In dit dossier onderzoeken we hoe vervuilende stoffen in de bodem terechtkomen, wie hier verantwoordelijk voor is en wie voor de kosten van sanering opdraait. Lees meer

Asbest, niet-biologisch afbreekbare PFAS, giftige metalen en andere schadelijke stoffen hopen zich op in onze grond en ons drinkwater. Voor veel gemeentes is verontreinigde grond een dure erfenis uit het verleden. Maar voor anderen kleeft aan diezelfde grond soms een lucratief verdienmodel.

In dit dossier onderzoeken wij hoe vervuilende stoffen in de bodem terechtkomen, wie hier verantwoordelijk voor is en wie voor de kosten van sanering opdraait.

41 artikelen

© Katja Fred

Overheid vervuilt manege en laat de burger met de bagger zitten

Manegehouder Yohn MacDonald bestelde schone grond en kreeg vuile geleverd. Mag, zegt de overheid, want hier is een uitzondering op de regel dat zij grond niet vuiler mag achterlaten, gerechtvaardigd. Een milieudelict, stelt MacDonald, gepleegd door een overheid. Te midden van deze juridische strijd gaat de manege bijna ten onder.

0:00
Dit stuk in 1 minuut

Waar gaat dit over?

  • Manegehouder Yohn MacDonald krijgt een partij asbesthoudende bagger op zijn terrein gestort en dreigt daardoor failliet te gaan. 

  • De overheid ziet het, laat het toe en gebruikt de mazen in de wet om haar verantwoordelijkheden af te schuiven op MacDonald.

  • Uit gelekte mails blijkt hoe een commerciële toezichthouder, in opdracht van een overheid, een aannemer voorstelt een ernstig milieudelict te begaan. 

  • ‘Ontoelaatbaar, onacceptabel, woorden schieten tekort. Als een toezichthouder van de provincie hierbij betrokken was, moet dit tot de bodem worden uitgezocht. Anders verliest de overheid zijn geloofwaardigheid.’ Dat zegt Ton Diepeveen, voormalig toezichthouder milieuwetgeving. 

  • Dit is één van de vele verontrustende signalen die Spit, Follow the Money en Zembla tegenkomen in hun onderzoek naar vervuilde grond.

  • Vanavond in Zembla hoe handhaving en controle op het storten van bagger ernstig tekortschiet en hoe regelgeving met voeten wordt getreden. 

  • Zaterdag op Follow the Money het verhaal over de Meeslouwerplas. Een natuurplas waarin met medeweten van de toezichthouder een illegale lading arseenhoudende bagger werd gestort.

Waarom moet ik dit lezen?

  • Bodemwetgeving beschermt in theorie de Nederlandse bodem en wateren tegen vervuiling. In de praktijk gebeurt regelmatig het tegenovergestelde. 

  • Lagere overheden nemen geen verantwoordelijkheid, het toezicht faalt en partijen die de wet overtreden, komen ermee weg.

Hoe heeft Follow the Money dit onderzoek uitgevoerd?

Lees verder

‘Uitkijken met inademen, de grond hier is vervuild met asbest!,’ waarschuwt Yohn  Lesly MacDonald terwijl een zacht briesje wat droge aarde in kleine stofwolkjes de lucht in blaast. De manegehouder staat naast een berg ingedroogde bagger op een stuk land dat grenst aan de Ringvaart van de Haarlemmermeer. MacDonald is de eigenaar van natuurmanege Rusthof. ‘In 2013 bestonden we vijftig jaar, nu staan we op het randje van een faillissement. Geen ouder stuurt zijn kind hier nog naartoe. Ik kan ze geen ongelijk geven,’ zegt MacDonald terwijl hij de stukjes asbest in het weiland aanwijst.

De ramen van het krap bemeten kantoortje naast de paardenstallen zijn deels beplakt met krantenartikelen over de asbestzaak. Koppen als ‘Manege Rusthof gedupeerd met bergen asbest’, ‘Bloedgeld zit in de zakken van anderen’ liegen er niet om. Aan de muren hangen oude foto’s van vroegere ponykampen. Hier en daar slingert een beduimeld foldertje rond. Herinneringen aan de gloriedagen van de manege. 

