
Hoe standvastig was de Gulden nu eigenlijk?
In de week van het geld is het goed om even in het verleden te duiken. De Nederlandse munt heeft altijd een hoogwaardige reputatie gehad, maar hoe zit dat nu echt? Econoom Edin Mujagic geeft een les monetaire geschiedenis waarin hij enkele mythes ontrafelt en liefhebbers van de gulden waarschuwt.
In een vorige bijdrage in mijn serie over de gevolgen van een Nederlands vertrek uit de eurozone en de herinvoering van een eigen munt, heb ik uitgelegd dat elk land, en dus ook Nederland, in monetair opzicht te maken heeft met iets wat economen de onmogelijke drie-eenheid noemen: geen land kan langdurig én monetair soeverein zijn én een vaste wisselkoers hebben én het kapitaalverkeer vrij laten. Elk land kan op elk gewenst moment twee van die drie doelstellingen hebben, maar niet alle drie tegelijkertijd.
Aangezien een vaste wisselkoers ten opzichte van de Duitse munt voor Nederland van oudsher cruciaal is, net als vrij kapitaalverkeer, betekent dit dat ons land niet monetair soeverein kan zijn. Daarvoor kiezen betekent dat we of de vaste wisselkoers zouden moeten inleveren, óf de vrijheid van kapitaalverkeer.
Zouden we er, ten behoeve van onze monetaire soevereiniteit, voor kiezen om de wisselkoers van de heringevoerde gulden vrij zouden laten of het kapitaalverkeer van en naar Nederland aan banden te leggen, dan zou de kans groot zijn dat we onze welvaart daarmee ernstig zouden aantasten. Dit is een les die onze eigen monetaire geschiedenis ons leert.
Vorig jaar publiceerde ik een boek over de moderne periode in de Nederlandse monetaire geschiedenis, getiteld ‘Boeiend en geboeid: een monetaire geschiedenis van Nederland sinds 1814/1816’. De rode lijn in dat deel van onze historie is dat onze gulden vaker wel dan niet vastgeketend was aan iets: goud, zilver of de Duitse mark. Die rode lijn was de reden dat ik naar de officiële presentatie van dat boek, bij De Nederlandsche Bank met Klaas Knot, handboeien (de speelgoedvariant) meenam: als ik onze monetaire historie met één voorwerp zou moeten illustreren, dan zouden dat namelijk handboeien zijn. Vandaar ook de titel van het boek.
"Als ik onze monetaire historie met één voorwerp zou moeten illustreren, dan zouden dat handboeien zijn"
Schade
Maar in die twee eeuwen waren er ook af en toe perioden waarin Nederland monetair gezien (semi-)autonoom was. Keer op keer ondervonden we daar schade van, zoals in de periode tussen de twee wereldoorlogen. Het was in die jaren dat een eeuwenoud monetair stelsel, de goud- dan wel zilverstandaard, van het wereldtoneel verdween. Nederland was het allerlaatste land dat zijn munt loskoppelde van het goud. Dat gebeurde op 27 september 1936.
Tussen eind september van 1936 en mei 1940, het begin van de Duitse bezetting van Nederland, zweefde de gulden en had Nederland monetaire autonomie. Nederland, en niet De Nederlandsche Bank, omdat de regering het monetair beleid overnam. Vier dagen nadat Nederland als allerlaatste land de gouden standaard had verlaten, zag het Valuta-egalisatiefonds het daglicht. De regering richtte dat fonds op om de wisselkoersbewegingen van de gulden als gevolg van valutaspeculatie te beperken nu de gulden geen anker had. Met het Valuta-egalisatiefonds in werking verloor DNB elke zeggenschap over het monetaire beleid en de koers van de gulden. In feite ging de regering er nu over.
Het officiële doel van het Valuta-egalisatiefonds was om ‘de bewegingen van de wisselkoers van de gulden als gevolg van valutaspeculatie te beperken’. Wat de regering met het fonds echter deed, kwam niet bepaald overeen met het officiële doel. Tussen september 1936 en de Duitse invasie in 1940 verloor de gulden terrein tegenover het Britse pond en de Franse frank en bleef onze munt min of meer stabiel tegenover de Belgische frank. Tegenover de voor Nederland belangrijke Duitse mark voltrok zich echter een drama: de gulden verloor ruim 16 procent in minder dan vijf jaar tijd. Het gevolg van die waardedaling van de gulden was 25 procent inflatie in minder dan vijf jaar tijd.
Na de bevrijding van Nederland en het einde van de Tweede Wereldoorlog trad het in 1944 in het Amerikaanse stadje Bretton Woods overeengekomen nieuwe internationale monetaire stelsel in werking. De munten van de westerse landen werden losjes gekoppeld aan de Amerikaanse dollar, die op zijn beurt vastgeklonken werd aan goud. ‘Losjes gekoppeld,’ omdat de aan de dollar gekoppelde valuta’s de koers tegenover de Amerikaanse munt altijd konden aanpassen.
Daar hebben we hem weer, de onmogelijke driehoek
Nederland volgde daarin doorgaans wat West-Duitsland deed, wat ertoe leidde dat de koers van de gulden ten opzichte van de Duitse mark zeer stabiel was in de jaren ’50 en ’60. De waarde van de gulden binnen de Nederlandse grenzen kachelde echter fors achteruit. Omdat in de jaren ’50 en ’60 het kapitaalverkeer streng gereguleerd was, kon elk land én een vaste wisselkoers hebben én een eigen monetair beleid voeren (daar hebben we hem weer, de onmogelijke driehoek). Dat laatste, een eigen monetair beleid, wil zeggen dat een land zelfstandig bepaalt hoeveel geld het drukt en wat het prijsniveau is: veel geld in omloop leidt tot hoge inflatie. Dat deed Nederland in die twee decennia ook.
Als we naar de inflatieprestaties van verschillende ontwikkelde landen in die periode kijken, dan treffen we in de jaren ’50 Nederland niet aan onder de toppers. Met een jaarlijkse inflatie van bijna 4 procent deden wij het aanmerkelijk en structureel slechter dan Italië (3 procent inflatie per jaar), België (1,8 procent), West-Duitsland (1,1 procent) en Zwitserland (1,1 procent). De koploper was — geloof het of niet — Portugal, met een jaarlijkse geldontwaarding van slechts 0,7 procent.
In het volgende decennium zakte Nederland ver weg op de lijst. Zo goed als elk ontwikkeld land deed het aanzienlijk beter op het inflatiefront dan wij. Zag een Duitser, een Belg of een Zwitser zijn koopkracht elk jaar met tussen de 2,4 tot 3 procent afnemen, de Nederlander keek tegen een jaarlijkse koopkrachtuitholling aan van ruim 4 procent per jaar.
Vanaf eind jaren ’60 begon het Bretton Woods-arrangement te wankelen, en in 1971 stortte het in. Daarmee viel het anker voor alle Europese munten weg en ontstond er een even nieuwe als chaotische situatie in Europa, met vrij zwevende — en vaak alle kanten op vliegende — wisselkoersen. Dat gold ook voor de gulden.
"Tussen 1969 en de koppeling aan de mark in 1983 daalde de Nederlandse munt vrijwel onafgebroken in waarde"
Mark schaduwen
Eind jaren ’60 stopte de gulden de Duitse mark te schaduwen. Tussen 1969 en de koppeling aan de mark in 1983 daalde de Nederlandse munt vrijwel onafgebroken in waarde ten opzichte van de munt van de oosterburen. Het totale verlies bedroeg 25 procent. Op het inflatiefront deed Nederland het, met een gemiddelde jaarlijkse inflatie van 7 procent in de jaren ’70, veel beter dan veel andere landen, maar aanmerkelijk slechter tegenover onze traditionele monetaire peers West-Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk. Jelle Zijlstra, president van DNB tussen 1967 en 1982, zag die waardedaling van de gulden zowel binnen als buiten Nederland als ‘de maatstaf van mijn falen’ zoals hij later in zijn memoires zou schrijven.
