
Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de vraag of Nederlandse bedrijven beschermd moeten worden tegen vijandige overnames. In aanloop naar een longread die zaterdag 8 juli op Follow the Money verschijnt over het toenemende protectionisme in Nederland spraken we met Hans Schenk, hoogleraar en lid van de SER. In hoeverre moeten we ‘onze’ bedrijven beschermen?
Hans Schenk is hoogleraar economie aan de Universiteit Utrecht en voorzitter van de Commissie Herziening Fusiegedragsregels van de SER. Hij houdt zich al ruim 30 jaar bezig met fusies en overnames: inmiddels is hij bij zo’n 50 fusies persoonlijk betrokken geweest. Al die jaren haalde de politiek de schouders op over zijn bevindingen: gemiddeld 75 procent van de overnames mislukt. Als bedrijven dat nu eenmaal graag willen, dan moeten ze het maar doen ook, zo leek de heersende opinie in Den Haag.
Na de overnamestrijd van AkzoNobel en eerder de gestrande poging van Heinz om Unilever over te nemen, is het debat over het beschermen van Nederlandse bedrijven tegen vijandige overnames namelijk weer opgelaaid. Bij veel mensen leeft het idee dat Nederland zijn ondernemingen daar slecht tegen beschermt.
Gemiddeld 75 procent van de overnames mislukt
En nu klinken de ideeën van Schenk wél door: Demissionair minister Henk Kamp van Economische Zaken gaat woensdag met de Tweede Kamer in debat over de vraag of het wenselijk is om Nederlandse bedrijven tegen vijandige overnames te beschermen. In aanloop naar een longread over bedrijfsovernames en industriepolitiek die komende zaterdag verschijnt, sprak FTM met de hoogleraar over het toenemende protectionisme in Nederland.
Schenk, die als econometrist en bedrijfskundige is opgeleid, kwam voor het eerst in aanraking met overnames toen het familiebedrijf, een bouwmaterialenhandel in Maastricht, verkocht moest worden. Hij leidde het bedrijf vijf jaar; uiteindelijk werd de handel verkocht aan een bedrijf uit Nijmegen. Intussen was hem opgevallen dat fusies en overnames door geen enkel programma aan een Nederlandse universiteit werden gedoceerd, dus besloot hij dat zelf te gaan ontwikkelen.
We horen ondernemers uit het bedrijfsleven zeggen: ‘Schenk is een academicus, in de praktijk gaat het er heel anders aan toe.’ Ergert u dat?
‘Jazeker! Wetenschap is natuurlijk niet ‘ook maar een mening’, zoals Trump het wel heeft verwoord. Ons onderzoek brengt gewoon in kaart wat bedrijven meemaken, en het zou goed voor die ondernemers zijn als ze eens verder zouden kijken dan hun neus lang is. Bovendien ben ik persoonlijk bij genoeg overnames betrokken geweest, als adviseur of als commissaris, om te kunnen bevestigen dat ons onderzoek dat het overgrote deel van de fusies mislukt klopt met de praktijk.’
U bent er heel stellig in: het merendeel van de fusies en overnames mislukt, waar blijkt dat dan uit?
‘We hebben tientallen jaren lang robuuste kennis opgebouwd. In 1992 was ons eerste, grote empirische onderzoek klaar. Daarna zijn er nog zo’n 100 serieuze studies gedaan in de VS, Europa en een aantal in Japan. Ze komen bijna allemaal tot dezelfde conclusie: tussen de 65 en 85 procent van de fusies mislukt. Dat betekent dat de meerderheid van de fusies niets toevoegen, sterker nog: er wordt waardevernietigd. Dat wil natuurlijk niemand horen. Deze conclusies zijn heel erg lang ontkend.’
‘Het is toch uiteindelijk wat de gek er voor geeft’
Schenk vindt het veelzeggend dat nu er enkele Nederlandse bedrijven op de korrel worden genomen, er beschermingsvoorstellen op tafel komen die nog niet lang geleden te vuur en te zwaard bestreden werden: ‘Dat suggereert op zijn minst enig opportunisme in plaats van serieuze aandacht voor wetenschappelijke modellen. Die worden als ze niet goed uitkomen vaak betiteld als producten uit de ivoren toren.’
