Nieuwe wetenschap herhaalt de oude wijsheid: vet eten is gezond

6 Connecties
86 Bijdragen

Wat is verstandig om te eten en wat juist niet? Twee jaar onderzoek naar de nieuwste wetenschappelijke inzichten leverde journalist en auteur Daan de Wit een voor hem volstrekt onverwacht antwoord op - plus het besef dat we van de officiële adviezen om vet te laten staan juist dik en ziek worden. 'Weet wat je eet' heet het boek dat De Wit erover schreef. De komende tijd zal hij voor FTM een serie artikelen schrijven over wat je moet 'eten om gezond te worden en te blijven'.

Soms zijn dingen zo dichtbij dat je ze niet opmerkt. Voeding was er een van, voor mij. Terwijl ik mijn journalistieke pijlen richtte op boevenstreken ver weg, vertrouwde ik zelf volledig op onze overheid en de officiële adviezen met iets dat enorm invloed op me had en heeft: mijn eten. Toen dat begon te veranderen en voeding mijn interesse trok, trof ik geen duidelijke antwoorden, maar een en al verwarring. En nergens een onafhankelijk advies te bekennen: de een wil een dieet verkopen, de ander heeft een stapel gesponsorde recepten in de aanbieding en de derde is juist heel inhoudelijk, maar vertelt al dertig jaar hetzelfde en staat niet open voor nieuwe ontwikkelingen.

Kopgroep van wetenschappers

Wat ik zocht was iemand die met een open, onafhankelijke, journalistieke blik naar het onderwerp voeding zou kijken. Iemand die me hielp ondanks de vele bomen het bos weer te zien. Eerder onderzocht ik de voorbereidingen van een militair conflict met Iran en schreef ik, onder andere voor FTM, over de geheime contracten en experimentele vaccins bij de Mexicaanse griep. De onderzoekservaring die ik bij het werken aan de daaruit resulterende boeken heb opgedaan, heb ik nu ingezet voor een nieuw boek: Weet wat je eet. Schermafbeelding 2015-12-11 om 17.21.08 Tijdens mijn onderzoek identificeerde ik een kopgroep van wetenschappers, mensen die op het gebied van voeding voorop lopen bij de wetenschappelijke ontwikkelingen. Zij laten zien dat er twee cruciale bronnen zijn als het gaat over gezond eten en wat je beter laat staan als je gezondheid je lief is: de allernieuwste wetenschappelijke ontdekkingen en eeuwenoude ervaringskennis, opgedaan door geïsoleerde gezonde gemeenschappen. Wat bleek, was dat die twee bronnen elkaar bevestigen, maar ook dat de conclusies ervan vaak haaks staan op wat we denken te weten over gezonde voeding. Iemand die gezond eet, eet zoals z’n lichaam wil dat hij zou eten. Ons lichaam hunkert naar natuurlijke voeding, naar voldoende vitaminen, mineralen, vetten en eiwitten. Maar we komen tekort. Een van de oorzaken is dat we te veel eten van wat niet goed voor ons is, nota bene vaak op aanraden van onze overheden. Hierover later in dit artikel meer. Resultaat is van deze adviezen is dat we massaal dik en ziek worden. Daarbij gaan de winsten naar de fabrikanten, terwijl de kosten worden afgewend op de belastingbetaler, om over het persoonlijke leed nog maar te zwijgen. De kopgroep van wetenschappers die in mijn boek centraal staat, laat op basis van feiten zien hoe onze huidige kijk op voeding, die ons dus steeds dikker en zieker maakt, is gebaseerd op achterhaalde en gebrekkige wetenschap. In de hoofdstukken en paragrafen die ik er over schrijf zie je precies hoe en wanneer het mis ging, en vaak nog steeds mis gaat. Lezers vertellen me hoe het hen schokt om dit te ontdekken. Heel herkenbaar, want het was precies wat ik zelf ervaarde tijdens de research. Het constateren van wat er niet klopt is een ding, maar wat nu? Gelukkig is er een oplossing.