Het is pas sinds 1983 dat Nederland zo goed als elk ander land verslaat op monetair gebied. Het was in dat jaar dat onze munt steviger dan ooit gekoppeld werd aan de mark, een koppeling die tot de invoering van de euro stevig zou blijven. Tussen 1983 en de komst van de euro in 1999, werd de gulden meer waard — soms zelfs fors meer — tegenover zo’n beetje elke munt in de wereld. Er waren slechts een paar munten die de gulden, zij het licht, wisten te verslaan, te weten de Duitse mark, de Zwitserse frank en de Oostenrijkse schilling. Alleen tegenover de Japanse yen kelderde de gulden.

Bron: Boeiend en geboeid: een monetaire geschiedenis van Nederland sinds 1814/1816
Als ik de moderne monetaire geschiedenis van Nederland met één voorwerp zou moeten illustreren, dan zouden dat, zoals ik al zei, handboeien zijn. In de afgelopen 200 jaar was Nederland, in monetair opzicht, bijna altijd aan iets vastgeketend. Af en toe waren onze monetaire handen vrij. En elke keer toen dat het geval was, staat dat voor een zwarte pagina in onze moderne monetaire historie.
Elke keer daalde de waarde van de gulden ten opzichte van de voor ons land belangrijke valuta’s fors, en was de inflatie in Nederland doorgaans hoger dan in Duitsland en vaak ook hoger dan de inflatie in Frankrijk en België. Wat dat ons leert, is dat Nederland een monetair anker nodig heeft. Zonder dat is het ons land in het verleden nooit gelukt om een goed monetair beleid te voeren.
Natuurlijk, men kan zeggen dat de resultaten uit het verleden geen garantie zijn voor de toekomst, dat het ons ditmaal wél zou lukken een degelijk autonoom monetair beleid te voeren. Gezien onze monetaire geschiedenis kan ik echter niet anders concluderen dan dat de kans op succes gering is. Aangezien verkeerd monetair beleid enorme gevolgen voor onze welvaart zou hebben, zou het zeer onverstandig zijn hiermee te gaan experimenteren. Wel of niet uit de euro is geen spelletje. Zelfs toen de omstandigheden voor een succesvol zelfstandig monetair beleid zeer gunstig waren, omdat het kapitaalverkeer streng gereguleerd was en de afhankelijkheid van het buitenland kleiner was, is het ons niet gelukt er een succes van te maken. De omgeving is anno 2017 aanzienlijk lastiger. Zoals ik eerder schreef: je kunt je zelfs afvragen of een land als Duitsland tegenwoordig een autonoom monetair beleid zou kunnen voeren.
91 Bijdragen
W. Van Den Broeck 5
Wanneer is er werkelijk een vrij zwevende koers geweest, geen semi-vaste koers?
Waarom hebben alle andere ontwikkelde landen buiten Europa blijkbaar geen vaste wisselkoers nodig om inflatie te beperken?
Hoe kan iemand na de mislukking op mislukking sinds Bretton Woods zichzelf nog wijsmaken dat vaste wisselkoersen een goed idee zijn?
En hoe is het mogelijk te speculeren tegen een vrij zwevende wisselkoers, waar elke trader ter wereld weet dat er geen modellen zijn om flexibele wisselkoersen te voorspellen, waar het vrij makkelijk is te speculeren tegen een peg of een snake omdat die toch moet devalueren zo gauw de buitenlandse reserves op zijn?
En wat met een overgewaardeerde wisselkoers die export in de weg staat (en groe toelaat zo gauw die wordt losgelaten aka Dutch Disease)?
Allemaal vragen waar je hier niets over hoort en waardoor het lijkt alsof een vaste wisselkoers interessant is. Quod non.
Erg eenzijdig en vol halve waarheden. Een vollediger overzicht dringt zich op.
bps
W. Van Den Broeckkan alleen iemand constateren die zelf de volle waarheid en wijsheid kent.
Dat kun je niet zomaar stellen.
Het akkoord van Bretton Woods ging ten onder omdat de Amerikaanse dollar, het anker sinds Bretton Woods en gekoppeld aan het goud in de kluizen van Amerika, vertrouwen verloor en Westerse landen (m.n. Frankrijk onder De Gaulle) goud gingen opvragen i.p.v. US dollars.
Door de Vietnam oorlog drukte Amerika nogal veel dollars waardoor het vertrouwen in de US dollar afnam en men vorderingen op Amerika betaald wilde hebben in het reservegeld: goud. En die goudvoorraad was eindig.
In Ierland gebeurde hetzelfde al eens eerder: goud verdween naar het buitenland en waardeloos papiergeld bleef over waar onvoldoende Iers product tegenover stond en voor te leveren was.
W. Van Den Broeck 5
bpsDat kun je niet zomaar stellen."
De feiten spreken het artikel tegen. Ik stel helemaal niets, behalve vragen die duidelijk relevant zijn en niet aan bod komen. Er worden hier correlaties geschetst die geen feitelijke basis hebben, en enkel hypotheses zijn.
Waarom denk je dat na 1973 de rest van de wereld op flexibele wisselkoersen is overgestapt? Omdat vaste wisselkoersen zo'n goed idee zijn?
We hebben niets anders dan problemen gehad in Europa met vaste wisselkoersen.
bps
W. Van Den BroeckEr is zoveel relevant, maar het artikel is beperkt en tot het onderwerp 'monetair anker'.
Na 1971 is de rest van de wereld op flexibele wisselkoersen overgestapt, omdat er toen geen andere keus was nadat Nixon de US-dollar van het goud loskoppelde.
'De Slang' met weer vastere wisselkoersen is van latere datum.
En de €uro zonder wisselkoers intern voor de eurozone, en zwevende koersen daarbuiten, is nog weer van latere datum en is ook geen succes, maar is wel meer zekerheid want flegmatisch t.o.v. de US-dollar in courante internationale financiële circuits.
W. Van Den Broeck 5
bpshttps://nl.m.wikipedia.org/wiki/Smithsonian_Agreement
Waarom zou het ook ooit kunnen lukken, proberen verschillende economieën in eenzelfde harnas te krijgen? Lijkt me om te beginnen al een dom idee. De CAP (https://en.m.wikipedia.org/wiki/Common_Agricultural_Policy) als basis voor Europese samenwerking heeft geleid tot een proberen harmoniseren van de wisselkoersen, maar laat ons nu eindelijk eens eerlijk zijn met onszelf: het is gewoon niet gelukt en het zal nooit lukken om zulke verschillende economieën te harmoniseren met vaste wisselkoersen.
W. Van Den Broeck 5
bpsbps
W. Van Den BroeckVolgens mij zitten we economisch wetenschappelijk nog in niet geheel bekend vaarwater.
W. Van Den Broeck 5
bpsIk denk dat er al veel meer bekend is over wisselkoersen dan je uit dit artikel kunt opmaken. Dat is net precies ook mijn probleem met dit soort "analyses": eenzijdigheid. Geen woord over enige andere visies over flexibele
wisselkoersen. Een enge ideologische tunnelvisie die voorbij gaat aan de realiteit en zich stoelt op enkele heel wankele hypotheses. Mager indien niet gewoon slecht.
