Bram van Leeuwen

Ruimte is een schaars goed in Nederland. Wie trekt in deze strijd aan het langste eind? Lees meer

We willen natuur en recreatie, maar er moeten ook woonwijken en energiecentrales worden gebouwd. De stikstofcrisis dwingt tot het maken van scherpe keuzes. Wie trekt in deze strijd aan het langste eind? En wie delft het onderspit? In dit dossier trekt Follow the Money het land in om dat te onderzoeken.

In de strijd om openbare ruimte gaat het vaak om ontwikkelingen waar veel (belasting-)geld mee gemoeid is. Bij wie komt dit geld terecht? Wordt het in dienst van de samenleving besteed? Het is regelmatig moeilijk te controleren. Bovendien is de openbare ruimte van ons allemaal: hoe meer die onder druk komt te staan, des te belangrijker het is om een vinger aan de pols te houden hoe deze wordt ingericht.

39 artikelen

Bram van Leeuwen © Fenna Jensma

Bram van Leeuwen, bestrijder van ‘megalomane’ vakantieparken: ‘Gemeenten vinden altijd een geitenpaadje’

4 Connecties

Relaties

BouwputPitch verroompottisering

Organisaties

Driestar

Locaties

Zeeland
5 Bijdragen

Gemeenten maken het multinationals als Roompot veel te gemakkelijk om met hun vakantieparken ‘publieke ruimte op te slokken’. Dat gaat ten koste van kleinere ondernemers en de burger, zegt juridisch adviseur Bram van Leeuwen, die diverse grote recreatieprojecten wist te dwarsbomen. Hij heeft een dringend advies aan de overheid: ‘Pak de regie op de ruimtelijke ordening terug.’

In het buitengebied van de Zeeuwse gemeente Veere woont Bram van Leeuwen op de minicamping annex zorgboerderij van zijn zus Lydia. Op Haflingerhof de Heksenketel verhuurt ze vakantiehuisjes en kampeerplekken. 

Het terrein, vlak bij het Veerse Meer en niet ver van zee, oogt als een traditioneel boerenerf met woonhuis, stal en bijgebouwen – ‘een prent van Anton Pieck,’ schetst de website. 

Terwijl in een voormalige boerenwoning een vakantie vierend gezin ontwaakt, loopt Van Leeuwen op ons af. Een man die zijn ontbijt ogenschijnlijk al enkele uren voor het daglicht heeft verorberd, telefoon rinkelend in zijn binnenzak, geruite broek strak in de plooi. Bruin leren mocassins glinsteren in de ochtendzon. 

Zijn juridisch spervuur kost de gemeente Veere zo’n 2 tot 3 ton per jaar

Van Leeuwen heeft een adviesbureau in bestuursrechtelijke kwesties. Hij begeleidt cliënten – burgers, bedrijven en organisaties – die zich willen verweren tegen besluiten van de overheid. Veel van zijn zaken ontstaan uit de botsing tussen de ‘gewone burger’ en de annexatiedrift van uitbaters van vakantieparken. In heel Zeeland wordt hij op dat gebied beschouwd als ‘luis in de pels’. 

Al zien bestuurders hem vooral als een drammerige lastpak. Vooral in zijn woonplaats Veere schiet hij geregeld gaten in gemeentelijke besluiten. In 2018 diende hij er, volgens de gemeente, 230 bezwaren, beroepsschriften en hoger-beroepszaken in. Een typisch frame, zegt Van Leeuwen: ‘Zeventig “zaken” hadden betrekking op één gelegenheid.’

De kosten van zijn juridisch spervuur: 2 tot 3 ton per jaar, zo berekende de gemeente – nota bene op Van Leeuwens eigen verzoek. ‘Burgers buigen vaak het hoofd, maar dat geldt niet voor mij.’

Liefde voor het recht

Bram van Leeuwen koos na de middelbare school voor een studie accountancy, waarna hij als fiscalist aan de slag ging bij de Belastingdienst. 

Zijn liefde voor het recht begon in 1975, na een grote explosie bij het tankstation naast zijn ouderlijk huis in Middelburg. Zijn vader bond de strijd aan tegen Shell, om betere veiligheidsmaatregelen van de oliemaatschappij af te dwingen. 

