
Microsoft datacenter. De stroom wordt geleverd door het windmolenpark Wieringermeer van Vattenfall. © Branko de Lang / Hollandse Hoogte
‘Groene’ restwarmte datacenters is vooral kille PR
Het magische woord in de datasector: restwarmte. Door energie te hergebruiken als verwarming zouden datacenters kunnen bijdragen aan de energietransitie. Maar juist de big tech-datacenters − goed voor een kwart van de stroomvraag van de databranche − maken deze circulaire belofte niet waar. En dat staat al vroeg in het proces vast: door keuzes voor de locatie en voor de koeltechniek.
Waar gaat dit over?
- Datacenters creëren veel warmte. Overheden suggereren vaak dat die gebruikt kan worden voor een warmtenet, waarmee kassen of woningen verwarmd kunnen worden.
- Bij de mega-datacenters van Microsoft en Google lukte dat telkens niet. Restwarmte hergebruiken is niet eenvoudig. De keuze voor een locatie bepaalt al vooraf hoe haalbaar en rendabel een warmtenet is.
- Ook de gekozen koeltechniek is van belang: van de meeste datacenters moet de restwarmte nog opgewaardeerd worden met een warmtepomp. Dat kost extra stroom, en daarmee extra uitstoot.
Waarom is dit relevant?
- De stroomvraag van datacenters neemt sneller toe dan het aanbod van hernieuwbare energie. Drie mega-datacenters van Big Tech gebruiken samen zo’n 0,7 procent van de Nederlandse stroom. De overheid verwacht dat in 2030 alle datacenters in Nederland 3,5 tot ruim 7 procent van de stroom zullen gebruiken.
- Circulaire plannen worden ingezet om draagvlak te creëren, maar daar komt weinig van terecht.
Hoe heeft FTM dit onderzocht?
- Door de plannen voor hergebruik van restwarmte bij mega-datacenters in de Eemshaven en Wieringermeer onder de loep te nemen en te analyseren waarom die niet tot stand kwam. Daarnaast spreken we met experts op het gebied van restwarmte van datacenters.
Ongeveer 6600: zoveel datacenters stonden er in 2020 in Nederland, becijferde tech-magazine Tweakers dat jaar. Verreweg de meeste, zo’n 6000, zijn relatief klein: denk aan een zaaltje in het kantoor van het midden- en kleinbedrijf. Nog eens bijna 600 zijn ‘groot’: meer dan 100 vierkante meter. Dit zijn bijvoorbeeld de regionale datacenters van internetproviders en colocatie-datacenters: daar huren verschillende partijen ruimte of servers. En tot slot staan er in Nederland welgeteld drie hyperscales: dataloodsen van tientallen voetbalvelden groot. Vooral die laatste zorgen voor commotie, en dat heeft een reden.
De tech-multinationals komen naar Nederland vanwege onze gunstige vestigingsvoorwaarden, politieke stabiliteit en betrouwbare stroomnet. Vanaf hier leveren ze hun diensten aan het hele continent − of zelfs daarbuiten. Dat brengt Nederland lusten, zoals werkgelegenheid, maar ook lasten. Bijvoorbeeld hun dorst naar koelwater waardoor kostbaar drinkwater of oppervlaktewater ’s zomers verdampt. En Nederland raakt er steeds meer van doordrongen dat deze centra immens veel stroom gebruiken.
‘Hyperscales’ zijn de grootste stroomverbruikers
Landelijk waren datacenters in 2019 verantwoordelijk voor 2,5 procent van het totale stroomverbruik. Een grove berekening laat zien dat meer dan een kwart daarvan − zo’n 0,7 procent van alle Nederlandse stroom − voor rekening komt van de drie vestigingen van Google en Microsoft: de hyperscales.
De overheid verwacht dat in 2030 alle datacenters in Nederland 3,5 tot ruim 7 procent van de stroom zullen gebruiken
Worden alle huidige plannen voor mega-datacenters in de Eemshaven, de Wieringermeer en Zeewolde uitgevoerd, dan gebruiken die drie clusters samen binnenkort zeker 3,7 procent van de Nederlandse stroom. De overheid verwacht dat in 2030 alle datacenters in Nederland 3,5 tot meer dan 7 procent van de stroom zullen gebruiken.
Maar ondertussen wil Nederland een energietransitie bewerkstelligen, en dat gaat niet gemakkelijk. Nog geen vijfde deel van de elektriciteitsproductie was in 2019 hernieuwbaar. De hoeveelheid hernieuwbaar geproduceerde stroom groeide tussen 2017 en 2019 met 31 procent, terwijl het gebruik van stroom door datacenters ruim twee keer zo hard toenam.
Hergebruik van energie
Hoewel de meeste techreuzen hernieuwbare energie inkopen, werkt die grote stijging van hun stroomvraag de energietransitie tegen. Logisch dus om elke mogelijkheid aan te wenden de datacenters zo duurzaam mogelijk te laten opereren.
Van de gebruikte elektriciteit zetten de computers in een datacenter zo’n 90 procent om in warmte. De overige 10 procent gaat grotendeels op aan het weer kwijtraken daarvan: koelen. In plaats van de warmte weg te gooien, zou het natuurlijk mooi zijn als die kan worden hergebruikt. Restwarmte benutten is een geliefd onderwerp bij techbedrijven en overheden, vooral in de fase wanneer er draagvlak moet worden gecreëerd voor de bouw van datacenters. Het is zelfs een van de belangrijkste onderwerpen in de Ruimtelijke Strategie Datacenters (RSD), waarin de rijksoverheid en een waslijst aan lagere overheden en belanghebbenden in 2019 een ‘routekaart’ presenteerden voor de datacenterontwikkelingen tot 2030.
Toch komt er weinig terecht van dat beloofde hergebruik van restwarmte. Wat gaat er mis?
Google Inc. in de Eemshaven
Voordat Google zijn datacenter in de Eemshaven bouwde, kwamen de provincie, de gemeente en Groningen Seaports met een mooi plan: ze beschreven een ‘duurzaamheidsdriehoek’ waarin energiecentrales, datacenters en kassen onderling energiestromen zouden uitwisselen. Dat het anders uitpakte, lees je in onderstaande tijdlijn.
Maart 2010. Het havenbedrijf Groningen Seaports publiceert een rapport over de kansen om de Eemshaven landinwaarts te ontwikkelen. Er is interesse in de bouw van een groot ‘datahotel’, vanwege de gunstige ligging: vlakbij de energiecentrales in de Eemshaven en de onderzeese glasvezelverbinding met het VK en de VS.
Direct ten westen van dat datahotel moet een gebied van zo’n 340 hectare met moderne kassen bebouwd worden, die CO2 uit de gas- en kolencentrales in de haven en warmte uit de datacenters kunnen gebruiken. Door de uitwisseling van ‘utilities’ zullen volgens het rapport zowel de datacenters als de kassen een ‘onlosmakelijke relatie’ hebben met de Eemshaven. Andere locaties worden in het rapport niet overwogen. De gemeente Eemsmond neemt de bevindingen van het rapport over
Oktober 2012. Groningen Seaports legt zijn doelen voor de toekomst vast in het document Economische Groei = Groen. Het havenbedrijf wil zich onder meer inzetten voor ‘de omslag naar een economie gebaseerd op hergebruik’. Het bedrijf neemt ‘een leidende rol [..] in de ontwikkeling van, en het investeren in de infrastructuur voor openbare utiliteiten,’ zoals restwarmte. Sterker: de haven stelt als doel dat in 2030 de helft van de daar opgewekte restwarmte wordt hergebruikt.
Januari 2014. De gemeente Eemsmond stelt het bestemmingsplan vast voor Eemshaven Zuidoost fase 1 en onderbouwt de locatiekeuze in de Eemshaven: er zal hier een ‘duurzaamheidsdriehoek’ ontstaan van energiebedrijven, kassen en datacenters die grondstoffen en energie uitwisselen. Wel nuanceert de gemeente haar mogelijkheden: ‘Waar het bestemmingsplan maar ten dele duurzaamheid kan verankeren, heeft Groningen Seaports als partij die de gronduitgifte regelt, aangegeven dat zij nadere eisen gaat stellen aan de duurzaamheid van bebouwing en inrichting [..].’
September 2014. Google Inc. blijkt de partij te zijn die het datacenter gaat bouwen. Minister van Economische Zaken Henk Kamp (VVD) is erbij als de eerste schop de grond in gaat.

April 2015. In de Provinciale Staten van Groningen sluiten het CDA, de ChristenUnie, D66, GroenLinks en de SP een collegeakkoord. ‘Voor verdere uitbreiding van de glastuinbouw zien wij geen mogelijkheden in onze provincie. Het ruimtelijk beslag voor glastuinbouw zullen wij daarom laten vervallen.’
December 2016. Minister Kamp opent Googles eerste datacenter in Nederland.
Juli 2017. De tech-reus bouwt gestaag verder op de 45 hectare van Eemshaven Zuidoost fase 1. De gemeente wijzigt het bestemmingsplan opnieuw, zodat nog eens 165 hectare aan datacenters mag worden toegevoegd.
De gemeente laat een milieueffectrapportage (mer) opstellen, en daarin staat iets opmerkelijks over de geplande kassen: ‘In 2012 heeft de provincie dit project aangehouden voor goedkeuring en inmiddels het gehele project planologisch op on-hold gezet. [..] Sinds 2012 is er alleen overleg geweest met de initiatiefnemer om te komen tot een aanvaardbare oplossing voor de lozing van koelwater.’
Hergebruik van de restwarmte is dus al sinds 2012 van tafel. En dat terwijl er in 2014 nog enthousiast over werd gesproken bij het voorstel voor het bestemmingsplan. De duurzaamheidsdriehoek, één van de belangrijkste argumenten voor de vestigingslocatie, is blijkbaar al vijf jaar geleden onmogelijk geworden.
