
Hoofdkantoor PGGM © ANP / Remko de Waal
Onverminderd hoge bonussen, permanent gekorte pensioenen
Met pensioenfondsen lijkt altijd wel iets mis. Ze maken jaar in, jaar uit miljarden over aan de vermogensbeheerders van APG, Goldman Sachs en PGGM, ze beleggen in omstreden bedrijven, hun dekkingsgraad daalt, en deelnemers zien hun pensioengelden gekort. Wie profiteert er eigenlijk van de geaccumuleerde pensioengelden? En een herstructurering van de dure uitbestedingsketen in de pensioensector had kunnen leiden tot kostenreductie. Dat gebeurde niet; David Hollanders zocht uit waarom niet.
Na 2008 leek er momentum. In dat jaar kelderden de dekkingsgraden van pensioenfondsen van 144 procent naar 95 procent. Dat correspondeerde met een verlies van 219 miljard euro en betekende het verschil tussen een zorgeloos surplus en een acuut tekort. Menigeen vroeg zich verwonderd af hoe dat kon. Waarom belegden fondsen eigenlijk in hedge funds, private equity en hypotheekpakketten? Waarom maakten pensioenfondsen jaar in, jaar uit miljarden aan salaris over aan APG, Goldman Sachs en PGGM? Waarom besteedden fondsen überhaupt hun vermogensbeheer uit aan dit soort financiële actoren? Verwondering werd woede toen deelnemers na 2008 gekort werden, terwijl vermogensbeheerders – net als bankiers van de van staatswege geredde ING en ABN AMRO – zowel hun salarissen als hun bonussen behielden.
Pensioenfondsen en hun uitvoerders slaagden er uiteindelijk in om de aanval op hun eigen salarissen af te slaan
In 2008-2011 was er, kortom, momentum voor die ene vraag: cui bono? Wie profiteert er eigenlijk van de geaccumuleerde pensioengelden? Deze vraag werd na 2008 niet alleen gesteld door gekorte deelnemers maar ook door mensen in en rond de sector zelf, uitmondend in een hard rapport van toezichthouder AFM. Dit had kunnen leiden tot een herstructurering van de dure en ondoorzichtige uitbestedingsketen die de pensioensector was geworden. Het had kunnen leiden tot kostenreductie. Dat was, gelet op de financiële wanprestatie en het korten van deelnemers, niet geheel onredelijk geweest. Ook had dat financiële ruimte verschaft: 25 procent van de jaarlijkse premies gaat namelijk naar kosten – elk jaar weer.
Pensioenfondsen en hun uitvoerders slaagden er uiteindelijk gezamenlijk in om de aanval op hun eigen salarissen af te slaan. Na 2011 verschoof de focus van het pensioendebat langzaam naar rekenrente, vergrijzing en generatieconflicten. Vermogensbeheerders en pensioenbeleggers bleven zo buiten schot. Zonder hulp van de vakbond, het ministerie van Sociale Zaken en toezichthouder DNB was dat de pensioensector allicht niet gelukt. In 2008 was die hulp er echter niet meteen en moesten fondsbestuurders, uitvoerders en beleggers oppassen niet zelf gekort te worden.
2008-2011: De pensioensector in het defensief
De daling van 49 procentpunt dekkingsgraad vroeg om een officiële reactie. De in september 2008 ontbrande kredietcrisis kon allicht niet alles verklaren. Om de gemoederen tot bedaren te brengen en tijd te kopen stelde het ministerie van Sociale Zaken in 2009 twee commissies in.
De eerste commissie stond onder leiding van Kees Goudswaard, hoogleraar economie en voormalig Kroonlid van de SER, en boog zich over de ‘toekomstbestendigheid’ van de aanvullende pensioenen. De commissie, waar ook toenmalig SCP-directeur Paul Schnabel deel van uitmaakte, leverde met zinsneden als ‘de kosten lopen op en het stelsel is kwetsbaar voor schokken’ en ‘Pas bij de recente financiële crisis in 2008-2009 realiseerden mensen zich die onzekerheid’ een rapport af dat vermogensbeheerders buiten schot liet, subtiel de schuld bij deelnemers legde en de geesten rijp maakte voor verdere pensioenkortingen. Er leek voor de pensioensector niets aan de hand.
Het rapport van de tweede commissie was brisanter. Deze commissie stond onder leiding van Jean Frijns, voormalig hoofd beleggingen bij het ABP. De commissie-Frijns liet in haar in 2010 verschenen analyse van het beleggingsbeleid en het risicobeheer van de Nederlandse pensioenfondsen weinig heel van de sector: ‘In de praktijk blijken de beleggingsresultaten vaak tegen te vallen door de uitvoeringsaspecten. [..] Dit is een optelsom van uitvoeringskosten en opportunity-kosten. [..] Een vergelijking van het benchmark resultaat met het feitelijke resultaat leert dat daarvan ruim € 20 miljard toegeschreven kan worden aan de implementatie van de beleggingsstrategieën van de pensioenfondsen.’ De commissie onderbouwde de 20 miljard niet; dat was een zwak punt.
De pensioensector, zoveel werd duidelijk in die voor de sector spannende jaren na 2008, had geen verhaal, en zat in het defensief
De strekking en de implicaties waren er niet minder duidelijk om. Als de beleggingsverliezen waren toe te schrijven aan uitvoeringskosten, dan moesten die kosten vanzelfsprekend omlaag. Ook de zogeheten governance moest het ontgelden. Aan de pensioenfondsen kon de controle van grote uitvoerders, aan wie werkelijk alles uitbesteed was (onder meer intern toezicht, risicobeheer, beleggingsadvies, beleidsvoorbereiding, informatieverstrekking), niet worden overgelaten: ‘Besturen beperken zich in meerderheid tot het vaststellen van het risicobeleid op basis van wat anderen aanreiken.’ Deeltijdbestuurders konden volgens de commissie-Frijns de liquiditeitsrisico’s, de herfinancieringsrisico’s, de tegenpartijrisico's en de verkapte hefboomeffecten onmogelijk inschatten. Zij moesten vertrouwen op uitvoerders die, klaarblijkelijk, niet te vertrouwen waren.Het rapport las als een zwartboek, met als slotsom dat uitvoerders vrij spel hadden en de kosten (daarom) te hoog waren.
Voor zover de pensioensector had gedacht dat Frijns zijn eigen sector zou sparen, kwam men dus bedrogen uit. Het vernietigende rapport stond voorts niet op zichzelf. Het viel samen met aanhoudend lage dekkingsgraden, met de kredietcrisis en met kortingen op deelnemers. En het verscheen in een periode waarin de pijnlijke berichten elkaar rap opvolgden. Berichten als ‘Dochter APG schikt in zaak woekerpolissen’ (Trouw, 2009) en ‘ABP-beleggers ontslagen wegens privé-transacties’ (de Volkskrant, 2010) waren niet uit te leggen en vielen niet te rijmen met het korten van deelnemers. De pensioensector, zoveel werd duidelijk in die voor de sector spannende jaren na 2008, had geen verhaal, en zat in het defensief.
En toen moest de grootste uitdaging voor pensioenfondsen en -uitvoerders nog komen.
2011-2013: De AFM mengt zich, de Pensioenfederatie herpakt zich
Onder leiding van de in 2007 aangestelde VVD’er Hans Hoogervorst ontpopte de AFM zich na het dieptepunt van de kredietcrisis als een onwaarschijnlijk kritisch instituut. Zo stelde tweede man Theodor Kockelkoren in 2009 dat banken en verzekeraars nog altijd ‘knollen voor citroenen verkopen’. Een jaar later wees de AFM de benoeming van Gerrit Zalm als hoofdbestuurder van ABN AMRO af, vanwege zijn verleden bij het frauduleuze DSB. En in april 2011 verscheen het AFM-rapport Kosten pensioenfondsen verdienen meer aandacht. Uiteraard betekende die ietwat belegen titel dat de kosten veel te hoog waren. De belangrijkste bevindingen van het rapport waren:
- Kosten hebben een grote invloed op het ouderdomspensioen;
- De kosten van pensioenfondsen van gelijke omvang verschillen sterk;
- Vooral kleine tot middelgrote pensioenfondsen kunnen nog kosten besparen door schaalvoordelen;
- Veel pensioenfondsen rapporteren niet alle kosten.
Ter toelichting van het eerste punt schreef de AFM: ‘een kostenverlaging van 0,25 procentpunt [ten opzichte van het totale pensioenvermogen – DH] op een termijn van veertig jaar leidt tot een circa 7,5 procent hoger collectief pensioenvermogen’. Duidelijker kon het niet: de kosten moesten omlaag. En dat zou onmogelijk zijn zonder salarisreductie bij APG, Mn Services, Alpinvest, Goldman Sachs en Blackrock.