Je hoort enkel het verhaal van Angelina en je besluit dan dat Brad wel helemaal op het verkeerde pad is. Ben ik nog zo zeker niet van.
Edin Mujagic 4
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Edin MujagicW. Van Den Broeck 5
bps
W. Van Den BroeckMaar daar gaat dit artikel niet over.
Dit artikel gaat over een monetair anker, waar vertrouwen in een munt aan wordt ontleend in het internationale financiële circuit, en het koopkracht van geniet in het reële circuit van die munt, met of zonder inflatie.
Edin Mujagic 4
bpsbps
Edin MujagicComplexity is een nog vrij jonge, multidisciplinaire wetenschap en volop in ontwikkeling en verkenning van een tot nog toe onbekend stuk niemandsland.
Dat houdt in dat de benadering, inzichten en reacties die ik plaats ter reflectie en kritiek, onvolledig of fout en subjectief kunnen zijn, in ieder geval niet conventioneel en algemeen aanvaard.
Vindt het echter bodem en biedt het verklaring, dan kan bruikbare objectiviteit en meer algemene aanvaarding complex-systeem-wetenschappelijk daar uit volgen dankzij discussie en kritiek.
Het zijn dus proefballonnetjes die ik oplaat, zoals ook deze over inflatie en deflatie dat ook uw wetenschappelijk domein en discipline raakt.
https://www.ftm.nl/artikelen/waarom-de-markt-nooit-neutraal-is#reactie29271
Edin Mujagic 4
bpsW. Van Den Broeck 5
bpsHoe sterk de exportcapaciteit en surplus van een muntzone is? Wat dan met de zwakke euro?
Een hoop onzin die kant noch wal raakt waarvoor jij in de bres springt. De theorie in dit artikel bouwt verder op een gouden standaard en vaste wisselkoersen. Beide hebben hun feilbaarheid duidelijk getoond in Europa de voorbije decennia. Dat staat vast, onmiskenbaar.
Waarom zou je dan nog vaste wisselkoersen verdedigen? In een extreme situatie kan je zoals IJsland kapitaalstromen stoppen voor een tijd, maar behoud je met een flexibele wisselkoers maximale mogelijkheden om de binnenlandse vraag te stimuleren. Ik denk dat daar het schoentje wringt bij de auteur, dat hij gelooft in een inflatoir effect van geldverruiming, wat slechts een hypothese is in de orthodoxe economie. Degelijke economen weten dat meer geld ook tot meer productie kan leiden en niet inflatoir hoeft te zijn.
bps
W. Van Den BroeckDe exportcapaciteit van een land zegt nog niets over hoeveel er daadwerkelijk geëxporteerd wordt, verkocht en afgezet wordt en een surplus geeft aan de munt, koopkracht en welvaart of rijkdom van een land. De productiecapaciteit van een artikel in een land kan de vraag ver overtreffen.
De neoliberale interpretatie en uitdrukking van de wet van Say, dat elke productie z'n eigen vraag creëert, is niet de juiste en aangepast aan het neoliberalisme.
De zwakke €uro dient de zwakkere en verzwakte economieën in de eurozone, maar de export van de sterkere economieën profiteren daarvan omdat de euro voor hun te zwak en te goedkoop is.
Er is muntonderscheid nodig om meer evenwichtigheid van handelsbalansen te bereiken en algehele, goed verdeelde welvaartsonderhoud en -groei.
Verder, een monetair anker ten opzichte waarvan munten van onderscheidenlijke economieën zich kunnen onderscheiden en verhouden om een meer gelijk speelveld te realiseren, hoeft geen vaste wisselkoersen te betekenen. Die kunnen ook losser zijn dan binnen een zekere bandbreedte van vaste wisselkoersen dat voorheen met ‘de slang’ in Europa is uitgeprobeerd, en tot twee keer toe faalde waarna men tot de enkele €uro besloot zonder bandbreedte en flegmatische flexibiliteit dat, net als 'de slang', ook niet voldoet.
Meer geld kan zonder inflatoire effecten tot meer productie leiden als er voldoende meer vraag is naar dat product. Inflatie en deflatie zijn verzameltermen en niet enkele begrippen.
De discussie, inzicht en benadering daarover is nog niet ten einde.
Dank voor uw reactie.
W. Van Den Broeck 5
bpsIn theorie wel en onderliggend zal dit wel de reden zijn waarom mensen een bepaalde munt willen verkrijgen. Maar de claim die een munt geeft op de nationale productie hoeft niet meteen opgeëist te worden. Daarom dat Australië al decennia een tekort kan hebben op de handelsbalans zonder noemenswaardige effecten op de Australische dollar: omdat de rest van de wereld graag Australische dollars wil sparen. Indien ze allemaal ineens zouden worden uitgegeven zou de claim op de productie van Australië wellicht te groot zijn om de waarde van de dollar te handhaven en zullen alle partijen een "verlies" lijden tov voorheen. Maar dit is niet te voorspellen. Daarom dat een flexibele wisselkoers superieur is: je hoeft geen pariteit, peg of snake te verdedigen tegen speculatie en je kan je welvaart bouwen op basis van de wens tot industriële ontwikkeling van de rest van de wereld. Overdrijf je hierin zal dit wel een effect hebben, maar hier kunnen in ieder geval decennia over gaan. Op een bepaald moment zal je wel een devaluatie kennen maar die is dan ook nodig om zelf meer te kunnen exporteren en terug meer zelf te ontwikkelen omdat je te lang boven je stand hebt geleefd.
Wat ik in het artikel hier lees, gaat volledig aan deze realiteit voorbij en trapt in de val van het proberen bewaren van een sterke munt door onderdrukken van de import door een andere sterke munt als anker te nemen.
We hebben dat decennia gedaan. Dat werkt niet, zelfs niet met een ruime snake. Zo gauw er een limiet is aan je wisselkoers, probeert de hele wereld bij de minste zwakte die onderuit te halen zoals met de pond in 1992 en kost het je als land veel meer dan met een tijdelijke depreciatie als met de IJslandse krone.
De feiten en de geschiedenis geven dit aan. Wat is nou die onzin in Europa om nog proberen verder te doen op dezelfde manier? Waan
bps
W. Van Den BroeckDe tekorten op de Australische handelsbalans zullen wel ergens en op een manier gecompenseerd worden met de kapitaalrekening en effecten daarvan. Het fijne weet ik daar niet van. Nota bene dat Australië wel een grondstoffenrijk en betrouwbaar handelsland is.
Maar,
'het proberen bewaren van een sterke munt door onderdrukken van de import'
klopt toch niet helemaal,
want hebben we ons in het verleden ('70-'80) niet suf gekocht aan o.a. Japanse kwaliteit, variatie en verfijning van auto's en elektronica bij een vrijhandelsverkeer met dat land?
En ziet de Japanner de leliën des Holland's bollenveld thuis niet bloeien, dankzij ? ;-)
En hoeveel Nederlandse ondernemingen gingen met gunstig geïmporteerde producten dankzij een sterke gulden wel niet weer in binnen- en buitenland 'de boer op' na bewerking of met geïmporteerde eindproducten?