Oplossing: wetenschap en natuur

De oplossing is terug te keren naar naar de wetenschap en de natuur. In het boek wordt de natuur vertegenwoordigd door geïsoleerde gezonde volken die zo’n 75 jaar geleden werden bezocht door wetenschappers. De bezochte volken – van de Eskimo’s op de Noordpool tot de Maori's in Nieuw-Zeeland en veel daar tussenin –  leefden heel verschillend, maar hadden overeenkomstig dat zij grote hoeveelheden vetten, vitaminen en mineralen tot zich namen. Op die manier konden ze voldoen aan wat je 'de menselijke blauwdruk' kunt noemen: optimale gezondheid als gevolg van voldoende en kwalitatief-hoogwaardige voedingsstoffen. Wij kunnen veel van hen leren. En van recente wetenschappelijke ontwikkelingen. Die blijken te bevestigen wat de gezonde volken al duizenden jaren wisten, maar wat wij kennelijk vergeten zijn. We kunnen er voor kiezen terug te gaan naar de natuur en naar de wetenschap. Wat betekent dit in de praktijk? Gezond eten gaat niet over het zoveelste nieuwe dieet, wat wonderstofjes hier of een paar pilletjes daar. Gezond eten begint erbij te weten wat je eet. Als je dat doet, begrijp je wat je jezelf aandoet met onnatuurlijk geraffineerd eten en hoe je jezelf echt kunt voeden met de juiste, natuurlijke voeding. Op deze manier ontstaat de motivatie van binnenuit, ben je beter bestand tegen de verleidingen van de voedingsindustrie, creëer je als vanzelf een gezond eetpatroon en kunnen alle voedselgoeroe’s en dieetboeken die een beroep doen op onze wilskracht de deur uit. Door te weten wat je eet ben je in staat je lichaam de keuzes te laten maken van wat er op tafel komt. Nu laat je je nog vaak leiden door je verslaving, je misleide verstand of waar je op dat moment trek in hebt. Door te weten wat je eet kies je meer en meer voor gezonder en natuurlijker voeding. Dus ben je niet meer bang voor verzadigd vet, omdat je weet dat het vol vitamines zit en je energie geeft, zonder dat je er dik van wordt. Je drinkt verwarmende bouillons, boordevol met wat goed voor je is, en je eet zuurkool en andere vormen van fermentatie. Ook omarm je de gezonde bacteriën weer, bijvoorbeeld door het drinken van rauwe melk, in plaats van ‘de dode stof’ uit de supermarkt, de benaming voor gepasteuriseerde melk door zowel boeren als wetenschappers die ik sprak. En vanzelf eet je steeds minder van wat je dik en ziek maakt, ook al ziet het er op het oog heel alledaags uit.