Kleine fondsen hadden, zoals dat gaat, evenwel weinig te willen
De pensioensector was nu in opperste staat van paraatheid. Het tot voor kort ondenkbare scenario dat kortingen niet alleen deelnemers zou treffen maar ook de sector zelf, begon te dichtbij te komen. De pensioenfederatie reageerde namens alle fondsen met een pleidooi voor zelfregulering, uitmondend in het in 2013 verschenen rapport Aanbeveling uitvoeringskosten. Daarin concentreerde de Federatie zich op het vierde kritiekpunt van de AFM, met een richtlijn voor alle fondsen om transparant en consistent te rapporteren. Daar kon alvast niemand tegen zijn. De punten 2 en 3 werden geadresseerd door in te zetten op schaalvergroting. Daar was die andere toezichthouder, DNB, alvast zeer voor en daar konden hooguit kleine fondsen, die zich bij een verzekeraar of groter fonds hadden aan te sluiten, tegen zijn; kleine fondsen hadden, zoals dat gaat, evenwel weinig te willen. Punt 1 werd door de fondsen geadresseerd door in jaarverslagen unisono te wijzen op het belang van kostenverlaging. Dat stond altijd goed en mocht in tijden van aanzwellende kritiek echt niet ontbreken.
De jaarverslagen lezen als jezuïtisch proza: er staat nooit wat er staat
De jaarverslagen uit die jaren lezen als jezuïtisch proza waarin er nooit staat wat er staat. Het Pensioenfonds Zorg & Welzijn (PFZW) prees in 2013 ‘kostentransparantie’ en wilde ‘strakker sturen op de hoogte van kosten. Het stelde ‘kostenprotocollen’ op, om ‘de druk op lagere kosten te vergroten’ en het ‘kostenbewustzijn’ te versterken. Met een eerlijkheid die nauwelijks van schaamteloosheid te onderscheiden valt, erkende het: ‘Toch wordt de kostentarget niet afgedwongen.’ Ook bij het ABP speelde volgens het jaarverslag 2013 ‘kostenbeheersing’ een ‘belangrijke rol in het beleid, juist omdat het om pensioengeld van deelnemers gaat’. De kosten konden, zo hield het fonds de lezer voor, echter ‘niet los worden gezien van de beleggingsstijl en de daarmee beoogde doelen, de samenstelling van de beleggingsportefeuille en de behaalde rendementen, in relatie tot de gelopen risico’s’. Dit laatste was pensioenfondsjargon voor de constatering dat alles bleef als het was. Saillant was dat de jaarverslagen van het ABP en het PFZW geschreven worden door pensioenuitvoerders APG en PGGM. Indien fondsen werkelijk kosten zouden reduceren, zou dat eerst en vooral ten koste gaan van de salarissen van deze uitvoerders.
De sector zat nog altijd in het defensief, maar of die ook in eigen vlees zou snijden, hing niet van deelnemers af
Voor de sector was in 2013 de hamvraag of de door de Pensioenfederatie geïnstigeerde zelfregulering en het jaarverslagproza samen voldoende zouden zijn om de AFM tevreden te stellen en om boze deelnemers, die maar gekort bleven worden vanwege dekkingsgraden die de vermogensbeheeruitvoerders ondanks hun salarissen maar niet omhoog kregen, op afstand te houden. De berichtgeving hielp nog altijd niet mee in deze jaren. Hoe kon bijvoorbeeld een lezer van het artikel Mn Services spekt eigen pensioenkas nu niet cynisch worden na deze openingszinnen: ‘Pensioenuitvoerder Mn Services heeft 5 miljoen euro extra in het eigen pensioenfonds gestort. De metaalfondsen, de grootste klanten, betaalden mee. Zelf kunnen zij een bijstorting vergeten’?
De sector zat nog altijd in het defensief, maar of men ook in eigen vlees zou moeten snijden, hing uiteindelijk niet werkelijk af van deelnemers. Deelnemers namen immers verplicht deel. Het hing vooral af van de AFM en van andere belangrijke actoren in het pensioendomein, te beginnen bij DNB.
DNB volgt de AFM niet
Ook toezichthouder DNB liet zich in de periode 2008-2011 kritisch uit over de pensioensector. In 2009 wees toenmalig bestuurslid Kellerman in een toespraak op de risico-stimulerende asymmetrie bij bezoldiging (geen malus, wél bonus). In hetzelfde jaar wees DNB in haar kwartaalbericht van september 2009 ook op de risico’s als gevolg van ‘beleggingsmandaten [die] veel vrijheid laten. Meerdere fondsen bleken hun vermogensbeheerder onvoldoende duidelijke restricties op te leggen. Daardoor heeft de vermogensbeheerder te veel vrijheid [..] af te wijken van de strategische benchmark’. In 2011 herhaalde DNB na ‘diepgaande’ beleggingsonderzoeken: ‘Mandaten die pensioenfondsen afsluiten met fiduciair managers of vermogensbeheerders zijn nogal eens te ruim opgesteld en geven uitvoerders teveel vrijheidsgraden in het nemen van (actieve) risico’s.’
Als DNB toelaat dat fondsen alles uitbesteden aan uitvoerders die niet onder toezicht staan, dan laat zij toe dat fondsen hun verantwoordelijkheid niet kunnen waarmaken
DNB was kritisch, maar week af van de AFM. Zij richtte zich op de risico’s, niet op de kosten. Daarbij sprak ze fondsen aan, niet de uitvoerders die het beleid de facto bepaalden. Het mantra van DNB was – en is – daarbij dat fondsen alles kunnen uitbesteden, behalve hun verantwoordelijkheid. Deze wandtegel klinkt leuk, maar is problematisch. Als DNB toelaat dat fondsen werkelijk alles uitbesteden aan uitvoerders die niet onder toezicht staan, dan laat zij daarmee toe dat fondsen hun verantwoordelijkheid niet meer kunnen waarmaken. (En wellicht is dat precies een van de redenen om uit te besteden.) Hoe ook, de wandtegel werd en wordt door DNB zo uitgelegd dat zij in de pensioensector niemand bekritiseert, behalve de fondsen. Hoe duur de uitvoerder ook, hoe misleidend diens informatie ook, hoe dominant diens positie vis-à-vis het fonds ook: alleen het fonds wordt de les gelezen.
DNB heeft zich post-2008 toegelegd op disciplinering van bestuurders, die door DNB steeds dwingender aan een ‘beoordeling van geschiktheid’ worden onderworpen. Bestuurders, bankiers en beleggers van uitvoerders blijven ongetoetst, ongemoeid en ongecontroleerd. Het ABP en het PFZW staan wél onder toezicht, APG en PGGM niet. Uitvoerders hadden en hebben van DNB niets te vrezen, ook al hebben zij een symbiotische relatie met het fonds (het ABP en APG delen een toren op de Zuidas) en ook al maakt de uitvoerder met een overmacht aan informatie, netwerk en medewerkers de dienst uit.
DNB zag er zelfs geen been in het toezicht pensioenfondsen in 2010-2014 te laten leiden door een oud-werknemer van APG, die dus eerst het ABP adviseerde, om vervolgens de door APG gegeven en uitgevoerde adviezen te controleren. Minstens zo opmerkelijk was de benoeming van DNB-directielid Henk Brouwer in 2012 als ABP-voorzitter. In die laatste functie bleek hij weinig kritisch over de kosten. Gevraagd naar de uitvoerkosten van zijn ABP, verwees hij naar APG, zich klaarblijkelijk op voorhand verenigend met de door hen in rekening gebrachte kosten. Zolang bestuurders zich gedeisd hielden (of een DNB-verleden hadden), had de sector dus weinig te vrezen. Maar wat zouden de vakbonden doen?

Vakbonden blijven passief
De kredietcrisis was voor vakbonden een uitgelezen kans geweest om vermogensbeheer te thematiseren en te politiseren. Dat had ze eindelijk eens in een offensieve positie geplaatst. Vakbonden hadden erop kunnen wijzen dat 25 procent van de premies opgaat aan kosten en dat kostenreductie dus substantiële premieverlagingen en/of pensioenindexaties mogelijk zou maken. (Tenzij kostenreductie ten koste zou gaan van de ‘kwaliteit’ van het vermogensbeheer, maar wie zou die stelling na het dekkingsgraadverlies van 219 miljard euro nog in het openbaar durven verdedigen? Iedereen had in deze jaren schoon genoeg van bankiers en beleggers. Bovendien was er nooit enig bewijs geleverd voor de binnen de sector steevast gedebiteerde stelling dat voor hoge rendementen dure beheerders nodig zijn. Inmiddels is die stelling zelfs onaannemelijk gebleken, waarover later meer.)