Wat is de onderliggende methode: hoe meet je of er waarde verloren is gegaan?
‘We kijken hoe de beurskoersen reageren van bedrijven die hebben aangekondigd een overname te gaan doen. Die koersontwikkeling vergelijken we met wat er met de beurskoers zou zijn gebeurd als het bedrijf zich gewoon had doorontwikkeld, alsof er geen bod was gedaan. Om dit laatste te schatten kijken we naar soortgelijke bedrijven uit de sector die geen overname hebben gedaan.
‘Maar aandeelhouderswaarde is perceptie-waarde. Het is toch uiteindelijk wat de gek er voor geeft. Je kunt ook de reële waarde meten. Dat is enorm veel werk. Je moet in jaarrekeningen duiken om te zien wat het rendement van een bedrijf is. Massa’s studenten hebben dat gedaan, en wat blijkt: ook die reële waarde-berekeningen liepen parallel met de modellen die de aandeelhouderswaarde berekenen. Ook hier weer dezelfde conclusie: gemiddeld zo’n 75 procent van de fusies creëert geen waarde, en zo’n 25 procent daarvan vernietigt deze zelfs.’
"In de laatste fusiegolf hebben VS en Europa samen 12.000 miljard dollar besteed"
Dus we zouden helemaal geen overnames meer moeten doen?
‘Ik wil niet zeggen dat alle overnames en fusies slecht zijn. Het gaat mij vooral om grote, beursgenoteerde bedrijven die grote impact kunnen hebben op de economie. In de laatste fusiegolf hebben VS en Europa samen 12.000 miljard dollar besteed. Laten we zeggen dat de helft niet goed besteed is, dan ben ik nog aan de milde kant. Dat is een verlies van 6.000 miljard dollar. Dat is zo’n groot bedrag dat het tot 1 procent verlies van je BBP zou kunnen leiden vanaf het moment dat bedrijven gaan proberen de overnamekneusjes te absorberen.
‘Dat kan net genoeg zijn om een economie in een recessie te storten. Je kan op papier een bedrijf miljarden waard vinden. Als dat niet uitkomt moet iemand in de reële economie het verlies nemen. Een bedrijf dat een veel te dure overname heeft gedaan moet reorganiseren en mensen ontslaan.
‘Er zijn ook onderzoeken gedaan naar de effecten op innovatie etcetera. Dan blijven bedrijven die overnemen ook achter bij vergelijkbare bedrijven die niet overnemen. Ten eerste wordt er minder geïnvesteerd in R&D, en je ziet dat die bedrijven minder patenten registreren. Want na een te dure overname ga je bezuinigen. En welke kostenposten neem je als eerst? Kosten die pas op lange termijn renderen, zoals R&D.’
Er zijn toch ook overnames die lukken?
‘Fusies en overnames gaan in golven. De eerste die we hebben kunnen meten was aan het einde van de negentiende eeuw. Eind jaren ‘90 was de vijfde. Toen die implodeerde, zaten we met de dotcom-crash. We zitten nu in de zevende. In zo’n golf zijn dan ineens tien keer zoveel fusies als daarvoor.
‘Je zou een bedenktijd van een jaar moeten inlassen; dan haal je de overnamekoorts uit de markt’
‘De overnames die aan het begin van zo’n fusiegolf gedaan worden zijn vaak nog wel de moeite waard. Die creëren waarde. Maar al snel duikelt iedereen over elkaar heen. In het eerste jaar van de fusiegolf is de premie 30 procent op de beurskoers. Later in de golf wordt het zo’n 50 of wel 70 procent. Je kunt je afvragen of sowieso een bedrag boven de beurskoers niet betekent dat je teveel betaalt. Maar 70 procent premie verdien je nooit meer terug. Daarom zou je een bedenktijd van een jaar moeten inlassen. Dan haal je de besmetting, de overnamekoorts, uit de markt.’
