Een olieopslag van Shell in Rotterdam

Een olieopslag van Shell in Rotterdam © ANP, Koen van Weel

In zes grafieken: Shells megawinst en waar die terechtkomt

Shell verdient in een jaar tijd meer geld dan meer dan de helft van alle landen ter wereld. Terwijl analisten over elkaar heen buitelen om de megawinst te duiden, reageren handelaren onderkoeld. Follow the Money analyseert de interessantste cijfers.

Vorige week publiceerde Shell een recordwinst. Sindsdien duikelen duiders over elkaar heen. Enerzijds hekelen politici, praatprogramma's en analisten de manier waarop Shell van de energiecrisis profiteert. Jesse Klaver (GroenLinks) twitterde dat Shell binnenloopt ‘over de ruggen van mensen die lijden onder inflatie.’ Bovendien klinkt het verwijt dat Shell de torenhoge winst te weinig investeert in het afwenden van de klimaatramp. 

Anderzijds wordt in nieuwsprogramma's gewezen op de miljarden die Shell aan dividend uitkeert, onder meer aan pensioenfondsen. De onderliggende boodschap: het succes van Shell komt ons allemaal ten goede. Ondertussen stellen media als Elsevier en WNL dat Shell veel geld in de energietransitie investeert.

‘De markt’ reageert ondertussen nogal onderkoeld op de recordwinst. Shell verdiende meer dan ooit, maar de beurskoers bleef nagenoeg gelijk. 

Hoe zit het nu met de recordwinst van Shell? Presteert Shell nou bovenmaats of niet? Gaat er veel of weinig geld naar onze pensioenfondsen? En investeert het bedrijf veel of weinig in de energietransitie? Follow the Money zet de belangrijkste cijfers op een rij.

Het afgelopen jaar boekte Shell een nettowinst van maar liefst 42,3 miljard dollar (37,4 miljard euro), een ruime verdubbeling ten opzichte van vorig jaar. Het valt moeilijk te overschatten hoeveel geld dat is. Nooit eerder maakte Shell meer winst. Sterker nog: nooit eerder verdiende een aan de Amsterdamse AEX-beurs genoteerd bedrijf in een jaar meer. De winst van Shell is hoger dan het BBP van maar liefst 124 landen.

Opmerkelijk is dat Shell voor die recordwinst niet zoveel heeft hoeven doen. Ten opzichte van vorig jaar daalde de hoeveelheid olie en gas die het bedrijf verkocht met, volgens de laatste schatting, zo'n 10 procent. 

Die daling wordt echter ruimschoots gecompenseerd door de scherp gestegen prijzen voor olie en vooral gas. Met name in Europa steeg de gasprijs tot ongekende hoogte. De gemiddelde prijs voor aardgas lag vorig jaar minimaal tweemaal hoger dan in 2021, en tienmaal hoger dan de gemiddelde prijs in 2020. 

Hierdoor verdiende Shell dus meer dan ooit. Ondanks de daling van de hoeveelheid olie en gas die het bedrijf aan de man bracht, steeg de omzet tot 381 miljard dollar (354 miljard euro). Een stijging van 46 procent ten opzichte van 2021.

De financiële markten reageerden op deze geldstroom zonder weerga eigenlijk wat lauwtjes. Op de dag dat de fossiele reus haar gigawinst bekendmaakte, daalde de beurskoers van het bedrijf met een kleine 2 procent. Kennelijk had men deze cijfers wel verwacht en was de torenhoge winst al in de marktprijs verdisconteerd. 

In vergelijking met de concurrenten lijkt Shell het zelfs een beetje te laten afweten. Waar de winst van Shell met 209 procent groeide, ging die bij BP, TotalEnergies, ExxonMobil en Chevron met respectievelijk 216, 226, 243 en maar liefst 562 procent omhoog. De sceptische en puur op financieel rendement gerichte aandeelhouder kan dus zelfs redeneren dat Shell heeft ondergepresteerd.

Shell doet er dan ook alles aan om die op financieel rendement gerichte aandeelhouder alsnog tevreden te stemmen. Het bedrijf verdeelt 26 miljard dollar onder de eigen aandeelhouders. Het dividend gaat met 15 procent omhoog en er worden nieuwe programma's opgetuigd waarmee Shell zijn eigen aandelen inkoopt. 