Enkele ontdekkingen uit Weet wat je eet

Hoe vat je een boek samen van 276 pagina’s dat nog een centimeter dikker was geweest als niet alle bronnen en extra hoofdstukken online waren gezet? Het is eigenlijk niet te doen, maar ik probeer het wel, met onderstaande punten: - Verzadigd vet is gezond, geeft energie en is goed voor de lijn. In tegenstelling tot wat je altijd is verteld zijn de snelle koolhydraten in bijvoorbeeld pasta, brood en suiker de dikmakers. - Je gebit leeft, geef het goed te eten. - Eten of voeding? Er is vaak een flink verschil tussen wat je op je bord ziet liggen en hoe je lichaam de voeding ervaart. - Een gezond gewicht begint in de keuken, niet in de sportschool. - Cholesterol, een lichaamseigen stof, is als de brandweer en komt de schade herstellen die ondermeer onze moderne voeding aanricht. Geef bij brand de brandweer niet de schuld. - Calorieën tellen is niet nodig als je gezond eet: je kunt zo veel eten als je wilt. En het smaakt nog goed ook. - Hoe mensaardig is plantaardig? Hangt er vanaf. Ook al hoor je steeds het tegenovergestelde, kokosolie is gezond, ook als je het verhit. De meeste andere plantaardige oliën niet. Pas dus bijvoorbeeld op met margarine: verstoort je omega-3-6-balans, met alle gevolgen van dien. - Laat je niet foppen - een frisdrankcalorie is voor je lichaam heel iets anders dan een broccoli-calorie. - Informeer je en ontdek met welk eten je jezelf iets aandoet en hoe je met goede voeding je lichaam ook daadwerkelijk kunt voeden. - Laat je lichaam je keuze in de supermarkt bepalen. Dat begint erbij dat je weet wat je eet. - Onze Westerse lichamen zijn chronisch lage-graad ontstoken, met alle gevolgen van dien voor lichaam en geest. - We zijn er niet bepaald op vooruitgegaan sinds we zo’n 10.000 jaar geleden zijn overgeschakeld op het boerenleven, met veel graan voor mens en dier. Maar daar is iets aan te doen. - ‘De toename van het gebruik van omega 6 in de laatste honderd jaar in de wereld kan worden beschouwd als een heel groot ongecontroleerd experiment, dat mogelijk bijdraagt aan maatschappelijke lasten als agressie, depressie en sterfte door hartziekten’. - Fructose werkt als een ‘vetschakelaar’. Handig voor dieren om dik te worden in de winter, minder handig voor ons. - Rauwe melk is natuurlijk en bevat omega 3, het gezonde CLA, de belangrijke vitaminen A, D en K en het levert gezonde vetten, eiwitten en koolhydraten. Al die elementen werken samen op een manier die de wetenschap nog niet helemaal begrijpt. Wat wel duidelijk is, is dat pasteurisatie en andere bewerkingen het samenspel verstoren. - ‘Bouillon gemaakt van beenderen helpt bij de vertering, is een helend elixer, zorgt voor een snel herstel van ziekte en na operaties, helpt bij pijn en ontstekingen, geeft meer energie door een betere vertering, biedt kracht aan sporters, vermindert de gevolgen van allergieën en versnelt het herstel van de ziekte van Crohn.’ - Fermentatie is een heel alledaagse vorm van een oeroude, natuurlijke manier om voeding te bewerken. Het fermentatieproces creëert vitaminen als B en K, foliumzuur, antioxidanten, omega-3-vetzuren, bevordert gunstige bacteriën en aminozuren en breekt bepaalde antinutriënten af. Omdat het bij journalistiek onderzoek uiteindelijk altijd neerkomt op bewijs, heb ik veel aandacht besteed aan de wetenschappelijke kant van het verhaal. Wat is de kwaliteit van het onderzoek waarop onze huidige officiële adviezen zijn gebaseerd en wat is de kwaliteit van wat daar tegenover staat? Tot mijn verbazing kwam ik er keer op keer achter dat een groot deel van onze kijk op voeding is gebaseerd op gebrekkige en achterhaalde wetenschap. Om aan duidelijkheid niets te wensen over te laten noem ik man en paard in mijn boek: de onderzoeken, de onderzoekers en de betrokken universiteiten of laboratoria. Meer daarover hieronder,  in het tweede deel van dit artikel. Daarin ga ik ook nader in op de achtergronden van bovenstaande lijst.

Wetenschappers: 'Verzadigd vet is gezond'

