Bord in een voortuin in de Bonairiaanse hoofdstad Kralendijk: 1863 slavernij afgeschaft; vrij van Nederland; nu helpen of (re)koloniseren; veel minder makamba’s (Papiamentu voor ‘witte overheersers’).

Bord in een voortuin in de Bonairiaanse hoofdstad Kralendijk: 1863 slavernij afgeschaft; vrij van Nederland; nu helpen of (re)koloniseren; veel minder makamba’s (Papiamentu voor ‘witte overheersers’). © Nikki Brands en Daniël van Kessel

Nederland houdt Caribische staatsburgers al twaalf jaar arm

Inwoners van Bonaire, Saba en Sint Eustatius zijn sinds 2010 Nederlandse staatsburgers. Ze blijken echter niet dezelfde rechten te hebben als Europese Nederlanders. Bijna de helft van de BES-eilanders leeft in armoede, omdat het minimumloon en de uitkeringen ver onder de armoedegrens liggen. Opeenvolgende kabinetten negeerden oproepen van de Eerste en Tweede Kamer, het College voor de Rechten van de Mens en de Nationale Ombudsman om dit te veranderen. De Bonairiaanse consumentenbond daagt de staat daarom voor de rechter.

0:00
Dit stuk in 1 minuut
  • In Caribisch Nederland is armoede wijdverspreid: ruim 40 procent van de inwoners leeft er onder de armoedegrens, tegenover 5 procent in Europees Nederland. Een belangrijke oorzaak van die armoede is dat de minimumlonen en uitkeringen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba (de BES-eilanden) veel te laag liggen. 
  • De BES-eilanden zijn sinds 2010 ‘bijzondere gemeenten’ van Nederland, maar Den Haag heeft, ondanks aandringen van het College voor de Rechten van de Mens, de Nationale Ombudsman en moties van Eerste en Tweede Kamerleden, weinig gedaan om de armoede aan te pakken. 
  • De Bonairiaanse consumentenbond Unkobon is er klaar mee en daagt de staat voor de rechter om een gelijkwaardige behandeling van burgers in Europees en Caribisch Nederland af te dwingen. 
  • Follow the Money reisde met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten naar Bonaire om de verhoudingen tussen Nederland en zijn bijzondere gemeenten te onderzoeken. 
  • Dit is de eerste publicatie in deze reeks.
Lees verder

Maatschappelijk werker ‘Albert’ rijdt met zijn pick-up over de onverharde weg in een buitenwijk van Kralendijk, de hoofdstad van Bonaire. Follow the Money mag een dag meekijken met zijn werk, want hij vindt het belangrijk om aan journalisten te laten zien hoe armoede op Bonaire eruitziet. Maar zijn echte naam geeft hij liever niet. Zijn collega’s kwamen in de problemen nadat ze met de media praatten. Niet iedereen is er blij mee als er in de Nederlandse pers een ander beeld van het eiland wordt geschetst dan dat van een onbezorgd tropisch vakantieoord.

‘Kijk,’ zegt Albert, gebarend naar de kleurrijke huizen in de straat. ‘Er zijn zoveel huizen die mooi geverfd zijn, ze zien er goed uit van buiten. Maar als je achter de voordeur komt, zie je hoeveel problemen zich er afspelen.’ Op Bonaire wonen ruim 20.000 mensen, van wie er meer dan 8.000 in armoede leven. De salarissen, uitkeringen en toeslagen liggen vele malen lager dan in Europees Nederland, terwijl boodschappen op het eiland gemiddeld 44 procent duurder zijn. 

‘Dit zijn nood- en crisiswoningen,’ zegt de maatschappelijk werker terwijl hij stopt bij een enkellaags gebouwtje met felblauw geschilderde muren. Hij springt uit de gekoelde cabine van zijn pick-up de vochtige, warme buitenlucht in en loopt naar de acht kleine appartementen. ‘Als mensen nergens anders meer terecht kunnen, dan mogen ze tijdelijk hier wonen. Er zijn in totaal zestien van zulke woningen op het eiland. Ze zijn altijd vol.’ 