De toen 19-jarige Van Leeuwen hielp zijn advocaat met het schrijven van de pleidooien, waarin ze de verplichtstelling bepleitten van een dampretoursysteem – om de benzinedamp tijdens het tanken te verminderen.

In de clinch met de overheid

Toen werd hij ‘aangestoken met het virus’: de rechten. Van Leeuwen: ‘We verloren helaas, maar toch is het hebben van een dampretoursysteem vanaf de jaren ‘90 verplicht geworden.’ 

De afgelopen 25 jaar werkte hij als juridisch adviseur voor uiteenlopende opdrachtgevers die in de clinch liggen met de overheid. Zo’n 30 procent van zijn zaken heeft te maken met de ruimtelijke ordening, die ook een belangrijke rol speelt in kwesties waarbij recreatieondernemers zijn betrokken. 

Andere cliënten zijn bijvoorbeeld ouderen, langdurig zieken of mensen met een beperking die met de gemeente overhoop liggen over voorzieningen op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning.

Lees verder Inklappen

De kiem van zijn vechtlust ligt op De Heksenketel, de camping die zijn zus van het ene in het andere conflict stort, zegt hij. ‘Van het aantal staanplaatsen tot aan de uitbreiding van de huisjes, de gemeente gaat overal voorliggen. Terwijl Zeeuwse gemeenten zij-aan-zij opereren met grote recreatie-ontwikkelaars als Roompot.’ 

In 2008 voerde hij namens Lydia zijn eerste rechtszaak. Ze had onterecht geen vergunning gekregen om de huisjes op De Heksenketel uit te bouwen. ‘De rechter stelde ons in het gelijk en met die uitspraak waren uiteindelijk ook andere campings geholpen.’ 

Inmiddels weten meer kleinschalige recreatieondernemers hem te vinden voor juridisch advies. En zo ook burgers en organisaties die het net als hij willen opnemen tegen ‘megalomane’ vakantieparken.

Volgens Van Leeuwen illustreert de wildgroei aan recreatiefaciliteiten een groot probleem. ‘Van datacenters tot vakantieparken, overal staan grote ontwikkelaars vooraan in de rij. Terwijl de kleine ondernemer de overheid recht tegenover zich vindt. De weerstand onder de bevolking is groot.’

Hoe is het om te procederen tegen de gemeente waarin u zelf woont? 
‘Dat is natuurlijk niet gezond. Tijdens een gemeentelijke persconferentie werd eens gezegd: “Die meneer Van Leeuwen moet ophouden. Hij kost onze inwoners omgerekend dertien euro per jaar.” 

Ik ken mensen die uit principe niet tegen hun eigen gemeente procederen, maar ik vind het belangrijk om bepaalde zaken aan te kaarten. Voor de meeste burgers is het bestuursproces bovendien te ingewikkeld.’ 

Welk probleem wil u precies aankaarten? 
‘Ik woon al mijn hele leven in Zeeland en heb de provincie in sneltreinvaart zien veranderen. Waar campings vroeger de norm waren, rukken tegenwoordig grote projectontwikkelaars op met gigantische bungalowparken. Die passen totaal niet in de omgeving. 

Een van mijn zaken gaat bijvoorbeeld over het Waterpark Veerse Meer. In de gemeente Middelburg wil vastgoedontwikkelaar Driestar een park neerzetten met 900 grote recreatiewoningen, direct aan het Veerse Meer. Ik vind dat we ons publieke bezit – waartoe ook de ruimte, natuur en vergezichten behoren – niet moeten privatiseren.’

Wat is er mis met privatisering? 
‘Als klein jongetje verbaasde ik me tijdens vakanties aan het Meer van Genève al over de hoge hekken, alles was in particuliere handen. Hetzelfde gebeurt nu dus bij het Veerse Meer, waar happen uit worden genomen door projectontwikkelaars die alleen maar uit zijn op rendement. Dat moet je niet willen. De publieke ruimte is van de burger en niet van één partij om daar beter van te worden. 

