© ANP / HH / Peter Hilz / Lex van Lieshout / Phil Nijhuis / Bewerking Follow the Money

CDA heeft voor het derde jaar op rij de meeste integriteitsaffaires

Voor het derde jaar op rij was het CDA de partij met de meeste integriteitskwesties: twaalf in totaal. De politieke integriteitsindex telde over 2022 een recordaantal affaires: 75 in totaal. Ongewenste omgangsvormen kwamen veel voor, net als misbruik van informatie. Het grootste probleem is belangenverstrengeling, zoals dubbelfuncties en privébelangen van politici.

Dit stuk in 1 minuut
  • Sinds 2013 monitort de politieke integriteitsindex (PII) jaarlijks integriteitsschendingen door politici. Het resultaat daarvan is dit jaar voor het eerst op Follow the Money te lezen.
  • Met 75 affaires was 2022 een recordjaar. Affaires over ongewenste omgangsvormen en over belangenverstrengeling komen het meest voor. 
  • Voor het derde jaar op rij behoudt het CDA zijn toppositie, met onder anderen Hugo de Jonge, die Van Lienden de inmiddels beruchte mondkapjesdeal gunde om hem de mond te snoeren, en een burgemeester die een raadslid voor ‘lul’ uitmaakte.
  • Toch blijft de prominentste politicus Mark Rutte, die het wissen van sms’jes op zijn Nokia ‘realtime archivering’ noemde.
Lees verder

Met 75 integriteitsaffaires was 2022 een recordjaar. De politieke integriteitsindex (PII) schommelt al jaren rond de vijftig affaires: 52 in 2021, 45 in 2020. Voor de uitzonderlijk hoge score over 2022 zijn verschillende oorzaken. Zo was en is er veel aandacht voor grensoverschrijdend gedrag – niet alleen in de politiek, maar ook in de ambtenarij, media en kunstwereld. Dat leidde tot spraakmakende politieke affaires, zoals die rond Kamervoorzitter Khadija Arib en de Kamerleden Gijs van Dijk en Nilüfer Gündoğan. Negentien affaires gingen over ongewenste omgangsvormen.

Daarnaast is er toenemende aandacht voor belangenverstrengeling. Met 32 affaires was ‘onverenigbare functies’ de grootste categorie. Zo bleek oud-eurocommissaris Neelie Kroes in strijd met de regels heimelijk bij Mark Rutte voor Uber gelobbyd te hebben. Follow the Money beschreef hoe het Limburgse Statenlid Roel van Bijnen (PVV) meestemde over de toekomst van Maastricht Aachen Airport. Daar werkt hij als opperwachtmeester bij de Koninklijke Marechaussee, waardoor hij als politicus dus rechtstreeks invloed uitoefent op zijn eigen werk. De FvD’ers Thierry Baudet, Gideon van Meijeren en Freek Jansen weigerden om (commerciële) nevenfuncties te registreren, waartoe zij als Kamerlid wel verplicht zijn. 

Het was slechts één van de vele affaires bij Forum voor Democratie: zo moet Gideon van Meijeren voor de strafrechter verschijnen omdat hij door rood reed, terwijl zijn rijbewijs was ingevorderd. Het OM onderzoekt daarnaast of zijn uitspraken over een gewelddadige revolutie strafbaar zijn. Politici van Forum voor Democratie hebben vaak openlijk lak aan regels en wetten, terwijl andere partijen na ophef over het algemeen maatregelen treffen of minimaal met excuses komen. Die openlijke minachting voor regels en wetten is zorgelijk, omdat het het wezen van een democratische rechtsstaat aantast. Juist bij het FvD is openheid over hun financiën van groot belang, omdat er al langer zorgen bestaan over mogelijke buitenlandse beïnvloeding.

Het CDA weer op 1

Vanaf de start van de politieke integriteitsindex in 2013 stond de VVD ieder jaar op één. Vanaf 2020 is het CDA de partij met de meeste affaires. De VVD doorleefde in de jaren daarvoor een aantal zware en opzienbarende affaires: de veroordeling van Jos van Rey, het aftreden van Ivo Opstelten, Fred Teeven, Ard van der Steur en Anouchka van Miltenburg na de bonnetjesaffaire, en voorzitter Henry Keizer die moest aftreden nadat Follow the Money een lucratieve deal bij uitvaartbedrijf De Facultatieve onthulde. Zijn opvolger Christianne van der Wal beloofde in 2017 minder integriteitsschendingen. Dat is in zoverre gelukt dat de VVD in ieder geval niet meer bovenaan staat.  