W. Van Den Broeck 5
bpsDe munt zal wel stijgen en dalen door marktsentiment, en een effect hebben op de koopkracht maar zo dramatisch zijn die schommelingen niet vaak, en ondertussen kan je binnenlands beleid voeren zonder angst dat ze je munt onderuit halen, maar waarbij je voldoende de economie kan stimuleren met je eigen munt om de welvaart, groot of klein, te maximaliseren. Waar er met de euro geen koersschommelingen mogelijk zijn en elk land probeert met loonlastverlagingcompetitiever probeert te worden dan de rest en de werkloosheid in de eurozone gedurende bijna 10 jaar niet daalt maar wordt geëxporteerd naar de slechtst presterende, zonder enige mogelijkheid tot compensatie. Waanzin.
https://www.lrb.co.uk/v14/n19/wynne-godley/maastricht-and-all-that
Roland Horvath 7
W. Van Den Broeck2/ De bestedingen in de eurozone worden beperkt door de bezuinigingen zogenaamd om de waarde van de euro te behouden, iets dat verkeerd is zoals u ook stelt. Maar in de eurozone worden uitsluitend de overheidsbestedingen beperkt, niet de bestedingen van de consumenten en van de bedrijven. Waarom niet? Omdat de bedoeling van die valse onnozelheid -de bezuinigingen- uitsluitend is de Sociale Zekerheid SZ volledig af te bouwen. De overheden van de staten moeten aan allerlei voorwaarden voldoen bvb schulden versneld af betalen, en ze mogen geen geld lenen. Uiteindelijk moeten ze bezuinigen in de SZ. De experts van de GMO hebben hier lang over nagedacht en ze hebben hun slag thuis gehaald, 100%. De GMO haten de SZ. Overigens de laatste jaren is de waarde van de euro toch spectaculair verminderd, omdat men bezuinigt. Alleen een economie die vrij gelaten wordt, kan geld overhouden.
Zoals het nu gaat in de EU resp. de eurozone is in overeenstemming met de bedoeling van de EU politiek. De SZ er uit en prijsverlagingen, maar vooral verminderen van de bedrijfslasten van de GMO: Dat laatste een ziekte van het kapitalisme. De 2 andere zijn deregulering en privatisering. De EU wordt 100% gecommandeerd door de GMO en de 3 bestuursinstellingen zijn niet in staat of bereid daar iets tegenover te stellen.
Annemiek van Moorst 10
Roland HorvathMatthijs 11
Annemiek van Moorst"multinationals" is volgens mij een makkelijkere term Roland
W. Van Den Broeck 5
Roland HorvathSinds de jaren 80 is Keynesianisme een vies woord voor het gros van de economen dat ze maar al te graag koppelen aan emotioneel geladen termen als communisme.
Vergeten wordt maar al te graag daarbij dat het Keynesianisme van de naoorlogse periode de grootste welvaart en gelijkheid heeft gebracht in onze moderne geschiedenis.
Dat de General Theory werd gediluteerd door Keynes zelf als geste naar de gevestigde orde en uiteindelijk vermalen tot flauwe soep door mindere goden als Hicks of afgedaan als passé door criminelen als Friedman, spreekt de realiteit van het succes van het project na 1945 niet tegen.
En vandaag zien we het resultaat van 40 jaar neo-liberaal beleid.
Tijd om Abba Lerner in te plannen als verplichte leerstof economie.
line
Edin Mujagic 4
lineVergeet aub niet dat het onderwerp van dit artikel niet wel of geen euro, of die munt wel of geen succes is oid is, maar een feitelijke constatering, dat wij als land het, in monetair opzicht, alleen maar goed hebben gedaan als we ons vast gingen ketenen. Dat is geen mening maar een historisch feitje. Dit betekent ook dat er vervolgartikelen komen over die en andere aanverwante vragen, ik hoop dat u die ook zult lezen en kijk uit naar uw opmerkingen tzt en dank u ook voor uw opmerking bij dit artikel.
W. Van Den Broeck 5
Edin MujagicU neemt het loslaten van de gouden standaard in Nederland tijdens de Grote Depressie van het interbellum en tijdens de olie-crisis en de woelige jaren 70 na Bretton Woods als historisch feit waaruit u concludeert het falen van flexibele wisselkoersen en fiduciair geld. Deze analyse lijkt me tendentieus en niet-conclusief wegens de extreme context, die mogelijk of zelfs waarschijnlijk een veel groter effect had op de moeilijke economische omstandigheden tijdens deze tijden.
Het lijkt me enkel fair dat u uw bevindingen toetst aan open economieën vergelijkbaar qua grootte en welvaart met Nederland.
Het lijkt me tevens nodig de effecten te toetsen niet alleen aan de inflatie maar ook aan de werkloosheidsgraad en economische groei.
Ten laatste kan u historische voorbeelden vinden van een afstappen van de gouden standaard/vaste wisselkoers als in Engeland vanaf 1797 waar inflatie geen probleem bleek te zijn en de economie sneller groeide dan voorheen zodat in 1820 Engeland Nederland, de rijkste natie ter wereld, voorbijgestoken was in BBP per capita.
Het is enkel door de manier waarop de geschiedenis wordt geïnterpreteerd dat een waardevolle les kan gevonden worden voor het heden en de toekomst.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanHet lijkt me inderdaad dat het privatiseren van alles en nog wat ik de VS waaronder gezondheidszorg het prijspeil sterk omhoog kan jagen. Ik ben het eens dat een sterke overheid, indien niet corrupt, inflatie het best zal intomen.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckThans bedraagt de goudprijs ongeveer 1300 dollar per ounce en is het CPI cijfer opgelopen tot ongeveer 245.
De goudprijs is pas fors gaan stijgen na het loslaten van de gouden standaard in 1971. In 1970 bedroeg de goudprijs 36,41 dollar en het CPI cijfer 38,84. Na het loslaten van de gouden standaard en het introduceren van fiatgeld barstte de bom. Het effect hiervan op de economische groei was negatief en wordt steeds negatiever. De grote landen proberen via een kunstmatig lage rente de koers van hun munt omlaag te drukken en de goedlopende bedrijven in de kleine en middelgrote landen voor een prikkie over te nemen. Zelfs grote bedrijven zoals Unilever en Nestlé bevinden zich nu in de gevarenzone. De goudprijs is sinds 1971 dus verdubbeld ten opzichte van het algemeen prijsniveau voor goederen en diensten. Ook de prijzen van aandelen en onroerend goed zijn veel harder gestegen dan het algemeen prijsniveau. Deze negatieve beïnvloeding van de inkomens en vermogens van mensen met een gemiddeld of lager inkomen en vermogen wordt vreemd genoeg gesteund door vrijwel alle Nederlandse politieke partijen. Maak betalen in goud of zilver mogelijk naast betalen in dollars of euros. Dat is de simpele oplossing.
W. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanBewijs voor dit causaal verband haal je waar? De reële economische groei is gestegen. https://fred.stlouisfed.org/series/NLDRGDPR De inflatie was te hoog door een aantal factoren. De gouden standaard zou hier niet aan verholpen hebben, vermits devaluaties onvermijdelijk zouden geweest zijn als Bretton Woods heeft aangetoond. Wil je het prijspeil stabiel houden, zijn er betere manieren dan een gouden standaard en regelmatige deflaties. Ik hoor goudfans nooit iets zeggen over het verwoestende effect van deflaties op werkgelegenheid en binnenlandse vraag. We hebben sinds 2008 deflaties gekend in Zuid-Europa met vernietigende werkloosheid bij een kwart van de bevolking en meer dan de helft van de jonge mensen zonder baan, zonder mogelijkheid om ervaring op te bouwen, een gezin te stichten, hun levensdroom te realiseren.
De euro werkt intern zoals een gouden standaard. Je ziet het resultaat. Wil je dat? Ik niet. Het is obsceen. En er zijn veel betere manieren om prijsstabiliteit te bekomen.
"Ook de prijzen van aandelen en onroerend goed zijn veel harder gestegen dan het algemeen prijsniveau."