De publieke ruimte is van de burger, niet van één partij om er beter van te worden 

De omgeving kan de aanwas van duizenden toeristen ook helemaal niet aan. Neem nou de zorg: we hebben in Zeeland maar twee ziekenhuizen. Op een gegeven moment loop je tegen de grenzen van je capaciteit aan. Daarnaast zorgen toeristen voor bijvoorbeeld grotere drukte op de weg en minder parkeerplaatsen. 

En laten we niet vergeten dat we verkeren in een bouwcrisis, er is een enorm woningtekort. Wat ik opmerkelijk vind: we hebben quota voor woningbouw, maar er zit geen rem op de bouw van vakantieparken met bungalows die niet meer onderdoen voor een echt huis.’

Bent u tegen grootschalige recreatie?
‘Kleinschalige initiatieven passen beter in de Zeeuwse verhoudingen. Ik vind dat juist kleine ondernemers de kans moeten krijgen om te innoveren met het budget dat zij tot hun beschikking hebben. 

In de praktijk zie je dat gemeenten om de haverklap ‘intentieovereenkomsten’ aangaan met grote projectontwikkelaars, terwijl kleinere ondernemers voor elke uitbreiding of modernisering een strijd moeten voeren. 

‘We hebben quota voor woningbouw, maar er zit geen rem op de bouw van vakantieparken met bungalows’

Om een voorbeeld te noemen: het bestemmingsplan stond toe dat we die paar huisjes op ons terrein mochten uitbreiden. Maar ineens werd dat zonder duidelijke reden geblokkeerd. Het gevolg was dat mijn zus geen geld meer in de camping durfde te steken. Daarmee staat verloedering om de hoek, en worden kampeerterreinen van een zekere omvang een prooi voor overname door een multinational.’ 

Waarom verkiezen gemeenten projectontwikkelaars boven kleine ondernemers? 
‘Door de decentralisatie van de ruimtelijke ordening ontbreekt centrale sturing. Het lokaal bestuur is zwak en daar profiteren grote bedrijven van. Gemeenten gaan over hun eigen ruimtelijke ordening, maar zijn niet opgewassen tegen projectontwikkelaars met oneindig diepe zakken. Het ontbreekt ze bijvoorbeeld aan voldoende juridische kennis – de materie van bestemmingsplannen is oneindig complex. 

Besluiten raken namelijk ook aan infrastructuur, natuurbehoud, milieubescherming en het organiseren van centrale voorzieningen, zoals de zorg. Als je de juiste kennis en vaardigheden niet in huis hebt, moet je niet gaan doormodderen. Externe expertise inhuren is geen brevet van onvermogen, integendeel.’

Heeft u een voorbeeld van het gebrek aan kennis bij gemeenten?
‘Veere heeft op een gegeven moment een A4’tje over brandvoorschriften geïnterpreteerd als een beleidsmaatregel die kamerverhuur aan toeristen mogelijk maakte. Onterecht, oordeelde de rechter. Op het moment van de uitspraak had de gemeente de illegale kamerverhuur bij zo’n 200 huizen jarenlang gedoogd.

Vervolgens was de oplossing om kamerverhuur alsnog toe te staan, maar die maatregel leidde tot een waardedaling van de huizen van de verhuurders én die van hun buren. Toen had je ongeveer over 400 huishoudens die bij de gemeente een schadeclaim konden indienen van tienduizend euro per stuk. Hoe dom kun je zijn?’

Wat had de gemeente dan moeten doen?
‘Een nieuw vergunningenstelsel optuigen met een “uitsterfregeling”. Kamerverhuurders mogen dan voor een bepaalde periode doorgaan, waardoor ze toch nog iets kunnen terugverdienen van hun eventuele investeringen. Na verloop van tijd vermindert het aantal ongewenst verhuurde kamers dan vanzelf. 

Maar met de oplossing waar Veere mee kwam, creëerde ze er weer een probleem bij: een enorme schuld. Daar is echt heel slecht over nagedacht. 

Het boekhouden en handhaven van bouwvergunningen is tijdrovend. Gaan gemeenten daar vaak mee de mist in? 
‘Dat gebeurt regelmatig. Een voorbeeld zagen we afgelopen jaar in Veere. De gemeente verzuimde een bouwvergunning in te trekken die in 2011 was verleend voor een hotel dat er nooit kwam. 