Maar het is toch aan aandeelhouders zelf om te beslissen of ze de overname een goede zet vinden? En als het tegenvalt moeten ze maar op de blaren zitten?
‘Er ontstaat in zo’n fusiegolf een overheersende strategische logica waarbij de economische logica niet meer telt. Je kunt het je als directie ook veroorloven: de aandeelhouders betalen wel. Zeventig procent van de acquisities wordt betaald in aandelen. Gaat het fout, dan draait de aandeelhouder er voor op. Kan die het niet dragen? Dan draaien de belastingbetaler en de maatschappij er wel voor op.
‘Zo’n foute overname raakt veel meer mensen dan alleen de aandeelhouders en het bedrijf zelf. Kijk maar naar wat er is gebeurd bij ABN Amro. Het is de hijgerigheid waar ik zo tegen ageer. Die CEO’s die niet achter durven te blijven bij anderen en de verkeerde beslissingen nemen.’
Minister Henk Kamp van Economische Zaken wil dat Nederlandse bedrijven beter beschermd worden tegen overnamepogingen vanuit het buitenland. Hij stelt onder andere een wettelijk geregelde bedenktijd van een jaar voor in een brief aan de Tweede Kamer. Bedrijven mogen zich in die periode beraden over de reactie op een overnamebod. Is het voorstel van minister Kamp goed genoeg?
‘Er is kritiek dat het begrip ‘vijandige overname’ in het voorstel niet is gedefinieerd. Ik zeg het nog anders: als je weet dat de kans heel groot is dat een overname sowieso mislukt, maakt het niet zoveel uit of het bod vijandig is of niet. Ik heb het niet over al die kleine bedrijven. Die hebben niet zo’n impact op de economie als het fout gaat. Maar die grote wel.
‘Ik leg de grens bij overnames vanaf pakweg 500 miljoen euro. Die zou je moeten voorleggen aan een toetsingscommissie die kijkt naar het breder maatschappelijk belang. De directie moet aan de toetsingscommissie uitleggen hoe al die mooie schaalvoordelen bereikt worden. En of dat écht plausibel is. Als je al die mooie beloftes binnen vijf jaar niet gerealiseerd hebt, moet de fusie ongedaan gemaakt worden. Ik denk dat een maatschappelijke toets samen met een jaar bedenktijd een grote vooruitgang is. Je haalt dan alle speculatie uit de markt.’
23 Bijdragen
BS buster 5
Je kan duidelijk merken dat de heer Schenk onderdeel is van de poldercultuur en lid is van de SER.
Peter Urbanus 5
BS busterDiny Pubben 9
Peter UrbanusWeet je wie daar aan het roer zit bij de SER, Mariëtte Hamer, medeverantwoordelijk voor de 2 jaar wet doorbetaling als werknemers ziek worden. Uniek in de wereld. Hier de praktijk. Zeer goed lezen, het tweede jaar gaat u al naar 70% inkomen en dan volgt een regeling op basis van het minimum loon. Mag niet van het ILO moet minimaal 60% zijn van oude inkomen.
http://www.bd.nl/brabant/geacht-uwv-beste-werkgever-beste-overheid-trouwens-ook~a315c00c/
'Uw casus krijgt nu 2,5 jaar een WIA-uitkering, geacht UWV, van 70 procent van het laatstverdiende loon. Dat loon was na een jaar ziektewet al gekort tot 70 procent. Daarna krijgt hij 28 procent van het minimum loon, omgerekend zo'n 350 euro bruto per maand. En daar moet uw casus het mee doen tot zijn 67e.'
350 euro bruto per maand
Systeem oplichterij met medeweten van onze hoger opgeleiden noem ik dat!
Daarvoor kan hij zelfs niet naar de rechter want het mag van de regeltjes.
Nog erger om de doofpot dicht te houden.