De vakbonden weigeren tot op heden de dure uitvoerders, de slooppraktijken van private equity, en de beleggingen in de fossiele industrie te politiseren
De vakbonden hadden met een offensiefje tegen de financiële sector veel adhesie geoogst en hadden, zelfs als zij de krachtmeting niet hadden doorgezet, concessies kunnen lospeuteren van een sector die in het defensief zat. Waarom niet eisen dat de pensioensector eerst zichzelf zou korten voordat de miljoenen deelnemers, voor wie de vakbonden zich toch sterk beweerden te maken, gekort zouden worden? Daarbij had de vakbonden niet het verwijt kunnen treffen dat zij vooral voor oudere deelnemers opkwamen. De bonden hoefden niet eens zelf onderzoek te doen, ze konden simpelweg verwijzen naar de rapporten van de AFM en de commissie-Frijns.
Maar zo is het niet gegaan. De vakbonden weigeren tot de dag van vandaag de dure uitvoerders, de slooppraktijken van private equity, en de beleggingen in de fossiele industrie te politiseren. Dat is wonderlijk en toch ook weer niet. Vakbondsmensen zetelen in pensioenfondsbesturen en hebben privatisering, uitbesteding en financialisering in het pensioendomein decennialang gedoogd. Soms hebben ze er actief aan meegewerkt, al dan niet in ruil voor een concessie aan de cao-tafel. En inmiddels werken sommige oud-vakbondsmedewerkers bij uitvoerders. De vakbonden zijn medeplichtig en kunnen uitvoerders alleen bekritiseren wanneer zijn hun eigen steun aan hen onderkennen en intrekken. De vakbondstop en vakbondspensioenmedewerkers waren en zijn daar niet toe bereid, en het zou allicht ook zo ongeloofwaardig zijn dat hun eigen positie binnen de vakbond onhoudbaar zou worden. En dus bleven de bonden doen wat ze al jaren deden: zich opstellen als een van de steunpilaren van pensioenuitvoerders.
Van het ministerie niets nieuws
Aanvullende pensioenen vallen onder het ministerie van Sociale Zaken en dus is dit departement een belangrijke actor. In beginsel treedt het ministerie eerst uitgebreid in overleg met de sector alvorens tot actie over te gaan, maar zou dat zo blijven na de dramatische verliezen en de massale kortingen? Aan de partijkleuren van de verantwoordelijke bewindslieden – achtereenvolgens Donner (CDA), Kamp (VVD) en Klijnsma (PvdA) – mocht de sector enige hoop ontlenen. Die partijen zijn in de sector goed vertegenwoordigd.
Toen Klijnsma in 2014 een pensioendialoog initieerde, waarbij iedereen zijn zegje mocht doen, wist de sector dat het goed was
Toch liet Donner, door crisisomstandigheden gedwongen wellicht, zich kritisch uit over de sector. Zo observeerde hij in 2009 in een Kamerbrief dat ‘het pensioenfonds doorgaans beperkt van omvang is en de uitvoeringsorganisaties omvangrijk’ en dat ‘informatie en berekeningen waarop deze besluiten genomen worden in toenemende mate vrijwel geheel door de uitvoeringsorganisaties wordt verzorgd’. En dit riep bij de minister de retorische vraag op of ‘bondsbesturen altijd voldoende inzicht hebben in de risico’s’. Met deze – tevens al door DNB opgeworpen – vraag werd de kritische aandacht eenzijdig gericht op bestuurders en op het wat non-descripte concept risico.
Na 2010 verdwenen ook deze kritische noten. En toen Klijnsma in 2014 een zogenoemde pensioendialoog initieerde, waarbij iedereen zijn zegje mocht doen, wist de sector dat het goed was. Het kabinet zette als altijd in op coöperatie met de sector.
De AFM kaltgestellt
Er bleek in 2008-2013 uiteindelijk geen politiek-bestuurlijke actor bereid de kosten te thematiseren, laat staan die te bekritiseren. Bleef over de AFM. Daar bleek het gevaar uiteindelijk ook snel geweken. Hoogervorst was weg en werd opgevolgd door Ronald Gerritse (2011-2013) en die weer door Merel van Vroonhoven (2014-2019). In beide gevallen werd de even kritische als competente tweede man Theodor Kockelkoren gepasseerd.
De benoeming van Van Vroonhoven was vrij pervers. Ze was afkomstig van de ING, die onder meer woekerpolissen en frauduleuze derivaten had verkocht. Haar benoeming leek een farce en bleek dat ook te zijn. De AFM hielp banken en verzekeraars in het woekerpolis- en derivatendossier waar het maar kon. En ook het pensioenfondskostendossier werd gesloten aan de Vijzelgracht. Dat werd duidelijk met het Onderzoek naar jaarverslagen pensioenfondsen inzake kosten van vermogensbeheer en transactiekosten. De AFM accepteerde daarin het ‘transparantiegroeipad’ van de Pensioenfederatie.
Kosten waren wellicht niet goed, maar dus ook niet per se slecht. De pensioendivisies op de Zuidas konden opgelucht ademhalen
Over kosten werd nu gesteld: ‘De AFM en DNB vinden het essentieel dat de vermogensbeheerkosten niet op zichzelf worden bezien, maar altijd in context van rendement en risico. Meer kosten is niet per se slecht. En meer kosten hoeft niet te betekenen: verkeerd beleid.’ Kosten waren wellicht niet goed, maar dus ook niet per se slecht. De pensioendivisies op de Zuidas konden opgelucht ademhalen. En dus klinken de jaarverslagen inmiddels al weer anders. In 2017 stelde het ABP: ‘ABP belegt in private equity voor het relatief hoge netto rendement dat hiermee na aftrek van alle kosten wordt behaald.’ En in het jaarverslag over 2017 schreef het PFZW: ‘Aanpassing van de beleggingsmix omwille van kostenverlaging is geen doel op zich.’ De kosten zijn dan ook verder gestegen.
2014-2020: De status quo prevaleert
Sinds het AFM-rapport uit 2014 heeft de pensioensector niets te vrezen. Eendrachtig hebben de fondsen en hun uitvoerders de aanval op hun verdienmodel afgeslagen. Uiteraard worden er nog speldenprikken uitgedeeld. Zo wees Cees Grimbergen in 2013-2017 in een reeks documentaires met weinig subtiele maar daarom niet minder terechte titels als Gokken met uw pensioenpremies, Schatrijk van uw pensioenpremie en De schimmigheid blijft op de problematische vervlechting van fonds en uitvoerder en de riskante, dure en twijfelachtige beleggingspraktijk die daarvan al decennia het gevolg is. De namenlijst die Ewald Engelen aanvankelijk in zijn boek De schaduwelite voor en na de crisis (2014) opnam, bevatte meerdere pensioenlieden (onder meer toenmalig APG-voorman Dick Sluimers en de in 2014 bij Delta Lloyd toegetreden en inmiddels bij JP Morgan werkzame Jean Frijns). En ABP-fossielvrij, een groep bezorgde ABP-deelnemers, wijst er al een aantal jaren op dat het ABP en het PFZW beleggen in bedrijven – Shell, ExxonMobil – die alleen nog winst kunnen maken door de aarde te exploiteren en haar alzo te vernietigen voor volgende (ongeboren) generaties.
Ongetwijfeld volgt de sector deze speldenprikken op de voet. (Zo mocht schrijver dezes ooit na een column een uitnodiging ontvangen van een groot fonds om van gedachten te wisselen en een aantal zaken uitgelegd te krijgen.) Maar voor een sanering van de uitbestedingsketen hoeft allang niet meer gevreesd te worden. Het momentum is weg. Er is wel onvrede onder deelnemers en vakbondsleden, maar er is geen politieke of bestuurlijke actor die de strijd wenst aan te gaan.
Alsof er een wet van behoud van woede geldt, heeft de pensioendiscussie zich nu verplaatst naar een domein waar de verontwaardiging nooit ver weg is
Alsof er een wet van behoud van woede geldt, heeft de pensioendiscussie zich inmiddels verplaatst naar een domein waar de verontwaardiging nooit ver weg is. De krantenkolommen worden inmiddels gevuld door al dan niet zelfbenoemde vertegenwoordigers van jongeren en verdedigers van wat pensioengerechtigden nu eenmaal door werkgevers toegezegd is. Steekwoorden in die discussie zijn boomer, millennial en vergrijzing. Voor de fijnproever kunnen de noties doorsneepremie, intergenerationele herverdeling en rekenrente daaraan worden toegevoegd. De media faciliteren deze discussie gretig. Tegenover elke Grimbergen staan RTL-redacteuren economie die ‘Gentle reminder. De rijkdom zit bij de oudere generaties’ tweeten.
Het is een droomuitkomst voor Goldman Sachs, Alpinvest, APG, alsook voor Shell en Exxon. Oude en jonge deelnemers vechten om wat er na aftrek van de kosten overblijft. Ondertussen pleiten de vakbonden plichtmatig voor een hogere rekenrente, wat door DNB en het ministerie van SZW natuurlijk wordt tegengehouden. De AFM krijgt Laura van Geest als nieuwe directeur, een oud-ambtenaar die eerder leiding gaf aan het CPB, dat rapport na rapport over vergrijzing afscheidt en kosten of beleggingsbeleid van fondsen nimmer noemt.