Over voeding en gezondheid bestaan veel verschillende meningen, maar over een ding zijn we het vaak snel eens: pas op voor verzadigd vet. Dat soort vet is immers een van de belangrijkste oorzaken van het feit dat we steeds dikker en zieker worden. Het is een gedachte waar nu, na lange tijd, verandering in begint te komen. Van al onze gedachten over voeding en gezondheid lijkt die over verzadigd vet het diepst verankerd. Het is een visie die ons zo bekend is dat we er eigenlijk niet eens meer over nadenken - we hebben 'm volkomen geïnternaliseerd. Nog voordat we op het idee komen even na te denken over vet eten en hoe het toch kan dat we er als een magneet naartoe worden getrokken en gezonde natuurvolken er zo gek op waren, worden we teruggefloten: ‘Let op vet!’ Het was de titel van een voorlichtingscampagne uit het begin van jaren negentig, die nog steeds z’n werk doet, nu als een stemmetje in ons hoofd. Maar niet bij iedereen. Er zijn enkele dissidente geesten en het interessante is dat zij zich baseren op grondig onderzoek. Steeds meer artsen zeggen op basis van de oudste kennis en de nieuwste wetenschap dat verzadigd vet juist gezond is. Zij behoren tot een kopgroep van wetenschappers die erop wijst dat onze huidige opvattingen over vet en hoe ons dat dik en ziek zou maken, zijn gestoeld op achterhaalde en gebrekkige kennis. Wat zijn hun argumenten? Zou het kunnen dat we het al ruim dertig jaar bij het verkeerde eind hebben?
kopgroep van wetenschappers  wijst erop dat onze opvatting over vet en hoe ons dat dik en ziek zou maken, gestoeld is op achterhaalde en gebrekkige kennis
Het broeit in de wetenschappelijke wereld. Het lijkt of na de schandalen in de katholieke kerk, de onthullingen van Edward Snowden over de afluisterpraktijken van onze overheden, het gesjoemel van de banken en de omkoop- en dopingaffaires in de sport niets meer heilig is. Verschillende diepverankerde visies op gezondheid worden aan een nader onderzoek onderworpen. Onderzoek naar onderzoek dus, door een kopgroep van wetenschappers. In mijn boek Weet wat je eet - Gezond eten op basis van de oudste kennis en de nieuwste wetenschap laat ik hen aan het woord. Zij hebben een andere, meer genuanceerde visie op cholesterol, kijken op basis van de feiten anders aan tegen het gebruik van margarines en plantaardige oliën (met uitzondering van kokosolie), zijn kritisch op het gebruik van suiker en vooral fructose, wijzen op de misleidende invloed van de industrie en laten zien hoe ons systeem van gezondheidszorg is ingericht op ziekte, in plaats van op gezondheid en preventie. Maar een van de opvallendste en interessantste visies die zij hebben ontwikkeld gaat over verzadigd vet. Verzadigd vet is gezond. Bijvoorbeeld omdat het vol zit met vetoplosbare vitamines. In Weet wat je eet wijd ik een van de tien hoofdstukken van het boek aan deze opmerkelijke visie en in dit artikel lees je er alvast iets meer over.
Een van de clips uit de campagne Let op vet van het Voedingscentrum, begin jaren negentig. De man in de video let op vet en doet zich daarom te goed aan brood en jus d’orange, suikerrijke voeding die het tegenovergestelde bereikt van wat de campagne beoogt. De horeca haakte in op de anti-reclames met de themamiddag ‘Let op vet, dat brengt omzet’.

‘Overheidscommissies laten onderzoek weg’

‘Verzadigd vet is terug’, zegt de Amerikaanse neuroloog David Perlmutter, wiens boek, dat dit onderwerp uitdiept, lange tijd de top-10 gezondheidsboeken van The New York Times aanvoerde. Hij staat niet alleen. Alleen al in dezelfde krant schrijft onderzoeksjournalist Gary Taubes al jaren artikelen met dezelfde boodschap. Ook vanuit Nederland zijn dissidente geluiden te horen. Bijvoorbeeld via het peer reviewed tijdschrift Nutrition, waarin de Nederlandse diëtist Robert Hoenselaar de vinger op zere plekken legt. Hij doet onderzoek naar bestaand onderzoek en concludeert over de overheidsadviezen: ‘De resultaten en conclusies van de adviescommissies over de consumptie van verzadigd vet in relatie tot hart-­ en vaatziekten komen niet overeen met de wetenschappelijke literatuur.’ Wat Hoenselaar ontdekte is dat deze situatie kan bestaan omdat de commissies ‘de overgrote meerderheid van het beschikbare onderzoek [hebben] weggelaten om tot een advisering te komen’. Als de commissies niet een deel, maar het geheel van de wetenschappelijke literatuur over verzadigd vet hadden gebruikt, waren zij niet tot de conclusie gekomen dat verzadigd vet zo’n groot risico betekent voor hart­- en vaatziekten.

‘Volkomen gemankeerd onderzoek’

