Na ruwe olie wordt olijfolie duur betaald

2 Connecties

Relaties

Spanje Olijfolie
5 Bijdragen

¡Puta madre! De olijfolie wordt binnenkort fors duurder als gevolg van misoogsten in Spanje, 's werelds grootste olijfolieproducent. Marktvorsers voorspellen zelfs prijsstijgingen van 50 procent.

Onheil komt nooit alleen in Spanje. Terwijl de Spanjaarden snakken naar extra financiële noodsteun en geteisterd worden door aanhoudende economische malaise, krijgen ze nog een forse dreun te verwerken. Het Iberische Koninkrijk kampt dit jaar met een dramatische olijfoogst als gevolg van extreme droogte.

 

Aangezien Spanje te boek staat als het Saoedie-Arabië onder olijfolieproducenten, heeft deze misoogst enorme gevolgen voor de wereldmarkt: Spanje is normaliter goed voor de helft van de mondiale productie, die in 2011 3 miljoen ton olijfolie omvatte. Maar dit jaar zal de totale score minimaal 20 procent lager uitvallen. Dat blijkt uit door The Economist gepubliceerde gegevens van onderzoeksbureau Oil World.

 

Prijsstijgingen
De afgelopen jaren is er juist sprake geweest van zo'n groot aanbod aan olijfolie op de markt dat de prijs het laagterecord heeft geëvenaard van negen jaar geleden. Maar de laatste drie maanden schoot de prijs van extra virgin olijfolie met 50 procent omhoog naar 3400 dollar per ton. Grote voorraden van afgelopen jaar houden de prijsstijgingen nog in toom maar volgens marktvorsers is niet uitgesloten dat binnen afzienbare tijd olijfolie per ton 4000 dollar gaat kosten. Nog even dus en de prijs van olijfolie zit in het spoor van de alsmaar stijgende prijs van ruwe olie.

 

De overproductie van afgelopen jaar mag ook niet los worden gezien van het huidige droogteprobleem, zo constateert The Economist. De recordooogst van 2011 heeft de Spaanse olijfbomen zodanig uitgeput, dat zij niet in staat zijn geweest om dit jaar genoeg vruchten te dragen. De uiteindelijke oogst is nog schraler geworden als gevolg van de droogte.

 

Ook in de Spaanse provincie Andalusië valt de olijfoogst enorm tegen dit jaar

 

Italië en Griekenland
Voor Italië en Griekenland is de Spaanse misoogst juist weer goed nieuws. Italië en Griekenland zijn na Spanje de grootste olijfolieproducten ter wereld en nemen elk 20 procent van de wereldmarkt voor hun rekening. Maar ook landen buiten Europa maken zich op om te profiteren van de prijsstijgingen van de olijfolie.

 

Aan olijfolie valt namelijk nog genoeg te verdienen. Met de verkoop van olijfolie vanuit Zuid-Europese landen naar Noord-Europese landen verloopt het al jaren gesmeerd. Dankzij vakanties in mediterrane landen grijpt menig Noord-Europeaan vaak genoeg naar de olijfoliefles voor de dressing van de salade of voor andere culinaire activiteiten.

 

Grootverbruikers zijn Duitsland en Groot-Brittannië: in vergelijking met 1990 strooien Duitsers vijf keer zoveel olijfolie en de Britten bijna tien keer zo vaak. De twee na grootste consumentenmarkt komr van de Amerikaanse continenten. De afgelopen twee decennia is deze markt jaarlijks met 6 procent gegroeid volgens gegevens van de Rabobank.

 

Californië, Australië en Chili
Geen wonder dan ook dat analisten van de Rabobank kansen ruiken voor olijventelers uit Californië. Want er valt voor deze allesbehalve 'traditionele' en duurdere olijfolieproducent uit Noord-Amerika een hoop te winnen als gevolg van hoger prijzen, verwachte subsidiekortingen van de EU en zorgen op de lange termijn over de kwaliteit van import.

 

Volgens het Rabobank-rapport zal de vraag naar Californische olijfolie zodanig stijgen dat dit segment in 2017 5 procent van de Amerikaanse markt gaat bestrijken. Ook landen met jonge olijfgaarden zoals Australië en Chili zullen van deze groeiende vraag profiteren.

 

Collectief geheugen opfrissen
Opmerkelijk genoeg maken de Spaanse olijfolie-exporteurs zich geen zorgen over de opmars van deze nieuwe concurrenten. Australische olijfpersen verwerken jaarlijks 20 duizend ton, Californië zevenduizend ton. Spanje stelt hier tegenover een jaarlijkse productie van 1 miljoen ton.

 

Maar misschien moet Spanje zijn collectieve geheugen toch maar eens goed opfrissen, zo besluit The Economist. Enkele decennia geleden negeerden wijnproducenten uit Europa ook de eerste tekenen van de opmars van de wijnboeren uit de Nieuwe Wereld. En sindsdien is het over en uit met de Europese overheersing op de wereldwijde wijnmarkt.

 

 

(L)