Er is, kortom, sinds 2008 veel gebeurd maar niets veranderd
Ook in de voorzienbare toekomst zullen werknemers van uitvoerders ruim meer verdienen dan de minister-president. Ze zullen ook meer verdienen dan Jeroen Pauw of Klaas Knot, de twee best verdienende mensen in de semipublieke sector. Verder in de uitbestedingsketen zullen werknemers van private equity-huizen als Alpinvest (door NRC Handelsblad in 2006 op gezag van de Financial Times het best bewaarde geheim van Nederland genoemd) miljoenensalarissen blijven ontvangen.
Er is, kortom, sinds 2008 veel gebeurd maar niets veranderd. Het enige verschil is dat er, met dank aan de Pensioenfederatie en DNB, meer gegevens beschikbaar zijn over de pensioensector. Op grond van de jaarverslagen rapporteert consultant LPG elk jaar trouw de totale kosten. In 2018 bedroegen de totale kosten in de sector 8,4 miljard euro, waarvan 7,5 miljard euro opgaat aan vermogensbeheer. Dat is ruim 25 procent van de premiegelden (33,2 miljard). Waarschijnlijk is dat overigens een onderschatting, daar kosten verderop in de uitbestedingsketen soms ten laste van het rendement worden gelegd.
Met de door DNB ontsloten fondsgegevens kan worden bezien of duurdere pensioenfondsen hogere rendementen hebben. In 2018, het meest recente jaar waarover gegevens beschikbaar zijn, is het verband tussen vermogensbeheerkosten en rendementen negatief: de correlatie is -0,11. Het is maar een correlatie, en er valt een interessant econometrisch dispuut te houden over de correcte interpretatie ervan, of over andere wijzen om conclusies uit deze gegevens te trekken. Voor de jaren 2015-2017 heb ik daartoe een voorstel gedaan in een artikel in economenblad ESB. Mijn conclusie is dat vermogensbeheerkosten zichzelf niet terugverdienen en dus niemand ten goede lijken te komen – nu ja, behalve beheerders zelf dan.
Wie positief is, wijst er op dat het mooi is dat deze gegevens inmiddels beschikbaar zijn. Wie cynisch is, zal niet kunnen negeren dat het al niet meer uitmaakt wat de conclusie is. Hoe hoog de kosten ook zijn, hoe negatief ook het verband tussen kosten en rendementen, en hoe vervuilend ook de beleggingen – één ding staat vast: de pensioensector is tot de volgende crisis niet hervormbaar.
116 Bijdragen
Bart Muurling 5
Anton Van de Haar 8
Bart MuurlingAnton Weenink 2
Bart MuurlingVakbonden en hun bestuurders zien pensioen als ''uitgesteld loon'' en dus willen zij een dikke vinger in de pap hebben en houden. Op zich begrijpelijk. Een deel van vakbondsbestuurders in pensioenfondsen doen dit in gewone werktijd en krijgen hier niet persoonlijk voor betaald. Vacatiegeld gaat naar de bonden zelf toe. Anderen doen dit nadat zij zelf met pensioen zijn gegaan en krijgen dan vacatiegeld zelf in handen, meestal enkele honderden euro per bijgewoonde vergadering (incl. reistijd en -reiskosten en voorbereidingstijd). De grootste kostenpost zal gaan naar de echt dure jongen die tarieven (kunnen) hanteren van > 500 euro per uur. Denk aan fondsbeheerders, actuarissen en -niet in de laatste plaats- advocaten etc.
Arjan 7
Anton WeeninkZullen altijd beleid voeren om kortingen uit te stellen voor gepensioneerden, waarbij jongeren de dupe zijn. En nogal logisch als je leden grotendeels bestaat uit ouderen.
Anton Van de Haar 8
ArjanHet is dus zaak dat jongeren massaal lid worden van vakbonden. Zo niet, dan blijven ze de speelbal van bedrijven en (vergrijsde) vakbonden.
Arjan 7
Anton Van de HaarMaar als meer jongeren lid worden van de vakbond, en nog steeds fors in minderheid zijn tov ouderen waarbij ze de strijd verliezen op dit onderwerp, dan is het nadeel voor jongeren dat ze betalen voor een lidmaatschap van een bond die tegen hun belang handelt, en dat de vakbond vanwege groeiende omvang zal claimen dat haar macht nog groter is aan de onderhandelingstafel. Dan werkt dat averechts.
Je zult denk ik toch aan andere oplossingen moeten denken waarbij de belangen tussen generaties van gelijkwaardig belang zijn, ipv dat ouderen altijd de strijd winnen omdat ze simpelweg in de meerderheid zijn. Misschien op basis van cohorten een stem toekennen in beslissingen waardoor elke leeftijd gelijk is vertegenwoordigd.
En wat ik Tuur Elzinga van het FNV zie doen, is vooral veel onzin uitkramen in zijn argumenten om kortingen uit te stellen. Het is allemaal gebaseerd op de hoop van hoge rendementen in de toekomst, terwijl ouderen nu geen recht hebben op rendementen die in de toekomst worden behaald. Met toekomstige rendementen moet je toekomstige uitkeringen betalen, en niet de huidige uitkeringen (die betaal je met de huidige rendementen). Als jongere ben je buiten zo'n regeling altijd beter af, omdat je dan geen rendement hoeft af te staan. Echter, bestaat die keuzevrijheid niet. Je zit als jongere dan gevangen in een stelsel waar je wordt beroofd.
[Verwijderd]
Anton Van de HaarDe naoorlogse wederopbouw. Nu blijkt dat de dure prmies van toen geen bal uimaken. En de hoogte van de pensioenen gerelateerd worden aan de huidige economie. En dat de oudere dus al zolang als er in aandelen e.d. Belegd mag worden er van elke gulden er 25% gejat wordt.
De jongere betaald nu premie en mag hopen op een economische hoogconjuctuur tegen de tijd dat hij/zij met pensioen gaat.
j.a. karman 5
ArjanMet die ouderen jongeren discussie hell je nu net degenen met de hoge bonussen en meer om van ieder flink te verdienen.
Zit je zelf in zo'n positie omf laat je je wat op de mouw spelden? Dan vraag ik me af waarom waarom waarvoot ...
Arjan 7
j.a. karmanF. Passet 4
ArjanJong en oud worden gekort, van eind loon naar middelloon, geen indexatie, hogere eigen bijdrage en ga maar door. Goed dat het thema “de jongere betaald voor de oudere” hebben gecreerd.
Waar is de solidariteit? En hoe is dit in Noorwegen geregeld door het staatspensioenfonds. Valt hier nog van te leren?
Prima artikel, geeft mooi beeld van daar waar de werkelijke kosten zitten en dat betalen we dus met elkaar, zowel de werkende, de inactieve deelnemer en de gepensioneerden.
Jammer van de conclusie dat er voorlopig niets veranderd.
En in het nieuwe pensioenakkoord wordt het risico geheel bij de werknemer gelegd. Geen risico voor de bedrijven, mooi voor de winstgevendheid. En ook lagere vaste kosten voor de overheid als grote werkgever. Leuker kunnen we het niet maken.....
j.a. karman 5
ArjanDaarbij gezien wat er voor aannames allemaal gedaan worden om cijfers naar een doel te zetten.
Vervolgens wat bij de praktijk en levensverzekeringen ofwel pijler 3 kunnen herkennen.
Pijler 2 doorgewerkt mete redenen. Het zeer lastige franchise verhaal begrepen.
De standaard daar is 2*aow omdat een vrouw geacht werd geen kostwinner te zijn.
Vervolgens worden er hele discussies uhh eenrichtingsstellingnames gedaan dat pijler 1 onbetaalbaar is omdat iedereen oiddr zou worden.
Dat iedereen ouder wordt klopt niet. Kun je zien bij het cbs met opleiding en sociale groepsaanduiding.
Bart Muurling 5
Anton WeeninkHendrik Faber 4
Bart Muurlinghttps://www.zwitserleven.nl/particulier/blijf-op-de-hoogte/nieuwz/kan-zwitserleven-uw-pensioeninkomen-verlagen/
https://www.vmdkoster.nl/a-335/pensioenen-korten-pensioenfonds-vs-pensioenverzekeraar
Daarbij is er vastgelegd hoeveel er per jaar aan inflatiecorrectie wordt gecompenseerd. Vergelijk een pensioen bij een verzekeraar met een lijfrente. Ook hier wordt vooraf afgesproken hoe wordt gespaard (alleen inleg of beleggen met inleg) en harde afspraken gemaakt over jaarlijkse indexatie.