De deur van een van de appartementen staat open, kinderen lopen in en uit. Een jonge vrouw, die vanwege haar kwetsbare situatie anoniem wil blijven, loopt naar de deuropening om Albert te begroeten. ‘We wonen hier met zes: mijn vier kinderen, mijn moeder en ik,’ vertelt ze. Het gezin leeft van 500 Amerikaanse dollar per maand, dat is de AOV-uitkering – de Caribische versie van de AOW, die in Europees Nederland 1261 euro bedraagt – die oma ontvangt.

Een groot probleem voor de BES-eilanden is dat opeenvolgende kabinetten, ondanks aandringen van de Eerste en Tweede Kamer, het College voor de Rechten van de Mens en de Nationale Ombudsman, het minimumloon en de uitkeringen nooit hebben gekoppeld aan de kosten van een minimaal bestaan. Dat is wel het geval in Europees Nederland: sinds het invoeren van de Bijstandswet in 1965 zijn de noodzakelijke kosten van levensonderhoud bepalend voor de hoogte van uitkeringen, toeslagen en minimumloon. 

Het gezin in de noodwoning kan van een uitkering bar weinig kopen. Het prijspeil op Bonaire ligt hoog: vrijwel alles moet er worden geïmporteerd. De haven heeft weinig capaciteit voor grote schepen, dus goederen worden eerst overgeslagen naar kleinere schepen in de haven van Curaçao. De beperkte aanvoercapaciteit komt steeds verder onder druk te staan door de bevolkingsgroei – 44 procent sinds 2011 – en het massatoerisme. Dat drijft de prijzen verder op. Ook het produceren van energie en het zuiveren van drinkwater zijn duur op het eiland, net als de verspreiding ervan.

Binnenkort moet de familie de noodwoning uit, vertelt de vrouw gelaten. Ze hebben nergens om heen te gaan: op Bonaire zijn maar 570 sociale huurwoningen, terwijl er grofweg 8000 mensen in armoede leven. Dit gezin staat al ruim tien jaar op de wachtlijst. ‘De mensen met een beter salaris krijgen de eerste keuze, want zij kunnen betalen,’ legt Albert uit. ‘De mensen van de woonstichting willen ook niet dat hun huizen bezet worden gehouden door mensen die niet kunnen betalen, of die telkens moeten vragen om een verlaging.’

Albert wijst naar de sociale woningen aan de overkant van de straat. ‘Zo’n huisje kost al 460 dollar.’ Onderstand – de BES-variant van de bijstand – en pensioen liggen rond de 650 dollar per maand, het minimumloon op 1045 dollar. ‘Dan blijft er niks over, terwijl ze nog water en elektra moeten betalen, moeten eten, schoolbenodigdheden moeten kopen.’ Een huis op de particuliere markt, die oververhit is geraakt door de rijke westerse immigranten, kunnen mensen met een uitkering al helemaal niet betalen. 

Nina den Heyer, eilandgedeputeerde

Zelf mogen we geen inkomenspolitiek bedrijven: ook als we miljoenen overhebben, mogen we die niet gebruiken om de uitkeringen aan te vullen

Eilandgedeputeerde Nina den Heyer (Samenleving en Zorg) zegt moedeloos te worden van de situatie: ‘Wij moeten al tien jaar hetzelfde verhaal herhalen over het ontbreken van een sociaal minimum. Zelf mogen we geen inkomenspolitiek bedrijven: zelfs als we miljoenen op de begroting over hebben, mogen we die niet gebruiken om de uitkeringen aan te vullen.’

De Nederlandse regering erkent het probleem, maar wil dit oplossen door de inkomens van minima langzaam te verbeteren. Voor de Bonairiaanse consumentenbond Unkobon is de maat vol: onder leiding van oprichter en oud-voorzitter Wietze Koopman wil de bond de Nederlandse staat voor het gerecht slepen om binnen een jaar een systeem zoals in Europees Nederland af te dwingen voor alle drie de BES-eilanden.