Voor de toename van het aantal affaires bij het CDA is niet één heldere oorzaak te geven. De christendemocraten kwamen door een bonte verzameling kwesties in de problemen. De gemeente Teylingen deed aangifte tegen raadslid Joep Derksen, omdat hij een nieuw rijbewijs had aangevraagd, terwijl de Franse politie zijn rijbewijs wegens te hard rijden had ingevorderd. Hij is inmiddels geen CDA’er meer, maar bestiert nu de Partij voor Teylingen

Burgemeester Mark Slinkman van Berg en Dal schold vorig jaar een raadslid uit voor ‘lul’ en ‘gladjanus’. Hugo de Jonge hielp als CDA-minister van Volksgezondheid zijn partijgenoot Sywert van Lienden een handje de inmiddels beruchte mondkapjesdeal binnen te halen. 

De meeste affaires speelden in de lokale politiek. Verschillende CDA’ers met landbouwbelangen stemden als Statenlid mee over het stikstofbeleid. Dat is tegen de integriteitscode van de meeste provincies, die het politici verbiedt om mee te stemmen over dossiers waarin ze een direct belang hebben. 

In het Limburgse Gulpen-Wittem wilde kandidaat-wethouder Roger Cratsborn zijn advocatenpraktijk aanhouden. Hij wilde geen afspraken maken over hoe hij het wethouderschap dacht te combineren met zijn praktijk. Het CDA trok Cratsborn daarom terug als wethouder. Begin dit jaar werd hij toch geïnstalleerd als tijdelijk raadslid. 

Belangenverstrengeling

Met 32 affaires was belangenverstrengeling – naast ongewenst gedrag – verantwoordelijk voor de sterke toename van integriteitsaffaires in 2022. Dat er ineens veel meer politici een scheve schaats rijden, lijkt onwaarschijnlijker. Een plausibeler verklaring is dat er meer aandacht voor het probleem komt en dat burgers, journalisten en overheidsorganisaties zelf alerter zijn dan in het verleden. 

Zo onthulde NRC dat maar liefst achttien Statenleden uit de agrarische wereld meestemden over stikstof. Dergelijke onderzoeken, waarbij journalisten alle politici uit een bepaalde categorie onder de loep nemen, zijn betrekkelijk nieuw: Zembla en de Groene Amsterdammer begonnen er in 2020 mee. 

Ook betrekkelijk nieuw is de aandacht die gemeenten preventief besteden aan integriteit. Den Haag lichtte de nevenfuncties van alle nieuwe raadsleden door en tikte drie ervan op de vingers wegens mogelijke dubbele petten. Zo werkte CDA-raadslid Kavish Partiman als adviseur en belangenbehartiger voor Neprom, een belangenvereniging voor projectontwikkelaars waar bedrijven als VolkerWessels, BAM, Heijmans en woningcorporatie Staedion bij zijn aangesloten.

‘Een raadslid dat kan meebeslissen over een dienst die hij zakelijk aanbiedt, is een duidelijk voorbeeld van corruptie’

Partiman zat ook in een commissie, die een raadsenquête voorbereidt naar een groot sloop- en bouwproject, waarbij Heijmans en Staedion betrokken zijn. Partiman stapte daarom uit de commissie. Hij liet weten dat hij na gesprekken met de integriteitscommissie ‘bepaalde risico’s van mijn baan en het raadswerk wat scherper inziet’. 

Hoe het niet moet, was te zien in Barendrecht. Wethouder Lennart van der Linden bleek vorig jaar als vastgoedondernemer zaken te doen met zijn eigen gemeente. ‘Als je als bestuurder of raadslid ook een dienst kunt aanbieden waar je over meebeslist in de raad, spreek je over een zakelijk belang. Dit is belangenverstrengeling en daarmee een duidelijk voorbeeld van corruptie,’ zo oordeelde Willeke Slingerland, lector Weerbare Democratie aan de hogeschool Saxion tegenover Follow the Money. De burgemeester legde bovendien een geheimhoudingsplicht op over deze kwestie, waarmee de indruk ontstond dat het probleem weggemasseerd moest worden. 