Verzekeraars zitten trouwens met de jaarlijkse indexaties flink in hun maag. Het is een flinke kostenpost als de verzekeraar de uitkeringen per jaar met 3% moet verhogen, terwijl de echte inflatie/rendementen 0 of zelfs negatief worden. Ik kan het artikel niet meer terughalen. Ik dacht dat de Volkskrant het betreffende artikel had geschreven.
j.a. karman 5
Hendrik FaberArjan 7
Bart MuurlingAls je dat renterisico niet afdekt, en de rente daalt, dan moet je de waarde van de verplichtingen tegen een steeds lagere rente gaan waarderen. En voor deze fondsen geldt dat de waarde van de verplichtingen harder is gaan stijgen dan de waarde van de beleggingen.
De verplichting is de toezegging van een uitkering.
Dus veronderstel dat je 1000 euro hebt en je verplicht je zelf dat je volgend jaar 1020 euro moet hebben, dan moet je minimaal 2% rendement behalen. De regels schrijven voor dat je niet weet wat het rendement is. Het kan positief of negatief zijn, en we gaan niet op de toekomst vooruitlopen om iets te waarderen.
Als de rente voor een 1 jaars deposito 1% is, dan schrijven de regels voor dat je met die 1% rente als minimale rendement wel mag rekenen. Je kan immers nu een deposito aangaan tegen 1%. Volgend jaar is de waarde van je deposito 1010 euro. Maar je kunt ook de keuze maken om te gaan beleggen waarbij je een rendement behaalt van 2%. In dat geval is de waarde volgend jaar 1020 euro. Maar omdat er geen zekerheid is dat je die 2% rendement maakt zegt regelgeving dat je niet een verplichting volgend jaar om 1020 uit te keren mag waarderen met een rekenrente van 2% omdat rendement onzeker is. Je mag het slechts waarderen met een rekenrente van 1% omdat je daarvan nu zeker weet dat je het op deposito kan ontvangen. En die methodiek moet je toepassen omdat je in een collectieve regeling op basis van gerealiseerd rendement wilt verdelen, en niet op basis van wat je verwacht.
En waarom niet obv van wat je verwacht? Omdat mensen die een uitkering ontvangen niet een terugbetalingsverplichting hebben als het verwacht rendement niet uitkomt. Als je dan waardeert tegen verwacht rendement dan ontvangen ze rendement zonder risico te lopen.
F. Passet 4
ArjanIn het verleden bij hoge dekkingsgraden is er bv geen inleg geweest door werkgever/werknemers en ook zijn er boven bepaalde dekkingsgraden vermogens uit pensioenfonds gehaald door werkgever. Dit was dan bv onderdel van de financieringsovereenkomst tussen werkgever en pensioenfonds. Indien dit niet was gebeurd en het vermogen in het fonds was gebleven en er ook was opgebouwd ( ipv premievrij) waren de dekkingsgraden prima op orde.
Arjan 7
Bart MuurlingMaar als je als individuele belegger toch de keuze maakt om het hoger te waarderen dan 30 euro, en de koers daalt met 10 euro, dan draag je ook zelf dat verlies. Je kunt dan slechts stellen dat je jezelf te rijk hebt gerekend.
In een pensioenfonds waar je gezamenlijk belegt gaat die systematiek niet op. Want als je dan gaat waarderen met verwachte rendementen, dan keer je verwacht rendement uit aan gepensioneerden, terwijl zij je het niet terugbetalen als dit rendement niet wordt behaald. Dat noemen we gratis beleggen. Rendement ontvangen zonder risico te lopen. Dat is de truc die onze vakbonden willen uithalen, waarbij jongeren per definitie worden gedupeerd. Fondsen raken in een razendtempo leeg als je dat toestaat. Jongeren blijven premies betalen, met als uitkomt lege fondsen als zij met pensioen gaan.
j.a. karman 5
ArjanOoit zaten de fondsen in goede tijden zo vol dat er extra geld uit gehaald is. Dat is in slechte tijden niet te herstellen met tsrugstorten.
Henk Wagenaar 2
Bart MuurlingIn het hele circus is ook van belang dat er veelal sprake is van herfinanciering en de kans is groot dat Centraal Beheer heeft "herverzekerd" en daar gemaakte afspraken "doorschuift". Er ontstaat een keten van toezeggingen en niemand weet wie het uiteindelijke risico draagt. Centraal Beheer is waarschijnlijk alleen maar doorgeefluik.
Het artikel (chapeau!) maakt heel goed duidelijk dat kosten (lees verdiensten van een kleine groep) van de inleg worden afgesnoept. Aangezien deze geldverslindende roofbouwmachine jaren loopt, is het cumulatieve effect aanzienlijk. Van je premie komt (gerekend in koopkracht) altijd een stuk minder terug.
Nog een opmerking over Alpinvest: die club is overgenomen door Carlyle en de bottom line is dat beleggingen vooral hun eigen "vrinden" ten goede komen. Dus nog meer geld gaat de bekende bodemloze put in.
Hier een illustratief overzicht:
https://www.privateequityinternational.com/database/#/pei-300
Carlyle staat op plaats 2. Let ook op de "plaats van vestiging". Bijna alles wordt in de VS geregisseerd.
Ed Peereboom
Bart MuurlingDeel 2 kon ik niet realiseren. Het was financieel niet rond te krijgen. Dat zou gaan over het volgen van de wereldreis van je pensioengulden: waar naartoe, wie plukt er onderweg van en wat zien de (gedwongen want CAO) betalers daarvan terug?
Het programma bestaat nog bij Beeld en Geluid die het als volgt bereikbaar maken:
"MILJARDEN VOOR DE DORST
23 mei 1995 21:02:33 , RVU
Helaas kunnen we dit materiaal niet online aanbieden vanwege auteursrechtelijke beperkingen.
Wil je het toch bekijken? Als het gedigitaliseerd is, kan dat op werkdagen bij de klantenservice van Beeld en Geluid.
Programma- en archiefinformatie
Educatief programma waarin adhv interviews, shots en dupes wordt ingegaan op de 700 miljard gulden die in Nederland opzij gelegd zijn voor het pensioen. Dit bedrag is door de Nederlandse bevolking gespaard om later als aanvulling op de AOW, het basispensioen, te dienen. In dit programma komt aan de orde wat er in de tussentijd met het geld gedaan wordt, wie beheert het en is er straks wel genoeg geld om iedereen te geven waar hij recht op heeft."
Eveline Bernard 6
Laten we het allemaal doorsturen naar onze pensioenbeheerders en vakbonden!
Lydia Lembeck 12
Eveline BernardFerry de Boer 7
De slechte berichten over pensioenfondsen zijn een belangrijk onderdeel geweest van mijn beweegredenen om voor mezelf te beginnen. Na dit artikel begrijp ik ineens ook veel beter waarom vakbonden zo hard roepen dat ZZP'ers verplicht moeten worden deel te nemen aan een pensioen.
Iedere particuliere belegger weet dat je je kosten zo laag mogelijk moet houden. Geen enkele belegger zou 25% van z'n inleg stukslaan op kosten, dat is absurd.
j.a. karman 5
Ferry de BoerGerrit Zeilemaker 6
j.a. karmanFerry de Boer 7
Gerrit Zeilemaker"Dat betekent dat de totale pensioenuitkering in 2018 (30 miljard euro) slechts 80% is van de uitkering bij wel indexeren en dat er zo’n 7,5 miljard minder uitbetaald werd."
We weten inmiddels waar die 7,5 miljard wel naartoe gegaan is. 😒
En die aanbevelingen aan het eind zijn ziek, daar staat gewoon: banken laten bepalen wanneer mensen met pensioen mogen.
Maud Elias
Het blijkt keer op keer dat wanneer er geld mee gemoeid is, instanties niet te vertrouwen zijn.
Zoals men het in de internationale cryptocommunity zo krachtig zegt: be your own bank, buy Bitcoin.
Dat geldt ook voor je pensioen:
Zorg voor je eigen pensioen , KOOP BITCOIN.
Bij Bitcoin zijn er geen zakkenvullende tussenpersonen, geen vervuilende of dubieuze investeringen. En het meest belangrijke: er is geen geldontwaarding.
Gerrit Zeilemaker 6
Maud EliasA.J. van Soelen 2
Wederom: belangwekkende journalistiek. Hulde!
Viv Van Geen
Bert Bakker 4
[Verwijderd]
Joris Logtens
Wellicht zouden we de allemaal weer kunnen stoppen op ons 65e.
Gerrit Zeilemaker 6
Joris LogtensAnton Weenink 2
[Verwijderd]
Anton WeeninkGerrit Zeilemaker 6
Anton WeeninkAli Jas 1
Marc Fahrner 7
Verziekt, incestueus en vol van elkaar indekkende, eigen-volk-eerst- bestuurders.
En doordat het hele systeem zo doorwrocht is van verstrengelde belangen, heeft de burger die na hard werken op een beetje normaal pensioen zou moten mogen vertrouwen, het nakijken. Nog los van het feit dat wij rustig de sleutel van een deel van ons geld in handen geven van een Amerikaanse firma als Goldman Sachs. Een bank met een lekker imago. Nee, die zullen er integer mee omgaan.
En niemand die hier echt een vuist wil of weet te, maken.
