Eind jaren zestig liberaliseerde de regering de economie. Ze wilde met de tijd mee gaan. Voor particulier initiatief en buitenlandse investeerders werd de rode loper uitgerold. Pal bij Gabès kwam een fosfaatfabriek. Tegenwoordig is dat een gigantische, zwartgeblakerde installatie, waaruit gitzwarte rookwolken opstijgen. Ondertussen is de Tunesische economie failliet en zijn de oases verwoest."
(vervolg)
Lia 4
Roland Horvath"Critici verzonnen een naam voor Europese bedrijven die, gedreven door de consumptiebehoeften van Europeanen, naar Tunesië of elders in de regio trokken om daar natuurlijke hulpbronnen te exploiteren: groen neokolonialisme. Kaboun: ‘Alsof het Europese eigendommen zijn, waarover Europa vrijelijk kan beschikken.’
(...)
In de verzengende hitte van de kassen van Desert Joy zegt Van Antwerpen wel degelijk wakker te liggen van de waterproblemen. De komende generaties, daar gaat het hem om. ‘Ik heb een Tunesisch zoontje. We moeten het samen oplossen. Ik wil voortrekker zijn op het gebied van milieu-innovatie. Anderzijds: Desert Joy gebruikt veel water, maar we geven er ook veel voor terug. Vergelijk het met het gas in Nederland. Het is bijna op, maar we hebben er goede dingen mee gedaan.’"
Dit is maar een klein deel van het artikel, er komen nog andere betrokkenen aan het woord. Aanrader!
Ik kan hier alleen maar uit concluderen dat het kapitalisme een deel van de bevolking in de derde wereld daadwerkelijk welvaart brengt (niet per sé welzijn als je de afbraak van de leefomgeving meerekent), maar een ander deel in grotere armoede stort.
Eveline Bernard 6
Vincent HuijbersWaar het systeem van 'vrije markteconomie' altijd toe leidt leert de geschiedenis ons, lees
Bas van Bavel, 'De onzichtbare hand'.
https://uitgeverijprometheus.nl/catalogus/de-onzichtbare-hand.html
En lees https://socialeurope.eu/capital-and-ideology-interview-with-thomas-piketty
Vincent Huijbers 9
Eveline BernardDat het de huidige systeem onhoudbaar is lijkt mij overduidelijk. Maar we zien dat vanuit een behaalde levensstandaard die (misschien?) niet los te zien is van kapitalisme. Maar we kijken ook naar problemen in de nabije toekomst die hier ook uit voortvloeien. Is het een wet dat alleen deze sombere uikomst genereerd? Of kan het anders.
Het is voor mij een raadsel dat in Nederland vrijwel tegelijk twee boeken verschijnen:
Met ons gaat het nog altijd goed: 8 sombere mythes over Nederland ontrafeld door Peter Hein van Mulligen en Fantoomgroei,
Waarom we steeds harder werken voor steeds minder door Sander Heijne en Hendrik Noten.
Beide kijken naar hetzelfde vanuit een ander perspectief.
Vincent Huijbers 9
Eveline Bernardhttps://www.gapminder.org/
Die laat zien dat veel aannames over belangrijke thema's wereldwijd opvallend anders zijn.
Eveline Bernard 6
Vincent HuijbersVincent Huijbers 9
Eveline BernardVincent Huijbers 9
Eveline BernardHet punt dat ik wil maken is dat er ook heel veel wel goed gaat. Is door of ondanks de markteconomie?
Eveline Bernard 6
Vincent HuijbersVincent Huijbers 9
Eveline BernardEveline Bernard 6
Vincent HuijbersVincent Huijbers 9
Eveline BernardEveline Bernard 6
Vincent HuijbersVincent Huijbers 9
Eveline Bernard(Peter Hein van Mulligen is econoom van het CBS)
https://www.bol.com/nl/nl/f/met-ons-gaat-het-nog-altijd-goed/9200000114704987/
Fantoomgroei:
(Sander Heijne is journalist, o.a. ook van Scheefgroei in de polder: https://www.npostart.nl/scheefgroei-in-de-polder/11-04-2021/BV_101405244)
https://www.fantoomgroei.com/
Eveline Bernard 6
Vincent HuijbersLia 4
Eveline BernardNederlandse economie vertoont feodale trekjes. Is beweging richting VS onvermijdelijk?"
https://www.youtube.com/watch?v=Vy0_FDZM1QI (42 minuten)
en "Vermogensongelijkheid en markteconomie"
https://www.youtube.com/watch?v=Yi1Fm5eFx34 (50 minuten)
Willem de Vroomen 4
Pieter Jongejan 7
Mevrouw Aung kreeg de Nobelprijs voor de vrede ondanks de genocide in haar land.