Een aandeel Shell was vroeger relatief koersvast en kende een stabiel dividend. Hierdoor staat het van oudsher bekend als ‘het weduwen- en wezenfonds’. Nabestaanden en pensionado's konden een inkomen genieten dankzij de winstuitkeringen van Shell. 

Analisten zijn er dan ook als de kippen bij om te benadrukken dat de recordwinst van Shell ook weer terugvloeit naar de samenleving. Bij Nieuwsuur zei econoom Mathijs Bouman bijvoorbeeld: ‘Je moet ook niet vergeten: de winst gaat voor een deel naar de aandeelhouders, en dat zijn wij soms ook weer. Pensioenfondsen beleggen bijvoorbeeld een flink deel van hun geld [in Shell].’

Dat klopt: veel Nederlandse pensioenfondsen investeren in Shell. Het fonds met het grootste aandelenpakket in de olie- en gasreus is Zorg en Welzijn, met 246 miljoen euro. Gemiddeld beleggen de grootste tien pensioenfondsen van Nederland 0,08 procent van hun totale belegde vermogen in Shell.

De miljarden die Shell nu onder haar aandeelhouders verdeelt, zijn voor de pensioenfondsen overigens deels een papieren winst. Pensioenfondsen krijgen weliswaar dividend uitgekeerd, maar koersstijgingen ten gevolge van Shells inkoop van eigen aandelen betalen zich pas uit als een pensioenfonds besluit zijn aandelen te verkopen. Dit is dus afhankelijk van de beleggingsstrategie van het individuele pensioenfonds.

Maar dit is niet het hele verhaal. De Nederlandse pensioenfondsen keren Shell en het bestuur van het bedrijf namelijk steeds vaker de rug toe. Tijdens aandeelhoudersvergaderingen staan veel Nederlandse pensioenfondsen zelfs vooraan bij het omarmen van klimaatresoluties, vaak tegen het expliciete stemadvies van het Shell-bestuur in. 

Pensioenfondsen zien in toenemende mate dat zij meerdere verantwoordelijkheden hebben. Alleen financieel rendement behalen is niet langer voldoende. ‘We willen ons niet alleen inzetten voor een goed rendement’, schrijft bijvoorbeeld Pensioenfonds Zorg en Welzijn, ‘maar ook voor een leefbare samenleving.’ Pensioenfonds PGB zegt tegen Follow the Money: ‘Wij verwachten van de bedrijven waarin we beleggen dat ze de transitie naar een duurzame economie aantoonbaar kunnen en willen maken.’ Eigenlijk laten alle Nederlandse pensioenfondsen zich in vergelijkbare bewoordingen uit. 

Pensioenfondsen zijn bovendien bij uitstek beleggers die een lange-termijn-horizon hanteren. Op die schaal speelt ook het risico van stranded assets: bezittingen van bijvoorbeeld Shell die plotseling scherp in waarde dalen als de strijd tegen klimaatverandering wereldwijd wordt opgevoerd. Als Shell plots met onverkoopbare boortorens of olie- en gasvoorraden zit, raakt dat de waarde van het bedrijf en dus ook de waarde van de aandelen die pensioenfondsen bezitten.  

Het gevolg: steeds vaker zoeken de pensioenfondsen de openbare confrontatie met het Shell-bestuur. Dat merkt ook Follow This, een groep activistische aandeelhouders van Shell en andere grote oliebedrijven, die het bestuur van deze fossiele reuzen in de ene na de andere resolutie oproepen een scherpere klimaatkoers te varen. Dankzij steun van onder meer de pensioenfondsen ABP, PGGM, PGB en MN en pensioenverzekeraars als Achmea, Van Kempen en Nationale Nederlanden kreeg de klimaatresolutie van Follow This vorig jaar 20 procent van de stemmen.

Ondertussen trekt ABP – met een totaal belegd vermogen van 460 miljard euro met afstand het grootste pensioenfonds van Nederland en één van de grootste vermogensbeheerders ter wereld – zich zelfs helemaal terug uit de fossiele reus. De exit werd eind 2021 bekendgemaakt en volgde op publieke druk van ABP Fossielvrij, een actiegroep die jarenlang ijverde om het portfolio van ABP meer in lijn krijgen met het Klimaatakkoord van Parijs. 