MacDonald is achter zijn bureautafel gekropen, met voor zich de dik gevulde ordners over de asbestzaak. Terwijl een pauw nieuwsgierig naar binnen tippelt, begint MacDonald zijn verhaal. ‘In 2012 moest het lager gelegen gedeelte van onze manege vanwege overstromingsproblemen worden opgehoogd. Daarvoor had ik grond nodig. Zo kwam ik in contact met Grondbank G. de Bruyn Oudewater, die een hoop bagger uit de Ringvaart kon leveren.’ Schone grond, beloofde de aannemer. Zo schoon als de bodem die hier lag, en dat was natuurterrein,’ zegt MacDonald. ‘Dat heb ik contractueel laten vastleggen.’ 

Paarden lopen op natuurmanege Rusthof zoveel mogelijk buiten. Foto: Mira Sys

Als in 2013 plots mannen in witte pakken op zijn terrein rondlopen omdat er asbest tussen de bagger is gevonden, gaat MacDonald met dat contract naar Grondbank, om die te wijzen op de ondertekende afspraken. Maar De Bruyn beweert dat de grond schoon is, met dank aan de Nederlandse bodemwetgeving. Juridisch is de grond ‘schoon’, want er zit minder asbest in dan de maximaal toegestane waarde. Van saneren op kosten van De Bruyn kan daarom geen sprake zijn.

Na de ‘nee’ van De Bruyn stapte MacDonald naar de autoriteiten. In Nederland geldt het ‘standstill’-principe: er mag geen grond worden gestort die vuiler is dan de grond die er al ligt. Gebeurt dat toch, dan is er sprake van een milieudelict en moet het toezichthoudend gezag ingrijpen. Maar dat doen de toezichthouders niet. ‘Integendeel: de verantwoordelijke overheden bleken de deal tussen mij en De Bruyn juist te hebben aangemoedigd,’ zegt MacDonald vol ongeloof.

Dossier

Meer Gore Grond? Meld je aan voor de gids

Grond van dubieuze komaf, financiële belangen van gemeenten en gebrek aan transparantie vanuit de provincies. In deze gids komen enkele casussen aan bod en de actoren achter de vele duizenden locaties met vervuilde grond in Nederland.

Volg nu het dossier 'Gore Grond in je Gemeente' en je krijgt de gids waarin we je meenemen door dit dossier.

Hoe werkt een gids?
- je krijgt vijf artikelen 
- een nieuw verhaal per dag
- elke dag voor het ontbijt in je mailbox!

Volg het dossier en start de gids

Bodem mag niet slechter

Waarom moedigt de overheid een deal aan die een natuurterrein vervuilt? Dat druist namelijk in tegen het standstill-principe. De verklaring zit in de uitzonderingen op dit principe. Bij het verondiepen van plassen en bij het ‘op de kant zetten’ van bagger mag de gestorte grond wel vuiler zijn dan de grond die er al ligt. Omdat het manegeterrein grenst aan de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder, waar de bagger uit komt, is het bagger op de kant, is de redenering, en dat is volgens de uitzondering op het principe toegestaan. 

‘Normaal gesproken mag grond van kwaliteitsklasse industrie niet zomaar worden toegepast op een landbouwperceel of in een bos. Dat soort grond mag alleen in ongevoelige gebieden zoals bedrijfsterreinen worden hergebruikt,’ stelt Marnix Mosselman. Zijn bedrijf Marmos Bodemmanagement is gespecialiseerd in bodemkwaliteitskaarten. ‘Bovendien moet de ontvangende bodem dan al in klasse industrie vallen. Overheden gebruiken mijn kaarten om dat in lokaal beleid verder uit te werken.’  

Bagger op de kant zetten is verreweg de goedkoopste manier om watergangen diep te houden

Mosselman pakt een foto uit zijn archief en legt die voor hem op tafel. ‘Kijk, hier zie je de bagger op een hoopje aan de kant van een slootje liggen. Zo wordt al eeuwen bagger ‘op de kant gezet’. Het idee is nu: omdat daar al honderden jaren wordt gebaggerd, zal de grond naast de vaargeul wel dezelfde kwaliteit hebben als de grond in de vaargeul. Het ‘op de kant zetten’ is verreweg de goedkoopste manier om watergangen op diepte te houden. Dat laatste is belangrijk om droge voeten te houden en daarom gelden hiervoor ruimere normen. Zolang tests niet uitwijzen dat de bagger een risico vormt voor mens en milieu, mag die op de kant.’ 