Waar gaat de restwarmte dan heen?
In de mer wordt geschat dat heel Eemshaven Zuidoost, wanneer die metterdaad is volgebouwd met datacenters, 20 PJ (petajoule) per jaar aan warmte zal creëren. Theoretisch staat dat gelijk aan de warmtevraag van zo’n half miljoen bestaande woningen. Omgerekend naar de omvang van de dataloodsen die Google al heeft en die nu in aanbouw zijn, gaat het om zo’n 4,5 PJ. Dat is theoretisch genoeg voor ruim 110 duizend bestaande woningen.
Maar die warmte eindigt volgens de mer voor zo’n 90 procent in de lucht en voor 10 procent in de sloot.
Het waterschap verwacht dat met het uitbreiden van de bouw binnenkort de maximale afvoercapaciteit van het nabijgelegen gemaal wordt bereikt; daarom sluit het bedrijf North Water de dataloodsen van Google binnenkort aan op een afvoerleiding die het water via de monding van de Eems naar zee zal voeren. In de zee is de warmte van water namelijk een minder groot probleem.
FTM vroeg Benno Schepers, manager duurzame steden bij milieuadviesbureau CE Delft, wat er is misgegaan bij de locatiekeuze. ‘Net als de meeste industrieën zoekt de data-industrie naar plekken waar ze het makkelijkst aan haar energiestromen komt, en waar ze er het makkelijkst vanaf raakt.’ Dat is niet per se de plek waar de restwarmte nuttig gebruikt kan worden: ‘In de Eemshaven zitten hoogwaardige industrieën die weinig zinvols kunnen met warmte van maximaal 30 graden die uit een datacenter komt.’ Zonder woningen in de buurt en na het annuleren van de plannen voor kassen is er geen nuttige bestemming. ‘Dus de warmte wordt daar gewoon verspild,’ stelt Schepers.
Hij legt daarmee de vinger op een gevoelige plek: de ene soort restwarmte is de andere niet. De temperatuur is bepalend voor wat je ermee kunt doen. Bij de meeste toepassingen is alleen een warmtenet met hoge temperatuur − vanaf 70 graden celcius − bruikbaar en rendabel. Met temperaturen van 25 tot 30 graden celsius valt de restwarmte van datacenters in de categorie lage temperatuur.
De lage temperatuur van Googles restwarmte maakt bovendien dat het vervoer ervan over meer dan een kilometer economisch niet interessant is, vanwege de enorme investeringen die een warmtenet vraagt. Het ontbreken van een afnemer in de directe omgeving brengt Google ertoe de makkelijkste manier te kiezen om van zijn warmte af te komen: lozen in de lucht en de zee.
In de Wieringermeer staan al kassen
De gemeente Hollands Kroon, in de kop van Noord-Holland, staat erom bekend dat zij de rode loper uitrolt voor databoeren. Ook hier werd sinds 2016 restwarmte opgevoerd als smeermiddel om de bouw van datacenters te promoten.
Maar hier geen hypothetisch plan om kassen te bouwen: in Agriport staat al 430 hectare aan kassen vol tomaten en paprika’s. Ze gebruiken daarvoor per jaar naar schatting 5 PJ aan warmte. De bestaande datacenters in Agriport voeren jaarlijks naar schatting zo’n 3,1 PJ af, en na voltooiing van alle plannen zal dat waarschijnlijk oplopen tot 12 PJ.
Maar een cruciale stap is nagelaten: er is nooit onderzocht of de glastuinders interesse hebben in het afnemen van die warmte.
Na veel controverse rond de datacenters liet de gemeente in 2020 uiteindelijk onderzoek doen, door ingenieursbureau Berenschot. De uitkomst is teleurstellend: de tuinders voorzien zelf al in hun warmte, tegen een lage prijs, en andere geschikte afnemers zijn er niet. Berenschot ziet zodoende geen ‘rendabele businesscase’ voor restwarmte.
In een recente brief met toelichting aan de gemeenteraad concludeert de verantwoordelijk wethouder Theo Meskers dat het benutten van restwarmte ‘in theorie goed denkbaar is en heel aantrekkelijk, maar dat de praktijk een stuk ingewikkelder blijkt te zijn. [..] Misschien was het verstandig mijn enthousiasme enigszins te temperen en een slag om de arm te houden.’
Betere warmtebronnen
De glastuinders in Agriport zorgen al voor hun eigen warmte. En die komt al voor 43 procent uit niet-fossiele bronnen, zo blijkt uit het rapport van Berenschot. Verder werken ze met zogenaamde warmtekrachtkoppelingen, die goedkoop aardgas verbranden om te voorzien in alledrie de energiestromen die een kas nodig heeft: elektriciteit, warmte en CO2.
Overstappen op datacenter-restwarmte zou betekenen ze hun CO2 ergens anders moeten halen, en dat zou kosten met zich meebrengen. Ook is de temperatuur van die restwarmte te laag voor de kassen, dus zou die moeten worden opgewaardeerd met een warmtepomp; dat is duur, en vervuilend.
Bijna een derde van de warmte voor de kassen komt nu uit de aarde, via geothermie. Een opvallende opmerking van Berenschot is dat het rendabeler is om de kassen volledig langs deze weg te verwarmen, dan over te stappen op de warmte van de datacenters.
Bij geothermie haal je warmte met kilometerslange buizen diep uit de aarde. In Agriport wordt water door drie sets buizen 2250 meter de aarde in- en weer uitgepompt. Het komt met een temperatuur van 92 graden boven. Die hoge temperatuur heeft een groot voordeel: dan hoef je geen warmtepomp in te zetten, zoals bij de restwarmte van een datacenter wel nodig is.
Geothermie is een vrij nieuwe techniek, en vereist daardoor relatief hoge investeringen. Het wordt inmiddels steeds meer toegepast in Nederland en biedt grote voordelen ten opzichte van restwarmte. Zo is een warmtenet op geothermie niet afhankelijk van een datacenter of een andere aanbieder. Verwarm je je huis of bedrijf met restwarmte van een datacenter, dan heb je een probleem wanneer het datacenter uitvalt of besluit ermee te stoppen. En wanneer het datacenter ‘s winters niet koelt, is er ook geen restwarmte.
Opwaarderen
Een datacenter levert een grote ‘warmtevracht’, maar de manier waarop die beschikbaar komt is ongunstig: een flinke stroom lauw water, van 25 tot 40 graden, ook wel laagwaardige warmte genoemd.
Benno Schepers van CE Delft legt uit waarom die warmte moeilijk toepasbaar is. ‘Voor warm kraanwater moet een warmtenet sowieso boven de 60 graden zijn. Of je moet in elke woning alsnog een boiler installeren.’ En oude woningen − dat wil zeggen: gebouwd voor 1995 − hebben helemaal niets aan de laagwaardige warmte, omdat je ze er niet mee kunt verwarmen.
Onder de streep is het warmtenet daardoor vervuilender dan de bestaande HR-ketels
Om de laagwaardige warmte toch te kunnen gebruiken, moet die worden opgewaardeerd: de temperatuur moet aanzienlijk worden verhoogd. Dat kan collectief, met een centrale warmtepomp, of in elke woning apart.
Hanno Bakkeren liet in een FTM-artikel in 2019 zien hoe een warmtenet bij een Amsterdams datacenter de energietransitie tegenwerkt: vanwege het opwaarderen kost het warmtenet meer stroom dan het datacenter zelf al gebruikt, en die stroom wordt nog altijd grotendeels fossiel opgewekt. Onder de streep is het warmtenet daardoor vervuilender dan de bestaande HR-ketels − en niet of nauwelijks goedkoper voor de afnemers in de Wieringermeer.
De gemeente Amsterdam stelt sinds 2020 als voorwaarde voor nieuwe datacenters dat ze hun restwarmte gratis beschikbaar stellen. Dat haalt weinig uit, meent Schepers. ‘Het zou heel vervelend zijn als ze geld zouden vragen voor die laagwaardige warmte. Het is wel winst dat de datacenters alles moeten klaarzetten om de warmte af te geven. Maar de echte uitdaging is om iets zinnigs met die warmte te doen.’
In Zeewolde zijn vergevorderde plannen voor een hyperscale datacenter: een (nu nog) onbekende multinational gaat een datacampus van 166 hectare bouwen op industrieterrein Trekkersveld. Er is maatschappelijke onrust ontstaan, onder meer omdat deze hyperscale een groot beslag op de lokale groene energie zal leggen. In de milieueffectrapportage die in februari is gepubliceerd, houdt de gemeente Zeewolde alle opties open als het gaat om hergebruik van restwarmte.
Wel valt al te lezen dat het datacenter laagwaardige warmte zal afgeven: 25 tot 30 graden. Energiebedrijf Ennatuurlijk zegt de mogelijkheden te verkennen om het datacenter op zijn warmtenet aan te sluiten. Dat warmtenet draait nu op een biogascentrale die gas uit vergiste koeienmest stookt. Daarmee worden huizen in de wijk Parkkwartier verwarmd. Een geplande nieuwbouwwijk naast Parkkwartier zou op een uitbreiding van dat warmtenet kunnen worden aangesloten.
De temperatuur van het warmtenet is 70 graden, dus om het datacenter aan te sluiten is een flinke opwaardering nodig, wat een extra stroomvraag – en dus extra vervuiling en kosten – met zich meebrengt. In de milieueffectrapportage worden ook de effecten doorgerekend van een heel ander scenario: het lozen van de restwarmte op het randmeer Wolderwijd.
Het kan, onder de juiste omstandigheden
Dat wil niet zeggen dat laagwaardige warmte per definitie onbruikbaar is.