In Nederland vindt financiele genocide plaats bij gepensioneerden ondanks een monetair beleid dat gericht zou moeten zijn op prijsstabiliteut.
Volgende week komt de ECB vergaderen in Amsterdam om aan te kondigen dat de ECB de beleidsrente met 0,25% of zelfs 0,5% gaat verhogen bij een inflatie van 10% per jaar. De Nederlandse media weten te melden dat een verhoging van de nominale(!) pensioenen eindelijk in zicht komt.
Het doel lijkt om valse hoop te wekken bij de Nederlandse bevolking dat er binnekort een eind komt aan de duizelingwekkende geldontwaarding. In Turkije is de inflatie inmiddels opgelopen tot 75% op jaarbasis.
Niet alleen bij Erdogan en Heineken regeert de valse beeldvorming.
Roland Horvath 7
Pieter JongejanDe ECB heeft onder luid applaus van would-be politici en gemonopoliseerde MSM haar enige eis geweld aangedaan en heeft door een zeer lage rente en een kolossale geldcreatie die ze gegeven heeft aan de rijken zoals banken en overheden getracht inflatie te creëren. Een kind van 12 had ingezien/ begrepen dat zoiets tot rampen zou leiden. De ECB kon jarenlang iedereen voor de gek houden en inflatie creëren ten bate van de ondernemingen die minder rente moesten betalen als het geld ontwaardt en bij de welgestelde burgers die via lage rente en grote krediet bedragen bij de banken alle vastgoed kunnen komen. De 99,999% zijn nogmaals de klos.
NB: Nu wordt de euro tegenover andere munten minder waard door inflatie. In tegenstelling tot dat beleid heeft de EU getracht getracht de euro te redden dus de waarde hoog te houden. Daarvoor wordt het budgetten van de overheden van de staten gecontroleerd en beperkt door de EU. De EU is een mengsel van een confederatie alias een verbale oorlog tussen de staten en een unitaire EU. Het tegendeel van wat de EU zou moeten zijn namelijk een federatie met een centrale overheid en met veel minder bevoegdheden dat de EU nu.
NB2: Bij de actie om de euro te 'redden' wilde men van plan de bestedingen te beperken, uiteraard. Dat zijn dan alle bestedingen ook die van de consumenten en de ondernemingen. Maar die 2 soorten bestedingen werden niet mee genomen. De euro reddingsactie was dus puur bedrog. De nationale overheden moesten de sociale zekerheid afschaffen. Dat was het enige doel.
Co Stuifbergen 5
Pieter JongejanHet maakt wel duidelijk dat de Nobelprijs niet altijd naar een engel gaat (maar dat wisten we al bij Henry Kissinger).
Formeel gaat de Nobelprijs misschien naar een persoon, maar het Nobelcomité kiest tegenwoordig een persoon die een organisatie vertegenwoordigt.
Pieter Jongejan 7
Co StuifbergenDe Rohingya zijn door Engelse kolonialen vanuit Oost Pakistan naar Birma gehaald als goedkope arbeidskrachten. Na de onafhankelijkheid van Burma is deze moslim bevolkingsrgoep steeds meer gediscrimineerd. In 1982 (dus ver voor Aung in beeld kwam) is de burgerschapswet van kracht geworden, waardoor deze moslims minderwardige burgers werden en zwaar gediscrimineerd worden.
Ondanks dit feit heeft Aung toch de Nobelprijs voor de vrede gekregen. Dit laat zien dat economische belangen ook bij het Westen zwaarder telt dan het respecteren van mensenrechten.
Obama kreeg al in 2009 de Nobelprijs voor de vrede omdat hij de Amerikaanse en Europese bevolking (waaronder mijzelf) hoop gaf op vrede. Maar was dit terecht? Staat de USA niet op de rand van een burgeroorlog nu hun middenklasse in hoog tempo verarmt door het goedkoop geldbeleid? De arbeidsinkomensquote daalt al vanaf 1980 ofwel sinds het monopoliekapitalisme aan de macht kwam.
Vroeger was een Nobelprijs gebaseerd op aantoonbare prestaties; nu op de marketing van valse hoop. Dit laat zien hoe onze normen zijn aangepast aan de agenda van de machthebbers. Of die nu in Rusland, China, de USA of Europa zitten. Overal hetzelfde liedje.
Co Stuifbergen 5
Als Heineken openheid zou geven over zijn belastingafdracht, zouden misschien mensen in Myanmar besluiten om helemaal geen bier meer te drinken.
Dat is ook nog eens beter voor de gezondheid.