In 2020 verraste de Arnhemse vastgoedontwikkelaar Dormio de gemeente plotseling met het plan om het grootste hotel van Zeeland te bouwen – op basis van die ‘slapende’ vergunning. 

Omwonenden schrokken zich rot. Het aantal recreanten in het ‘Hotel Resort Zoutelande’ zou het inwonersaantal van het naastgelegen dorpje Biggekerke overstijgen. Bovendien voldeed het Dormio-project niet aan de omgevingsvisie van de gemeente, die erop gericht is om grootschalige recreatie een halt toe te roepen.

Wat volgde was een politiek en juridisch gesteggel, waarbij de gemeente besloot het project tijdelijk on hold te zetten. Ik trad in de zaak op namens actiegroep ‘Resort Zoutelande Nee!’, en dwong de gemeente via de rechter een besluit te nemen over het alsnog intrekken van de oude vergunning. 

De gemeente ging overstag en trok het verouderde document in – met alle gevolgen van dien. Vorige maand sloten Veere en Dormio een compromis over een “afgeslankte” variant van het hotel, waarbij de gemeente aan Dormio schadevergoeding moet betalen van 850.000 euro. 

Bovendien bevat de overeenkomst een “geitenpaadje”: ze staat 80 extra kinderbedjes toe. Je zult zien dat daar over een aantal jaar ineens ook volwassenen in passen. Zodra die overeenkomst leidt tot aanpassing van de omgevingsvergunning zal ik hier alsnog bezwaar tegen maken.’

Waarom vindt u het niet tijdig intrekken van een vergunning zo kwalijk? 
‘Een dergelijke “vergeetachtigheid” zet kwaad bloed bij burgers van wie de vergunning voor een dakkapel direct wordt ingetrokken als die niet binnen de afgesproken termijn klaar is. Die burger komt zo vaak lijnrecht tegenover de overheid te staan, in plaats van dat er samen naar een oplossing wordt gezocht. Een dienst die grote projectontwikkelaars wel verleend krijgen. 

Het is vaak geen kwaadwillendheid. De raad is een relatief zwak orgaan. Raadsleden bij kleine gemeenten vervullen die functie vaak naast een fulltime baan en kampen geregeld met onderbezetting. 

In de zaak-Dormio heb ik tegen de gemeente Veere gezegd: “Jullie stellen projectontwikkelaars in staat om alle ballen in de lucht te houden. Huur iemand in om die vergunningen bij te houden, die kan zich drie keer terugverdienen”.’ 

Is die vacature er gekomen? 
‘Ja, uiteindelijk heeft de gemeente iemand ingehuurd. Dat zie ik als compliment voor mijn werk, en het scheelt me bovendien een hoop tijd.’

Zorgt de angst voor schadeclaims ervoor dat gemeenten grote recreatieprojecten toch maar door laten gaan?
‘Na het tekenen van een intentieovereenkomst heeft de gemeente een inspanningsverplichting jegens de ontwikkelaar. Als ze dan plots een streep door het plan zet, kan de ontwikkelaar een schadeclaim indienen. Maar zolang de gemeente kan aantonen dat ze zich voldoende heeft ingespannen om het plan te verwezenlijken, hoeft ze zo’n claim niet te betalen. 

‘Angst voor een schadeclaim is geen reden om de bouw van een resort door te laten gaan’

Bovendien vind ik dat de angst voor een schadeclaim nooit de reden mag zijn om de bouw van een gigantisch resort door te laten gaan. Soms houdt het gewoon op. Een vergunning intrekken is niet fraai, maar elf jaar lang niks doen – zoals Veere bij het Dormio-resort – is een stuk erger.’ 

Inwoners vermoeden vaak vriendjespolitiek en belangenverstrengeling bij bouwprojecten. Is dat terecht?
‘Ik heb wel eens gezegd: de route om tot een oplossing te komen loopt over het kerkpad. De politieke kleur van een gemeente of provincie is bepalend voor het beleid. Walcheren is onderdeel van de Biblebelt, men lost zaken liever op binnen de eigen kring. Dan ligt belangenverstrengeling op de loer. 