FNV’s, Catelene Passchier gekozen als werknemersvoorzitter ILO.
https://www.fnv.nl/over-fnv/nieuws/nieuwsarchief/2017/juni/catelene-passchier-gekozen-als-werknemersvoorzitter-ilo/
Haar persvoorlichter over C Passchier:
'Cao coördinatie, Arbeidsvoorwaardenbeleid, WWZ, Internationaal en Europa, SER en STAR, Zelfstandigen (zzp), diversiteit en Netwerk Wereldburgers.'
https://www.fnv.nl/over-fnv/pers/persvoorlichters/
Eens met de opmerking van BS buster. Plus 100, maar dat kan niet.
Juist, vloek, SER en 'Netwerk Wereldburgers'!
Verantwoordelijk voor 350 euro bruto per maand, na jarenlang werken en dat in eigen land!
Diny Pubben 9
BS busterJan Smid 8
BS busterO Pen 13
Jan SmidJan Smid 8
O Penbps 12
en de aandeelhouder met fractioneel aandeel in het Eigen Vermogen van een grootbedrijf anderzijds.
De mindering van het aandeelpercentage in het Eigen Vermogen is vrijwel recht evenredig met de mindering van trouw, binding, zorg, en belang bij het bedrijf.
De mensen die het arbeidsvermogen en de productiviteit aan een bedrijf leveren voor hun inkomen in ruil, zouden ook een aandeel in het Eigen Vermogen en dividend moeten hebben over hun eigen inzet.
Daarmee wordt een eigen belang en meerwaarde gevormd en trouw versterkt zoals in een kleinbedrijf.
En is dan een sterke factor bij fusies en ‘vijandige’ (nadelige) overnames.
Bovendien komt dat deel van de netto bedrijfswinst dan meteen weer in de portemonnee terecht voor besteding, circulatie en vermogensopbouw en wordt een economische samenleving in totaal minder afhankelijk van leningen.
Win-win-win-win ……
In de praktijk blijken werknemers bij een bedrijf vaak net zo onverschillig en ontrouw als klein-aandeelhouders. Bij enige tegenwind en koersdaling slaan ze op de vlucht.
En dan werkt het helaas niet.
De voornaamste factor voor succes is nog altijd doorzetten met verstandig investeren van tijd, geld en moeite.
Is er geen geld, dan is er tijd en moeite en komt geld vanzelf.
Is er geld, zoals bij vijandige overnames, dan is tijd en moeite niet vanzelf.
Pieter Jongejan 7
bpsAls je de vele (vaak mislukte) overnames (en transfers) wilt tegengaan teneinde onnodige verliezen (aan geld én werkgelegenheid) te voorkomen, dan zal je de kosten en risico's van overnames moeten verhogen. De eenvoudigste weg is het verhogen van de (reële) rente. Het kunstmatig laag houden van de reële rente (teneinde de euro op korte termijn te redden) heeft tot gevolg dat het speculeren door middel van bedrijfsovernames en fusies veel te aantrekkelijk is geworden. De regering zal moeten kiezen tussen het behouden van een kunstmatig lage reële rente en een steeds zwakkere euro (financiële sector) versus het behoud van bedrijven en werkgelegenheid (reële economie). Wat er nu dreigt te gebeuren is dat de regering de oneerlijke concurrentie (want reële rente is te laag) wil handhaven en de nadelige gevolgen hiervan wil bestrijden met meer protectionisme. In plaats van minder bureaucratie wordt er dan gekozen voor meer bureaucratie. Tel uit je verlies.
bps 12
Pieter JongejanDe overeenkomst van bouwvakkers, topvoetballers en flexwerkers, is eigenbelang.
Naarmate het eigenbelang bij een organisatie als een bedrijf of club groter is, zal de loyaliteit groter zijn, en het verschil en de neiging tot verandering van baan of relatie kleiner.
Verschillen en deining worden groter bij procyclisch (economisch) systeemgedrag.
Verschillen en deining worden kleiner bij anticyclisch (economisch) systeemgedrag, in rustig vaarwater.
Grote verschillen geven veel en grote veranderingen. Kleinere verschillen geven minder veranderingen.