In Heerlen verwarmt de startup Mijnwater een warmtenet met de restwarmte van diverse bedrijven, waaronder een datacenter. Maar naast restwarmte gebruikt Mijnwater ook energie van zonnepanelen, wind en biomassa. Een smart grid houdt vraag en aanbod in de gaten, en slaat bij een lage vraag het warme water in oude mijnschachten op − of bewaart daar koud water, want dit net wordt ’s zomers ook voor koeling gebruikt.
Mijnwater is een mooi voorbeeld van een goed werkend warmtenet. Het combineert veel bronnen voor een betrouwbaar aanbod, warmte wordt slim opgeslagen en de woningen zijn volledig aangepast voor het warmtenet. De nieuwbouwwoningen in het Heerlense Maankwartier zijn goed geïsoleerd, uitgerust met vloer- en wandverwarming, en hebben een eigen warmtepomp of (zonne)boiler voor warm kraanwater.
Het overgrote deel van de potentiële energie- en uitstootbesparing zit in de bestaande bebouwing. Die kan weinig met laagwaardige warmte
Maar het project laat meteen zien dat er veel voorwaarden verbonden zijn aan een succesvol warmtenet. Niet overal liggen afgedankte mijnschachten klaar om als opslag te dienen. De aanleg van ondergrondse warmteopslag, zogenoemde aquifers, is op veel plekken mogelijk, vertelt Schepers. Maar binnen de huidige regelgeving mag het niet altijd met temperaturen boven de 25 graden. Kan de warmte niet worden opgeslagen, dan moet die ’s zomers alsnog worden geloosd.
Ook kun je niet overal, zoals in Heerlen, voldoende warmtebronnen vinden op afzienbare afstand, en dichtbij de afnemer. Tot slot zijn er niet overal afnemers van laagwaardige warmte te vinden. Er zal de komende jaren natuurlijk nog veel gebouwd worden, maar het overgrote deel van de potentiële energie- en uitstootbesparing zit in de bestaande bebouwing. Die kan weinig met laagwaardige warmte, en die opwaarderen kost veel geld en uitstoot.
Een hogere temperatuur bereiken
Maar dat datacenters laagwaardige restwarmte leveren, is geen voldongen feit. De modernere centers koelen zo veel mogelijk door de lucht te ventileren, wat het moeilijker maakt de restwarmte een warmtenet in te sturen. Die koelmethodes kunnen echter ook worden aangepast, om een hoogwaardiger temperatuur te bereiken.
Maikel Bouricius is business development manager bij Asperitas, dat immersiekoeling verkoopt. Bij die techniek wordt apparatuur letterlijk ondergedompeld in vloeistof. Hij beaamt dat de meest voorkomende koelmethodes in de sector het hergebruik van de restwarmte bemoeilijken.
Hij legt uit dat de sector oorspronkelijk simpelweg als doel had om de apparatuur veilig te houden. In de loop der jaren is dat veranderd naar de ambitie om dat bovendien energie-efficiënt te doen. Zo verschoof de focus naar het beperken van de benodigde overhead energie. Dat doel wordt nog steeds nagestreefd en circulair denken en handelen is allesbehalve ingeburgerd.
De efficiëntie van datacenters wordt door de sector al decennia uitgedrukt met de Power Usage Efficiency (PUE). Dat is een graadmeter voor het aandeel overhead stroomverbruik in een datacentrum: je berekent die door het totale stroomverbruik te delen door het stroomverbruik dat naar de servers gaat. Als de uitkomst 1 is, is er geen stroom nodig voor koeling, licht en de koffieautomaat.
Het lukt steeds beter om dichtbij die utopische waarde te komen. Volgens een studie van CE Delft lag de PUE in 2002 nog gemiddeld op 1,8: voor elke kilowattuur die voor servers werd gebruikt, ging 0,8 kilowattuur naar overhead energie. In 2017 was de gemiddelde PUE gedaald tot 1,4.
Big Tech kan nu zelfs waarden onder de 1,1 halen. Volgens Maikel Bouricius van Asperitas lukt ze dat door efficiency by scale: hoe groter de dataloods, hoe lager de overhead relatief is. Een problematisch aspect is echter dat hoe groter de dataloodsen zijn, hoe verder van de stedelijke omgeving ze gewoonlijk staan − en daarmee: verder van potentiële warmte-afnemers.
Maar dat streven naar de heilige graal van een lage PUE-waarde is problematisch. De PUE betreft namelijk alleen de verhouding tussen de stroom voor de servers en de overhead. Hoeveel de servers zelf gebruiken, wordt niet meegewogen. Sturen op een lage PUE geeft dus geen prikkel om efficiënte servers te gebruiken. Daarnaast gaat de PUE voorbij aan het eventuele nut van de overhead energie: misschien is het de moeite waard meer stroom te gebruiken voor de koeling, wanneer de afgevoerde warmte daardoor kan worden hergebruikt.
Bouricius’ bedrijf Asperitas verkoopt ‘bakken’ met synthetische olie; Het Parool trok de vergelijking met frituurpannen. De servers worden erin ondergedompeld, waardoor veel efficiënter kan worden gekoeld. Hieruit kan onder de juiste omstandigheden warmte van 55 graden worden gehaald.
Dat maakt de potentie voor hergebruik groter, wat volgens Bouricius precies de bedoeling is. ‘We gaan uit van het principe dat je warmte zo optimaal mogelijk wil leveren, in plaats van die als afval te zien en de makkelijkste manier te zoeken om het te dumpen.’ Hij moet wel toegeven: tot nu toe is aansluiting op een warmtenet nergens verwezenlijkt.
Restwarmte hergebruiken is keuzes maken
Andere bedrijven leveren vergelijkbare oplossingen als Asperitas. De techniek is er, de techreuzen gebruiken ze alleen nog niet. Of dat erg is, is niet alleen aan de databedrijven zelf: het is ook aan de politiek. Maar het staat vast dat restwarmte hergebruiken een rigoureuze voorbereiding vraagt. Het vereist een coherente set keuzes om hergebruik haalbaar te maken: een locatie in de buurt van andere warmtebronnen, in de buurt van geschikte afnemers en met koeling die optimale restwarmte levert. En dat kan prima samengaan met waterbesparing.
Techbedrijven en gemeenten kunnen zich niet van de domme blijven houden: er is genoeg bekend over hergebruik van restwarmte. Blijven ze bewust de verkeerde keuzes maken, dan zijn de mooie woorden over restwarmte niets dan een schaamlap voor de negatieve impact van datacenters.
[Dit zijn de ingekorte antwoorden. De volledige reacties vindt u op deze pagina.]
Google Inc.:
‘Momenteel hergebruiken we de restwarmte die door onze servers wordt gegenereerd al om faciliteiten op onze locaties, zoals onze kantoorruimtes, te verwarmen, waardoor het niet nodig is om extra mechanische systemen te installeren voor onze gebouwen en kantoorruimtes. En we onderzoeken ook andere mogelijkheden in beide regio's waar onze datacenters zijn voor hergebruik van restwarmte.
Hoewel de afgelegen ligging van ons datacenter in de Eemshaven in het verleden inderdaad een knelpunt was, zijn de warmtenetten de afgelopen jaren ook sterk geëvolueerd waardoor hergebruik van restwarmte uit datacentra beter haalbaar is geworden. We werken nu actief samen met partners in de regio om te kijken naar haalbare oplossingen voor hergebruik van restwarmte van onze Eemshaven locatie.’
Microsoft:
‘Wij hebben tot nu toe geen rendabele en duurzame manier gevonden voor hergebruik van restwarmte. Maar als onderdeel van onze duurzaamheidsdoelstellingen blijven we investeren in de ontwikkeling van technologieën die de impact van onze datacenters op het milieu minimaliseren, waaronder onderzoek naar “Two-phase, liquid immersion cooling”. Maar het oplossen van duurzaamheidsvraagstukken op dit niveau vereist samenwerking en het delen van kennis, en daarom werken we actief samen met innovatieve partijen in de energiesector om samen oplossingen te vinden.
Het beeld dat recentelijk geschetst is over vermeend excessief gebruik van drinkwater voor koeling van datacenters, willen we graag nuanceren via een blog van vorige week van de hand van Rob Elsinga, National Technology Officer bij Microsoft.’
Groningen Seaports:
‘Het klopt eveneens dat wij als doel stellen dat in 2030 de helft van de toepasbare restwarmte moet worden hergebruikt. Het gebied van Groningen Seaports beslaat echter meer dan alleen het Eemshavengebied. Er wordt wel degelijk hergebruik van restwarmte gerealiseerd, in meerdere fases, en gebeurt vandaag de dag nog steeds. Een voorbeeld daarvan is de stoomleiding van Groningen Seaports op het chemiepark in Delfzijl. Deze leiding levert stoom aan bedrijven op het chemiepark die hier in hun productieproces behoefte aan hebben. Hierdoor besparen bedrijven op het Chemie Park Delfzijl jaarlijks 100.000 ton CO2-uitstoot. [..]
Tot slot zijn we momenteel, samen met onze partners provincie Groningen, Gasunie, gemeente Het Hogeland en WarmteStad, aan het onderzoeken hoe we de zogeheten lage temperatuur-restwarmte in kunnen zetten voor het warmtenet in de stad Groningen. In de provincie wordt momenteel onderzocht of een warmte-transportleiding tussen de Eemhaven en de stad Groningen haalbaar is.‘
Provincie Groningen:
De provincie werkt aan het sluiten van de grondstoffen-keten en warmte-keten in de industrie door acquisitie te plegen, projecten op te zetten en subsidies te geven die dat stimuleren. We zetten ons dus nog steeds in voor de duurzaamheidsdriehoek. Als provincie kunnen we dit echter niet afdwingen en/of harde voorwaarden aan verbinden. Wij kunnen een optimaal vestigingsklimaat creëren (duurzame energie, ruimte etc) maar het blijft aan de bedrijven om iets op te starten, zoals kassen of algenteelt. Dit maakt ook dat Google zich kan vestigen, zonder te voldoen aan het uitwisselen van energiestromen. Het blijft ons doel om, samen met Google en andere initiatieven, toe te werken naar een volledige circulaire waardeketen.