Gerrit Zeilemaker 6
Marc Fahrnerpetros 4
Albèrt 4
Er zal vast veel geld over de balk gegooid worden aan beheer maar ik heb liever dat de beste financiële professionals op aarde zich bezig houden met beheer van de pensioenfondsen dan goedkopere minder goede werknemers.
Het ABP heeft over een periode van 20 jaar (dus inclusief de recessie van 2008) een gemiddeld rendement van 7% dat is heel behoorlijk.
Bron: https://www.abp.nl/over-abp/duurzaam-en-verantwoord-beleggen/resultaten.aspx
Ook is het zo dat de pensioenfondsen graag een andere rekenrente willen zodat ze niet hoeven te korten want er is geld genoeg ook volgens hen: https://www.rtlz.nl/algemeen/politiek/artikel/4863606/abp-pfzw-pensioenfonds-korting-pensioen-rekenrente
Lydia Lembeck 12
AlbèrtAlbèrt 4
Lydia LembeckIn het artikel wordt mijns inziens de indruk gewekt dat de 219 Miljard dekkingsgraadverlies de oorzaak is van de financiële beheerders maar dat is dus niet het geval.
Lydia Lembeck 12
Albèrtj.a. karman 5
Lydia LembeckMet een normaal geacht lange termijn rendement van boven de 5% zouden deelnemers genieg kringen en er nig steeds veel geld aan verdiend kunnen worden.
Er waren tijden dat de rente boven de 10% zat. Levenverzekeraars boekten forse winsten met het verschil tussen inleg en de verwachte lasten voor de toekomstige uitkeringen.
j.a. karman 5
AlbèrtVoor het ABP is er nog het wonderlijke verhaal van het zien als kapitaal waar de overheid beschikking over heeft.
Albèrt 4
j.a. karmanj.a. karman 5
Albèrt5% werd lange tijd als normaal gezien.
Arjan 7
AlbèrtAls je de hoogte van de uitkeringen bepaalt obv verwacht rendement, zonder dat er een terugbetalingsverplichting is voor gepensioneerden om het terug te betalen als dat rendement niet wordt behaald, dan is dat gratis beleggen.
Het is te vergelijken met een voorstel aan je collega waarbij je gezamenlijk gaat beleggen en waarbij je positieve rendementen verdeelt, maar dat de verliezen voor je collega zijn.
Ja, natuurlijk willen gepensioneerden vertegenwoordigd via de vakbonden graag zo'n systeem, maar jongeren moeten toch wel erg dom zijn om daar mee akkoord te gaan.
Henk Zoer 7
ArjanJe laat je gebruiken om tweespalt te creëren, de ouderen tegen de jongeren, om de aandacht van de echte problematiek af te leiden.
Arjan 7
Henk ZoerDat zijn de feiten.
Henk Zoer 7
ArjanArjan 7
Henk ZoerDie discussie over kosten is gerommel in de marge.
Henk Zoer 7
ArjanArjan 7
Henk ZoerOm te beoordelen of de kas voldoende is, moet je weten wat de waarde van de verplichtingen zijn, en kun je niet slechts naar de omvang van de kas kijken.
Henk Zoer 7
ArjanArjan 7
Henk ZoerHenk Zoer 7
ArjanEen gerucht gaat dat DNB straks onze pensioenfondsen gaat verplichten zuid-Europese staatsobligaties te kopen die niets waard zijn om op die manier onze spaargelden naar zuid-Europa te sluizen. Dan is DNB er wel bij gebaat om die pot zo vol mogelijk te krijgen. Alles om het huidige monetaire systeem in stand te houden.
Gerrit Zeilemaker 6
AlbèrtArjan 7
Gerrit ZeilemakerDus de prullenbak in met rekensommetjes waarbij je slechts kijkt naar wat in een jaar is uitgekeerd (die loopt de komende jaren richting de 100 miljard per jaar, wel even wat anders dan 33 miljard...….) om de stelling aan te gaan dat er voldoende geld is, zonder dat er ook maar enige relatie is met de toezeggingen die er zijn gedaan.
En laat het gezwets over de hoge rendementen toch een keer stoppen. De toezeggingen die zijn gedaan om aan deelnemers uit te keren is veel hoger. Als je met 1 euro gaat beleggen en over 1 jaar een toezegging doet aan je zelf om 2 euro uit te keren, kan zwetsen wat hij wil over rendementen van 10%, maar je hebt 100% rendement nodig om van 1 euro 2 euro te maken.
Dekkingsgraden vertellen alles. Die kijkt naar rendementen en toezeggingen. En dat is wat je moet doen. Rendement vergelijken met toezeggingen, en niet dom geloven dat positief rendement altijd betekent dat je elke toezegging kan nakomen. Als dat zou kunnen, moet je gewoon iedereen een pensioen toezeggen van 1 mio per jaar, dan maakt het allemaal niks meer uit wat je jezelf verplicht als pensioenfonds wat je gaat uitkeren. Helaas zijn de pensioenfondsen dan wel binnen no time zo leeg als het maar kan. Ouderen lachen zich kapot door jongeren met lege kassen achter te laten.
Henk Zoer 7
ArjanHenk Zoer 7
Arjanhttps://youtu.be/a-_UgQyFR7s
Gerrit Zeilemaker 6
ArjanHoe U aan die 100 miljard komt is mij een raadsel. En dan is er overigens nog geen probleem, want er is nu 1.550 miljard in de pensioenfondsen en dat groeit. Er gaat al jaren meer in dan er uitkomt aan beleggingsresultaat en premies en dat zal met het huidige beleid in de toekomst ook zo zijn. Al sinds de jaren zestig van de vorige eeuw dus al zestig jaar wordt een gemiddeld rendement van 6 à 7% gemaakt. Rente op rente. En de rekenrente was tot zo'n vijftien jaar geleden 3 à 4%. Geen enkel probleem geweest en met een rekenrente van bijvoorbeeld 3% zal dat in de toekomst ook geen probleem zijn.
De pensioenfondsen zijn niet binnen "no time" leeg. Een pensioenfonds is een stuwmeer er gaat pensioenpremie (min beleggingskosten) en beleggingsresultaten in en er gaan pensioenuitkeringen uit. En aan die stromen kun je sleutelen. De rest is, met permissie, gelul.
Laat U niet bang maken.
En ouderen laten jongeren niet barsten. Mijn vrouw en ik niet tenminste. Wij passen op, rijden met kleinkinderen naar school en zwemles en springen waar nodig is financieel bij. En al mijn vrienden en kennissen van mijn leeftijd doen hetzelfde. Lachen doen wij om andere leukere dingen.
Leest U dit maar:
https://www.andereuropa.org/over-pensioenen-in-europa-en-nederland/
Arjan 7
Gerrit ZeilemakerJe legt premie in waarmee belegd wordt (waarde beleggingen), en tegenover die inleg van de premie komt de verplichting te staan van de toegezegde uitkering (waarde verplichting).
Voor sommige pensioenfondsen geldt dat de dekkingsgraad te laag is.
U kunt er van alles om heen verzinnen, maar zo simpel als dit is het.
En nogmaals, pensioenfondsen zullen ongetwijfeld rendement in de toekomst blijven maken, maar die zijn bedoeld om toekomstige pensioenen mee te betalen, en niet de huidige. De huidige pensioenuitkeringen moet je betalen van de gerealiseerde rendementen, die je terugvindt in de waarde van de beleggingen.
Gerrit Zeilemaker 6
ArjanUit het volgende blijkt dat U denkt dat premie per jaar of generatie geoormerkt is voor bepaalde oudere en jongere generaties "maar die [rendementen] zijn bedoeld om toekomstige pensioenen mee te betalen, en niet de huidige." Dat is onjuist en in strijd met het 'collectieve' van pensioenen. Er geldt namelijk niet alleen een solidariteit tussen jong en oud, maar ook tussen betere en slechtere tijden. Anders zou namelijk een lagere premie als gevolg van een crisisperiode in de rendementen van een bepaalde groep doorwerken en die groep lagere pensioenen opleveren.
Ik blijf toch bij mijn vergelijking met een stuwmeer, die je zelfs (en dit zeg ik met enige voorzichtigheid) kan laten leeglopen (als gevolg van uitzonderlijke economische omstandigheden) tot bijvoorbeeld de helft om de verplichtingen op peil te houden en vraag in de markt te houden. Een anti-cyclische werking dus. Mooi toch!
Arjan 7
AlbèrtGerrit Zeilemaker 6
ArjanArjan 7
Gerrit ZeilemakerGerrit Zeilemaker 6
ArjanArjan 7
Gerrit ZeilemakerWant als je rekent met 3% toekomstig rendement als rekenrente, dan wordt de waarde van de verplichtingen lager. Het effect is dat je toekomstig rendement uitkeert aan gepensioneerden, die geen risico lopen. Als achterblijkt dat rendement 0% is, dan bestaat er geen terugbetalingsverplichting voor gepensioneerden zodat ze delen in de verliezen van de beleggingen.