‘De grondwet en verdragen schrijven gelijke behandeling in gelijke gevallen voor, dus dat moet ook in Caribisch Nederland het geval zijn’

Advocaat Channa Samkalden van het Amsterdamse kantoor Prakken d’Oliveira vertegenwoordigt Unkobon: ‘In de grondwet en verschillende mensenrechtenverdragen is vastgelegd dat wie niet in zijn bestaan kan voorzien, recht heeft op bijstand van overheidswege. In Europees Nederland is dat zo ingericht dat burgers minimaal recht hebben op het sociaal minimum. De grondwet en verdragen schrijven ook gelijke behandeling in gelijke gevallen voor, dus dat moet ook in Caribisch Nederland het geval zijn.’ Unkobon heeft met Samkalden een ultimatum gesteld aan de minister voor Armoedebeleid, Carola Schouten (ChristenUnie): als zij niet snel concrete maatregelen treft, zullen ze de staat voor de civiele rechter dagen voor een ‘onrechtmatige daad’.

Sinds 2010 bij Nederland

De BES-eilanden vallen sinds 10 oktober 2010 onder het land Nederland. Op die dag –  ‘10-10’ in de volksmond – hield de Nederlandse Antillen op te bestaan, tot die tijd een apart land binnen het Koninkrijk der Nederlanden. 

Curaçao, Sint Maarten en Aruba werden op 10-10 drie aparte landen binnen het Nederlands Koninkrijk. Hun verhoudingen zijn vastgelegd in het ‘Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden’. Willem-Alexander is koning van alle vier de landen. Deze drie eilanden hebben een eigen democratie met parlementen, maar sommige zaken worden centraal geregeld. Bijvoorbeeld wie een Nederlands paspoort kan krijgen, maar ook defensie en grensbewaking zijn centraal geregeld. Die aangelegenheden liggen vast in ‘Rijkswetten’, waar voornamelijk Nederland zeggenschap over heeft.

Bonaire, Saba en Sint Eustatius werden op 10 oktober 2010 ‘openbare lichamen’ van Nederland, vergelijkbaar met gemeenten. Wel kennen de BES-eilanden aparte wetgeving, die wordt vastgesteld door de Nederlandse Eerste en Tweede kamer. De inwoners hebben de Nederlandse nationaliteit en mogen stemmen voor de Eerste en Tweede Kamer.

Lees verder Inklappen

Toen Bonaire, Saba en Sint Eustatius in 2010 bestuurlijk onderdeel werden van Nederland, drong in Den Haag langzaam het besef door dat men nu verantwoordelijk was voor eilanden waar veel armoede heerste. In 2012 schatte het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport dat ongeveer de helft van de Caribische Nederlanders op of onder het minimumloonniveau leefde. Daardoor kunnen mensen hun rekeningen niet meer betalen, ‘en ook komt het voor dat kinderen zonder eten naar school worden gestuurd,’ stond in het rapport.

Om in 2010 niet in één klap de complete Nederlandse wetgeving aan de eilanden op te leggen, werden aparte wetten geschreven, gebaseerd op die van de Nederlandse Antillen. Ook sprak Nederland af vijf jaar ‘legislatieve terughoudendheid’ te betrachten: in die periode zou Nederland zeer beperkt nieuwe wetgeving invoeren voor de eilanden. 

Eilandgedeputeerde Den Heyer zegt: ‘Sociale Zaken heeft dat aangegrepen als argument voor terughoudendheid op alle vlakken. Het was terecht geweest als ze zich juist hadden ingezet voor het verbeteren van de sociale zekerheid, want de situatie was gewoon bar slecht.’ De Algemene Rekenkamer tekende in 2011 al aan dat Nederland ook met de nieuwe landsdelen had afgesproken om die sociale zekerheid naar een ‘voor Nederland aanvaardbaar niveau’ te brengen. ‘Wat is dat niveau dan?’ vraagt Den Heyer zich hardop af.

Ze bekritiseert ook een ander argument van de regering: dat hogere uitkeringen een aanzuigende werking zouden hebben op bewoners van omliggende Caribische Eilanden. ‘Het Rijk is zelf belast met grensbewaking,’ zegt Den Heyer. ‘Om onderstand te krijgen moet je al vijf jaar ingeschreven zijn op het eiland. Als men niet wil dat mensen naar de eilanden komen om te “profiteren” van de sociale voorzieningen, kun je net als bij de onderstand voorwaarden inbouwen.’