Dutch Data Center Association:
‘Hergebruik van datacenter restwarmte is zeker complex en altijd maatwerk. Zeker in een land dat is gebouwd op gasconsumptie en het beleidskader hierop heeft ingericht. Dat levert het praktische probleem op dat er weinig (lage temperatuur) warmtenetten zijn en dat deze ook niet snel gerealiseerd kunnen worden. Dat vereist naast veel tijd en geld, ook een aanpassing van beleidsregels en uitgegeven concessies. Door de lage gasprijs is het niet aantrekkelijk om over te stappen op andere bronnen waarvoor bovendien geen infrastructuur aanwezig is. Dit terwijl het aanleggen van nieuwe (generatie 5) warmtenetten technisch gezien wel mogelijk is. Deze zijn geschikt voor lagere temperaturen, wat transport over langere afstanden steeds makkelijker maakt.’
79 Bijdragen
Niek Jansen 9
https://www.datacenters.com/locations/netherlands, waar gesproken wordt over 71 datacenters en 37 providers.
In andere websites worden getallen genoemd van 112 of 189 colocatie centra.
Waar komen die verschillen vandaan? Een belangrijk verschil zal wel liggen in het grote aantal centers van bedrijven zelf , die uw bron Tweakers in die 6600 heeft opgenomen, maar die hebben geen impact op het publieke domein en de discussie daarover.
En in het artikel worden als grootste datacenter alleen Google en Microsoft genoemd maar niet de 5 grootste .nl. Cellner Telecom, KPN, Equinix, Interxion en NorthC Datacenter.
Zouden die centers ook niet in het onderzoek betrokken moeten worden?
Ben het eens met de bezwaren vanwege het ruimtebeslag van deze centra, het geringe voordeel voor onze economie en dat wij particulieren er meer nadeel als voordeel van zullen hebben, omdat deze megacenters ook veel groene energie opslurpen.
Weet u ook waar de in uw artikel genoemde datacenters officieel zijn gevestigd en of die vestiging meer is dan een kamerplant en leeg bureau met fake p.c.?
Het gaat hierbij maar om 2 centra, maar het zou best een apart onderzoek rechtvaardigen waar al die andere datacenters officieel gevestigd zijn, vanwege het ‘goede vestigingsklimaat’ in Nederland.
Het zou kunnen zijn dat het brievenbusfirma’s betreft, al of niet gevestigd op de zuid-as te Amsterdam, waarmee belastinginkomsten kunnen ontdoken worden en weggesluisd naar een belastingparadijs.
Velen herinneren zich nog hoe Frans Timmermans c.s. die formule aanprees in de Nederlandse ambassade in Oekraïne als onderdeel van de gunstige vestigingsvoorwaarden in Nederland tbv Oekraïense bedrijven nadat de gewelddadige Maidan coup in Kiev in 2014 had plaats gevonden olv de VS en met steun van de EU en neonazi’s.
Erwin de Waard 6
Hoewel de meeste techreuzen groene energie inkopen, werkt die grote stijging van hun stroomvraag de energietransitie tegen.
Hoe zit dat precies? Gaat dat ook op als ik groene stroom gebruik?
Niels Sous l'Eau
Erwin de WaardDaniël van Kessel 1
Erwin de WaardWat Niels zegt bedoelde ik inderdaad. Dat bedrijven groene stroom inkopen valt wat denk ik alleen maar te prijzen. Maar elke groei in de stroomvraag zal ervoor zorgen dat het langer duurt voor onze stroom helemaal hernieuwbaar opgewekt wordt.
Eline Gumbert 4
Erwin de WaardHendrik Rood 1
Eline GumbertAls heel Nederland besluit groen in te kopen, dan produceren Nederlandse centrales alleen nog voor klanten in buurlanden. Zijn die er niet meer dan sluiten ze of gaan ze failliet en sluiten alsnog.
Productie van groene stroom en consumptie ervan zijn dus ontkoppelde zaken.
Ricardo Tetteroo 3
Erwin de WaardMischa Meerburg
Erwin de WaardHuishoudens zijn niet in echt in staat zo'n explosieve groei van de stroomvraag te bewerkstelligen, tenzij iedereen plots 5 tosti-ijzers en 10 waterkokers in huis haalt en deze dag en nacht laten aan laten staan (bij wijze van spreken natuurlijk).
Hendrik Rood 1
Mischa MeerburgHuishoudens die nu op aardgas koken, water verhitten en verwarmen verbruiken veel meer gas dan elektriciteit (dat zie je al aan de rekening).
Ernst de Nobel 1
Retswarmet gaatimmers allen naar huizen die voldoen aan de BENG norm , dwz dathetgros van de burgers wel meebetaald aan de stroomvoorziening van de data centers maar er niet de vruchten van plukt.
Zou het een goed idee zijn om het dumpen van restwarmte strafbaar te maken?
Matthijs Kunenborg 1
Ernst de NobelDat hoeft niet zo te zijn. Het is wel efficiënter als huizen direct kunnen worden verwarmt met de restwarmte, maar niet noodzakelijk. Stel dat je restwarmte van 25 ºC hebt en dat je water van 65 ºC nodig hebt voor verwarming, dan zijn er 2 opties:
1. In ieder huis een warmtepomp die van 25 ºC, 65 ºC maakt.
2. Centraal (bij het datacenter) verwarmen met een warmtepomp tot 65 ºC.
Bij optie 1 heb je weinig leidingverliezen, maar heeft wel ieder huis een warmtepomp nodig. Ook moet het huis met een warmtepomp verwarmt kunnen worden (redelijk goede isolatie).
Bij optie 2 heb je 20% leidingverlies, maar hoeft er aan de huizen weinig verandert te worden. Isoleren is uiteraard altijd een goed idee.
"dathetgros van de burgers wel meebetaald aan de stroomvoorziening van de data centers maar er niet de vruchten van plukt."
Datacenters betalen ook gewoon voor hun elektriciteit, zoals ieder ander bedrijf. Daar betaalt de burger dus niet voor.
"Zou het een goed idee zijn om het dumpen van restwarmte strafbaar te maken?"
Dat lijkt me geen goed idee. Dan moeten per direct zeer veel bedrijven - inclusief elektriciteitscentrales - sluiten. Productieprocessen zo inrichten dat er minder warmte verloren gaat en pogen om de restwarmte nog voor andere doeleinden te gebruiken, is wel een goed idee.
Zoals dit artikel laat zien, moet je dat dan wel vantevoren goed doorrekenen, zodat je weet dat het iets oplevert voor het klimaat en hoeveel het kost of opbrengt.
Overigens zou forste CO2-beprijzing bedrijven vanzelf de goede richting op sturen.
Nico Janssen 7
Matthijs KunenborgBij woningen die geschikt zijn voor optie 1 kan je je ook afvragen waarom die zichzelf op basis van een warmtenet / bronnet zouden moeten verwarmen? Ze hebben toch al een warmtepomp nodig en het maakt weinig uit of die iets groter wordt. Behalve dat dat dan enig geluid gaat geven. Maar het scheelt dan toch weer alle kosten voor aansluiting op een warmtenet, dus aanleg van dat deel van het warmtenet plus bijna altijd inpandige aanpassingen omdat zo'n warmtenet aansluiting dicht bij de voordeur moet zitten, huur van een warmteset, et cetera.
Dat die datacenters net als wij gewoon ook voor hun stroomverbruik moeten betalen klopt zowel wel als niet. De prijs die wij als gewone burgers voor de elektriciteit moeten betalen is vele malen hoger dan wat die datacenters ervoor betalen. Wij burgers betalen de volle mep aan energiebelasting en ODE, en die datacenters (gechargeerd) vrijwel niets. Hier zit dus iets heel oneerlijks; hoe meer elektriciteit je verbruikt en hoe meer CO2 uitstoot je veroorzaakt, hoe minder je daarvoor 'gestraft' wordt / hoeft te betalen. Vind ik altijd heel merkwaardig.
Matthijs Kunenborg 1
Nico JanssenIk kan alleen maar onderstrepen dat een LT-warmtenet financieel meestal niet uit kan. Vergeleken met bodemwarmte is de temperatuur van een LT-warmtenet wel hoger, maar de afstanden moeten erg kort zijn om rendabel te zijn. Een datacenter in de kelder van een woontoren lijkt me financieel goed te doen. Huizen die dichtbij staan wellicht ook nog.
Voor elektriciteit betalen datacenters - net als alle bedrijven - inderdaad minder dan burgers. Dat is in het licht van het klimaatprobleem redelijk absurd aan het worden.
Als we dat (gefaseerd) gelijktrekken, zal wel gekeken moeten worden wat dat met de concurrentiepositie doet van NL. Eventueel zal dat gecompenseerd moeten worden met subsidie om minder elektriciteit te gaan gebruiken of meer algemeen de winstbelasting iets te verlagen.
Nico Janssen 7
Matthijs KunenborgMatthijs Kunenborg 1
Nico JanssenOok opslag van (zonne)warmte is interessant. Bijv. de oplossing van hocosto.com
Gerard van Dijk 6
Matthijs KunenborgErnst de Nobel 1
Matthijs KunenborgDat het niet zo hoeft tezijn is theorie, het gaat mij om de praktijk. De grooste bijdrage aan de energietransitie wordt geleverd door de mensne die er het minstvan profiteren.