Uiteindelijk komt het neer op rust en regelmaat waar organisaties en personen (complex systems) het meest bij gebaat zijn. Bij evenwichtigheid.
(Let wel; evenwichtigheid is dynamisch, evenwicht is statisch, passief.)
Dat blijkt uit vele systeemratio’s, ook economische.
Ik heb thuis dieren, een gezin, en kinderen die ooit babies waren. Dat gedijt ook allemaal het best bij rust en regelmaat. Op school, in de wei en in de wieg.
Een schipper van een schip, bedrijf, gemeente of land, vaart wel bij rust en regelmaat.
Algemeen blijven in Noord Europa politici dan ook het langste zitten. In Zuid Europa niet.
Ik moet hierbij altijd denken aan de thermodynamische definitie van entropie dat bij kleinere verschillen contradictioneel toch de meeste realisatiemogelijkheden geeft.
Dat zie je in economie en complexiteit terug bij het vergroten van netwerken en emergency.
Het is niet de ongelijkheid en verschilgrootte, maar de homogeniteit -de rust- van wezenlijke verschillen die tot de meeste economische realisaties (transacties) en de beste verdeling leidt.
Heel bijzonder.
Pieter Jongejan 7
bpsHet idee van Larry Summers dat de Westerse wereld moet leren leven met meer bubbels/fluctuaties vind ik veel te fatalistisch. De grotere fluctuaties zijn namelijk grotendeels het gevolg van verkeerd monetair beleid. Dit blijkt uit de groei van de uitstaande derivaten volgens de statistieken van de BIS.
De dagelijkse omzet in wisselkoersderivaten is gestegen van 1705 miljard dollar in 2001 tot 4281 in 2007 (pal voor de kredietcrisis) en 6514 in 2016 (pal voor de volgende kredietcrisis?).(zie BIS,statistics explorer)
De dagelijkse omzet in rentederivaten is opgelopen van 676 miljard dollar in 2001 tot 2173 in 2007 en 3039 in 2016. Door de kunstmatig lage rente kun je verliesgevende contracten gemakkelijk doorrollen zonder op korte termijn in liquiditeitsproblemen te komen. Dit verklaart volgens mij de weerstand van de financiële sector (waaronder DNB) tegen full reserve bankieren. Niet de belangen van de spaarzame Nederlandse bevolking staan centraal, maar de belangen van de speculerende (Amerikaanse en Britse) investeringsbanken.
Van de dagelijkse omzet in wisselkoersderivaten in 2016 had 2406 betrekking op de UK en 1272 op de USA. (en 85 op NL). Bij de rentederivaten zie je een daling bij de eurolanden en een stijging in de UK en de USA. De professionele investeerders lijken niet geheel onverwacht meer onrust te verwachten op de valutamarkten en dekken zich in. Nederland onder Rutte en DNB is de sitting duck.
bps 12
Pieter JongejanLet wel, ik had het niet over evenwicht, maar over evenwichtIGheid.
Evenwicht is statisch, passief. Evenwichtigheid is dynamisch: uit balans (evenwicht), naar balans, uit balans, naar balans, enz. Net als lopen en produceren-consumeren. Cyclisch.
Ik vind ook dat de westerse wereld niet met de hobbels van Larry Summers moet leren leven.
Ik vermoed en vrees dat de werkelijke motieven recent voor de enorme QE van de ECB niet om inflatie in de reële sector is. Die is er ondanks immers nauwelijks. Maar om de banken en de financiële sector flink nat te houden en van liquiditeit te voorzien zodat ze aan hun derivaten verplichtingen kunnen blijven voldoen. Daar is immers alleen geld in cijfers voor nodig. En steeds meer.
Beleefden we tot 2008 een stortvloed van geld in het reële circuit, beleven we nu een stortvloed van geld in het financiële circuit. Als het daar regent, druppelt het in de periferie.
Zo kan ook het vele geld bijeen gebracht worden voor grote fusies en overnames. Omdat er geld teveel is. Ze weten niet meer waar ze er mee heen moeten voor nog een beetje rendement.