Deregulering van de economie sinds einde jaren 70 en een steeds kleiner loonaandeel door werkloosheid te gebruiken als een (overigens inadequaat) middel tot inflatiebestrijding met daardoor neerwaartse druk op lonen, zodat deze een pak minder zijn gestegen dan de productiviteit. Minder dan een jaar voor alle banken over kop gingen: http://www.standaard.be/cnt/dmf26112007_067 En niemand die scheen te begrijpen, nu nog vaak niet, dat binnenlandse vraag afhankelijk is van het loonaandeel.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckDitzelfde patroon vind je ook bij de Amerikaanse burgeroorlog van 1862-1865. Eerst hige inflatuie en daarna deflatie. En ook na de Frans/Duitse oorlog van 1870 met hoge inflatie in de periode 1870-1873 en daarna deflatie. Tijdens de eerste wereldoorlog is het algemeen prijspeil meer dan verdubbeld, maar bleef de goudprijs gehandhaafd op het niveau van 1914. Dit impliceert dat de reële lonen sterk stegen. Toen het tekort aan productiecapaciteit dat tijdens de eerste wereldoorlog was ontstaan eind jaren twintig was weggewerkt bleek het algemeen prijsniveau en de reële lonen te hoog en ontstond er massale werkloosheid en deflatie. Deze werkloosheid en deflatie hadden voorkomen kunnen worden door kort na de eesrte wereldoorlog de goudpariteit meer dan te halveren. Maar dat gebeurde niet, omdat de financiers van de eerste wereldoorlog hun geld in goud terugbetaald wilden zien. Net als nu de Duitse, Franse en Nederlandse banken met hun vorderingen op Griekenland, Italië etc.
Er ontstaat massawerkloosheid en deflatie omdat er niet gedevalueerd mag worden zolang de banken daar nog vorderingen hebben uitstaan. De bedoeling van inflatie en deflatie is om de minder draagkrachtigen en minder invloedrijke delen van de bevolking de rekening te laten betalen. Jammer dat je dit niet wilt inzien.
W. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanVreemd dat je denkt dat ik dat niet zou zien, want ik heb over die klassenstrijd in deze discussie nog nergens iets gezegd.
Keynes sprak om de oorlog te betalen met een
Inflatietax. Net zoals de klassenstrijd en groeiende ongelijkheid van de voorbije decennia regelmatige crises nodig heeft om het loonaandeel te doen dalen en substantieel meer richting kapitaal te verschuiven.
Lijkt me dat je enkel een oorlog ken bekostigen door te rantsoeneren, hetzij verplicht als in Engeland, hetzij door uitgifte van warbonds met redelijk rendement of emotionele marketing om mensen vrijwillig veel te laten sparen.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanJe basisidee klopt wel: investeren in de binnenlandse economie is de enige mogelijkheid om in de toekomst onze welvaart te behouden.
Roland Horvath 7
Een munt is er om de handel te betalen en dus moet ze overal waar er handel is ter beschikking zijn. Aan die voorwaarde voldoet de euro niet: Er zijn sterkere en zwakkere landen en dus lekt de euro weg van te kort landen naar overschot landen. Er is geen enkele munt waar ook ter wereld die altijd en overal van zelf ter beschikking is waar er handel is: Het geld lekt weg van de armen naar de rijken. Daarom is er o.a. de inkomstenbelasting waar de rijken meer bijdragen dan de armen en dus een transfer teweeg brengt van rijk naar arm.
In de eurozone heeft men bepaald dat ieder land er zelf moet voor zorgen dat het uit de schulden komt: Onbekwaam. Door de euro vormt de eurozone in feite één land met rijken en armen. En dus moet er een geldtransfer zijn van rijk naar arm. "Geen Nederlandse euro naar Griekenland" is het dada van Rutte: Dat zit ook in de politiek en dat verpest zo ongeveer alles wat het aanraakt.
Een 2e maatregel, die er voor moet zorgen dat er altijd geld is waar er handel is, bestaat uit een 2e eigen munt voor iedere euro staat: Niet converteerbaar in andere valuta. Anders is de 2e munt een verlengstuk van de euro en heeft ze dezelfde ziekten. Naar analogie met de 2 munten, de Franc en de WIR, die Zwitserland heeft sedert 1934. De WIR is niet converteerbaar.
Er zal in de EU niets veranderen ten goede zolang de EU gedomineerd wordt door de GMO, de VS en Duitsland, ten 2e zolang de EU bestuursstructuur zo onnozel is als ze nu is, ten 3e zolang de EU geen federatie is met -zeer- beperkte bevoegdheden en ten 4e zolang de burgers niet ieder jaar bindende referenda stemmen inbegrepen een vertrouwensstemming: Geen meerderheid voor: Verkiezingen voor Parlement en Raad.
Edin Mujagic 4
Roland HorvathAndré ten Dam 5
Zoals altijd van jou ook nu weer een mooi artikel !
" ... Wel of niet uit de euro is geen spelletje. .....Wat dat ons leert, is dat Nederland een monetair anker nodig heeft. Zonder dat is het ons land in het verleden nooit gelukt om een goed monetair beleid te voeren. ..... je kunt je zelfs afvragen of een land als Duitsland tegenwoordig een autonoom monetair beleid zou kunnen voeren. ..."
En zo is het ook. Juist daarom is het kernconcept van 'The Matheo Solution (TMS)' na ruim 7 jaar eurocrisis en voortmodderen met de one-size-fits-none euro al-met-al dan wellicht zo slecht nog niet. Voor een uitleg met analyse zie bijvoorbeeld hier:
http://www.thematheosolution.eu/A-Plan-B-in-Europe-Paris-November2015.pdf
Indien het TMS-systeem zou worden geïmplementeerd hebben de onderling zo economisch divergente eurolanden (Nederland en Duitsland incluis) dan immers niet alleen de noodzakelijke monetaire flexibiliteit (wat betreft wisselkoers en rente) maar ook het gewenste monetaire anker (in casu: de euro).
Bovendien past het TMS-systeem voor de euro ook naadloos binnen de door jou genoemde theorie van de onmogelijke drie-eenheid van monetaire soevereiniteit (rentebeleid), vaste wisselkoersen en vrij kapitaalverkeer.
Misschien een goed onderwerp voor een volgend artikel?
Met vriendelijke groet,
André
Edin Mujagic 4
André ten DamArjan 7
Edin MujagicAndré ten Dam 5
Arjanhttp://www.handelsblatt.com/my/finanzen/geldpolitik/machtzuwachs-der-ezb-notenbank-mit-beschraenkter-einsicht/19574850.html
Terwijl de one-size-fits-none euro al sinds 2010 (en overigens ook al daarvoor) dag-in-dag-uit een onnoemelijke economische, financiële, sociale, humanitaire en politieke schade aanricht verliest de ECB zich zelf echter juist op grond van die door haar toegeëigende macht om politieke redenen (om voor mij nog steeds onduidelijke redenen moet de destructieve euro worden gered, kost wat het kost) zich in letterlijk waanzinnige maatregelen met zeer schadelijke bijwerkingen.
Het is juist dat bij implementatie van (het kernconcept) van 'The Matheo Solution (TMS)' de ECB de uitsluitend monetaire taken krijgt toebedeeld. Deze taken betreffen op hoofdlijnen 1.) het op basis van objectieve economische fundamentals reguleren (op een onderling evenwichtig niveau houden) van de onderlinge wisselkoersen van de eurolanden (het TMS-systeem is een systeem van vaste-maar-aanpasbare-wisselkoersen), en 2.) voor ieder euroland een dienstbaar nationaal-gericht rentebeleid voeren. Met andere woorden het voor ieder individueel euroland bewerkstelligen van het noodzakelijke op-maat-gemaakte monetaire kader waarbinnen alle nationale economieën optimaal kunnen functioneren. Daarmee zou de ECB dan ook direct kunnen stoppen met haar thans waanzinnige en vooral politieke beleid.