Het is evident dat datacenters ook betalen voor hunstroom , (hoewel het grootverbruik tariefschamel afsteekt bij het consumententarief), waar ik op doelde is dat er bijgrote infrastructurele investeringen veel subsidie/belastingcentjeses gemoeid is. Dat wordt door ons allemaal betaald, lijkt mij dat het niet meer dan eerlijk is dat de vruchten die hiervan geplukt worden in ieder geval deels weer bij de burger terecht komen i.p.v bij de grootverbuiker.
En ja een co2 tax zou een hoop schelen , ik vrees dat dat in het huidige politieke klimaat echter nog n brug te ver is.
Niek Jansen 9
https://www.reuters.com/article/us-google-taxes-netherlands-idUSKCN1OX1G9
Die z.g. ‘ gunstige vestigingsvoorwaarden’ houden voor Google Netherlands in, dat ze via hun Nederlandse ‘shell company’ (brievenbus maatschappij) volgens dit bericht in 2017 $23 miljard (geen tikfout!) inkomsten belastingvrij naar een belastingparadijs in Bermuda konden wegsluizen.
Die inkomsten werden in veel landen gegenereerd die naar hun te derven inkomstenbelasting kunnen fluiten met dank aan Nederland, berucht in de wereld vanwege deze praktijken.
Het hoofdkantoor van Google is gevestigd in de Debussylaan 34 ,4e verd.1082 MD Amsterdam, waar zo’n 150 mensen werkzaam zouden zijn?!
Kan iemand die in de buurt woont daar eens een kijkje nemen?
Rogier Kraan
Niek JansenEn inderdaad is dit voor veel multinationals een reden om zich hier te vestigen.
Niek Jansen 9
Rogier KraanStijn Grove 1
Onjuist is niet te noemen dat in Nederland zijn reeds tal van operationele restwarmte projecten heeft. Door selectief en een beperkt aantal feiten op een rij te zetten wordt er een negatief verhaal van gemaakt terwijl de werkelijkheid anders in elkaar zit. Ook worden er aannames gedaan qua werking van datacenters die onjuist zijn. De reactie van de sector is ook in deze niet geheel is meegenomen. Het is jammer de schrijver zo onvolledig werkt.
In Nederland zijn tal van restwarmte projecten voor datacenter reeds lange gerealiseerd en talloze staan op stapel. Het artikel gaat er van uit dat met de huidige temperatuur en technieken er niks kan worden gedaan maar feiten weerspreken dit.
Gerealiseerde restwarmte projecten in Nederland:
- 1.300 appartementen op Science Park Amsterdam
- De hele High Tech Campus in Eindhoven, zo’n 40 kantoren
- Een conferentiecentrum in Ede
- Een zwembad, kwekerij en school in Aalsmeer van de warmte.
Komende restwarmte projecten:
- Groningen heeft dit voorjaar het startschot gegeven om op termijn 10.000 woningen te verwarmen met datacenter warmte via de warmtecentrale op de Zernike campus.
- In Amsterdam, bijv. in de Houthavens en Zuid-Oost, zitten projecten vor duizenden woningen in de laatste fase.
- In het buitenland, zeker in Scandinavië, zijn er veel succesvolle projecten operationeel waar tienduizenden woningen en bedrijven zijn aangesloten.
Daniël van Kessel 1
Stijn GroveZoals elders is aangegeven is de reactie van de DDA gewoon opgenomen.
Als je onderbouwt wat er in jouw visie precies onjuist, suggestief of gekleurd is dan zou ik daar graag over in gesprek gaan.
Wat betreft warmtenetten op lage temperatuur: ik geef juist wel aan dat er werkende warmtenetten zijn (Mijnwater), maar ook dat je de juiste omstandigheden moet hebben (of eigenlijk: creëren) om het te laten slagen.
Feit is overigens dat in zowel de Wieringermeer als de Eemshaven door overheden (of ingenieurs in opdracht van de overheid) de conclusie wordt getrokken dat met de restwarmte niks gedaan kan worden, en een van de redenen is de lage temperatuur.
Uit de presentatie van Berenschot (september 2020) over de restwarmte in Agriport, Wieringermeer:
'De temperatuur van de restwarmte van de huidige datacenters is met ca. 25°C relatief laag; deze 25°C moet met een warmtepomp opgewaardeerd worden naar een hogere temperatuur. Dat brengt investeringskosten met zich mee (warmtepomp) en daarnaast verbruikt de warmtepomp elektriciteit voor het opwaarderen van de warmte. Hoe hoger de gevraagde temperatuur en dus hoe groter de benodigde opwaardering, hoe groter de warmtepomp moet zijn en hoe minder efficiënt de warmtepomp is.'
https://www.berenschot.nl/media/xtmabnee/cases-berenschot_-_analyse_restwarmte_uit_datacenters_hollands_kroon_-_eindrapport_1.pdf#page=13
Hier wordt in de milieueffectrapportage voor Eemshaven Zuidoost bij elke mogelijke toepassing van de restwarmte de benodigde temperatuur als probleem opgeworpen: https://www.ruimtelijkeplannen.nl/documents/NL.IMRO.1651.000BP03EmsZO-0401/b_NL.IMRO.1651.000BP03EmsZO-0401_bijlage19.pdf#page=426
Stijn Grove 1
Richting toekomst toe moet meer worden ingezet op circulair en daar is deze sectir juist mee bezig. De warmtevraag wordt steeds lager. Het nieuwe generatie warmtesysteem gaat uit van tal van veranderingen op het huidige systeem: gasloos, minder warmtevraag, lagere temperatuur (40 graden nieuwe gebouwen en 50 graden bestaande gebouwen), geen transport verlies, meervoudige bronnen waarbij niet elke bron op eindtemperatuur zit maar wel alle energie wordt gebruikt, modulaire warmtenetten, geen isolatie van transport van warmte, koeling dmv retour leidingen.
Feiten
- 90% van Nederland werkt elke dag online vanuit datacenters.
- Nederland is economisch een van de landen met de minste krimp door Covid door onze sterke digitale infrastructuur.
- Door centralisatie & cloudgebruik concentreren datacenters en zorgen voor efficientie waar het energieverbruik wereldwijd al 10 jaar vrijwel gelijk.
- In Nederland zijn er 189 grotere datacenters
- Nederland gebruiken datacenter 0,32% van de Energie
- Datacenters gebruiken 0,042% van het watergebruik
Zie de CBS en Energie Agentschap feiten gerangschikt met links naar de bron op https://www.dutchdatacenters.nl/cijfers/
Stijn Grove 1
Datacenter restwarmte werkt
Hergebruik van datacenter restwarmte is zeker complex en altijd maatwerk. Zeker in een land dat is gebouwd op gasconsumptie en het beleidskader hierop heeft ingericht. Dat levert het praktische probleem op dat er weinig (lage temperatuur) warmtenetten zijn en dat deze ook niet snel gerealiseerd kunnen worden. Dat vereist naast veel tijd en geld, ook een aanpassing van beleidsregels en uitgegeven concessies. Door de lage gasprijs is het niet aantrekkelijk om over te stappen op andere bronnen waarvoor bovendien geen infrastructuur aanwezig is. Dit terwijl het aanleggen van nieuwe (generatie 5) warmtenetten technisch gezien wel mogelijk is. Deze zijn geschikt voor lagere temperaturen, wat transport over langere afstanden steeds makkelijker maakt.
Willen we de energietransitie realiseren, dan zal dit ook betekenen dat we bepaalde wetgevingen, systemen en infrastructuren moeten aanpassen. Gelukkig is er op dat vlak zeker beweging: mede dankzij onze inzet wordt datacenter restwarmte als industriële restwarmte gezien (zie de BENG normering). Ook is er met onze steun in september 2020 nog een motie van Sienot aangenomen rondom de ontwikkeling van een Routekaart Datawarmte. Dit zijn positieve stappen, maar er is nog veel te doen om de implementatie van deze projecten echt toegankelijk te maken, gezien de nieuwe Warmtewet, Energiewet en SDE++ regeling nog steeds niet de energietransitie voorop stellen.
Dit alles kost veel tijd, moeite en energie maar is de enige manier voorwaarts.
Karin Spaink 5
Stijn GroveStijn Grove 1
Karin SpainkKarin Spaink 5
Stijn GroveStijn Grove 1
Karin SpainkKarin Spaink 5
Stijn GroveJan Ooms 10
Karin SpainkDhr. Grove kan het best reclame maken door de handjes uit de mouwen te steken en daadwerkelijk werk te maken van de tot nu enkel loze beloftes. Maar ja, dan moet er geld uitgegeven worden en daar hebben de ‘Groves’ in deze wereld een bloedhekel aan!
Stijn Grove 1
Gerealiseerde projecten
Daarom zetten we als Nederlandse datacenter industrie flink in op restwarmte en in heel Nederland zijn inmiddels projecten gaande verspreid over heel Nederland. Naast het kantorencomplex in Heerlen zijn er gelukkig meer voorbeelden: momenteel profiteren zo’n 1.300 appartementen op Science Park Amsterdam, zo’n 40 kantoren op de High Tech Campus in Eindhoven, een conferentiecentrum in Ede, en een zwembad, kwekerij en school in Aalsmeer van de warmte. Ook zijn er een aantal nieuwe, grote projecten: in Groningen is dit voorjaar het startschot gegeven om op termijn 10.000 woningen te verwarmen met datacenter warmte via de warmtecentrale op de Zernike campus. En ook in Amsterdam, bijv. in de Houthavens, bevinden zich een aantal veelbelovende projecten in een laatste fase. Ook in het buitenland, zeker in Scandinavië, zijn er veel succesvolle projecten waarbij zeker wordt aangetoond dat datacenter restwarmte kan werken.