De Nokia van Rutte

De prominentste politicus op de politieke integriteitsindex is dit jaar Mark Rutte. In mei vorig jaar onthulde de Volkskrant dat de premier jarenlang elke dag sms’jes van zijn telefoon wiste. Zijn verklaring was dat hij tot voor kort met een oude Nokia werkte, die snel volliep en traag werd. Het wissen noemde hij ‘realtime archivering’. 

Daarmee overtrad Rutte de Archiefwet, zo concludeerde de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed. Dat is in de eerste plaats kwalijk omdat politici nu eenmaal het goede voorbeeld moeten geven: het zijn bij uitstek gezagsdragers die zich aan de wet moeten houden, ook al komt het niet goed uit. 

De Archiefwet is er niet voor niets. De macht moet gecontroleerd kunnen worden – nu en in de toekomst – en als cruciale informatie rond de besluitvorming vernietigd wordt, gaat dat niet. Nederland duikelde vorig jaar van plaats 6 naar 28 op de Persvrijheid Index, mede omdat de overheid al jaren niet meer de wettelijk vereiste toegang tot officiële documentatie biedt. 

Afgelopen februari werd nog eens duidelijk hoe belangrijk die sms’jes kunnen zijn, toen de berichten tussen Neelie Kroes en Rutte werden vrijgegeven. Tussen het gezellige geklets over vakantie in Goult (waar oud-telecom topman en ‘Rutte-fluisteraar’ Ben Verwaayen een buitenhuis heeft) probeerde ze een ontmoeting met Uber-topman Travis Kalanick te pushen. 

Integriteitsexpert Willeke Slingerland spreekt in dergelijke gevallen van netwerkcorruptie. Dat is geen corruptie in de klassieke zin van het woord, waarbij politici geld of gunsten ontvangen, meer een handel in invloed, waarbij leden van een netwerk geacht worden elkaar een handje te helpen. Daar staat geen directe beloning tegenover, maar de impliciete belofte dat het netwerk later omgekeerd ook weer iets kan betekenen. Slingerland rekent de hulp die Hugo de Jonge bij de mondkapjesdeal aan partijgenoot Sywert van Lienden verleende er ook toe. 

Nederland doet het niet best

Nederlandse politici zijn traditioneel niet erg streng voor zichzelf en hebben ruime mogelijkheden om te lobbyen. Dat bleek in 2021 toen Cora van Nieuwenhuizen (op dat moment minister van Infrastructuur en Waterstaat) voorzitter werd van de branchevereniging voor energiebedrijven. Dat lag gevoelig, want ze was ook een poosje waarnemend minister van Economische Zaken geweest, waar ze inzage had in de energiedossiers. 

Dit jaar stapte Raymond Knops op als Kamerlid om lobbyist te worden voor de Defensie-industrie. De regels verhinderden dat niet. Het is hoog tijd om strengere regels tegen dergelijke draaideurconstructies in te voeren, schreef Tim Mickler, verbonden aan het Instituut Politieke Wetenschap van de Universiteit Leiden onlangs in NRC. In landen met een goede code, zoals Canada, mogen oud-politici vijf jaar niet lobbyen. 

‘Als het gaat om toezicht op de invloed van lobbyisten op de politiek hoort Nederland tot de zwakst gereguleerde landen in West-Europa’

Nederland scoorde nog nooit zo laag op de gezaghebbende Corruption Perception Index van Transparency International als dit jaar. Dat komt onder meer door onvoldoende maatregelen op het gebied van politieke integriteit. Dat leidt tot een ‘draaideur’ voor bewindspersonen en gebrekkige controle op financiering van politieke partijen. 

‘Als het gaat om toezicht op de invloed van lobbyisten op de politiek hoort Nederland tot de zwakst gereguleerde landen in West-Europa,’ oordeelt Transparency International. Nederland heeft een scheefgegroeide lobbycultuur: maar liefst 44 procent van de ex-bewindslieden wordt in enige vorm lobbyist, terwijl er nauwelijks regels zijn om transparantie, integriteit en gelijkwaardige toegang tot de macht te waarborgen, zo meldde Transparency International in februari. 

Intimidatie, machtsmisbruik, pestgedrag

Het jaar 2022 stond in het teken van grensoverschrijdend gedrag. Er waren niet alleen opzienbarende schandalen bij The Voice en De Wereld Draait Door, maar ook in de politiek. Maar liefst negentien affaires gingen over ongewenst gedrag. 