‘De overheid is verantwoordelijk voor haar burgers en moet hen gelijkwaardig behandelen. Dat gebeurde niet, en dat was niet meer uit te leggen’

Om Den Haag te wijzen op het nog steeds aanwezige gapende gat tussen inkomsten en uitgaven, drong Unkobon samen met het Openbaar Lichaam Bonaire in 2014 aan op een onderzoek van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud). Weer waren de resultaten schrijnend: een medewerker met een fulltime baan tegen het minimuminkomen verdiende op de BES-eilanden destijds 800 dollar, terwijl inwoners volgens het Nibud maandelijks 1470 dollar nodig hadden om te overleven. 

Zowel de Eerste als Tweede Kamer dienden in 2016 moties in om een sociaal minimum op de BES-eilanden vast te laten stellen. Eerste Kamerlid Ruard Ganzevoort van GroenLinks zegt tegen Follow the Money: ‘De overheid is verantwoordelijk voor haar burgers en moet hen gelijkwaardig behandelen. Dat gebeurde niet, en dat was niet meer uit te leggen.’

‘Wat doe je als regering met moties die je niet zo goed uitkomen?’ vraagt Koopman van Unkobon retorisch. ‘Dan ga je onderzoek laten uitvoeren.’ De uitkomsten, die twee jaar op zich lieten wachten, verrasten inmiddels niemand meer: op Bonaire, veruit het grootste van de drie BES-eilanden, bleek ongeveer 40 procent van de huishoudens een inkomen te hebben dat lager is dan de kosten van levensonderhoud.

Stip aan de horizon 

Albert maakt de gevolgen daarvan dagelijks mee, vertelt hij terwijl hij zijn auto een weggetje met cactussen aan beide kanten oprijdt. Hij wijst naar een houten hutje, gebouwd op dor gras. ‘Hier woont een meneer zonder elektra, water, douche of toilet. Hij poept buiten in de bosjes en plast in een bak en gooit dat daarna weg. Hij is diabetisch en heeft daardoor pijn aan z’n voeten. Toch loopt hij iedere ochtend naar het buurthuis voor wat gratis eten en drinken.’ 

‘Mensen moeten samenwonen met ouders, grootouders, ooms en tantes om de huur op te kunnen hoesten. Dat is vragen om moeilijkheden’

Een stukje verderop stopt een langsfietsende man naast de auto, Albert opent zijn raampje. De man reikt hem een papiertje aan en fietst na een korte uitwisseling weer door. ‘Kijk, het is een aanmaning,’ zegt Albert. ‘450 dollar voor elektra, de vervaldatum is een maand geleden. Ik probeer in zo’n situatie een telefoontje te plegen om wat tijd te rekken, en een plan voor de betaling op te stellen. Hopelijk voorkom je dan deze meneer ook zonder elektriciteit komt te zitten.’ 

De hoge lasten brengen ook andere problemen met zich mee, legt Albert uit. ‘Mensen moeten samenwonen met ouders, grootouders, ooms en tantes om de huur op te kunnen hoesten. Dat is vragen om moeilijkheden.’ Onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau toonde in 2015 aan dat het noodgedwongen samenwonen van verschillende generaties op de BES-eilanden leidt tot meer spanningen, huiselijk geweld en incest. 

Het onderzoek dat de Eerste en Tweede Kamer gevraagd hadden, was bedoeld om een sociaal minimum vast te stellen. Maar toen onderzoeksbureau Regioplan in 2018 de resultaten bekendmaakte, liet het berekende bedrag ‘zich niet direct één op één vertalen in een sociaal minimum,’ reageerden de toenmalige staatssecretarissen Tamara van Ark (Sociale Zaken) en Raymond Knops (Koninkrijksrelaties). In plaats daarvan zouden ze het behandelen als een ‘theoretisch ijkpunt’ dat fungeert als ‘stip aan de horizon waar langs concrete stappen naar toe moet worden gewerkt’. 