6 hectare op de kant

Voor asbest geldt dat er gemiddeld 100 milligram in een kilo bagger mag zitten. En waar bagger tot 2008 nog tot maximaal 10 meter vanaf de oever mocht worden verspreid, kan dat nu over het hele stuk land dat grenst aan de waterweg. In het geval van manegehouder MacDonald gaat dat over een stuk land van wel 6 hectare. 

De bagger hoeft ook niet meer letterlijk ernaast op de kant te worden gezet. Zolang het stuk land maar ergens aan de te baggeren waterweg grenst, laat de wet het in principe toe. Dat kan soms tientallen kilometers verderop zijn. Bij MacDonald kwam de bagger van 6 kilometer verderop. Plaatselijke overheden dienen daar verantwoordelijke keuzes in te maken. Maar om bagger op de kant te zetten, moeten overheden wel toestemming krijgen van de eigenaar van de grond. 

Als bagger niet op de kant kan, omdat er geen plek is, of omdat er bijvoorbeeld te veel asbest in zit, moet die veilig worden afgevoerd. En dat is duur. Het verschil tussen verspreiden en afvoeren is al snel tientallen miljoenen euro's. Voor deze extra kostenpost draait in beginsel de overheid op.

Kostenpost van 2 miljoen

Om de Ringvaart van de Haarlemmermeer bevaarbaar en op diepte te houden, moest deze in 2010 hoognodig worden uitgebaggerd. Een taak voor de Provincie Noord-Holland en het Hoogheemraadschap van Rijnland, die samen op basis van de Economisch Meest Voordelige Inschrijving (EMVI) de opdracht uitschreven. 

De aannemerscombinatie die de opdracht won, nam zelf weer een onderaannemer in de arm, die op zijn beurt Grondbank de Bruyn inschakelde. Zo schoof de aansprakelijkheid voor de bagger ook door. 

De provincie draagt een dubbele pet: ze moet het milieu schoonhouden en de Ringvaart uitbaggeren

Hoe ingewikkeld die constructie is, bleek toen MacDonald wilde procederen. Eerste halte: Grondbank de Bruyn. ‘In het contract met De Bruyn staat dat de grond zo schoon zou zijn als de bodem van mijn terrein,’ zegt MacDonald. Aannemer De Bruyn betwist dat. Maar zelfs de huisadvocaat van de provincie gaf al toe dat MacDonald op basis van zijn contract een zaak heeft. ‘Als ik ga procederen en de rechtszaak win, moet Grondbank de Bruyn de rommel opruimen, een kostenpost van een geschatte 2 miljoen euro. Het is maar een kleine aannemer, dus die zal zich dan failliet laten verklaren, waardoor mijn problemen alleen maar groter worden. De vuile bagger blijft liggen en ik blijf achter met een gepeperde rekening van de advocaat, die ik toch al niet kan betalen.’

Daarom richt MacDonald zijn pijlen op de provincie. De provincie had de bagger laten onderzoeken. Uit dat onderzoek kwam naar voren dat het om schone (asbestvrije) grond zou gaan. Daar gingen De Bruyn en MacDonald van uit. ‘Maar nu geeft de provincie niet thuis. De provincie draagt hier een dubbele pet: ze is verantwoordelijk voor het schoonhouden van het milieu, maar ook voor de kosten van het uitbaggeren van de Ringvaart.’ Ofwel: de overheid opereert hier als de slager die zijn eigen vlees keurt. MacDonald kan het niet begrijpen: ‘Het lijkt op een hele nare droom. Je staat tegenover een overheid, maar ik heb het gevoel dat ik te maken heb met een criminele organisatie.’