Wat is daar onwenselijk aan?
En omdat de zwakkere eurolanden met een voor hen eindelijke weer evenwichtige wisselkoers weer op eigen kracht economisch kunnen herstellen biedt dat inderdaad ook een veel beter maatschappelijk en politiek draagvlak voor de aldaar door te voeren hervormingen.
Arjan 7
André ten DamEn omdat de zwakkere eurolanden met een voor hen eindelijke weer evenwichtige wisselkoers weer op eigen kracht economisch kunnen herstellen biedt dat inderdaad ook een veel beter maatschappelijk en politiek draagvlak voor de aldaar door te voeren hervormingen."
Waarom gelooft u hier in? Een belangrijke kritiek op het beleid van de ECB is dat de lage rente zorgt voor uitstellen hervormingen in Zuid-Europa. Die lage rente is bedoeld als stimulans om te kunnen herstellen en hervormingen door te voeren. Ik heb er weinig van gezien (met uitzondering van Spanje) en niet het idee dat dit effect wel ontstaat bij het aanpassen van wisselkoersen.
U stelt dat de ECB slechts de toegekende mechanismes hanteert die dienstbaar aan die landen zijn en op basis van objectieve economische fundamentals. Dat kan van alles betekenen. De ECB die slechts volgt of ook politiek bedrijft. Dat mag u verder uitwerken, want ik zie veel risico's als uitvoering, toezicht en verantwoordelijkheden verkeerd worden belegd.
André ten Dam 5
ArjanDat heb ik 7 jaar geleden al gedaan, zie hier:
http://thematheosolution.blogspot.nl/p/about-matheo-solution-tms-tms-presented.html
http://www.thematheosolution.eu/Q&A.pdf
Monetair zullen de eurolanden toch op de één of andere manier verder moeten, mét of zónder de euro, op welke wijze dan ook, zie hier:
http://climategate.nl/wp-content/uploads/2015/10/euro-solution-matrix.jpg
hier:
https://www.ftm.nl/artikelen/de-euro-hoe-we-ons-van-die-dwangbuis-kunnen-bevrijden
en hier:
https://www.ftm.nl/artikelen/keynes-wijst-de-weg-uit-de-eurocrisis
Arjan 7
André ten Dam* Hoe denkt u op een democratische manier een mandaat te regelen voor de ECB waarbij ze de wisselkoersen op basis van economic fundamentals kan aanpassen? Dat mandaat heeft ze ook voor het voeren van prijsstabiliteit, en ze ligt vol onder vuur. Dacht u echt dat in deze omgeving binnen de EU daar consensus over is te bereiken? Ze grijpen liever in bij de ECB dan dat ze haar extra mandaten geeft. Ook u spreekt over een ECB die politiek bedrijft.
* Landen in Zuid-Europa hebben nu het voordeel van de lage rente wat als doel heeft te hervormen en haar economie concurrend te maken. Met uitzondering van Spanje, mag de conclusie toch wel te maken zijn dat de politieke partijen op dat gebied weinig leveren omdat ze bang zijn voor gebrek aan draagvlak. Waarom zou het aanpassen van een wisselkoers er dan wel voor zorgen dat die landen gaan hervormen met als resultaat een concurrerende economie?
André ten Dam 5
ArjanAd tweede * : met onderling evenwichtige nationale wisselkoersen en een landen-specifiek rentebeleid is het door de ECB voeren van politiek beleid juist niet meer nodig. TMS voorziet daarin.
Ad derde * : wat heb je aan een lage rente als een land een te duur productieniveau heeft? Geen rendement op investeringen dan geen investeringen, geen werkgelegenheid, geen economische groei etc.
Met een evenwichtige wisselkoers (TMS voorziet daarin) komen die investeringen etc. vanzelf. En in de dan ontstane situatie van economisch(e) herstel en duurzame groei ontstaat vanzelfsprekend ook een veel beter maatschappelijk en politiek draagvlak voor noodzakelijk door te voeren hervormingen. Het is allemaal geen hogere wiskunde maar vooral een kwestie van gezond verstand.
Arjan 7
André ten Dam* Dat kan mogelijk zo zijn, maar politieke druk van andere landen kan wel gewenst zijn als landen zich niet aan de afspraken houden. Met uw mechanisme wordt die politieke druk mogelijk verzwakt omdat de ECB slechts op economic fundamentals stuurt.
* De lage rente zorgt er in iedergeval voor dat die dure productieniveau minder duur is dan met een hogere rente. En investeerders gaan niet op basis van aanpassing wisselkoersen investeren, daar worden ze eerder zenuwachtig van. Die willen zien dat er lange termijn perspectief is. Dat betekent hervormingen doorvoeren en concurrerend worden. Ook dat is geen hoge wiskunde, maar gezond verstand.
Het ECB beleid zorgt er dus voor dat er tijd wordt gegeven om hervormingen door te voeren om zodoende weer concurrerend te worden. Als de conclusie is dat men dit niet doet, zie ik geen gegronde reden om aan te nemen waarom het aanpassen van die wisselkoersen dat effect wel gaat bewerkstelligen. U schrijft dat het TMS zo ongeveer overal in voorziet dat dit wel gaat gebeuren, ik kan een uitwerking van die stelling niet vinden, en er ontstaat een deja vu waarbij ik precies hetzelfde verhaal hoorde bij de introductie van de euro.
André ten Dam 5
Arjanhttp://thematheosolution.blogspot.nl/p/about-matheo-solution-tms-tms-presented.html
Ad tweede * : Als de regels (zie hiervoor) zijn geformuleerd en worden gevolgd kan er per definitie geen politieke beïnvloeding meer zijn.
Ad derde * : Het is juist andersom. Zoals uit de praktijk vanaf 2010 in met name Italië en Griekenland is gebleken, stappen investeerders juist niet in, stappen ze juist uit en vloeit kapitaal juist uit het land weg indien dat land een voor dat land te dure (overgewaardeerde) valuta heeft. Dat is ook logisch dat investeerders in zo'n situatie zenuwachtig worden (niet investeren), en wel om twee redenen, ten eerste investeringen geven geen rendement en ten tweede de onvermijdelijke monetaire devaluatie in dat land zal er vroeger of later komen. Het is evident dat deze situatie blijft voortduren zolang die landen hun deelname aan de eenheidseuro blijven continueren.
Tot slot, alleen hervormingen in die landen zullen de productieprijsverschillen tussen die landen en Duitsland en Nederland niet wegnemen. Dit betekent dat een intern wisselkoerssysteem noodzakelijk is, hetzij zónder de euro op basis van 'terug naar nationale munten', hetzij de introductie van nationale munten parallel aan de euro, hetzij middels implementatie van 'The Matheo Solution (TMS) dus introductie van nationale rekeneenheden naast de euro als enig betaalmiddel en anker-rekeneenheid.
Economisch researcher Harry Geels heeft de diverse mogelijkheden wel eens naast elkaar gezet:
http://climategate.nl/wp-content/uploads/2015/10/euro-solution-matrix.jpg
Voor een verdere algemene verdieping in de monetaire materie, zie hier:
https://www.ftm.nl/uploads/media/5894770c9bb26/brief-2-dd-29-1-2017-atd-peuro-metbijlage.pdf?v95
https://www.ftm.nl/artikelen/de-euro-hoe-we-ons-van-die-dwangbuis-kunnen-bevrijden?share=1
En daarmee sluit ik graag dit gesprek.