Een belangrijke stap in de evolutie naar onze antipathie voor vet wordt al gezet in de jaren veertig van de vorige eeuw door de Amerikaanse onderzoeker Ancel Keys van de universiteit van Minnesota. Op reis in Engeland valt hem het grote aantal gevallen van hartziekten op. ‘Keys besloot dat verzadigd vet wel de oorzaak moest zijn. Hij zei dat voordat hij ook maar enig onderzoek had gedaan. En de vijftig jaar daaropvolgend probeerde hij aan te tonen dat hij gelijk had,’ zegt de Amerikaanse dr. Robert Lustig, die het werk van Keys bestudeerde. De invloed van Keys heeft er voor een belangrijk deel aan bijgedragen dat we minder vet en meer suiker zijn gaan eten. Over wat verder nog van invloed is geweest waardoor het zo mis heeft kunnen gaan met de kijk op gezondheid van onze Westerse overheden, lees je in Weet wat je eet. Maar om het verhaal over Keys af te maken, citeer ik hier de eerder genoemde voedingsjournalist Gary Taubes: ‘Ondanks de legendarische status van de Zevenlandenstudie [van Ancel Keys] is die volkomen gemankeerd, net als z’n eerdere onderzoek.’ Desondanks, en ondanks dat al in de jaren zestig en zeventig tientallen studies aantoonden dat hij ongelijk had, zet Keys voor een belangrijk deel de toon die tot op de dag van vandaag de muziek bepaalt. De website van het Nederlands Huisartsen Genootschap meldt: ‘Verzadigd vet vergroot de kans op hart-­ en vaatziekten. Eet daarom minder verzadigd vet en kies in plaats daarvan voor onverzadigd vet.’ Het Voedingscentrum helpt: ‘Als ezelsbruggetje geldt: verzadigd vet = verkeerd, onverzadigd vet = oké. Verzadigd vet is verkeerd omdat het de kans op hart-­ en vaatziekten vergroot. [...] Hoe minder verzadigd vet je eet, hoe beter. [...] Onverzadigd vet is oké, want het verlaagt het cholesterolgehalte in je bloed en verkleint daarmee het risico op hart-­ en vaatziekten.’ In 2014 besluit de Amerikaanse Mayo Clinic de wetenschappelijke basis voor dergelijke uitspraken aan een nader onderzoek te onderwerpen.

Klopt de de basisargumentatie wel?

Wat is de wetenschappelijke basis voor de officiële adviezen over verzadigd vet? De Amerikaanse Mayo Clinic wil het weten en geeft een groep onafhankelijke wetenschappers de opdracht het uit te zoeken. Zij geven aan de opdracht gehoor door drie essentiële bronnen te fileren. Het is een opmerkelijk onderzoek omdat het gaat over een visie op basis van hoog-aangeschreven bronnen waarover weinig discussie is: verzadigd vet is levensgevaarlijk, let op vet. Het project wordt geleid door een onafhankelijk onderzoeker die met zijn team rigoureus te werk gaat en ermee begint om aan te tonen dat de bronnen die aan de basis liggen van de huidige officiële aanbevelingen over verzadigd vet, gebaseerd op de aanbevelingen van de Amerikaanse Hartstichting uit 1982, ondeugdelijk zijn of ingehaald door recent onderzoek. De constatering is een stevige binnenkomer en al snel volgt een tweede uitdaging van de status quo als het team een wetenschappelijk artikel van zeventien internationaal leidende onderzoekers behandelt dat in 2010 de stand van zaken noteert over de kennis over verzadigd vet en hart- en vaatziekten. De argumenten die in het artikel worden aangehaald vallen iedere keer door de mand. Keer op keer worden ernstige gebreken geconstateerd: er zijn studies weggelaten, vier recente onderzoeken laten het tegenovergestelde zien, twaalf belangrijke cohortonderzoeken worden niet meegenomen, zaken worden selectief weergegeven, een meta-­analyse wordt niet genoemd terwijl er wel wordt verwezen naar een in feite triviaal resultaat van een deel van een onderzoek. Zonder deze gebreken waren de uitkomsten van het artikel wezenlijk anders geweest. Als derde en laatste punt kijken de professor en zijn team naar een rapport met de titel Vetten en vetzuren in de menselijke voeding – Rapport van een raadpleging van experts, in 2010 gepubliceerd door de Wereldgezondheidsorganisatie en de Voedsel-­ en Landbouworganisatie van de VN. Wie alleen al de kaft ziet, kan niet anders dan onder de indruk zijn. Offciëler dan dit wordt het niet; iedereen die op dit vlak wil weten hoe het zit, zal dit rapport erbij pakken en ernaar verwijzen. Maar ook hier weer soortgelijke problemen: claims die niet worden gestaafd door de feiten. In een video op de website van de Mayo Clinic die het onderzoek begeleidt, geeft de onderzoeksleider op de typerende ontspannen toon van een wetenschapper uitleg en adviseert hij overheden de onderzoeksresultaten die hij en zijn team presenteren ter harte te nemen en de officiële aanbevelingen aan te passen: stop met het vervangen van verzadigd vet door onverzadigd vet en snelle koolhydraten. Het is een serieus pleidooi op basis van de best mogelijke argumenten. Maar veel lijkt er sindsdien niet te zijn veranderd.
'Stop met het vervangen van verzadigd vet door onverzadigd vet en snelle koolhydraten'
Een van de problemen die hoogleraar en zijn team ontdekken, is het door elkaar halen van feiten. Dat is niet iets van het verleden, het gebeurt nog steeds. Wie online op zoek gaat naar advies over voeding, komt al snel deze opsomming van het Voedingscentrum tegen, waarin verzadigd vet op een hoop wordt gegooid met allerlei kunstmatige en plantaardige vetten: ‘volvette kaas (48+), worst, vet vlees, volle melk-producten, koek, gebak, snacks en zoutjes’. De Hartstichting doet iets soortgelijks als het margarine in één adem noemt met roomboter. Maar het natuurlijke verzadigde vet in roomboter, kaas, vlees en melk is toch echt iets anders dan het vet in koekjes of snacks, die vaak vol transvetten zitten, of margarine, dat naast een kleine hoeveelheid transvetten ook omega 6 bevat, waar een mens al snel te veel van binnen krijgt. Ook de Gezondheidsraad veegt vetten bij elkaar en stelt in een advies aan de minister ‘dat een vermindering van de consumptie van verzadigde en transvetzuren in Nederland van groot belang is voor de volksgezondheid’.