‘Bodemonderzoek is altijd een steekproef’ 

In het statige provinciehuis van Noord-Holland aan de Paviljoenslaan in Haarlem neemt gedeputeerde Adnan Tekin (PvdA) plaats achter de ovale tafel in zijn kantoor. Tekin, een forse man in confectiepak, kijkt vanachter getinte brillenglazen toe hoe een ambtenaar uitlegt waarom de provincie niets kan doen voor MacDonald. ‘Voordat we de bagger uit de Ringvaart hebben gehaald, is die onderzocht. Daaruit bleek niet dat er asbest in zat. Dat werd pas duidelijk nadat die op het manegeterrein lag. Bodemonderzoek is strikt geregeld in Nederland, maar het zijn altijd steekproeven. Als er lokaal iets ligt, kom je dat niet altijd tegen in het waterbodemonderzoek. Dat kan altijd misgaan. Zeker hier, want het ging om 60 kilometer ringvaart. Daarom is het belangrijk om tijdens de uitvoering ook visueel te blijven onderzoeken. Dat is hier ook gebeurd. Er is asbest geconstateerd. Maar de hoeveelheid bleek niet zo hoog dat die volgens de wet moest worden weggehaald.’

Gedeputeerde Adnan Tekin

Het hele terrein saneren, voert te ver. We hebben ook te maken met precedentwerking

‘MacDonald is in een slechte film beland,’ zoveel wil gedeputeerde Tekin wel toegeven. ‘Ik voelde het als mijn taak hem te helpen. We hebben aangeboden juridische bijstand voor hem te regelen. Dat aanbod heeft MacDonald afgewezen, omdat hij vindt dat de provincie mede-verantwoordelijk is voor het werk dat aannemer De Bruyn in opdracht van MacDonald heeft uitgevoerd. Maar hij heeft een civielrechtelijke overeenkomst met De Bruyn. Daar kan ik mij niet mee bemoeien. Een contract is de eigen verantwoordelijkheid van de burger. De provincie heeft een overeenkomst met de aannemerscombinatie en de Bruyn is een onderaannemer van de onderaannemer van onze contractpartij. Er bestaat dus geen contractuele relatie tussen de provincie en de firma De Bruyn.’ 

Wanneer het gesprek een wending neemt naar de verantwoordelijkheid voor het milieu van de provincie, zucht Tekin een keer, kijkt op zijn horloge, en vervolgt: ‘Natuurlijk is de provincie ook verantwoordelijk voor het schoonhouden van het milieu. Maar we kunnen alleen ingrijpen als de wet daar ruimte toe biedt. Dat is hier niet het geval. Maar ik vond dat ik naar de familie toe een plicht had. Daarom heb ik aangeboden dat ik naar buiten toe wilde communiceren dat het terrein volgens de GGD gewoon veilig is voor kinderen, die kunnen daar gewoon paardrijden. Asbesthoudende grond is alleen gevaarlijk voor kinderen wanneer er heel intensief contact is met de bodem. Zandbak op school. Zand op de handjes, handjes in de mond. Verder hebben we, om hem tegemoet te komen, de ergste asbesthaarden weggehaald. Maar het hele terrein saneren, dat voert te ver. We hebben ook te maken met precedentwerking.' Ofwel: wanneer de provincie MacDonald helpt, vreest Tekin dat overal in het land partijen waar soortgelijke dingen spelen, hun hand op zullen steken.

Eigen interpretatie aan de voorwaarden

Jaarlijks wordt er 6 à 8 miljoen kubieke meter bagger uit het water gehaald. Veel daarvan wordt op de kant gezet. Volgens de Vereniging van Waterbouwers, een grote werkgevers- en ondernemersorganisatie voor aannemers in de waterbouw, levert dat niet alleen bij MacDonald problemen op. ‘Uit de praktijk komen signalen dat er gebruik wordt gemaakt van weilanddepots voor baggerspecie waarbij niet wordt voldaan aan het Besluit Bodemkwaliteit. Het lokale bevoegde gezag en de regionale milieudiensten blijken een eigen interpretatie te geven aan de voorwaarden voor weilanddepots.’ Dat schaadt niet alleen het milieu, maar ook de positie van bedrijven en opdrachtgevers die zich wel aan de regels houden, meldt de vereniging op haar website.