Lage temperatuur
In het artikel wordt meermaals verwezen naar datacenter restwarmte als ‘laagwaardig’, dat enkel kan worden ingezet voor nieuwbouwwijken. Opwaardering via de huidige warmtepompen is (nog) niet duurzaam, maar dat maakt het niet per definitie minder interessant. Het blijft interessant om naar lage temperatuur bronnen te kijken, omdat hierdoor waterpompen altijd efficiënter zullen werken dan middels gebruik van de koude buitenlucht.
Het samenwerkingsverband MRA Warmte Koude, waar de DDA actief in was, maakt duidelijk onderscheid dat elke wijk en locatie een andere aanpak behoeft. Het past juist in de visie die we beogen voor de toekomst, namelijk dat alle huizen uiteindelijk goed geïsoleerd worden. Bovendien gaan er de komende jaren nog enorme slagen gemaakt worden in de innovaties van warmtepompen. Ook hier geldt dat we te maken hebben met een een puzzel die we in de loop van de jaren verder zullen moeten invullen.
Jan Ooms 10
Stijn GroveDhr. Grove kan het best reclame maken door de handjes uit de mouwen te steken en daadwerkelijk werk te maken van de tot nu enkel loze beloftes. Maar ja, dan moet er geld uitgegeven worden en daar hebben de ‘Groves’ in deze wereld een bloedhekel aan!
Stijn Grove 1
Geothermie
In het artikel wordt restwarmte vergeleken met aardwarmte uit geothermie. Gek genoeg worden de nadelen van restwarmte uitgebreid belicht, terwijl de risico's, beperkingen en kosten van onbenoemd blijven. Restwarmte is, op locaties waar dat beschikbaar is, een veiligere en goedkopere optie dan geothermie. We zullen echter beide systemen nodig hebben om de energietransitie te realiseren.
PUE
Kleine toevoeging ten aanzien van de PUE: in het (nieuwe) datacenter beleid in Amsterdam en Haarlemmermeer -dat hoogstwaarschijnlijk MRA breed wordt overgenomen - is reeds vele jaren al vastgesteld op maximaal 1.2 voor nieuwe datacenters en 1.3 voor bestaande datacenters. Daarmee heeft Nederland de meest efficiënte datacenters in Europa.
Luchtkoeling
De bewering in het artikel dat luchtkoeling het moeilijker zou maken om restwarmte uit te koppelen, is onjuist. Moderne datacenters koelen inderdaad zoveel mogelijk via vrije luchtkoeling. Dit is in de meeste gevallen indirect: via een vloeistofsysteem wordt de warmte vanuit de computerzalen gekoeld door middel van warmtewisselaars met de buitenlucht. Dit maakt het niet moeilijker maar juist makkelijk om de restwarmte ‘uit te koppelen’ en het een warmtenet in te sturen.
Wat betreft koelingsmethoden zijn er altijd steeds verbeteringen door te voeren. Zo werkt de sector al meer dan 10 jaar samen met de overheid aan efficiëntie verbeteringen, middels de Erkende Maatregelenlijsten (EML) en de voormalige Meer Jaren Afspraken (MJA). Immersie koeling bestaat als methode sinds de 19e eeuw en in onze industrie al zo’n 15 jaar. Er zijn echter veel (technische) bezwaren waardoor deze techniek nauwelijks wordt toegepast. De keuze voor een bepaalde koelingstechniek is echter geen drempel om van restwarmte gebruik te maken, zoals de hierboven genoemde projecten laten zien: al deze projecten maken gebruik van datacenters met luchtkoeling.
Jan Ooms 10
Stijn GroveDhr. Grove kan het best reclame maken door de handjes uit de mouwen te steken en daadwerkelijk werk te maken van de tot nu enkel loze beloftes. Maar ja, dan moet er geld uitgegeven worden en daar hebben de ‘Groves’ in deze wereld een bloedhekel aan!
Stijn Grove 1
Datacenters restwarmte heeft veel potentie: maar heeft ook meer tijd nodig
In andere woorden, het hergebruik van datacenter restwarmte is een puzzel die we door de tijd heen met elkaar moeten gaan oplossen. Daar profiteert de hele samenleving van. Immers leven we allemaal steeds meer online en zullen er ook steeds meer datacenters nodig zijn. Hoe meer en hoe eerder we de warmte kunnen gebruiken, hoe beter. Echter staat het uitrollen van deze projecten nog in de kinderschoenen, waardoor het nog veel tijd kost om dit soort complexe projecten van de grond te krijgen.
We zijn er als industrie van overtuigd dat datacenter restwarmte haar potentie zal waarmaken. Zeker als het deel uitmaakt van een integrale aanpak waarbij meerdere energiebronnen, warmtebronnen en afnemers worden meegenomen en de wetgeving faciliterend optreedt.
Jan Ooms 10
Stijn GroveDhr. Grove kan het best reclame maken door de handjes uit de mouwen te steken en daadwerkelijk werk te maken van de tot nu enkel loze beloftes. Maar ja, dan moet er geld uitgegeven worden en daar hebben de ‘Groves’ in deze wereld een bloedhekel aan!
Stijn Grove 1
Jan OomsJan Ooms 10
Stijn GroveStijn Grove 1
Jan OomsJan Ooms 10
Stijn GroveEn dít is óók (veel teveel) aandacht, dus ik stop ermee.
A.D. Hoekstra
Stijn Grove(en zie mijn andere reactie op dit artikel, dat ik ook tendentieus vindt)
Nico Janssen 7
Stijn GroveDe datacenters sector zou zijn maatschappelijke rol natuurlijk veel beter kunnen invullen, door wel vlakbij de gebouwde omgeving te gaan staan, met olie te gaan koelen, waardoor warmtelevering van hogere temperatuur beschikbaar komt en de 'warmte' helemaal gratis uit te koppelen. Dus niet alleen de warmte gratis ter beschikking te stellen, maar ook de hele uitkoppeling voor haar rekening te nemen.
Zolang deze zaken niet standaard gebeuren Stijn, blijf ik je hele verhaal een soort van schaamlap greenwashing vinden. Ook omdat we in Nederland al een overvloed aan datacenters hebben, veel meer dan dat voor Nederland zelf nodig is. Ik vermoed dat het gunstige fiscale klimaat in Nederland voor multinationals hier mede debet aan is.
Stijn Grove 1
Nico JanssenLiquid cooling heeft potentieel vooral op gebied van ‘compute’, maar wordt vanwege tal van technische redenen nergens nog gebruikt. Daar zit zeker wel potentie in dus dat zal op sommige delen wel gebruikt gaan worden.
Warmtenetten aanleggen in een land dat zich 50 jaar volledig gefocust heeft op gas is een zaak van de lange adem want het beleids kader is nog niet ideaal, subsidies op gas van grote afnemers zijn er nog steeds wat aanleg van warmtenetten heel moeilijk maakt. Het ligt dus een stuk genuanceerder en het zomaar schaamteloos afserveren helpt de transitie niet voorwaarts.
Nico Janssen 7
Stijn GroveVerder begrijp ik werkelijk niet wat je bedoelt met: "Wat betreft de temperatuur is het het issue niet en daar is een andere techniek niet voor nodig. in. Tal van projecten zijn reeds operationeel in Nederland als daarbuiten. Voor moderne warmtenetten en het balanceren van bestaande warmtenetten is de warmte genoeg." Geen idee wat je hier eigenlijk zegt ?????
Stijn Grove 1
Nico JanssenMet de meest gangbare transmissie apparatuur, beschikbaar voor iedereen, kan data rond 10 km worden uitgewisseld. De clusters rond de hubs liggen vaak rond die afstanden. Grote cloud spelers met ook eigen datacentra, kunnen de investering maken in zwaardere transmissie apparatuur waardoor het datacenter zo rond 50 km hemelsbreed van de hub geplaatst kan worden.
Jij geeft aan dat we met olie moeten gaan koelen waar ik op reageer.
Matthijs Kunenborg 1
Storend is dat wordt gedaan alsof lage temperatuur warmtenetten met warmte van datacenters meer CO2 uitstoten dan een HR-ketel.
Met 0,20 kg / kWh CO2 voor een HR-ketel en 0,56 kg / kWh voor grijze stroom, wordt een warmtepomp rendabel bij een COP van 0,56 / 0,20 = 2,8.
Met een lage temperatuur warmtenet op 25 ºC is een COP van 6 prima haalbaar. Daarmee wordt het verwarmen met een warmtepomp en een lage temperatuur warmtenet de betere keuze voor het klimaat.
En dan heb ik nog niet eens met de gemiddelde energiemix voor elektriciteit gerekend, maar met groene stroom. Ook zal onze elektriciteit de komende decennia vergroenen, waardoor verwarmen met een warmtepomp nog weer minder CO2 uitstoot tot gevolg heeft.
Nico Janssen 7
Matthijs KunenborgMatthijs Kunenborg 1
Nico JanssenIk bedoelde overigens een SCOP van 6 in mijn eerste reactie.
Met bodemwarmtepompen wordt al vaak [1] een SCOP van 5 of hoger gehaald. De temperatuur is dan ongeveer 12 ºC. Bij 25 ºC moet een SCOP van 6 zeker haalbaar zijn.
Overigens ben ik het met u eens dat het aanleggen van een warmtenet zelden financiëel interessant is.
Voor een binnenstad met monumentale panden kan een middentemperatuur warmtenet interessant zijn, als veel panden niet met een warmtepomp verwarmt kunnen worden en groen gas (o.i.d.) geen optie is.