‘Officieel advies doet risico op hart- en vaatziekten toenemen’

In oktober 2013 is er nieuws. Het goed aangeschreven medische tijdschrift British Medical Journal komt met een opzienbarend artikel van de Londense cardioloog Aseem Malhotra. De kop luidt: Verzadigd vet is niet het grootste probleem. Malhotra was al bekend van zijn items over gezondheid voor BBC Newsnight en artikelen voor ondermeer The Guardian, maar nu hij in het BMJ schrijft, gaat zijn verhaal de hele wereld over.
'Het wordt tijd dat we een einde maken aan de schade die de voedingsadviezen hebben toegebracht in de vorm van obesitas'
Wat hem betreft wordt een einde gemaakt aan de mantra rond het gevaar van verzadigd vet dat ‘al bijna vier decennia de voedingsadviezen domineert. Wetenschappelijk bewijs laat zien dat dit advies, paradoxaal genoeg, de risico’s op hart­ en vaatziekten heeft doen toenemen.’ En: ‘Het wordt tijd dat we de mythe over de rol van verzadigd vet bij hartziekten doorbreken en een einde maken aan de schade die de voedingsadviezen hebben toegebracht in de vorm van obesitas,’ zegt dr. Malhotra streng.

Bekentenis nodig: ‘We hadden het mis’

In maart 2014 wordt de blik van het grotere publiek wat verruimd als de media berichten over onderzoek van de universiteit van Cambridge: ‘Geen link te vinden tussen verzadigd vet en hartziekten’ kopt de Britse krant The Telegraph. Volgens de onderzoekers kloppen de offciële adviezen niet meer. De krant citeert dr. James DiNicolantonio van het New Yorkse Ithaca College die zegt dat niet verzadigd vet, maar suikers verantwoordelijk zijn voor hart-­ en vaatziekten. Hij hoopt dat mensen weer ‘echt voedsel’ gaan eten. De eerder genoemde dr. Malhotra haakt daarop in door te zeggen dat het voornamelijk de overconsumptie van geproduceerd voedsel is, die de oorzaak is van de toenemende last op de schouders van onze maatschappij door chronische ziekten. DiNicolantonio wil dat er een publiekscampagne komt waarin een bekentenis centraal staat: ‘We hadden het mis.’ Nota bene de voormalig directeur van het Amerikaanse College voor Cardiologie, de arts Sylvan Lee Weinberg, zal het met hem eens zijn. In het tijdschrift van het college schrijft Weinberg, al in 2004: ‘Het laag-­vet­, hoog-­koolhydratendieet, zoals gepromoot door het Nationale Cholesterol-educatieprogramma, de landelijke Gezondheidsinstituten, de Amerikaanse Hartstichting en [...] de voedselpiramide, hebben mogelijk een onbedoelde rol gespeeld bij de huidige epidemie van obesitas, hoog cholesterol, type 2-­diabetes en het metaboolsyndroom. Dit dieet kan niet langer worden verdedigd door een beroep te doen op de autoriteit van prestigieuze medische organisaties of door het afwijzen van de praktijkervaring en de medische literatuur.’

