
De journalistiek verschraalt door commerciële druk. Jesse Frederik geeft een innovatieve oplossing.
Vorige week was een slechte voor de economische journalistiek. Het weekblad Intermediair gaat als digitale versie zonder redactie door en dalende advertentieomzet dwingt Financieel Dagblad tien volledige arbeidsplaatsen te schrappen. Met het verlies van De Pers nog vers op het netvlies bevestigt dit een patroon dat nu meer dan duidelijk is: de geschreven media gaan onderdoor aan het wegvallen van verdienmodellen.
Probleemschets
De komst van concurrerende media heeft grote veranderingen teweeg gebracht in de houdbaarheid van het verdienmodel van de geschreven nieuwsmedia. Concurreerden geschreven media begin jaren ’60 alleen nog met elkaar om advertenties, inmiddels concurreren ze met TV en internet. Met name het internet is een killer. De advertentieomzet bij Nederlandse dagbladen is in tien jaar tijd meer dan gehalveerd. Rubrieks- en personeelsadvertenties zijn overbodig geworden en de concurrentie van advertentiemonopolisten als Google is moordend.
De daling van de advertentieomzet zou nog te behappen zijn als journalistiek werk kan worden gefinancierd uit nieuwe inkomstenbronnen op het internet. De techno-optimisten krijgen vooralsnog echter geen gelijk. Pew Research Center laat zien dat in 2011 het verlies aan advertentieomzet bij Amerikaanse kranten ongeveer tien maal zo groot was als de winst uit digitale bronnen.
Hoewel men vaak denkt dat er minder interesse is voor nieuws blijkt uit peilingen dat dit niet het geval is. De consumptie van nieuws is nauwelijks gedaald. In 1994, toen Pew haar eerste peilingen uitvoerde, consumeerde Amerikanen gemiddeld 74 minuten nieuws per dag. In 2010 is dit gedaald naar 70 minuten nieuws. ‘Journalism does not have an audience problem,’ constateert Scott Keeter van Pew dan ook. ‘It has a money problem.’
Het is dus het geldprobleem dat moet worden aangepakt. Als de onzichtbare hand van de markt zijn naam eer aan doet en inderdaad compleet onzichtbaar blijft, dan moet de overheid uitweg bieden. Hier schuilt echter een gevaar. Niemand wil dat het politbureau van correcte journalistiek gaat beslissen welke media publieke gelden krijgen en welke niet. De onafhankelijkheid van de journalistiek komt daarmee in het geding en men loopt het gevaar dat –net als met cultuursubsidies- de steunmaatregelen een elitair karakter krijgen en geen democratische legitimiteit genieten. Het nieuwe subsidiemodel moet daarom leunen op democratische allocatie van publieke gelden. Men moet zelf kunnen bepalen welke media steun verdienen.
Naar een oplossing
Iedere Nederlander ouder dan 16 jaar krijgt een Demos account gekoppeld aan zijn of haar DigID. Net als er op veel sites een Like button van Facebook staat komt er een button van Demos bij artikelen te staan. Iedere maand hebben Demos gebruikers een bepaald bedrag te verdelen onder nieuwswebsites. Gedurende de maand kunnen mensen via het Demos systeem klikken op artikelen die ze goed vinden en aan het eind van de maand wordt het bedrag naar rato verdeeld onder de aangeklikte websites. Het verdienmodel van de media is daarmee gebaseerd op de wensen van de lezers, niet de grillen van adverteerders.
Voordat websites echter in aanmerking komen voor subsidiegeld moeten zij aan een aantal voorwaarden voldoen. Ten eerste moeten de nieuwswebsites non-profits zijn. Winst maken met publieke gelden is er niet bij, al het verdiende geld moet terugvloeien naar investeringen in het eigen bedrijf. Ten tweede mogen de non-profits geen neveninkomsten hebben uit advertenties of andere commerciële activiteiten. Dit maakt de nieuwe media minder afhankelijk van de commercie en laat het commerciële domein volledig vrij voor media met een winstoogmerk. Ten derde moeten de websites een informatief karakter hebben. De definitie van ‘informatief’ moet zo breed mogelijk worden opgevat. Bij deze voorwaarde ligt het gevaar van censuur op de loer, maar zonder enig criterium schiet de maatregel haar publieke doeleinden voorbij. Ten vierde moeten alle artikelen van deze media non-profits vrij toegankelijk zijn op het internet. De website van Demos dient als aggregator voor artikelen van de media non-profits. Nieuwe websites kunnen zo onder de aandacht worden gebracht en het beste van de collectieve inzet van de media non-profits wordt op een groter platform tentoongespreid.