Uiteraard onder de aanname dat we inderdaad geen aardgas meer willen gebruiken.
[1]: waermepumpen-verbrauchsdatenbank.de/index.php?button=verbrauch
Nico Janssen 7
Matthijs KunenborgRecente cijfers (sorry ik heb ze niet zo bij de hand) laten zien dat laatste anderhalf jaar veel inzet van gascentrales (i.p.v. kolen) en duurzame bronnen is geweest waardoor de CO2 emissie per kWh flink omlaag is gegaan.
Een middentemperatuur warmtenet kan voor een binnenstad met veel oude / monumentale gebouwen inderdaad een goed idee zijn. Maar ook dan zal er echt iets aan de isolatie / warmtevraag van deze panden gedaan moeten worden, wat overigens best kan.
Dirk van der Woude
<1 van 2>
Ik mis twee belangrijke bronnen die antwoord geven op de vraag hoeveel energie de datacenters in Eemsmond, Wieringermeer en in en om Amsterdam nu écht gebruiken. Dat wilde de Tweede Kamer vorig jaar ook weten en daardoor kreeg CBS _eindelijk_ volledig toegang tot de administraties van TenneT, Liander etc. over 20217 t/m 2019. Eind december vorig jaar volgde de rapportage (1).
Met een nogal verrassende conclusie, al die datacenters samen waren in 2019 nameliojk goed voor slechts 9,9 PJ aan energie. Ofwel dat is maar 0,32% van de ca. 3.047 PJ die geheel Nederland dat jaar opsoupeerde (2). Veel minder dan iedereen (en ikke en Berenschot) tot dat moment had gedacht. In dat zelfde 2019 had de chemische industrie zo'n 786 PJ nodig, Tata in Velsen richting 100 PJ en die ene aluminiumsmelterij in Delfzijl 6,6 PJ (ook noot 2).
Ofwel het CBS heeft daarmee aangetoond dat er een reuzengroot verschil is tussen het vermogen dat datacenters hebben gecontracteerd en de energie die ze feitelijk gebruiken. Voor bijv. Berenschot betekent het dat ze opnieuw naar de tekentafel moeten, hun cijfers kúnnen niet kloppen.
Bottom line: als sector behoren de datacenters met hun 0,32% eigenlijk niet tot de grote energieverbruikers. Dat zijn veel meer de sectoren die op collectieve kosten hele grote aansluitingen hebben op het aardgasnet.
Zeer recent kwam er nóg een interessante bron bij, namelijk de Conclusie van de Procureur Generaal bij de Hoge Raad (3). Hierin vind je bij paragraaf 4.16 een uitermate boeiende grafiek (4) waarin opnieuw het tot wel 75% grote verschil tussen gecontracteerd en daadwerkelijk gebruikt vermogen zichbaar wordt.
Henk Broekhuizen
Dirk van der WoudeEr geldt meer is algemene zin dat we veel meer moeten kijken naar daadwerkelijk verbruik kW's, dan naar opgestelde capaciteit (kW) . Ik geeft post-HBO les in Bodemenergie en constateer dat veel vakmensen wel weten wat een ontwerpcapaciteit moet zijn, maar geen idee hebben wat een normaal of uitdagend energiegebruik is. Voor capaciteit ontwerp je op comfort en bedrijfszekerheid en dat is van primair belang. Voor kosteneffectief duurzaam ontwerp is het zinvol te kijken naar het gebruik van dit vermogen. Dan geen duurzame middelen inzetten voor niet of weinig ingezet piekvermogen. Bij All-Electric oplossingen is dat vaak wel het geval Het bekt wel lekker maar is vaak niet kosteneffectief. Het leidt er vaak toe dat projecten dan niet doorgaan.
Mijn motto is: minder PR en meer nuchtere PRestatie.
Dirk van der Woude
Vwb de restwarmte heb je natuurlijk gelijk dat het hergebruik lastig is. Alleen, dat geldt voor álle grote energieverbruikers en daarvan zijn er, met een jaarverbruik van minstens 50.000 kWh en/of 50.000 m3 aardgas minstens 85.000 in Nederland (5, CBS, 2018). Een aanzienlijk deel van al die energie wordt omgezet in warmte en weggegooid.
Natuurlijk moeten we waar mogelijk alle restwarmte benutten, niet alleen van die paar datacenetrs maar van alle warmteweggooiers. Dat kan ook met lage temperatuur, immers alleen het warmwater deel van tap- en badwater moet even boven de 60C zijn geweest, om je huis te verwarmen heb je aan 25 tot 30C genoeg. En tap en badwater is een kleine fractie van de hele warmtevraag.
Laten we vaak en veel kijken naar Scandinavië en Oost-Europa. Daar zijn ze ons lichtjaren voor met de aanleg van warmtenetten en aansluiting daarvan op woningen. Als we dat voorbeeld volgen kunnen we die in ons land overvloedig aanwezig restwarmte echt gaan gebruiken.
1) https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2020/51/elektriciteit-geleverd-aan-datacenters-2017-2019
2) https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/83989NED/table?ts=1618052906056
3) https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:PHR:2021:134
4) https://uitspraken.rechtspraak.nl/image/?id=626eeac6-9dde-4655-8936-0a801ff88d58
5) https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2019/23/midden-en-grootverbruik-van-elektriciteit-en-gas-2017
Henk Broekhuizen
We moeten echter creatief zijn. Je moet m.i. geen dure warmtenetten gaan realiseren, maar de de restwarmte naar de woonwijken brengen en het daar met warmtepompen opwaarderen tot bruikbaar nivo. Dan geen dure warmteleidingen met hoge verliezen.
Dit dan in combinatie met bodemopslag. Daarmee ben je in staat ook de zomerse restwarmte te benutten in de winter en kun je in de zomer het datacentrum koelen.
Restwarmteleidingen zijn veel goedkoper en door de opslag in de bodem hoeft je niet de piekwarmte geheel van het datacentrum te halen.
A.D. Hoekstra
Verder denk ik dat schaalvergroting juist gunstig is.
Ooit hadden velen een eigen PC onder het buro, later verdwenen die grotendeels naar de kelder van het pand, met nog enkel een beeldscherm.op het buro. Vervolgens werd het eigen 'datacenter'/computerruimte uitbesteed naar een professionele dienstverlener, want er komt nogal wat bij kijken om het goed (en 'betaalbaar') te doen, redundantie, fysieke beveiliging, ongediertebestrijding etc. En nu maken bedrijven massaal de overstap naar 'de cloud'. Google Cloud Platform is iets meer dan wat de meeste mensen denken, en niet alleen het hosten van Googles eigen diensten - GCP is net als Amazon (AWS) en Microsoft (Azure en Microsoft365) ook leverancier van (IaaS, PaaS, SaaS, xxaaS) diensten aan duizenden klanten, die het voorheen allemaal zelf deden (onder hun buro of in de kelder).
En de behoefte aan di tsoort diensten is blijkbaar groot. We lezen FTM toch ook niet op papier?
Dus onterecht om de 3(+) hyperscales zo in het slechte daglicht te stellen. Weliswaar is de stroomconsumptie nu geconcentreerd, maar ik ben overtuigd dat netto dit vele malen lager is dan voorheen (als we de autonome groei meewegen).
En waterverbruik, zie o.a. reactie MS. Ik heb nog geen fatsoenlijke studie gezien waaruit daadwerkelijk blijkt dat dit zo'n groot probleem is als gesteld wordt, in ieder geval niet in Middenmeer.
En 'PUE is geen prikkel voor zuinigere servers'. Nou reken maar dat nagedacht wordt door de techreuzen hoe ze de Watts per rekencapaciteit kunnen verlagen. Juist omdat warmtedissipatie het grootste probleem is probeert men de chips zo efficient mogelijk te maken. Ook harddisk worden vervangen door SSD ivm lagere dissi
Dirk van der Woude
A.D. HoekstraBottom line: datacenters zijn 'goed' voor ca. 0,035% van alle ruimte in Nederland
https://www.collegevanrijksadviseurs.nl/actueel/nieuws/2019/10/29/advies-xxl-verdozing
Erwin de Waard 6
A.D. HoekstraDat moet wel in het oordeel meegenomen worden.
Hendrik Rood 1
Erwin de WaardDe Rijksoverheid consolideert datacentra sinds 2010 van ca. 64 naar 4 locaties nu (6 gebouwen). Het leidde tot ruwweg een halvering van het benodigde aansluitvermogen.
De groei van het Amsterdamse datacluster qua geïnstalleerd vermogen lag iets boven de krimp van het Rijk.
Gegevens van de krimp decentraal bij het bedrijfsleven door verhuizing naar de public of private Cloud zijn er niet, maar is vergelijkbaar.
Schatting was een royaal jaar terug dat nu nog ca. 80% van de enterprise IT niet in de cloud staat.
Lucia Kleinegris
Met data gaat het straks net zo: subsidies en draagvlak voor groene stroom gaan erin, enorm landgebruik, enorm grondwater/drinkwatergebruik, warmtelozing en straks ook beslag op de ondergrondse ruimte. Net als de landbouw zeer arbeidsextensief.
En waarom? Voor ons Netflixen, thuiswerken en mobiele telefonie? Ja, een beetje. Veel meer voor de internationale digitale dienstverlening (waar andere landen blijkbaar te onveilig zijn). En ja, voor alle nutteloze spam en energieslurpende (steeds vergoelijkte) bitcoin technologie/blockchaintechnologie
Niek Jansen 9
Lucia KleinegrisHendrik Rood 1
Niek JansenNiek Jansen 9
Hendrik Roodhttps://www.destentor.nl/zeewolde/op-zoek-naar-de-mysterieuze-techgigant-in-zeewolde-geeft-bijzondere-toegangsweg-het-geheim-prijs~a5ac5140/
En waarom mogen we niet weten wie de eigenaar is van het grootste (166 ha.!) megadatacenter in Europa, dat in Zeewolde in aanbouw is? Is het Amazon?