Een enkele keer bereikt zo’n misstand de rechtbank. Zoals in Voorschoten. Of in Baarn waar de Raad van State de gemeente Baarn en de provincie Utrecht terugfloot nadat zij 30.000 ton vervuilde bagger vol zware metalen illegaal op een weiland hadden laten storten. De kosten voor het saneren van de grond kwamen echter voor rekening van de aannemers. Dezelfde aannemers die betrokken zijn bij de zaak van MacDonald.

Meer dan alleen asbest

‘Asbest is niet het enige waar manegehouder MacDonald zich zorgen om moet maken,’ zegt Eric de Zeeuw. De Zeeuw werkt  al dertig jaar in de bodemsaneringen en is als fractieleider van Groenlinks Heemstede betrokken bij de zaak. ‘MacDonald belde mij een aantal jaren geleden omdat het water in zijn sloot wit was uitgeslagen. Ik ben er toen op mijn fietsje naartoe gegaan, heb wat foto’s gemaakt en heb uitgezocht wat de oorzaak zou kunnen zijn. Een zwavelbacterie, was mijn conclusie. De zwavelbacterie kan vanuit de verspreide bagger via het regenwater in de sloot terechtkomen. De paarden van de manege drinken daaruit, dat lijkt mij uitermate ongezond. Die sloten hebben weer verbinding met de Ringvaart, waar die zwavelbacterie vissterfte kan veroorzaken.’ 

Net als veel andere bodemdeskundigen is De Zeeuw niet overtuigd van de kwaliteit van de onderzoeksprotocollen zoals de wet die voorschrijft. ‘Er worden uit een stuk watergang van 500 meter tien steekjes genomen. Die worden in een emmertje gegooid, gemengd en opgestuurd naar het lab. Zo’n steekproef werkt misschien voor een slootje, maar je moet je afvragen of het voldoende is voor een ringvaart omgeven door industrie en voor weilanden als die van de manege.’  

‘In zo’n Ringvaart kunnen allerlei schadelijke stoffen zitten,’ legt De Zeeuw uit. ‘Zo kwam in 2008 met bluswater vanuit Schiphol het kankerverwekkende PFOS in de Ringvaart terecht.’ Dat stofje is niet onderzocht bij het steekproef-bodemonderzoek. 

‘Op ieder waterbodemonderzoek kan een second opinion worden aangevraagd. Maar dan moet de te onderzoeken stof wel op de lijst van verboden producten staan. Bij zwavel is dat bijvoorbeeld niet het geval, die mag gewoon in de bagger zitten. PFOS staat wel op die lijst.  Maar daar wordt alleen een tweede onderzoek naar gedaan wanneer er een duidelijke aanwijzing is dat er iets aan de hand is. Ik heb een aanvullend onderzoek aangevraagd, maar de omgevingsdienst kwam tot de conclusie dat daar geen aanleiding voor was.’ 

Niet onderzoeken op PFOS zou, als het aan staatssecretaris Infrastructuur en Milieu Stientje van Veldhoven ligt, ondenkbaar zijn. Zij heeft in een voorlopige richtlijn gesteld dat vanaf oktober 2019 alle grond die vrijkomt bij (bagger)werkzaamheden verplicht wordt onderzocht op de groep stoffen waartoe ook PFOS behoort. En dat is niet voor niets. Toxicologen zijn ongerust dat het stofje in de voedselketen terechtkomt, want onderzoek wijst uit dat vaccinaties daardoor bij kinderen minder effectief werken, waardoor een deel van de kinderen kwetsbaarder is voor kinderziektes. Als PFOS eenmaal in de bodem zit, is het er enorm lastig uit te krijgen. Omdat veel bagger op aangrenzende percelen wordt verwerkt, is de kans groot dat veel PFOS op agrarisch land terecht is gekomen.

Lees verder Inklappen

Mensen in witte pakken

In het kantoortje van manege Rusthof komen twee verhuisdozen vol documenten over de Heemsteedse asbestzaak op tafel. In een serie werkverslagen wordt de voortgang van het baggeren van de Ringvaart besproken. Op een transportbon staat dat er verdachte bagger naar het manegeterrein is vervoerd. Op foto’s zijn grote platen asbest, uit de Ringvaart gevist, te zien. 