PvdA-politica Khadija Arib vertrok in november uit de Kamer. Daar waren tumultueuze maanden aan voorafgegaan. Het presidium van de Tweede Kamer had in september een onderzoek aangekondigd naar de oud-voorzitter van het parlement, nadat ambtenaren (anoniem) hadden geklaagd over de onveilige werksfeer waarvoor Arib verantwoordelijk zou zijn. Zij vond dat ‘een dolkstoot’. 

Eerder dat jaar had de PvdA-fractie ook al afscheid genomen van Gijs van Dijk. De partij had een onderzoek ingesteld nadat hij beschuldigd was van ‘ongewenst gedrag in de privésfeer’. In oktober concludeerde de beroepscommissie van de PvdA dat partijvoorzitter Esther Mirjam-Sent daarbij fouten gemaakt, omdat zij Van Dijk geen mogelijkheid tot wederhoor had geboden. HP/De Tijd onthulde dat zij zich ook persoonlijk met de conclusies van onderzoeksbureau Bezemer en Schubad had bemoeid. De PvdA maakte excuses, maar voor Van Dijk hoefde het niet meer: hij wilde niet meer terug in de Kamer. 

Bij D66 laaide de affaire rond partijstrateeg Frans van Drimmelen weer op. Die was al eerder in opspraak geraakt wegens grensoverschrijdend gedrag jegens een vrouw. In 2022 bleek dat de partijtop van D66 het schadelijkste deel van een onderzoeksrapport hierover geheim had gehouden. Na die onthulling moest Van Drimmelen zijn partijlidmaatschap opzeggen. 

D66 ging ook de mist in met een onderzoek naar vermeend wangedrag van europarlementariër Samira Rafaela. Zij werd beticht van ‘intimidatie, machtsmisbruik, pestgedrag en bedreiging’ en werd na onderzoek berispt. De onderzoekscommissie van D66 had daarbij echter grote steken laten vallen. Ze hadden aangedragen bewijs en getuigen genegeerd. Erger was dat de klagers geen lid waren van D66: de interne partijcommissie had de klacht nooit in behandeling mogen nemen. 

Volt zette Nilüfer Gündogan uit de fractie na klachten over grensoverschrijdend gedrag en was vervolgens maandenlang verwikkeld in procedures en wederzijdse beschuldigingen. Pas dit jaar oordeelde het Hof dat Volt het recht had om Gündogan weg te sturen.

Elastieken begrip

In al deze gevallen verschoof de publieke aandacht van het (vermeend) grensoverschrijdend gedrag zélf naar de manier waarop partijen als de PvdA, D66 en Volt de klachten behandelden. Op die aanpak is het nodige aan te merken. Een eerste probleem zit ’m in woorden als ‘onveilig’ en ‘grensoverschrijdend’. 

Advocaat Matthijs Kaaks schreef eerder dit jaar op Follow the Money dat ‘grensoverschrijdend’ een elastieken begrip is geworden, waar van alles onder kan vallen. Hetzelfde geldt voor het woord ‘onveilig’. Dat maakt het makkelijk om iemand te beschuldigen, terwijl de beschuldigde zich nauwelijks kan verdedigen. 

‘Een goed gesprek of mediation werkt in veel gevallen van grensoverschrijdend gedrag beter’ 

Rob van Eijbergen, hoogleraar integriteit van organisaties aan de VU, deed onderzoek naar de onderzoekers en spreekt inmiddels van een ‘integriteitsindustrie’. Bij klachten schakelt een partij standaard een bureau in om onderzoek te doen. En daarbij gaat veel mis. Bij Van Drimmelen kwamen er twee rapporten met verschillende conclusies, bij Van Dijk was er een ‘onduidelijk normenkader’ en trokken de onderzoekers ‘subjectieve conclusies’. Bij Arib werd er vroegtijdig gelekt en moest ze van een journalist van NRC het laatste nieuws vernemen. 

Eijbergen stelt dat een onderzoek lang niet altijd nodig is en dat een goed gesprek of mediation in veel gevallen beter werkt. Als er toch een onderzoek komt, moet het bureau professioneel, onafhankelijk en transparant werken, duidelijk maken welk normenkader er gehanteerd wordt en aan wederhoor doen.  

Wat is de politieke integriteitsindex?

De politieke integriteitsindex (PII) is een project van Leo Huberts (emeritus-hoogleraar bestuurskunde aan de VU), Muel Kaptein (hoogleraar bedrijfsethiek aan de RSM Erasmus Universiteit) en onderzoeksjournalist Bart de Koning. De politieke integriteitsindex brengt integriteitsschendingen door Nederlandse politici vanaf 1980 in kaart. 