Nieuwe richtlijnen

De andere kijk op verzadigd vet waarover wordt gesproken door de kopgroep van wetenschappers die centraal staan in Weet wat je eet, wordt langzaam maar zeker in bredere kring opgepikt. Dat blijkt bijvoorbeeld als medio 2015 bekend wordt hoe de nieuwe voedingsrichtlijnen van de Amerikaanse overheid er naar alle waarschijnlijkheid uit komen te zien. Verwacht wordt dat die later dat jaar worden vastgesteld, met alle gevolgen van dien, mede omdat er door andere landen, zoals het onze, goed naar wordt gekeken. De aanbevelingen voor de richtlijnen krijgen een opgestoken duim van twee leden van de kopgroep, de in het boek genoemde Harvard-hoogleraren Dariush Mozaffarian en David Ludwig. Hun sympathie komt voort uit het feit dat verzadigd vet uit het verdachtenbankje wordt gehaald. Ze zijn er blij mee omdat het er nooit in had mogen worden gezet. Tot de tevredenheid van beide auteurs geven de nieuwe verwachte richtlijnen geen limiet aan voor het gebruik van verzadigd vet. Dat is gunstig omdat het voorkomt dat producenten, bereiders en gebruikers van voeding dan niet meer genoodzaakt zijn uit te wijken naar alternatieven, bijvoorbeeld in de hoek van de snelle koolhydraten. Mozaffarian en Ludwig verwachten dat, zodra de richtlijnen worden geïmplementeerd, het voedingsbeleid zich weer zal kunnen concentreren op de belangrijke taak van het voorkomen van chronische ziekten als gevolg van verkeerde voeding. Waar verzadigd vet dus niet bij hoort, en wel, menen de auteurs, ‘toegevoegde suikers en geraffineerde graanproducten’.

Afvallen van vet eten

Professor Grant Schofield van de universiteit van Auckland, Nieuw­ Zeeland, deed ook onderzoek naar verzadigd vet en voegde uiteindelijk de daad bij het woord. Hij eet tegenwoordig heel anders dan voor zijn onderzoek. Hij legt nu de nadruk op vet, afkomstig uit bijvoorbeeld vlees, vis, kaas, onverhitte olijfolie, noten en zaden. Hij gaat daarbij iets verder dan ik, hij haalt tachtig procent van zijn energie uit vet. Wat ik van vet eten ondermeer heb gemerkt is dat ik er van ben afgevallen: vet eten verzadigt namelijk snel waardoor je er niet van overeet en geeft energie waar je lang op brandt, wat tevens maakt dat je niet snel weer trek hebt. Het vette eten van Schofield is het gevolg van onderzoek dat hij deed op twee eilanden ten Westen van Fiji: ‘Het ene eiland leeft van echt voedsel, het andere op de goedkoopste energie die er beschikbaar is: geraffineerde koolhydraten. Als je nou ooit eens zelf het bewijs wil zien van de schade die geraffineerde koolhydraten aanrichten, ga dan eens naar die twee eilanden, dan kun je het zelf zien.’ Schofield heeft twintig jaar lang de reguliere visie op voeding en gezondheid uitgedragen. Nu hij beseft dat hij het bij het verkeerde eind had, is hij daar eerlijk over en hoopt hij dat ook zijn collega’s hun kennis updaten: ‘In de voedingswetenschap, net als in alle andere wetenschap, moeten we bereid zijn van gedachten te veranderen op basis van de feiten.’ Er valt veel meer te vertellen over verzadigd vet. Je kunt er over lezen in het hoofdstuk dat ik er over heb geschreven in Weet wat je eet - Gezond eten op basis van de oudste kennis en de nieuwste wetenschap. Een ander hoofdstuk in dit boek gaat over cholesterol en laat zien hoe een genuanceerder visie daarop een nieuw licht werpt op dit belangrijke onderwerp. Het hoofdstuk is voor mij het startpunt van een dossier op Follow the Money over cholesterol. Wordt vervolgd, dus. Binnenkort kun je de eerste artikelen verwachten die deel zullen worden van dit dossier.