Het is me in één kwestie gelukt om dat hard te maken. Ik ontdekte dat de Veerse wethouder Jaap Melse [ruimtelijke ordening, SGP/ChristenUnie, red.] een financieel belang had bij de ontwikkeling van een nieuw hotel in Zoutelande. Een heel controversieel project. Uiteindelijk moest Melse hierdoor aftreden

Overigens, waar inwoners integriteitskwesties vermoeden is dat niet altijd terecht. Er zijn ook zaken die zo complex zijn dat ze de kennis en kunde van een bestuurder of ambtenaar overstijgen.’ 

Wat kan de burger zelf doen tegen bouwplannen waarmee hij het oneens is?
‘Iedereen mag in een planologische procedure een zogeheten zienswijze indienen waarin je met argumenten reageert op een ontwerpbesluit van een gemeente. Om het uiteindelijke besluit aan te vechten bij de Raad van State moest je vroeger ‘belanghebbende’ zijn – een plan of besluit moest jou rechtstreeks raken. 

Maar in het voorjaar van 2021 besloot het Europese Hof van Justitie dat ook niet-belanghebbenden toegang moeten hebben tot de rechter. Maar dan moet je dus wel eerst een zienswijze hebben ingediend. 

Veel mensen weten dit niet, en ook gemeenten zijn er niet altijd duidelijk over. Zo publiceerde de gemeente Middelburg een besluit over het Waterpark Veerse Meer waarop stond dat alleen belanghebbenden een beroep in konden stellen. Zodoende heb ik daar een punt van gemaakt bij de Raad van State. Mensen zijn hierdoor namelijk op het verkeerde been gezet.’

Wat kan de provincie doen wanneer een gemeente in zee wil met een grote projectontwikkelaar?
‘De provincie doet veel te weinig als het gaat over de ruimtelijke ordening. Een gemeente spint vaak dik garen bij de komst van zo’n vakantiepark, maar de provincie kan juist door het ontbreken van directe financiële belangen een vrije rol innemen. 

Het Waterpark Veerse Meer is daarvan een perfect voorbeeld: zo’n gemeente als Veere is niet opgewassen tegen een partij als Driestar, en de provincie had haar rol moeten pakken om het ambtelijk gemeenteapparaat te ondersteunen. Bijvoorbeeld door haar provinciale omgevingsverordening te gebruiken om verdere verstedelijking tegen te gaan. 

‘Gemeenten spinnen dik garen bij een vakantiepark, provincies doen dan veel te weinig’

Ook op andere domeinen laat de provincie het afweten. De Zeeuwse rivier de Schelde is al sterk verontreinigd door illegale PFAS-lozingen van het Vlaamse chemiebedrijf 3M in het Antwerpse Zwijndrecht. Maar de provincie maakte alsnog geen bezwaar tegen de stort van ruim 400.000 kuub mogelijk vervuilde bagger op de grens tussen Zeeland en Vlaanderen, waardoor de concentratie PFAS in de Schelde wellicht nog verder oploopt. Die keuze vind ik onbegrijpelijk.’ 

Hebt u een advies aan Hugo de Jonge, de nieuwe minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening? 
‘Pak de regie over héél de ruimtelijke ordening terug. De minister moet de woningcrisis gaan oplossen terwijl vakantieparken ongelimiteerd ruimte mogen opslokken. Dat is scheef.

De woningmarkt lijdt onder gebrek aan doorstroming. Ouderen zitten klem in hun veel te grote huizen, en hebben behoefte aan rust, ruimte en natuur. Waarom sta je ze in deze woningnood niet tijdelijk toe een recreatiewoning te betrekken? 

Een modern vakantiehuis voldoet vaak aan dezelfde wettelijke eisen als woonhuizen. De recreatiemarkt zou, voor een periode van maximaal tien jaar, een oplossing kunnen bieden voor een groot maatschappelijk probleem. Het kan zo geregeld worden. Maar op een enkele loslopende politicus na, hoor je daar niemand over.’