Volgens de informant die de documenten verzamelde, maar verder anoniem wenst te blijven, is het kraakhelder. ‘Het bodemonderzoek én het contract gingen ervan uit dat de grond asbestvrij zou zijn. De bagger op het terrein van MacDonald moet dus worden weggehaald, op kosten van de provincie en het hoogheemraadschap. Het manegeterrein is gebruikt als goedkope stortplaats. De bagger die daar is terechtgekomen, had veilig moeten worden opgeslagen in de Slufter in Rotterdam. Maar dat kost in plaats van een tientje per kuub, honderd euro of meer. Dat werd blijkbaar te duur. Dus is er gezegd: gooi het op die weilanden. En nu het daar ligt, verschuilt de provincie zich achter een juridisch frame. Dat het om het ‘op de kant zetten’ van bagger gaat. En dat er dus industriële grond mag liggen, waar 100 milligram asbest per kilogram in mag zitten.’ 

Er kwam nog wel een second opinion, om er zeker van te zijn dat de asbest de grens van 100 milligram niet zou overschrijden. Dat onderzoek toonde aan dat de hoeveelheid asbest netjes onder de toegestane 100-milligramwaarde bleef. De bagger mocht dus blijven liggen. 

‘Ook met dat onderzoek is iets aan de hand,’ zegt MacDonald. Hij frommelt vanachter zijn bureau een paar fotokopieën tevoorschijn met daarop twee mensen in witte pakken en een emmertje. ‘Die liepen vlak na de baggerstort ineens op mijn terrein asbest te rapen,’ zegt hij. ‘De aannemer heeft de grootste asbeststukken eruit gehaald, zodat de waardes onder de 100 milligram zouden blijven.’ 

Ook de toezichthouder, omgevingsdienst IJmond, vond dat ‘handpicken’ een merkwaardige oplossing.

Heel even leek het alsof de problemen voor MacDonald voorbij waren. In het voorjaar van 2016 droeg de toezichthouder de provincie op de bagger op te ruimen: 

Omdat direct na het aantreffen van de asbestverontreiniging niet direct de juiste maatregelen zijn genomen die redelijkerwijs genomen moesten worden (er is o.a. eerst handpicking geweest, waardoor niet vaststaat dat de bagger vanaf het begin af aan voldeed aan de Rbk). 

De provincie (opdrachtgever, financierder en bestuurder van de omgevingsdienst) was het niet eens met deze lezing. Welke argumenten de provincie precies gebruikt om de omgevingsdienst te overtuigen, is onduidelijk. Vast staat dat de omgevingsdienst daarna van gedachten veranderde en besloot dat er niets aan de hand was met de bagger. In een notitie van 27 juli 2017 tekent het op:

De opgebrachte baggerspecie voldoet aan alle daarvoor geldende wettelijke kwaliteitsnormen. Derhalve is er door opdrachtgevende partijen geen overtreding begaan.

Verdwenen mails

In het kantoor van de omgevingsdienst IJmond in Beverwijk print de jurist de resultaten van het Wob-verzoek uit. Hamvraag van dat verzoek naar aanleiding van de plotselinge ommezwaai van de omgevingsdienst: met welke argumenten heeft de provincie de omgevingsdienst kunnen overtuigen? 

‘Dat kan ik u niet vertellen,’ zegt de Wob-ambtenaar. ‘De mails waar dat in zou kunnen staan, zijn om ICT-redenen gedeletet. Een selectie van de documenten die u heeft aangevraagd, kan ik u opsturen.' 

De provincie komt wel met een verklaring voor de draai van de omgevingsdienst: ‘Onze toezichthouder heeft de hoeveelheid asbest die toen is opgeraapt gewogen. Dat was zo weinig dat het geen invloed kan hebben gehad op de gemiddelde hoeveelheid bagger.'  

Blijven er twee vragen over. Hoe is de asbest op het terrein terechtgekomen? En hoe weten we dat het klopt wat de provincie beweert: dat er inderdaad maar een kleine hoeveelheid asbest is opgeraapt net na de baggerstort?

Raap het uit, zeef het en dek het af

Het toezicht op het terrein van MacDonald werd gedaan door een commercieel adviesbureau, ingehuurd door het Hoogheemraadschap en de provincie. Zo’n bedrijf zorgt dat alles volgens de regels verloopt, controleert hoeveel asbest er is opgeraapt tijdens een handpicking en checkt of de bagger op papier dezelfde is als de bagger die op het terrein is gestort. 