Je mag alleen het gerealiseerde rendement (zit in waarde beleggingen) gebruiken om uit te keren, en niet toekomstig rendement.
Als je individueel belegt dan kan je rekenen met elk rendement wat je wilt, want als die verwachte rendementen niet uitkomen dan draag je zelf alle gevolgen van de verkeerde inschatting.
Henk Zoer 7
ArjanGerrit Zeilemaker 6
Henk ZoerHenk Zoer 7
Gerrit ZeilemakerGerrit Zeilemaker 6
Henk ZoerEigenlijk is het geld verdiend door de werknemers en is het uitgesteld loon en zouden werknemers ook veel meer te zeggen moeten hebben.
Henk Zoer 7
Gerrit ZeilemakerOverigens sterk artikel van je op andereuropa.org, complimenten!
Gerrit Zeilemaker 6
ArjanEr wordt geen toekomstig rendement uitbetaald. Er zit al veel reeds gerealiseerd rendement in de pot. De buffer is groot genoeg en is al gerealiseerd en wordt ook in de toekomst aangevuld. Denk aan het stuwmeer!
Individueel voor een pensioen beleggen zou ik U niet aanraden als U van zo'n prachtig collectief pensioen gebruik kan maken. Collectief beleggen levert altijd meer op dan privaat beleggen.
Jan Ooms 10
De MSM mag zich hier ook zeker medeschuldig voelen.
'Kaal scheren en pek en veren'; in sommige opzichten waren de middeleeuwen zo gek nog niet...
Lydia Lembeck 12
Jan OomsGerrit Zeilemaker 6
Jan OomsJan Ooms 10
Gerrit ZeilemakerJan Roos 1
Bedankt voor deze eye-opener.
Jan Ooms 10
Jan RoosDeze gluiperige zgn. sociaaldemocraat is nog neo liberaler dan Mark Rutte en Frits Bolkenstein sámen.
Het trieste gevolg van enkele jaren voorzitterschap van de Eurogroep.
Dan wíl je de wereld niet meer zien zoals ze daadwerkelijk is!
Gerrit Zeilemaker 6
Jan Roosseger 1
Tuin er niet meer in, zorg zelf voor je pensioen.
Doe het zelf via bijv. de fondsen van BlackRock (de grootste fondsbeheerder ter wereld) in plaats van uw pensioen verzekeraar/pensioen fonds
Dan bespaart u de salarissen en bonussen van dat zootje oplichters en flessentrekkers, en heeft U derhalve een hoger pensioen.
De documentaire Zwarte Zwanen (2 jaar geleden) heeft mij de ogen geopend.
Jan Ooms 10
seger 1Je valt onder een bepaalde CAO die in zo’n 90% van de gevallen een pensioenfonds voorschrijft. CAO’s zijn algemeen verbindend. Niks te kiezen dus!
Gerrit Zeilemaker 6
seger 1Gerrit Zeilemaker 6
Het enige wat rest is een actiecomité buiten FNV en politieke partijen om die met heldere eisen de strijd aangaat op de Franse manier. Iedere andere manier loopt uit op stelen van ons pensioen.
Willem de Vroomen 4
Gerrit ZeilemakerVraag: wie is Gerrit? Reageerders moeten elkaar leren kennen en ontmoeten.
vroomenwillemde@gmail.com
Roland Horvath 7
1- Pensioen fondsen zijn nodeloos, zeker nu de rente op obligaties en andere zowat nul is geworden terwijl er een inflatie is van meer dan 2%. In West Europa hebben alleen Zwitserland en NL pensioen fondsen. Een omslag stelsel alias een repartitie systeem, waarbij pensioen bijdragen er onmiddellijk uitgaan als pensioenen, is een beter en eenvoudiger systeem, de geldbedragen ontwaarden niet.
Als een zelfstandige met 60 wil gaan rentenieren, dan moet hij sparen en beleggen zodat hij die spaarpot kan aanspreken als niet meer werkt. Werken en rentenieren volgen elkaar, volgtijdelijk. In een land als NL zijn tegelijkertijd veel werkende en sparende en ten 2e veel gepensioneerden. Dan is er per definitie geen spaarpot, geen pensioen fonds nodig.
2- Als pensioen fondsbeheerders ook VS grootbank als Goldman Sachs aannemen getuigt van slechte smaak of beter van wanbeheer.
De kosten van 25% van de pensioen premies is niet te rechtvaardigen.
Bovendien zijn 80 à 90% van de beheerskosten weggegooid geld.
Men kan de beleggers indelen in 3 categorieën.
A- Er zijn er die effecten aankopen volledig conform de markt evolutie; Zonder veel werk te verrichten om de beste beleggingen te vinden. Die krijgen per definitie de opbrengst van de markt.
B- Er zijn de mensen met voorkennis, van hun sector of van aanverwante sectoren. Dat zijn de miljardairs, de grootaandeelhouders.
C- En dus blijft voor de beleggers, die wel veel moeite doen om optimaal te beleggen, minder over dan het markt rendement. Omdat de mensen met voorkennis meer dan het marktrendement hebben gekregen.
Voor het beheer van pensioen fondsen heeft men dus geen dure topspecialisten nodig, en zeker geen buitenlandse prutsers en fraudeurs als Goldman Sachs. Een veredeld secretariaat annex administratie met enkele beleggingsspecialisten is voldoende. De beleggingen gebeuren dan marktconform.
Marla Singer 7
Enige oplossing is dus een dik slot op die pot waarvan jij alleen de sleutel hebt.
Roland Horvath 7
Marla SingerWat de prestaties van die bewakers betreft, geldt het omgekeerde; Toen de banken in 2007- 2008 in geld moeilijkheden waren door hun eigen roekeloosheid en naïviteit is hen geen haar gekrenkt en zijn de banken geholpen met miljarden. IJsland is het enige land, dat bankdirecteurs naar de gevangenis heeft gestuurd. Voor bewezen wanbeheer.
Wim Verver 5
Arjan 7
Pensioenfondsen zullen niet staan te juichen dat bij de grootste vermogensbeheerders zeer hoge salarissen en bonussen worden betaald, maar uiteindelijk is het voor hun een afweging of het zich terugverdiend als men dit anders inricht.
En hoe meet je zoiets? Je kunt een soort scenario op gaan stellen waarbij je besluit het vermogensbeheer zelf te doen, waarbij je mensen aanstelt die het tegen een lager salaris gaan doen. Maar wie garandeert dat deze mensen het zelfde rendement behalen als de portfolio managers bij de grootste asset managers? Als je veronderstelt dat zij ook dezelfde rendementen kunnen behalen, dan vraag ik me af of je niet een soort vraagstuk behandeld of Barcelona niet kan bezuinigen op de salarissen van spelers door spelers van Excelsior aan te gaan trekken. Dus hoe bepaal je wat de invloed is van lagere vermogensbeheerkosten op het rendement? En wellicht dat er groepje portfolio managers die het willen doen tegen een bescheiden salaris, en toch een goed rendement behalen, dan speelt ook nog eens het probleem dat die selecte groep niet bij elke pensioenfonds individueel kan werken.
Die analyses hebben voor mij uiteindelijk toch een vrij hoog gehalte van giswerk.
Maar wat ik wel weet is dat pensioenfondsen wel tijdens de onderhandelingen zwaar inzetten op zo laag mogelijke kosten. Maar de realiteit is ook dat een klein land als Nederland niet de macht heeft om de cultuur bij die grote jongens te kunnen veranderen. Als Nederlandse pensioenfondsen geen zaken met ze willen doen, zal dat hun vermogenspositie slechts minimaal raken. Daar gaan ze geen grote offers maken omdat wij vinden dat de salarissen te hoog zijn. Dat soort veranderingen kun je slechts bewerkstelligen als je wereldwijd die druk op deze vermogensbeheerders zet.
Roland Horvath 7
ArjanDat wordt tegen gehouden door de beate aanbidding van macht en rijkdom hier in NL. Terwijl beleggers van de VS grootbank Goldman Sachs GS niet noodzakelijk beter zijn dan de doorsnee beleggers, die men in NL kan vinden. Bij GS heeft men dan nog het nadeel dat ze zeer beïnvloed worden door de VS politiek bijvoorbeeld van de FED. En dat GS bewezen heeft niet te vertrouwen te zijn.
Nogmaals, 25% van de pensioen premies betalen aan het beheer van pensioen fondsen duit op onbekwaamheid en naïviteit. Pensioen fondsen zijn bovendien absoluut niet nodig. Een repartitie systeem alias een omslag systeem, waarbij pensioen premies er onmiddellijk uitgaan als pensioenen, zijn eenvoudiger en beter. Er is geen ontwaarding en geen duur beheer van gespaard geld.
Henk Wagenaar 2
Roland HorvathHet sprookje dat de groten der aarde het beter doen is simpelweg b*llsh*t. Het enige waar zij goed in zijn, is maximaal uithollen van ons spaargeld.