Niets veranderd

Die stip aan de horizon heeft geen juridische status zoals het sociaal minimum in Europees Nederland en verplicht het kabinet niet tot het rechtstrijken van salarissen en uitkeringen.  Het kabinet beloofde vier jaar geleden wel de kloof op den duur te dichten door geleidelijke verhogingen van inkomens enerzijds en het verlagen van de kosten anderzijds. 

Zo zou de minister van Binnenlandse Zaken alternatieve mogelijkheden ‘bekijken’ om woonlasten te verlagen, meer voeding lokaal te produceren en de elektriciteitsvoorziening te vergroenen om de kosten te verlagen. Tweede Kamerlid Ronald van Raak (SP) was al meteen teleurgesteld over de aanpak van het kabinet, zei hij in een debat: ‘Deze Kamer heeft gevraagd om een sociaal minimum, de Eerste Kamer heeft erom gevraagd en dan moet de regering ook gewoon leveren.’ Hij diende een tweede motie in, die door de toenmalige regeringscoalitie werd weggestemd.

Koopman van Unkobon: ‘De houding was dus: we gaan kijken of we de kosten op termijn omlaag kunnen krijgen, maar laat die mensen tot dan maar in armoede leven. We zijn nu vier jaar verder en er is er niks veranderd.’ 

In 2021 lag het minimumloon nog steeds ruim dertig procent lager (950 dollar) dan wat een alleenstaande nodig heeft om te leven (1363 dollar), en tachtig procent lager dan een stel nodig heeft (1865 dollar), blijkt uit de meest recente voortgangsrapportage uit 2021 . De onderstand ligt nog veel lager: die bedroeg 522 euro voor een alleenstaande.

De beloofde verlaging van de kosten voor het levensonderhoud is ondertussen uitgebleven. Elektriciteit is op Bonaire duur, omdat het nog voor 70 tot 80 procent wordt opgewekt met diesel. Een plan om de energievoorziening radicaal te verduurzamen, dat het lokale Water- en Energiebedrijf Bonaire (WEB) in 2019 naar Den Haag stuurde, had de energiekosten voor huishoudens flink kunnen verlagen. Maar het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, dat in 2018 nog zei te willen zorgen voor een ‘betrouwbare, duurzame en betaalbare energievoorziening’, liet de subsidieaanvraag voor het plan van 40 miljoen euro eerst anderhalf jaar liggen, en wees die daarna af.

Ook beloofde het kabinet in 2018 in te zetten op lagere voedselprijzen, door landbouw op de eilanden te stimuleren. Behalve de melding in 2019 dat er op Bonaire schoolkassen (zoals je in Europees Nederland schooltuinen hebt) gebouwd werden met ‘aandacht voor’ de lokale productie van groente en fruit is er geen resultaat bekend. Verder probeert het kabinet Bonairianen ‘prijsbewust’ te maken door met Unkobon een prijsvergelijking tussen supermarkten te publiceren.

De kosten zijn in de tussentijd alleen maar gestegen. Tijdens de coronacrisis kenden de eilanden een lichte deflatie vanwege tijdelijke subsidies die de kosten voor elektriciteit, water en internet flink drukten. Die zijn per 1 januari dit jaar afgelopen, waarna de inflatie weer begon op te lopen. In het tweede kwartaal van 2022 lag die voor Bonaire op 9,4 procent.

Wensdenken

Maar het kabinet rekent ondertussen in zijn ‘theoretisch ijkpunt’ met cijfers die een te gunstig beeld van de werkelijkheid schetsen. Het houdt niet de realistische woonlasten van 600 dollar aan, maar gaat uit van sociale huurprijzen van rond de 300 dollar. Het overgrote deel van de armen betaalt vanwege het tekort aan sociale woningen echter gewoon de marktconforme prijs. 

Gedeputeerde Den Heyer: ‘Binnen de overheid van Bonaire beschouwen wij de kosten die Regioplan heeft berekend als het bestaansminimum, niet het fictieve ijkpunt van het kabinet. Want de kosten zijn nog helemaal niet gedaald.’ 