Een mailconversatie in handen van Spit zet grote vraagtekens bij die private toezichthouder. Spit, Follow the Money en Zembla trekken de mails na en krijgen die door drie verschillende bronnen bevestigd. 

Toezichthouder tegen baggeraar

Breng het maar gewoon weg en doe maar of je neus bloedt

Eén daarvan is de projectleider van de baggeraar die tijdens het baggeren de asbest was tegengekomen, daar melding van maakte bij de toezichthouder, maar vervolgens een wel heel opmerkelijke reactie kreeg. In Zembla zegt hij: ‘We kregen een voorstel [van de toezichthouder] van joh: raap het (de asbest, red.) er een beetje uit, zeef het een beetje en dek het af met bagger uit een ander vak met vergelijkbare kwaliteit, en voer het dan af naar Gameren. Ik dacht toen: zo werken we niet. Dat was een toezichthouder die werd ingehuurd door de provincie. Die zei: breng het maar gewoon weg en doe maar of je neus bloedt.’

De mailconversatie

Op 3 april 2013 mailt die toezichthouder de projectleider van een baggeraar: 

Nu de baggerwerkzaamheden in G24 zijn gestaakt zal de xxx naar het Aarkanaal verplaatst worden om hier verder te baggeren. Op dit moment zit nog een kleine hoeveelheid (100 m3) in beun van de xxx. Ik stel voor om deze partij nog naar Gameren af te voeren. Het verschilt namelijk niet van het materiaal dat al is afgevoerd. Wel stel ik voor om eventueel nog eens over de zeef te verwerken om eventuele stukken asbest eruit te filteren. Het slib dan afvoeren met materiaal uit OR16. Hiermee wil ik voorkomen dan onnodig stagnatie uren van de xxx optreden. Graag z.s.m. in gang zetten.

Stagnatie-uren vandaag zijn dan:

Van 07:00 tot 12:00 uur xxx

En van 08:00 tot 19:00 uur xxx

Mee eens?

De projectleider van de baggeraar reageert geschokt en mailt terug:

Heren,

Ik neem deze mail even ter kennisgeving aan..

Aangezien ik net de hele middag bij de milieupolitie heb gezeten, lijkt het me niet wenselijk om met bagger te gaan varen waarin wij de stukken asbest bovenop zien liggen.

Daarnaast is duidelijk aangegeven in de bouwvergadering dat de opdrachtgever wenst te werken conform wet en regelgeving.

Dit schip, deze lading en de rest van G24 is mijn inziens asbest verdacht en dient als zodanig te worden onderzocht.

xxx en xxx als jullie dit anders zien hoor ik graag jullie reactie.

De directeur van de (inmiddels failliete) baggeraar grijpt in en mailt de provincie Zuid-Holland (de opdrachtgever in dit baggerproject):

Verzonden: donderdag 4 april 2013 15:26

Zie zojuist onderstaande mail voorbijkomen, waarin wordt gevraagd om maar even asbest te gaan sorteren, en dit vervolgens af te dekken met baggerspecie uit een ander vak ??

Bij deze verzoeken wij u als opdrachtgever om u hier VOLLEDIG van te distantiëren, en maatregelen te nemen tegen de betreffende persoon en de directie UAV, die het met deze handelswijze eens is, en er actief aan meewerkt.

Wij als vennoten van de xxx geven u hiervoor de tijd tot morgenvroeg 11.00 uur.

Mocht u hieraan niet voldoen, dan doen wij aangifte bij de (milieu) politie, wegens het aanzetten tot het plegen van een misdrijf, waarbij ook nog eens gedreigd wordt met non betaling van opgelopen stagnatiekosten!!

Zie hiervoor diverse andere mails, onder andere met betrekking tot het depot aan de Kortsteekterweg.

 Laat voor eens en altijd duidelijk zijn, dat asbest in de baggerspecie een probleem is van de opdrachtgever, die zijn voorbereiding niet op orde heeft, en nooit en te nimmer van de opdrachtnemer !!!

xxxx heeft ervoor gekozen om, ondanks dringend advies vooraf van de opdrachtgever, geen asbestonderzoek uit te voeren.