Je hebt gelijk, Roland, dat een omslagstelsel beter is. Daarover enkele opmerkingen.
Ooit hadden we een natuurlijk omslagstelsel. Ouderen werden verzorgd door de kinderen, of bij ontbreken daarvan, door familie. Door dat los te laten, werden we een makkelijke prooi van de bankiers & co. Probleem is dat (spaar-)geld een wissel op de toekomst is en gevoelig is voor uitholling tijdens de looptijd.
Ook is het geen nieuws dat een omslagstelsel alleen werkt als de verhoudingen kloppen. Door de na-oorlogse geboortegolf is de balans verstoord geraakt. Ook dat wist de politiek al lang, maar men deed niks.
In Frankrijk probeert Blackrock via hun vriendje Macron (ex Rothschild bankier) te bewerkstelligen dat het omslagstelsel wordt omgezet naar (Blackrock) sparen ('kapitaalstelsel') en daarmee komt men in hetzelfde donkere vaarwater terecht. De onbalans in het huidige omslagstelsel is daarvoor een gemakkelijk breekijzer.
Aangenomen dat de wereld een poosje doordraait zoals het draait (ahum) dan komt er een moment dat de verhoudingen weer in balans komen. De bankiers houden er nu waarschijnlijk al rekening mee. Want als de premie/uitkeringsverhouding weer 'beter' wordt, is het makkelijker om geld af te romen. Je krijgt dan een soort "Madoff effect".
Een omslagstelsel (als gezegd is familie is het beste pensioen) is hoe dan ook beter en als we door de zure appel kunnen heen bijten, zou het op termijn goed moeten komen.
Arjan 7
Roland HorvathNeem maar van mij aan dat als een pensioenfonds dezelfde rendementen kan maken met goedkope werknemers, ze die keuze allang hadden gemaakt.
En je opmerking om slechts de markt te volgen, is ook behoorlijk ridicuul. Je moet keuzes maken welke markten je volgt, in welke regio's, in welke omvang, en dat moet je steeds monitoren.
Het is heel makkelijk om als outsider te roepen dat de kosten te hoog zijn, zonder ook maar met enige inhoudelijke kennis de alternatieven te kunnen beoordelen.
Als het om de rekenrente gaat, dan vindt iedereen het te laag en verwijzen we steeds naar de hoge rendementen die worden behaald (dat zal vast komen door de specialismes van die vermogensbeheerders), maar zodra het gaat over de kosten van de inzet dan mogen we die specialisten niet inzetten vanwege de kosten.
Ja, als je zo gaat analyseren, dan maak je het jezelf wel erg makkelijk.
Roland Horvath 7
Arjan2- Als de beheerders zoals GS serieus waren, dan hadden ze in NL allang geadviseerd alle pensioen fondsen minstens voor het grootste deel af te bouwen. Fondsen hebben niet alleen de problemen van beheer en ontwaarding van het gespaarde geld maar er doen zich ook onaanvaardbare praktijken voor bij de verandering zoals een verlaging van de opbrengsten zoals nu met een rente van rond de nul procent. De opbrengsten van de toekomst lopen terug dus moet de pensioen bedragen verminderen.
Sterker nog, pensioen fondsen zijn collectief en in de regel verplicht. Maar de berekening van de pensioenen gebeurt veelal op individuele basis. En dus zijn de pensioen bedragen niet alleen afhankelijk van de in het verleden betaalde premies maar ook van de gebruikte rekenrente. Als die lager wordt, dan worden de pensioen bedragen ook lager, individueel: Te gek voor woorden. Waarom zijn de pensioen bedragen bijvoorbeeld geen percentage van de lonen/ salarissen van de laatste 3 jaar.
Dan is er niet te veel rekenwerk.
Pensioen fondsen komen voor in NL en in Zwitserland, 2 calvinistische landen.
Arjan, het bestaan van pensioen fondsen is een bewijs dat men in NL daarover niet grondig heeft nagedacht. Maar het is ook een bewijs dat er is aan de hand is met de beheerders.
Een pensioen fonds is een onding. Het bestaan van die fondsen toont, zo men wil, dat de beleggingsspecialisten in NL niet echt goed zijn.
3- Het argument voor pensioen fondsen, dat altijd wordt gehoord, is dat een fonds de schommelingen in de verhouding van het aantal werkenden en het aantal gepensioneerden compenseert. Akkoord, maar als er relatief minder werkenden zijn, dan kan ook de premie verhoogd worden ter compensatie. De ondernemingen betalen de premies, niet de werknemers. En wat kan geproduceerd worden, kan ook betaald worden.
Arjan 7
Roland HorvathMaar misschien moet Roland een keer zelf zijn talenten aan gaan bieden om de pensioenfonds sector te laten zien hoe je dat zo goedkoop mogelijk doet. Als jij kan aantonen dat je op die manier veel geld voor ze kan verdienen dan weet ik zeker dat ze zeer geïnteresseerd zijn.
Sicco Kamminga 4
Roland HorvathBart Muurling 5
ArjanMarco Fredriks 4
Lucas 17
Marco FredriksArjan 7
Marco FredriksBedrijven moeten personeel geen loon betalen. Want stel ze verkopen voor 10 mln euro aan producten, en ze betalen 11 mln aan loonkosten, dan maakt een bedrijf verlies. Het bewijs dat je mensen geen loon moet betalen. Of niet?
petros 4
ArjanArjan 7
petrosMarco Fredriks 4
ArjanArjan 7
Marco FredriksHet hele idee dat je fees betaalt zonder dat er opbrengsten tegenover staan, en dat pensioenfondsen en fondsbeheerders niet kritisch zijn in die selectie en continu afwegen of er geen goedkopere alternatieven zijn, is nergens op gebaseerd. Dat roepen slechts outsiders die niet in de sector werken, maar slechts aandacht willen. In de sector zelf vinden vele discussies over dit soort vraagstukken plaats. Het beeld wat een Cees Grimbergen wil schetsen dat het geld maar wat over de balken wordt gegooid is pure populisme om kijkers te scoren.
Als iedereen zo overtuigd is van een financiële sector waar het allemaal draait om zo veel mogelijk geld te verdienen, hoe naïef zou het dan zijn dat deze sector bij de kostenposten niet kritisch daar naar kijken?
Zo weet ik dat pensioenfondsen vele vermogensbeheerders monitored, en dat als fonds A ondermaats presteert tov andere fondsen, pensioenfondsen de overstap maken. Er is veel concurrentie in de markt die eist dat vermogensbeheerders het beste resultaat biedt voor haar klanten, anders stappen die klanten over naar de concurrent. Dus we kunnen allemaal theorieën bedenken dat de kosten te hoog zijn, of dat ze mogelijk worden verborgen, maar voor een pensioenfonds is het altijd de afweging wat het kost als ze het zelf doen (en voor je zelf verberg je niks).
En wie inzicht wil in de kosten van een pensioenfonds, kan het jaarverslag van pensioenfonds raadplegen. Kom je er vrij snel achter dat die discussie over verschil in kosten gerommel in de marge is.
Ruud Broekhuijzen 1
Lucas 17
Mensen die nu met pensioen gaan worden ongeveer 8 jaar ouder dan toen ze begonnen met premie betalen. Toch krijgen ze een bijna volledig pensioen!
De rekenregels leiden ertoe dat de lage rente zeer hoge buffers vereisen waardoor, ondanks hoge rendementen, weinig kan worden uitgekeerd.
Net als met veel andere issues wordt er hier naar een zondebok gezocht terwijl de echte oorzaken demografisch en macro economisch van aard zijn.
De aandacht voor kosten en de rol van toezicht zijn niet onterecht.
Van iemand die doceert op een universiteit en zich onderzoeks journalist noemt zou ik echter meer nuance verwachten.
Bert Mussig
En het mag rustig een regeerperiode overstijgen want elke stroming of partij kan inzien dat met de opbrengsten tot in lengte van decennia de pensioenen renderen en uitbetalingen garanderen. Nederland heeft nog heel wat grote opgaven vorm te geven.
Kom pensioenbetaler zet je schrap en pleit ervoor dat je uitgesteld loon beschikbaar komt in ons eigen buurtschap.
Co Pater 7
Toen wist ik al dat er maar een argument is: Tel uit je verlies. Pensioenfondsen verdienen dus geen geld voor je, ze kosten je geld.
Om 25% kosten terug te verdienen tot de inleg is bovendien een rendement vereist van 34%.
Sicco Kamminga 4
Lage kosten is regel 1 bij beleggen. Bij zulke hoge kosten van de inleg en een deel van het rendement (alleen positief natuurlijk) kom je nooit op een mooi bedrag uit. Je zou denken dat het ook voor een paar procent kosten moet kunnen in plaats van voor 25%.
Marco Fredriks 4
Peter van Onna 2
Rudolph Leijtens