Arjan 7
André ten DamIk kan mij meer vinden bij de standpunten van Lex Hoogduin:
https://www.ftm.nl/artikelen/lex-hoogduin-we-kennen-al-70-jaar-vrede-in-europa?share=1
André ten Dam 5
Arjan"The European Central Bank improperly veered into political activity during the eurozone crisis and should withdraw from the “troika” of international bailout monitors, according to anti-corruption watchdog Transparency International. In a review of the central bank’s actions, carried out in co-operation with ECB officials, the report called on the ECB to be placed under greater scrutiny by EU institutions, saying its mandate to ensure price stability in the eurozone had been pushed to “breaking point” in tackling the crisis. The ECB’s accountability framework is not appropriate for the far-reaching political decisions taken by the governing council. .....Under EU treaty law, the ECB has a narrow but strict mandate to ensure “price stability”, which has been interpreted as an inflation target of just under 2 per cent. However, Transparency International warned that the bank’s sacrosanct independence had afforded the ECB “an extraordinary degree of latitude” to make significant decisions during the eurozone crisis, which first engulfed Ireland, Portugal and Greece in 2010 before spreading to Spain and Cyprus in the years that followed. These included “secret” letters sent from the bank to the governments of Spain and Italy, which made clear that ECB. .......To avoid “mission creep” and political interference, the report urged the ECB to first gain the assent of the president of the eurozone’s finance ministers and the European Parliament before making any demands on governments in exchange for its financial support. ....The report also criticised the role of national governments and authorities who were “all too keen to shirk their responsibilities and let unelected technocrats to do the
Roland Horvath 7
Hoe komt het dat we bestuurd worden door lieden die nergens verstand van hebben zoals Merkel, Schäuble, Rutte, Dijsselbloem, Michel, Van Overtveldt.
De EU doet niets aan de euro en de EU zal daardoor ten onder gaan. Dat werk kunnen we overlaten aan Marine Le Pen. In elk geval, als Marine in mei e.k. president wordt, wat waarschijnlijk is gezien de zwakte van alle andere kandidaten, dan zal de EU in actie komen bvb. verdwijnen. Vive la République et vive le Franc français.
Arjan 7
W. Van Den Broeck 5
ArjanDaarbij hebben wisselkoersen een beperkt effect op de inflatie. De grootste oorzaak van inflatie in de jaren 70 waren stijgende loonkosten door de verloren koopkracht aan de oliecrisis. In economieën met verlaagde productie als Weimar Duitsland was opbod door enorme schaarste na de oorlog met enorme herstelbetalingen aan Frankrijk de oorzaak van inflatie. In Zimbabwe schaarste (door nationalisatie) gecombineerd met een corrupte banksector.
Er zijn veel oorzaken voor inflatie en wisselkoersen zijn er slechts van.
Met een soevereine munt kan de overheid ook veel makkelijker de prijs bepalen in de binnenlandse economie. Wanneer ze enkel onder de marktprijs wil betalen, bepaalt ze daarmee voor een groot stuk het prijspeil wegens de omvang van de overheidsuitgaven en de mogelijkheid een deflatie uit te lokken door besparingen.
Inflatie is niet enkel een exogeen proces en zeker niet alleen te bestrijden met monetair beleid.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
ArjanArjan 7
Pieter JongejanUw verhaal over de lange rente kan ik niet volgen. De lange rente wordt bepaald door de kapitaalmarkten en ze betalen niet dezelfde rente. En als een land toch vindt dat ze een hogere lange rente nodig heeft, dan moet ze obligaties met hogere coupons uitgeven.
Uw opmerking over de koppeling met goud sla ik over omdat het simpelweg niet meer mag.
Pieter Jongejan 7
ArjanArjan 7
Pieter JongejanOnjuiste stelling die vaak gemaakt wordt. Sparen voor de oude dag zorgt niet voor te hoge overschotten, die worden veroorzaakt door niet financiële instellingen. Check de cijfers.
Ook hoeven Europese bedrijven niet te worden overgenomen. Als je dat niet wilt kan je daar tegen beschermen. Maar daar hangt wel een prijskaartje aan. Je kan niet je beurskoers laten baseren op het zijn van een potentiele overname kandidaat , en op het moment dat het speelt hard gaan piepen. Bescherm je zelf en accepteer een lagere beurskoers of ga van de beurs af.
Pieter Jongejan 7
ArjanIn 2015 bedroeg de saving rate voor resp. de USA, de UK, Spain, France en Italy resp.
3,4%, -0%, 3,7%, 2,5% en 0,6%. Het gemiddelde voor alle eurolanden bedroeg in 2015 5,1%. Landen met een overschot op de betalingsbalans, zoals resp. Zwitserland, Zweden, Nederland en Duitsland hadden een saving rate van resp. 13,5%, 12,8%, 11,2% en 10,1%.
Uit deze cijfers blijkt overduidelijk dat onze pensioenen groot gevaar lopen als Nederland in de euro blijft en het pensioenvermogen niet in waardevaste activa zoals goud, zilver of zeldzame aardmetalen belegd mag worden, maar deels verplicht in uiterst riskante Eurostaatsleningen. Zwitserland en Zweden hebben het beter bekeken dan Nederland en Duitsland.
W. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanZeker moet je geen buitenlandse spelers toelaten in je fondsen. Wereld op zijn kop.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckVergelijk deze cijfers eens met die van Zwitserland. Dit land heeft een overschot van 9,6% van het GDP op de lopende rekening van de betalingsbalans bij een overheidsoverschot van 0,2%. Ondanks deze gunstige cijfers heeft Zwitserland een hogere lange reële rente dan de UK namelijk - 0,62%. Dit laat zien hoe absurd en totaal uit het lood geslagen het huidige monetaire beleid van de ECB en van de UK is. Landen met een groot tekort op de lopende rekening horen vanouds logischerwijs een veel hogere (en niet een lagere) lange reële rente te hebben dan landen met een overschot op de betalingsbalans. Bij landen met een blijvend hoog tekort kun je als belegger immers verwachten dat de wisselkoers zal gaan dalen (kijk maar naar het koersbeloop van het Britse pond in de afgelopen decennia). Dus hoe kan het dat de noodzakelijke risicopremie ontbreekt? De enige houdbare verklaring lijkt mij dat de lange reële rente in der Angelsaksische landen en in het Eurogebied kunstmatig laag wordt gehouden door de centrale banken (o.a. dmv QE). In Zwitserland volgt de centrale bank een monetair beleid gericht op echte prijsstabiliteit. Daarom gaat het de Zwitsers en ook de Zweden veel beter af dan de Angelsaksische landen en de landen in het Eurogebied. De reële economische groei per hoofd van de bevolking ligt in de afgelopen jaren duidelijk hoger dan in de landen met een kunstmatig lage lange reële rente. Zweden heeft een overheidstekort van slechts -0,4% van het GDP. Het goedkoop geldbeleid blijkt een ramp als je objectief naar de cijfers kijkt. Maar niet voor de investment bankers, want die verdienen aan de overnames.
W. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanEenvoudige optelsommen met boekhoudkundige regels.
https://en.m.wikipedia.org/wiki/Sectoral_balances
Ik merk op dat je nergens een verband hebt gelegd tussen de rente, handelsbalans, begroting en de economische groei. Je maakt een observatie zonder causaliteit. Niet meer.