Dat ze nu proberen om hun eigen straatje schoon te vegen is nog veel kwalijker, en daar willen wij zeker niet de dupe van worden , laat staan aan meewerken !!!

Wij begrijpen dat deze mail hard aan zal komen, maar indien u er blijk van geeft om geen actie te ondernemen, zullen wij het , naast het doen van aangifte, ook hogerop zoeken binnen uw organisatie als opdrachtgever.

Hier is sprake van ontoelaatbaar ernstig plichtsverzuim, het riekt zelfs naar chantage.

Vanwege de ernst van de situatie hebben wij gemeend om iedereen die (direct) betrokken is bij dit project, mee te nemen in de CC.

In een reactie laat het toezichthoudende bedrijf weten dat de ‘suggestie’ uiteindelijk niet is uitgevoerd. ‘De partij is op 8/4/2013 door een onafhankelijk bureau op asbest bemonsterd en op basis van die resultaten naar een stortplaats afgevoerd als asbesthoudende baggerspecie.’ 

De toenmalige medewerker van van het toezichthoudende bedrijf betreurt het de suggestie te hebben gedaan. ‘Achteraf gezien was dit misschien een te pragmatische opstelling die ik bij nader inzien niet zo had moeten doen. Maar ik dacht oprecht dat het binnen de grenzen van het toelaatbare viel. Ik werp mij ver van de suggestie, dat ik doelbewust asbesthoudend slib zou laten afdekken en storten in een plas.’ 

Slecht toezicht

Misbruik, fraude of creatief omgaan met wetgeving: voor MacDonald maakt het weinig verschil. Hij had schone grond besteld en dreigt nu failliet te gaan omdat zijn natuurterrein is veranderd in een industrieterrein met plaatjes asbest. Aannemers en overheden komen er mee weg, omdat het een dossier vol vraagtekens blijft. Is er illegaal asbesthoudende bagger gestort? Hoeveel asbest zat er aanvankelijk in de bagger? Was de draai van de omgevingsdienst terecht of niet? Niemand die het helemaal weet. 

Dat komt doordat het toezicht op deze grondstromen ver beneden de maat is, zeggen meerdere bronnen. ‘Als het op papier maar klopt, is een gevleugelde uitspraak in deze wereld,’ zegt een anonieme bron uit de bodemwereld zelf. ‘Het is gewoon wanbeleid in de bagger- en waterbouwwereld. Bij weilanddepots is er altijd trammelant. Overheden nemen hun verantwoordelijkheid niet. Die zijn vooral geïnteresseerd in goedkoop aanbesteden,’ besluit de informant.

Ton Diepeveen, forensisch onderzoeker en voormalig toezichthouder milieuwetgeving bekeek deze en andere casussen die Spit, Follow the Money en Zembla onderzochten en onderschrijft de bevindingen van onze informant. ‘Het is keer op keer een tekortkoming in het houden van goed toezicht. Achter de feiten aanlopen is het gevolg, met dit keer een burger/ondernemer die zwaar de dupe is.’ Tegenover Zembla reageert hij verbolgen over de staat van de controle bij grondverzet. ‘Geen hond die hier iets controleert. Je bent volledig afhankelijk van goodwill en vertrouwen. En je weet zelf: de eerste keer ben je zenuwachtig, de tweede keer al wat minder en vanaf de derde keer wordt het een gewoonte, want de pakkans is toch minimaal. En dan heb je het lek een keer boven en ben je zo’n misstand op het spoor en dan ben je afhankelijk van bestuur. Durven die in te grijpen of hebben die slappe knieën en zijn ze bang voor schadeclaims van zo’n bedrijf?’ 

Dat laatste is meestal het geval, blijkt uit ons volgende verhaal over de Meeslouwerplas, een natuurplas waarin met medeweten van de toezichthouder een illegale lading arseenhoudende bagger werd gestort. Dat artikel verschijnt zaterdag. 

Vanavond onthult Zembla hoe handhaving en controle op het storten van bagger ernstig tekortschiet en hoe regelgeving met voeten wordt getreden.