En als het Amazon is, willen zij met hun geheimzinnigheid protesten voorkomen zoals in Virginia U.S.?
https://datacenterworks.nl/nieuws/flinke-weerstand-tegen-nieuw-datacenter-van-amazon
Stijn Grove vindt dat allemaal geen punt, die blijkens deze link een enthousiaste pleitbezorger is van deze megadatacenters en waarvoor hij ook FTM gebruikt.
Het bedrijf Polder Networks zou de tussenpersoon zijn voor het megadatacenter in aanbouw in Zeewolde, dat staat ingeschreven op de Verlengde Poolse weg 14 te Breda, waar nog 120 andere bedrijven, stichtingen, organisaties ‘gevestigd’ zijn w.o. ook Liberation Management, dat een boekhoudkantoor zou zijn voor ‘Zeewolde’ (‘liberation’ van wat ?).
https://drimble.nl/bedrijf/breda/47299061/whp-engineering-bv.html
Breda is een alternatief van de Zuid-As te Amsterdam geworden voor bedrijven die hun belasting willen ontduiken in hun productielanden via brievenbusfirma’s in Nederland.
Zo is het adres op de Graaf Engelbertlaan 75 te Breda ook een populair adres waar o.m. een aantal bedrijven van de Amerikaanse oliegigant ExxonMobil is ‘gevestigd’.
R. Eman 8
Hendrik RoodRoland Horvath 7
Niek Jansen'Als er een kernoorlog komt tussen de VS en Rusland RU, dan moet die uitgevochten worden in RU en in Europa, niet in de VS. De 3 gegevenscentra in Zeewolde, Eemshaven en Wieringerwerf moeten Europa belangrijk maken zodat RU ieder van de gegevenscentra trakteert met een -kleine- atoombom.'
Europa wordt steeds meer een kolonie, een slaaf van de VS. NL is de 52ste VS staat, Israël is de 51ste
Het schandelijke Britse arrest over de uitlevering van Julian Assange, een Australiër, aan de VS is een andere ernstig aspect van groeiende VS dominantie in Europa. Dat zou betekenen dat niemand op heel de wereld nog een recht van vrije meningsuiting zou hebben.
Sedert meer dan 200 jaar menen velen in de VS dat de VS zo speciaal zijn dat ze de wereld moeten regeren: Het Manifest Destiny. Dergelijk waanzinnig meerderwaaardigheids -discours leidt altijd tot ernstige feiten. Referenties: De kolonisatie, de Spanse inquisitie, het DE nazisme, de kruistochten beginnend in 1096-1099, nu VS grootheids -waanzin die Europa reeds sedert WOI terroriseert.
De meerderwaardigen, de zuiveren en zij die geen enkele diversiteit kunnen verdragen, zijn de vijanden van de mensheid.
R. Eman 8
Lucia KleinegrisTerechte vraag. Echter denk ik dat u het antwoord vooral zal moeten zoeken in de Nederlandse eigen gebruiken en eigen cultuur. We worden in onze jonge jaren opgevoed dat spieken een doodzonde is (=vooral geen kennis delen), trots moeten zijn op onze VOC-mentaliteit (= importeren is roven van goederen uit het buitenland) en een handelsnatie zijn (= exporteren is handel waarvoor betaald moet worden). Kortom: wij houden het liever voor onszelf en bij onszelf. Niettegenstaande dat men niet in de gaten heeft dat geen enkele geëxporteerde bit en bite iets gaat opleveren voor de Nederlandse staat.
Lucia Kleinegris
Henk Broekhuizen
Lucia KleinegrisJij benadert e.e.a. vanuit de noodzaak de DC's 100% te koelen met bodemenergie. DC's hebben een hoge koeltemperatuur en daarmee kun je met 250 m3/uur in Amsterdamse omstandigheden 4-5 MW leveren.
DC's met 80 MW daadwerkelijk vermogen ken ik niet veel...ook niet in Amsterdam.
Vanuit optiek van de restwarmtebenutting kun je beter ontwerpen vanuit de optiek van energieverbruik van de woningen. Systeem dan zo ontwerpen dat je zoveel mogelijk warmte van een DC kan benutten. Daarvoor moet je dan dus om die reden in de zomer ook warmte in de bodem opslaan.
Met een DC van 5MW en 1 bodemenergiesysteem kun je dan m.i. ~8000 nieuwe woningen verwarmen
Eveline Bernard 6
- Alle datacenters moeten een extra verdieping krijgen, die tegen sociale huur beschikbaar is als woningen, anders: weg vergunning.
- Alle datacenters, en de woningen erop, worden vóór de bouw met goed OV bereikbaar gemaakt.
- Alle daken van datacenters moeten volledig vol liggen met werkende zonnepanelen, met in contract vastgelegde opbrengstgarantie, bij overtreding: weg vergunning, sluiten die tent.
- Bedrijven gaan Opslag duurzame energie betalen op de elektriciteitsrekening, net als wij.
Hendrik Rood 1
Eveline BernardZonnepanelen op een datacenter dak heeft maar een zeer beperkte bijdrage aan de energievoorziening eronder.
Datacenters kopen al massaal duurzame energie in. Dat wordt elders nu juist als probleem aangekaart.
Hans Stammes 3
Hendrik RoodConclusie lijkt mij dat datacenters te eenvoudig een vergunning hebben gekregen. Als men de achterkant van deze datacenters (, in passing in landschap, opdraaien voor oplossing en kosten van koelwater in omgeving ,) gelijk regelt en vastlegt in de vergunningen dan worden aan de voorkant opgelost. Is dit economisch niet rendabel dan zoeken de dataglobisten wel een andere oplossing in het buitenland.
R. Eman 8
Hendrik RoodExact. Datacenters vestigen zich daar waar de publieke (energie-)voorziening aanwezig is en niet daar waar het geproduceerd wordt.
Eveline Bernard 6
Hendrik RoodMijn dak levert 5x mijn elektriciteitsbehoefte.
Hendrik Rood 1
Als dat het geval zou zijn, dan zou er nu in plaats van overcapaciteiten en lage kWh prijzen bij veel wind/zon, sprake zijn van te weinig capaciteit en steeds meer grijze energie-opwekking. Ik hoor en lees toch bijna dagelijks iets anders.
Ik mis voor die stelling een duidelijke bron.
Eveline Bernard 6
Hendrik RoodBovendien is het goed mogelijk verbruik te reguleren op basis van aanbod, zo liet de aluminiumfabriek onlangs zien.
Jan Mulder 3
- ruimte en uitzicht
- groene stroom
En het wordt verkocht met doorzichtige leugens zoals het hergebruik van warmte in kassen - dat was in de Wieringermeer ook zo'n goed idee... maar niet uitgevoerd. Als je er even over nadenkt ook een moeilijk concept, want logischerwijs heb je in de zomer de meeste restwarmte, als je er het minst behoefte aan hebt.
Op andere terreinen werkt NL hetzelfde, zoals het heen en weer slepen van containers (levert niet veel op per stuk en enorm beslag op ruimte, slecht voor de luchtkwaliteit, verkeersdruk) en de bio-industrie. Dan hoor je opeens niets meer over de kenniseconomie.
Als de grote IT-bedrijven zich hier zo graag vestigen doen we in elk geval iets niet goed: het is te goedkoop en te makkelijk.
Niek Jansen 9
Dar wordt in dit artikel geen aandacht aan besteed. Waarom niet?
Rogier Kraan
https://www.omroepwest.nl/nieuws/4381769/Den-Haag-aan-vooravond-van-megaproject-warmteleiding-dwars-door-de-stad
Hans Konstapel 1
Roland Horvath 7
Een argument is dat Facebook niet te vertrouwen is en als het gevestigd is in Zeewolde zal Facebook zijn wil opleggen. Door de toelating voor vestiging krijgt Facebook het signaal dat het niet moet opgedeeld worden in bvb. 10 delen.
Het belangrijkste aspect wordt gemeden. Waarom vestigen de 3 ondernemingen Facebook, Microsoft en Google hun gegevens centra niet in de VS. De VS zijn 240 maal groter dan NL.
Dat heeft te maken met de veiligheid van NL en van West Europa.
De gegevens van de VS strijdkrachten worden diep onder de grond opgeslagen in de VS. Niet in het buitenland. Maar de VS overheid staat er op dat de 3 hun datacentra in NL vestigen. In Europa.
Als er een kernoorlog komt tussen de VS en Rusland RU, dan moet die uitgevochten worden in RU en in Europa, niet in de VS. De 3 gegevenscentra in Zeewolde, Eemshaven en Wieringerwerf moeten Europa belangrijk maken zodat RU ieder van de gegevens centra trakteert met een -kleine- atoombom. Dat kan niet missen want de centra verbruiken giga veel elektrische energie en dus is de hoeveelheid magnetische energie meer dan voldoende om die centra te kunnen lokaliseren.
Er moet aan toegevoegd dat er in de VS steeds meer tweespalt is tussen de republikeinen van Trump en de anderen. De VS worden steeds meer een tijdbom. Dit alles is te moeilijk voor de ministers van economische zaken, vroeger en nu, resp. Wiebes opleiding ingenieur en Blok, opleiding accountant.
NB. Wiebes heeft het al dan niet toelaten van de vestiging in Zeewolde van zich afgeschoven naar de Gemeente Raad van Zeewolde. Dat alles is ongepast, onwettig en misschien ook een ambsdelict.
Jan Buis 2
De vraag is natuurlijk waarom bedrijven met hun datacenter zo graag naar Nederland komen!