Desondanks ben ik het eens met je dat de lage rente-politiek niet werkt en dat nooit zal doen.
Maar een hogere rente gaat ook geen groei brengen.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanDe sectorale balansen moeten niet gehandhaafd blijven. Ze zijn een identiteit. Wat je bij de ene wegneemt, komt bij de andere bij, zonder meer.
Je scheen verbaasd over de situatie waarbij een tekort op de handelsbalans samen gaat met zen begrotingstekort, maar dat is normaal, door de automatische stabilisatoren van onze welvaartsstaat. Zelfde in Zwitserland (of Noorwegen of Nederland) waar een overschot op de handelsbalans een begrotingssurplus mogelijk maakt (daarom niet meteen ook wenselijk, cfr Bezemer).
Indien de overheid meer belastingen heft dan uitgaven doet, verarmen de gezinnen en bedrijven in nominale termen. Misschien dat je door productiviteitsstijgingen toch in dat geval een stijging van de welvaart hebt, is mogelijk (doch onwaaarschijnlijk). Dit wordt door MMT bevestigd waar ze analyse doet over de reële economie. Maar overheidsbesparingen hebben veelal een negatief effect op de productiviteit in een land, dus de begroting op orde hebben is niet meteen een reden tot groei, wel integendeel.
Bijkomend zegt MMT ook niet, zoals je denkt, dat de rente op 0% moet staan, maar enkel dat zonder open market operations de rente automatisch zakt naar 0 omdat de reserves niet uit het interbancair systeem kunnen en de rente drukken tot virtueel 0.
Ik zei al vroeger dat het pas mogelijk is iets te zeggen over MMT als je weet wat het inhoudt. De sectorale balansen zijn ouder dan MMT, en MMT zegt niet wat je moet doen als overheid (niet ideologisch) maar enkel wat er gebeurt wanneer je x of y doet en heeft veruit de beste voorspellingen op haar naam.
Arjan 7
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
ArjanDe USA en de UK krijgen nu de rekening gepresenteerd voor het jarenlang te weinig sparen. Die rekening moeten ze niet bij ons proberen neer te leggen. Deze landen zullen de tering naar de nering moeten zetten of m.a.w. hun reële inkomen per hoofd zal moeten dalen. en hun pensioenopbouw zal omhoog moeten. Bij een hoge lange reële rente gaat dat sneller dan bij een lage lange reële rente. Het omslagstelsel dat door de meeste Europese landen wordt gebruikt is op iets langere termijn volstrekt onvoldoende om de pensioenen op peil te houden. Het lange termijn beleid van Noord-Europa gekarakteriseerd door een hoge spaarquote (protestanten) blijkt nu al succesvoller dan het korte termijn beleid van de Angelsaksen en Zuid-Europa. Daarom is het onbegrijpelijk dat Nederland nog in de euro zit.
Arjan 7
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
ArjanArjan 7
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
ArjanArjan 7
Pieter JongejanMisschien moet u even zoeken wat de OECD daarover zegt.
Pieter Jongejan 7
ArjanW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanBinnen de euro is het een zero-sum game waar enkel Nederland en Duitsland winnaars zijn en de werkloosheid wordt geëxporteerd naar het zuiden.
Dat is winst voor ons, vooral onze bedrijven maar ook voor werkgelegenheid, zonder het risico dat we onze competitiviteit kwijtraken door een apprecierende munt, met dank aan de obsceen hoge werkloosheid in Spanje, Portugal, Griekenland, Italië, en zelfs Zuid-België.
Je hebt gelijk dat onze gepensioneerden lijden onder de lage rente, (hoewel de pensioenen ook anders zouden kunnen berekend worden want ze halen wel hoger rendement dan de rente op Nederlandse obligaties).
En ondertussen bouwen we verder aan onze welvaart met lage werkloosheid, lage rente op de overheidsschuld, en een lekker lage wisselkoers om de export hoog te houden.
En in het zuiden hebben ze 20% of hoger aan gemiste output, gedurende JAREN die nooit meer terugkomt.
Dat zie je als je alles in rekening neemt.
Er is wel iets meer aan de hand dan dat wij betalen voor het zuiden, zoals jij stelt.
Pieter Jongejan 7
W. Van Den BroeckW. Van Den Broeck 5
Pieter JongejanArjan 7
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
ArjanArjan 7
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
ArjanIn dit artikel wordt aandacht besteed aan het feit dat er door niet-financiële bedrijven minder in de reële economie wordt geïnvesteerd, terwijl er meer wordt geleend tegen een kunstmatig lage rente en dit geld niet gebruikt wordt om hun balans te versterken, maar om meer dividend uit te keren en zo hun beurskoers (en hun bonussen) omhoog te jagen. Door de hogere beurskoers wordt investeren in de reële economie nog onaantrekkelijker. De relatie met de recente overname pogingen bij een aantal grote meer conservatief opererende Nederlandse beursfondsen hoef ik u hopelijk niet uit te leggen.
Arjan 7
Pieter JongejanPieter Jongejan 7
ArjanOverheen gelezen? Om u voor te zijn wil ik hier nog aan toevoegen dat de besparingen van Nederlandse huishoudens recentelijk zijn gedaald in plaats van gestegen, omdat de Nederlandse huizenmarkt is opgeleefd door de kunstmatig lage rente van de ECB én de nog steeds bestaande hypotheekrenteaftrek. Nederland is het enige land in de Eurozone dat nog hypotheekrenteaftrek kent. DNB zou er in een tijd van globalisering goed aan doen om ook naar de ontwikkelingen in andere landen te kijken en wat beter te analyseren alvorens conclusies te trekken en daar het politieke klimaat mee te vergiftigen.
Arjan 7
Pieter JongejanIk kan me niet voorstellen dat u die stelling blijft verdedigen op basis van dit artikel.
Pieter Jongejan 7
ArjanIk ben het niet eens met de analyses van de FED economen en evenmin met die van DNB economen. De fundamentele oorzaak van de betalingsbalansonevenwichtigheden zie ik in de kunstmatig lage reële rente van de FED, die uitstraalt naar andere landen in de wereld.
De kunstmatig lage reële rente is in tegenstelling tot wat DNB beweert (zie bv de artikelen van De Haan) niet ongevaarlijk, zoals o.a. uit de recente overnamedreigingen blijkt. Ik ben het eens met de analyses van Claudio Borio van de Bank for Internatinal Settlements in zijn speech voor het Cato instituut, op 15 november 2015.getiteld"Revisiting three intellectual pillars of monetary policy received wisdom" Zijn interpretatie luidt: "Monetary policy has failed to lean against unsustainable financial booms. The booms and, in particular, subsequent busts have caused long-term economic damage. Policy has responded very aggressively and, above all, persistently to the bust, sowing the seeds of the next problem. Over time, this has imparted a downward bias to interest rates and an upward one on debt, as indicated by the steady rise in total debt-to-GDP ratios"
De kunstmatig lage rente heeft vervolgens gevolgen voor het investeringsgedrag van nonfinancial corporations en voor het spaargedrag van huishoudens in Westerse landen. De kunstmatig lage rente leidt niet tot hogere investeringen, maar juist tot lagere investeringen, waardoor de spaarquote van bedrijven toeneemt. Tegelijkertijd wordt er door huishoudens (vanwege lagere groei en lagere rente) meer gespaard voor de oude dag door wie dat kan. De lage inkomens hebben hiervoor geen financiële ruimte en zijn juist minder gaan sparen vanwege steeds hogere lasten, werkloosheid en/of een veel lager flexloon. Hierdoor zijn de onevenwichtigheden op de betalingsbalansen toegenomen.