ABP-bestuursvoorzitter Corien Wortmann zei over de exit: ‘Wij willen een bijdrage leveren om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graad. Brede groepen deelnemers en werkgevers geven aan hoe belangrijk zij dit vinden. Het ABP-bestuur ziet noodzaak en urgentie tot een koerswijziging. We nemen afscheid van beleggingen in producenten van fossiele brandstoffen, omdat we onvoldoende kans zien om met onze invloed als aandeelhouder de noodzakelijke forse versnelling van de energietransitie bij deze bedrijven te realiseren.’

ABP bevestigt tegen Follow the Money dat de afbouw van het belang in Shell eind vorig jaar is afgerond. Ook BpfBOUW heeft eind 2022 al haar aandelen in Shell verkocht. Eerder zeiden ook de pensioenfondsen Metaal en Elektro (PME), Horeca en Catering (PHENC) en Personeelsdiensten (StiPP) Shell al vaarwel. 

Met andere woorden: de tijd is voorbij dat Shell voor Nederlandse pensioenfondsen een populaire belegging was. Tegenwoordig is Shell vooral eigendom van grote vermogensbeheerders waarachter anonieme investeerders schuil gaan. De mate waarin ‘we’ allemaal van de financiële prestaties van het bedrijf profiteren neemt dus af.

Niet alleen pensioenfondsen; beleggers in het algemeen verlangen een grotere klimaatinspanning van bedrijven zoals Shell. Het olie- en gasbedrijf laat dan ook geen kans onbenut om haar groene investeringen te onderstrepen. Eind vorig jaar schreef economisch onderzoeksbureau SEO in opdracht van Shell een rapport over de investeringen in Nederland in de energietransitie. De conclusie: Shell zou tussen 2016 en 2021 voor in totaal 3,1 miljard euro in Nederland geïnvesteerd hebben, en daarmee het leeuwendeel voor zijn rekening nemen. 

Weekblad Elsevier las het rapport en ging langs bij de projecten waar Shell haar groene geld investeert. Het opinieblad concludeert op basis daarvan dat Shell ‘een groener imago’ verdient. Het voegt zelf de daad bij het woord door op de cover een groot groen Shell-logo te plaatsen.

Dit noopte columniste Aylin Bilic bij omroep WNL weer tot de oproep aan GroenLinks-leider Jesse Klaver om een abonnement op het weekblad te nemen. Zodat hij kan lezen dat ‘meer dan de helft van de investeringen van Shell naar hernieuwbare bronnen gaan.’ 

Ook in de documenten die Shell bij de kwartaalcijfers aanlevert, lijkt het alsof er enorme bedragen naar groene investeringen gaan. Zo presenteert Shell aan haar investeerders een grafiek waaruit zou blijken dat 30 procent van de uitgaven die Shell vorig jaar deed aan de energietransitie gerelateerd zijn. In 2023 zou dat groeien naar ‘meer dan een derde’.

Het duiden van die cijfers is echter geen sinecure. Neem het SEO-rapport: dat beziet enkel de investeringen in Nederland. Maar Shell is niet louter in Nederland actief. Sterker nog: sinds het sluiten van het Groninger gasveld wint Shell in Nederland minder fossiele brandstoffen dan ooit.

Grote activiteiten van Shell in Nederland betreffen het verwerken van olie en gas, het aanleggen van windmolenparken en investeringen in grote onderzoekscentra waar gezocht wordt naar nieuwe brandstoffen. Logisch dat een groot deel van Shells duurzame investeringen hier landt. Over Shell als multinational zegt dat echter weinig. 

Ook de cijfers die Shell zelf publiceert over haar uitgaven aan de energietransitie verdienen nadere bestudering. Neem de claim van het bedrijf dat 30 procent van de uitgaven vorig jaar naar energietransitie gingen. 

Shell hanteert hier nogal ruime definities. Onder ‘uitgaven' schaart het bijvoorbeeld zowel investeringen als operationele kosten. Een dergelijke optelsom is in kwartaal- en jaarrapportages hoogst ongebruikelijk: een eenmalige investering in een windpark is immers een heel ander soort uitgave dan het jaarloon van de onderhoudsmonteur. Normaal gesproken worden investeringskosten over meerdere jaren afgeschreven, iets wat Shell nalaat. 

