Rabobank verhult verzuim zorgplicht

De Rabobank zond haar leden deze week een brief met als onderwerp: ‘Belangrijk Rabobank Ledencertificaten’. Paul van Straaten, de waakhond van Vermogensmonitor, vraagt zich af of de Rabobank haar zorgplicht heeft verwaarloosd.

De Rabobank vond het belangrijk dat haar klanten beseffen dat haar ledencertificaten het karakter hebben van een beleggingsproduct dat je vooral niet in te grote hoeveelheden in bezit moet hebben. En stuurde haar leden daarover deze brief. Een niet alledaags bericht waarover directeur Private Banking Pim Mol tijdens een uitzending van BNR Radio verklaarde dat de onrust omtrent de redding van SNS Bank en de gebeurtenissen omtrent Cyprus hieraan ten grondslag liggen. De vragen van de houders van de ledencertificaten die de bank bereikten waren voor haar aanleiding om nogmaals te benadrukken dat de ledencertificaten vergelijkbaar zijn met beleggingsproducten.   Volgens Mol is de brochure hierover glashelder, maar dient de bank zich te realiseren dat deze niet door iedereen (even goed) gelezen wordt. Mol voegde aan zijn uitleg nog nadrukkelijk toe dat de bank twee jaar geleden haar leden ook heeft geïnformeerd over het feit dat het ledencertificaat toch echt een  beleggingsproduct is.   Eerder berichtte Follow the Money reeds dat de ledencertificaten in opspraak kwamen, door een sterke toename van het handelsvolume. De verkoopgolf was volgens de Rabobank veroorzaakt door de redding van SNS en banken op Cyprus. De negatieve berichtgeving in verschillende media heeft volgens de bank ook bijgedragen aan een verdere stijging van het aanbod van ledencertificaten. Het aanbod is inmiddels afgenomen, maar ligt nog altijd ruim boven de aantallen uit de tijd dat er voor de SNS nog geen problemen leken te bestaan.  

Onverstandig beleggen

Opmerkelijk is vooral de tweede boodschap in de waarschuwing van de bank, waarin zij aangeeft dat het onverstandig is om meer dan 20 procent van het totale vermogen te beleggen in de certificaten. Naar mijn mening was het de Rabobank vooral te doen om dit advies. Zeer hoogstwaarschijnlijk heeft de bank geconstateerd dat haar leden relatief veel hebben belegd in de ledencertificaten en ziet zij nu een mooi moment om zonder kleerscheuren haar leden te waarschuwen.   Het interview met Mol bracht deze verdachtmaking boven tafel, alhoewel presentator van 't Hek er waarschijnlijk geen erg in had. Op de vraag of er veel leden meer dan 20 procent van hun vermogen aanhouden hield Mol de luisteraar een raadseltje voor door aan te geven dat er 1,9 miljoen leden zijn en slechts 150.000 daarvan beleggen en zo dus een klein deel van haar leden meer dan 20 procent hebben belegd in de ledencertificaten. Een verhulling derhalve van de werkelijke cijfers. De realiteit zal zijn dat onder de 150.000 beleggers een aanzienlijk deel relatief veel belegd heeft in de  (achtergestelde) certificaten en dat de bank dit niet openlijk wenst te communiceren. Dit zou betekenen dat de Rabobank onvoldoende toezicht heeft gehouden op het moment dat hun leden de certificaten aanschaften.
De  kans dat de bank aansprakelijk kan worden gesteld voor geleden schade is OP DIT MOMENT nihil
Beleggers die hun spaartegoeden bij de bank hebben omgezet in de ledencertificaten en daarbij de geadviseerde grens van 20 procent ruimschoots hebben overschreden, kunnen stellen dat de bank haar zorgplicht jegens hen heeft verzuimd. In die gevallen kan de bank aansprakelijk worden gesteld voor de geleden schade. Door de  huidige koers van de certificaten is  de kans op een aansprakelijkheidstelling momenteel nihil.  

Ken-uw-cliënt-beginsel

In het advies van Rabobank wordt de vergelijking gemaakt van de hoeveelheid certificaten ten opzichte van de effecten en tegoeden die de leden aanhouden, al dan niet bij de Rabobank. De bank ziet de tegoeden en de beleggingen dus als het totale vermogen. Zij gaat daarbij niet alleen voorbij aan de waarde van een eigen huis en de eventueel bijbehorende hypotheek (met eventuele onderwaterstand), maar vooral voldoet de bank niet aan het ken-uw-client-beginsel. Dit beginsel houdt in dat je pas adviseert wanneer je inzage hebt in de doelstelling, behoeften, financiële verhoudingen en risicohouding van je klant. Binnen de beleggerswereld is het een doodzonde om dit beginsel te negeren. Naar mijn oordeel heeft de Rabobank ervoor gekozen om zekerheidshalve alle beleggers nog eens te waarschuwen, zodat zij later niet kunnen stellen dat ze van mening waren dat de ledencertificaten een prima invulling van hun spaarwensen leken. Vooralsnog komt de Rabobank goed weg, al zou ik als AFM eens aankloppen met de vraag hoe het toezicht was georganiseerd toen de leden vol in de certificaten stapten…