Het jaarlijkse integriteitsonderzoek verscheen in 2013 voor het eerst in Vrij Nederland. Vanaf dat jaar biedt de politieke integriteitsindex een behoorlijk compleet beeld van alle affaires door politici in Nederland, al bestaat altijd het risico dat een lokale kwestie ontbreekt. 

Van 2018 tot 2022 verscheen de politieke integriteitsindex in de Volkskrant. Dit jaar publiceert Follow the Money de index voor het eerst. De index blikt altijd terug op het voorgaande kalenderjaar. 

De gedachte achter de integriteitsindex is niet alleen om het aantal affaires zo objectief mogelijk te meten, maar ook om er lessen uit te kunnen trekken: wat voor affaires doen zich het meest voor, wat zijn de risicofactoren en waar moeten politici alert op zijn? 

De opstellers van de politieke integriteitsindex zijn geen morele scheidsrechters. Zij bepalen niet of iets al dan niet integer is en doen evenmin onderzoek naar nog onbekende integriteitsschendingen. De index vermeldt integriteitsaffaires waarbij het gaat om het overtreden van geldende morele waarden, normen en regels. Dat kunnen ook interne regels van een partij zijn: overspel is bijvoorbeeld binnen de SGP een ernstige zonde, bij seculiere partijen is het een privékwestie. De integriteit van de betrokkene is daarbij in het geding. 

De betrokken politicus moet wegens de affaire zijn afgetreden en/of gesanctioneerd, formeel via onderzoek (al dan niet strafrechtelijk) of informeel (bijvoorbeeld excuses, erkenning van schuld, terugbetaling). Ook als een politicus de affaire heeft ‘overleefd’, kan de zaak in de index worden genoemd, maar alleen als de feiten voldoende ernstig zijn en tot vraagtekens over iemands integriteit hebben geleid. Dit betekent dus niet dat als iemand op de integriteitsindex staat er automatisch sprake is geweest van een integriteitsschending. Het gaat om ‘integriteitsaffaires’, niet om (onomstotelijk) vastgestelde schendingen. 

Lees verder Inklappen
Verantwoording

Criteria voor opname in de politieke integriteitsindex 2022:

  • Het gaat om gekozen of benoemde Nederlandse politici die een functie hebben of hadden (of daarvoor kandidaat waren) bij gemeente, provincie, rijk, een Europese of internationale instelling of met een relevante (bestuurs-)functie in een politieke partij. 
  • Bij integriteitsaffaires gaat het om het overtreden van geldende morele waarden, normen en regels. De integriteit van de betrokkene is in het geding, wordt ter discussie gesteld, het gaat om (mogelijke) integriteitsschendingen. Andere politieke affaires, zoals bij budgetoverschrijdingen of verbroken verkiezingsbeloften, vallen erbuiten.
  • Het gaat om een publieke affaire die ‘de pers’ heeft gehaald. Het jaar waarin de affaire publiek wordt via de media is het jaar waarin de affaire in de index terecht komt (niet het jaar waarin de feiten zich voordeden). 
  • De betrokken politicus is wegens de affaire afgetreden en/of gesanctioneerd (formeel of informeel, bijvoorbeeld blijkend uit excuses, erkenning van schuld, terugbetaling). Ook als een politicus de affaire heeft ‘overleefd’ kan de zaak in de lijst worden genoemd, maar alleen als de feiten vaststaan of uit geloofwaardige bron komen, ze voldoende ernstig zijn en in de publiciteit tot serieuze vraagtekens over iemands integriteit hebben geleid. Dit betekent dus niet dat als iemand op de lijst staat er dus automatische sprake is van een integriteitschending, noch dat er een gedragsregel is overschreden. 
  • De volgende typen integriteitsschendingen worden onderscheiden: corruptie (omkoping, favoritisme); fraude of diefstal; dubieuze giften; onverenigbare functies; misbruik van bevoegdheden; misbruik van informatie; ongewenste omgangsvormen en bejegening (in functie); wanprestatie en verspilling; wangedrag in de privésfeer. Deze indeling is ontleend aan werk van de VU-onderzoeksgroep ‘Quality of Governance’. 

De volledige verantwoording bij de politieke integriteitsindex is hier te vinden.  

Lees verder Inklappen