‘Als het kabinet niet wil doen wat de Eerste en Tweede Kamer zeggen, moeten de rechters het misschien maar doen’

Zelfs het bestaansminimum dat het kabinet naar beneden heeft bijgesteld, is voor Caribische Nederlanders in armoede nog ver weg: dat niveau probeert het huidige kabinet in 2025 te bereiken. ‘Hierbij moet wel gekeken worden naar de economische omstandigheden van dat moment en de draagkracht van de lokale economie,’ laten de ministeries van SZW en BZK desgevraagd weten. Ondertussen houdt het kabinet ‘de vinger aan de pols’.

Eerste Kamerlid Ganzevoort kan zes jaar na zijn motie om een sociaal minimum vast te stellen ‘niet anders dan concluderen dat er op het ministerie een structurele onwil is om het probleem op te lossen. Daarom denk ik dat de stap van Unkobon gaat helpen. Als het kabinet niet wil doen wat de Eerste en Tweede Kamer zeggen, moeten de rechters het misschien maar doen,’ zegt hij tegen Follow the Money.

Mensenrecht

‘Toen de BES-eilanden bij Nederland kwamen is er een nieuw artikel opgenomen in de grondwet,’ legt Unkobons advocaat Samkalden uit. ’Er mag onderscheid worden gemaakt als de specifieke situatie in Caribisch Nederland daarom vraagt. Unkobon zal ook niet betogen dat precies dezelfde wetten, regels en bedragen moeten gelden. Maar wel dat als Nederland bepaalde waarborgen geeft aan zijn onderdanen en grondrechten garandeert, dat die voor iedereen moeten gelden. Je kunt wel differentiëren, maar geen ongeoorloofd onderscheid maken.’

Hulpverlener Albert wil verandering zien. ‘Ik hoop dat wij het kunnen winnen, dat Unkobon het kan winnen. Zodat het sociaal minimum gelijk getrokken wordt. Maar een zaak tegen het Rijk, dat zal wel jaren duren.’ Albert blijft al zijn creativiteit gebruiken om met oplossingen te komen voor mensen die niet rondkomen. ‘Maar op een gegeven moment raakt de creativiteit op.’

Reactie ministeries

De ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Sociale Zaken en Werkgelegenheid erkennen in een gezamenlijke reactie op dit artikel dat de minimumlonen en -uitkeringen in Caribisch Nederland te laag liggen om te voorzien in de ‘te hoge’ kosten van levensonderhoud.

Wel reageren de ministeries dat een gelijkwaardig niveau van voorzieningen voor Caribisch Nederland ‘topprioriteit’ is van het huidige kabinet. Ze wijzen erop dat nieuwe maatregelen, zoals de compensatie voor hoge energielasten, ook voor de eilanden gelden. Ook tekenen ze aan dat het voornemen is om in deze kabinetsperiode een vorm van werkloosheidsuitkering in te voeren [deze kent Europees Nederland sinds 1952, red.] en een hogere kinderbijslag voor kinderen die intensieve zorg nodig hebben. 

Ook zegt het kabinet de komende jaren in te zetten op kostenverlagingen. ‘Bijvoorbeeld op het gebied van kinderopvang, wonen en telecom’.

‘Dit kabinet trekt structureel 30 miljoen euro extra uit voor Caribisch Nederland en een groot deel daarvan is bedoeld om de armoede aan te pakken.’ Dit kabinet heeft dan ook ‘meer dan ooit aandacht voor Caribisch Nederland,’ luidt de reactie.

Het doorbreken van de genoemde armoedeproblematiek is echter een ‘gezamenlijke opgave’, aldus de ministeries. ‘Niet alleen het Rijk maar ook de lokale overheid en de sociale partners hebben hier een rol in te spelen. Lokale overheden kunnen bijvoorbeeld gerichte inkomensondersteuning leveren via minimaregelingen [regelingen waarbij een lokale overheid sommige kosten voor een burger op zich kan nemen, red.].’ 

Lees verder Inklappen