En dan worden aantrekkelijke, al dan niet beursgenoteerde grootbedrijven overgenomen en leeg getrokken. Tot dat de stortvloed van geld alles verzwolgen heeft.
Als dat punt bereikt is, hoop ik dat we dan een nieuw en wel evenwichtig monetair systeem en verstandig beleid krijgen.
Ik vond het al zo vreemd dat US MinFin Timothy Geithner in 2012 naar Europa kwam met de boodschap om maar alvast € 1 - 1,5 biljoen uit te trekken voor de financiële crisis: het geldgebrek plaatselijk in de financiële sector. De Amerikanen zaagden ook van dik hout planken.
Vol ontzetting, verontwaardiging en ongeloof werd er door de Europese grutters op gereageerd. Waar die Amerikaan het wel niet vandaan haalde ...
Inmiddels zijn we een paar jaar en al ettelijke biljoenen verder sinds de 1e LTRO.
En het eind is nog niet in zicht.
vervolg.
bps 12
Pieter JongejanNa QE komen denk ik de ESBies, de Eurobonds waar geldaanbod genoeg voor is, en dan het ESM. Het ESM kan complete landen en economieën leeg trekken.
Daarna is het gebeurd, ... en tijd voor een nieuwe, normale evenwichtige monetaire cultuur.
Het is een scenario, maar voorspellen kan niemand.
Ik hoop op een eerdere bezinning en monetaire revisie zonder lange lijdensweg.
Pieter Jongejan 7
bpsDe kunst is om zo te sturen op de veranderende wind(vlagen) dat de boot in die eigentrilling blijft. Dat is niet altijd mogelijk, maar je probeert steeds opnieuw zo snel mogelijk terug te keren naar die dynamische evenwichtssituatie. Iets vergelijkbaars doet zich voor bij het macro-economisch en monetair beleid. Het dynamisch evenwicht bestaat hier uit volledige werkgelegenheid en volledige bezetting van het productieapparaat, waardoor er prijsstabiliteit ontstaat en er geen reden is om de reële lonen en de reële rente bij te sturen. De reële lonen moeten in geval van een productiviteitsstijging in gelijke mate omhoog om het dynamisch evenwicht te handhaven. Het verhogen van de lonen bij het ontbreken van een productiviteitsstijging leidt tot hogere schulden en waarschijnlijk tot een hogere inflatie.
Wat we nu zien is dat er door de kunstmatig lage rente hoge winsten worden gemaakt in de financiële sector en de technologiesector, maar lage winsten in de andere sectoren. Loonsverhogingen in de onderwijssector vragen om hogere belastingen op olie en gas dan wel om een hogere economische groei in andere sectoren door de rente te verhogen, waardoor de speculatiewinsten wegvallen en de winsten in de reële economie omhoog gaan. Maar zoals eerder gemeld, dat zit er niet in omdat de politieke partijen aangestuurd worden door de financiële sector en de energiesector. Zelfs mevrouw Schouten van de Christen Unie gaat nu akkoord met hogere bonussen voor bankiers, die de reële economie onderuit halen.
bps 12
Pieter JongejanVandaar de vele overeenkomsten, bevattelijkheden en toepasselijke metaforen.
Jan Smid 8
Pieter JongejanArjan 7
Een fusie ongedaan maken na 5 jaar als mooie beloftes niet worden gerealiseerd.
Ik had Hella en Robert dan toch graag de vraag zien stellen hoe we dat voor ons moeten zien, want dat lijkt me zo goed als onmogelijk.
bps 12
ArjanEr wordt altijd zoveel beloofd, maar met elke wisseling van de wacht worden de beloftes ook gewisseld.
Arjan 7
bpsJan Smid 8
ArjanPieter Jongejan 7
Jan SmidO Pen 13
Nederlandse bedrijven nemen meer bedrijven over in het buitenland dan andersom. Die overnames gaan neem ik aan ook in 75% van de gevallen niet goed. Moet daar ook iets aan worden gedaan?
Jacques De la Haye 8