Nieuwe patstelling dreigt na Spaanse verkiezingen

2 Connecties

Relaties

Spanje Verkiezingen
42 Bijdragen

Na de parlementsverkiezingen van vorig jaar december, die tot een politieke patstelling leidden, mochten de Spanjaarden gisteren weer stemmen. De uitslag wijkt echter niet veel af van de vorige. Wat nu? Voor de derde keer naar de stembus of kiezen de socialisten van de PSOE voor een moeizaam huwelijk met aartsrivaal Partido Popular?

De verwachtingen in Spanje waren hooggespannen: zou de patstelling van de vorige algemene verkiezingen doorbroken worden? Toen werd de rechtse Partido Popular (PP) van premier Mariano Rajoy de grootste, maar zonder een meerderheid van de stemmen te halen. Opiniepeilingen van de laatste weken voor de verkiezingen wezen erop dat die patstelling doorbroken zou worden. Niet ten gunste van de PP, maar voor het nieuwe linkse blok bestaande uit de jonge protestpartij Podemos van Pablo Iglesias en Izquierda Unida (verenigd links) van de marxist Alberto Garzón. Zij vormden samen de gelegenheidscombinatie Unidas Podemos.

Het is anders gelopen dan de opiniepeilers hadden voorspeld: de PP werd weer de grootste, met 137 zetels (+14), gevolgd door de PSOE (socialisten) met 85 zetels (-5). Pas op de derde plaats eindigde de combinatie Unidas Podemos met slechts 71 zetels (+2). De Ciudadanos (burgerij) van Albert Rivera eindigde met 32 zetels als vierde (-8).

Deze uitslag doorbreekt de patstelling niet, maar geeft de PSOE wel een sleutelpositie in handen. Slaat zij rechtsaf om met aartsrivaal PP te gaan regeren of linksaf met Iglesias en Garzón? Daarvoor is overigens nog wel de deelname van de Ciudadanos voor nodig, iets waarvan Spanje kenner John van Kampen tegenover FTM opmerkte: ‘dat doet Ciudadanos nooit’. Dat lijkt aannemelijk, want deze verkiezingen moesten worden gehouden omdat de drie partijen – Podemos, PSOE en Ciadadanos – er na de vorige niet in slaagden het eens te worden en een coalitie te vormen.

Deze uitslag doorbreekt de patstelling niet, maar geeft de PSOE wel een sleutelpositie in handen

Duidelijk is wel dat geen van de linkse combinaties een absolute meerderheid van 176 zetels haalt. Duidelijk is ook dat Pablo Iglesias niet de nieuwe premier van Spanje wordt, de grote vrees van de Europese Commissie (EC). De EC vreesde dat een Spanje onder leiding van Podemos de reeds ingevoerde en nog in te voeren hervormingen zou terugdraaien respectievelijk uitstellen.

Het Spaanse politieke landschap mag dan wel iets meer aan duidelijkheid gewonnen hebben na deze verkiezingen, het blijft ernstig verdeeld. De vraag rijst hoe het kan dat alle peilbureaus, zowel lokaal als internationaal, er zo naast hebben gezeten. Kwam het door de mogelijke invloed van de uitslag van het Brexit referendum, waardoor mensen wellicht conservatiever zouden stemmen dan zij anders gedaan zouden hebben? Volgens politiek commentator Yannis Koutsomitis had de Brexit er inderdaad mee te maken:

Maar redacteur Francisco Camas García van de Spaanse krant El Pais kwam met een andere mogelijke verklaring. Volgens hem had het Spaanse kiesstelsel er mee te maken. Het werd in 1977 aangepast (formeel bij wet bekrachtigd in 1985) na veertig jaar dictatuur onder voormalig generaal Franco. De regio’s Huesca en Guadalajara werden toen bevoordeeld ten koste van de regio’s Madrid en Barcelona. Garcia schrijft dat dit systeem van ‘proportionele vertegenwoordiging’ vooral goed uitpakt voor de twee grootste partijen: PP en PSOE, aangezien die traditioneel sterk vertegenwoordigd zijn op het platteland, en nadelig voor nieuwkomers als Podemos et al, die vooral in de grote steden en onder de jeugd stemmen trekken.

Zittend premier Rajoy claimde in een reactie de grote overwinnaar te zijn. ‘We hernemen het recht om te regeren,’ zo zei hij toen alle stemmen geteld waren. Toch zal het ook voor Rajoy niet eenvoudig zijn een coalitie te vormen. De premier verklaarde ‘met iedereen te gaan praten,’ maar zijn opties zijn beperkt. Alleen met de grote tegenstrever PSOE is een meerderheid te halen, maar die kans is volgens waarnemers niet erg groot. Een alternatief ‘over rechts’ is een coalitie met de Ciudadanos van Rivera, aangevuld met een of twee kleine splinterpartijtjes. De meeste commentatoren denken echter dat deze uitslag de patstelling in de Spaanse politiek niet heeft gewijzigd.

De premier verklaarde ‘met iedereen te gaan praten,’ maar zijn opties zijn beperkt

En ondanks het feit dat de Spaanse economie volgens officiële cijfers iets is verbeterd, met een groei van ruim 3 procent van het bbp, kampt het land nog altijd met een torenhoge werkloosheid, met name onder de jeugd. Ruim 20 procent van de Spaanse beroepsbevolking zit zonder werk, en de noodzaak tot het vormen van een stabiele regeringscoalitie die het land weer vooruit helpt is dus groot. Zittend premier Rajoy was optimistisch over het sluiten van een coalitie die kan rekenen op een meerderheid in het parlement. Hij zei eerder: ‘Mijn intuïtie vertelt me dat er geen derde verkiezing nodig is.’ De komende weken zal moeten blijken of de intuïtie van de premier juist is of dat driemaal scheepsrecht is.