Ook ‘energietransitie’ blijkt nogal ruim gedefinieerd. In een presentatie schrijft Shell in kleine lettertjes dat haar begrip van energietransitie ‘afwijkt’ van de Europese taxonomie, zeg maar: de Europese spelregels voor wanneer je een investering duurzaam mag noemen.

Dat is een understatement: Shell blijkt onder meer uitgaven aan marketing, smeermiddelen, chemicaliën en retail onder deze noemer te scharen. Met andere woorden: zelfs het broodje kroket dat je op een tankstation koopt terwijl je de auto voltankt, is volgens Shell onderdeel van de ‘energietransitie’. 

Ditzelfde oprekken van begrippen zien we ook terug als we de investeringen in de bedrijfstak Renewables & Energy Solutions (R&ES) onder de loep nemen. In 2021 investeerde Shell hierin 2,4 miljard dollar: ruim 12 procent van alle investeringen dat jaar. Ter vergelijking: de investeringen in de bedrijfstakken Integrated Gas en Upstream waren in 2021 respectievelijk 3,5 en 6,2 miljard dollar. 

De naam ‘Renewables & Energy Solutions’ lijkt bovendien te suggereren dat hier geïnvesteerd wordt in de energietransitie. Dat blijkt niet te kloppen: ook een flink deel van de aardgasactiviteiten vallen hieronder. Voor de volledigheid: aardgas is een niet-hernieuwbare fossiele brandstof die bijdraagt aan de opwarming van de aarde. 

Dat Shell een groot deel van haar ‘hernieuwbare energieoplossingen’ in aardgas investeert, is volgens klimaatactiegroep Global Witness misleidend. De groep diende afgelopen week daarom een klacht in bij de Amerikaanse financiële autoriteit SEC. 

Naast gas schaart Shell onder de noemer R&ES: de productie, marketing en handel van hernieuwbare energie, waterstof, het afvangen en opslaan van CO2 (CCS), carbon credits en natuurbehoud. Maar volgens de Europese taxonomieregels mag je dit niet allemaal duurzaam noemen. Investeringen in zonne- en windenergie zijn wel in lijn met die regels, maar de marketing ervan bijvoorbeeld niet. 

Helemaal achterin Shells jaarverslag over 2021 is te lezen welke investeringen er nu echt in lijn zijn met die Europese spelregels. Het gaat dan om investeringen ter waarde van 288 miljoen dollar in zonne- en windenergie; 284 miljoen in waterstof en biobrandstoffen en 4 miljoen in CSS en natuurbehoud. Bij elkaar opgeteld is dat minder dan 3 procent van alle investeringen van Shell. Investeringen in wind en zon bedragen slechts 1,5 procent van het totaal. 

Hoeveel Shell nu precies aan de energietransitie uitgeeft, lijkt dus deels een definitiekwestie. Maar hoe zeer je een begrip als ‘energietransitie’ ook oprekt; beweren dat ‘de helft’ van Shells investeringen naar hernieuwbare energie gaan, zoals columniste Bilic doet, is hoe dan ook onzin. 

Zo presenteert Shell dus een recordwinst, maar lijkt die de puur op financieel rendement gerichte belegger wat tegen te vallen. Het bedrijf verdeelt tientallen miljarden onder haar aandeelhouders, maar pensioenfondsen profiteren daar juist minder van. En het bedrijf stelt veel uit te geven aan de energietransitie, maar hanteert daarbij definities die de rest van de samenleving niet deelt. Zo lijkt Shell steeds meer op een bedrijf in spagaat.

Naschrift: Vlak nadat we dit artikel publiceerden, werd bekend dat Shell-directieleden door de Britse actiegroep ClientEarth persoonlijk worden aangeklaagd vanwege het ontbreken van een afdoende klimaatstrategie. Dat is niet altijd nieuws, iedereen kan iedereen in principe aanklagen. Uniek is echter dat de aanklacht ondersteund wordt door NEST, met 10 miljoen leden het grootste pensioenfonds van Groot-Brittannië en een grote aandeelhouder van Shell. Hier lees je meer over deze aanklacht.