Conclusie
Journalistiek kost geld, maar door het internet lijkt deze waarheid te zijn vergeten. Het uitgangspunt van dit plan is dat journalistiek niet mag verdwijnen en dat er daarom een prijs op journalistiek wordt gezet. Het internet biedt een zee aan mogelijkheden, maar de moeilijkheid van het internet is om er geld mee te verdienen. In de kern combineert dit plan de voordelen van het internet met een houdbaar verdienmodel voor de journalistiek.
16 Bijdragen
Pauluus
Het is veel is veel eenvoudiger: kijk naar muziekwereld. Wat we nodig hebben is een itunes voor nieuws.
Fransien
Jesse Frederik
FransienSites krijgen niet meteen geld als je op een artikel klikt, alleen als je vervolgens op een Demos button klikt (net zoiets als de Like button van facebook zie op deze pagina b.v.).
Vind je het niet eng dat er gemeenteraden zijn waar geen journalist meer meekijkt? Lijkt mij zeer onwenselijk dat er nog minder journalistiek wordt bedreven.
jopie
Het is simpel mijn inziens. Strategie is vooruitkijken hoe je markt, technologie en samenleving evolueert, welke stappen je als bedrijf moet nemen en hoe je jezelf als bedrijf positioneert om er je voordeel mee te doen in de toekomst. De traditionele bedrijven die het niet gaan halen hebben in strategische zin gefaald, dit heet m.i. marktwerking.
Ik zou eerder kijken naar een regulering over het deels vergoeden van onderzoeksjournalistiek. Zodoende kan men een onderscheid maken tussen een copy- en creation-werkzaamheden, welke m.i. verschillend zijn.
Jesse Frederik
jopiejopie
Jesse FrederikIkzelf zie de oplossing toch echt in het scheiden van copy(leverancier) en creation(producent), oftewel betalen voor gebruik van diensten of eigendom van een ander.
Apple en google procederen ook regelmatig voor het illegaal gebruik van hun intelectuele eigendom.
Ruben Munsterman
In jouw model werkt de journalistiek als de hedendaagse politiek. Websites moeten immers 'stemmen' van het publiek winnen. Erg democratisch. Maar websites gaan dan aan populistische berichtgeving doen om dat (subsidie)geld binnen te harken. Dat wil zeggen: seks, Geert Wilders sus, Geert Wilders zo. Dingen die scoren, je begrijpt me.
Op het moment zijn het vooral de hogeropgeleiden die de krant lezen. Hoofdredacties proberen deze doelgroep te bedienen, want zij betalen er immers voor. In jouw model is wordt al het nieuws online gesubsidieerd. Je haalt dus het idee van 'de betaler die bepaalt' weg. Omdat er geen betaler meer is maar een systeem van stemmen. Nieuwswebsites zullen zich niet gaan richten op de hoogopgeleide (want voorheen de betaler) niche maar op de Henk & Ingrids omdat daar de meeste stemmen te halen zijn. Ik vermoed dat dat niet ten goede valt aan de journalistieke kwaliteit en de waakzaamheid van de democratie. Het is nou eenmaal zo dat bijvoorbeeld vandaag op Yahoo het meest gelezen bericht over Justin Bieber ging en niet over het nieuwe Higgs-deeltje.
Ruben Munsterman
Ruben MunstermanJesse Frederik
Ruben MunstermanEr is een voorwaarde dat websites 'informatief' zijn om in aanmerking te komen voor subsidie. Een website vol tieten van BN'ers krijgt geen subsidie. De grootste excessen blijven dus buiten de deur. Ik denk echter dat de laagdrempeligheid van dit plan -- het is veel makkelijker om online een publiek te verzamelen dan het is om een nieuwe krant te beginnen -- juist zorgt voor een veel diversere media, in plaats van de eenheidsworst die jij lijkt te verwachten. Misschien zal er gemiddeld meer geld vloeien naar websites die naar onze bescheiden mening bagger zijn, maar dat is op dit moment ook het geval. Aan de andere kant komt er ook geld beschikbaar voor niches die een klein vast publiek weten te verzamelen. Het alternatief is dat -hoogopgeleide- staatsbureaucraten bepalen welke websites subsidies verdienen. Daarmee ondermijn je denk ik alle steun voor deze maatregel -- linkse hobbies het hele riedeltje.
Bas
Jesse Frederik
Basjopie
Jesse Frederik
jopiejopie
Jesse FrederikEddie
Gast