© Frank Meijer

‘Agent van Poetin’, ‘belangrijke denker van deze tijd’, ‘partij-ideoloog’. Diverse stempels zijn inmiddels gedrukt op de Brit John Laughland: de nieuwe leider van Forum voor Democratie Internationaal. Maar wie is deze conservatief die al jaren pleit voor minder EU, minder NAVO en meer natiestaat? En welke banden heeft hij met Rusland? We volgden zijn sporen en kwamen uit bij de aloude strategieën van de KGB.

0:00
Dit stuk in 1 minuut

Waarom dit artikel?

  • Sinds Rusland Oekraïne is binnengevallen worden de geldstromen van en naar Rusland kritischer bekeken. Dat geldt ook voor uitgesproken pro-Russische en anti-democratische standpunten die veelal online en op sociale media worden geuit. 
  • Hoewel bron, doel en financiering vaak onduidelijk zijn, zijn er aanwijzingen dat de Russische staat via aan hen verbonden instellingen pro-Russische, anti-EU en antidemocratische standpunten verspreiden, met als doel: verdeeldheid zaaien in westerse landen en de Russische invloed vergroten. 

Wat hebben we onderzocht?

  • We onderzoeken Russische beïnvloedingsstrategieën in de Nederlandse politiek en het publieke debat. Hoe werken die en wie doet eraan mee?
  • Dit artikel is daarvan het eerste resultaat: een profiel van de conservatieve, anti-EU denker John Laughland, of – zoals Thierry Baudet hem noemt – ‘de partij-ideoloog’ van FvD.

Hoe hebben we het onderzocht?

  • Een onderzoeksteam van FTM, Platform Authentieke Journalistiek en The Investigative Desk spreekt met een groot aantal internationale en Nederlandse bronnen (betrokkenen, onderzoekers en deskundigen) en analyseert originele (soms geheime of uitgelekte) documenten en onderzoeksrapporten. 

Hier gaat het artikel over:

  • Het onderzoek laat zien dat Laughland precies past in de methode waarmee de KGB al ‘enablers’ ronselde: mensen die geen actieve agenten zijn, maar door hun standpunten en publicaties pro-Russische informatie verspreiden. 
  • In het begin van zijn carrière schreef de Brit voor The Guardian en andere gerenommeerde media, tegenwoordig treedt hij op in Russische media en is hij gastdocent aan het Mathias Corvinus Collegium (MCC) in Boedapest. In 1997 publiceerde hij The Tainted Source, een van zijn meest invloedrijke boeken. 
  • Laughland verkeert in een internationaal conservatief netwerk dat directe banden heeft met pro-Kremlin-ideologen.
  • Thierry Baudet prijst Laughland als ‘een van de grootste denkers’. Laughland geldt al langer als partij-ideoloog van Forum voor Democratie en werd in de zomer van 2022 benoemd tot directeur van de internationale tak van deze partij: Forum for Democracy International.

 

Lees verder

‘We can confirm that officers based at Gatwick Airport stopped a 59 year-old man on Friday 7 October after he arrived on an inbound flight from Budapest. The man was stopped under Schedule 3 of the Counter-Terrorism and Border Security Act, 2019, and was questioned by officers before later being released.’

Dit bevestigt de antiterreureenheid van de Britse politie. De 59-jarige man is John Laughland, directeur van Forum for Democracy International. De Brit geldt als de intellectuele ‘godfather’ van FvD-leider Thierry Baudet.

Kritische volgers van Baudet hebben hem al langer in het vizier, maar sinds de Britse eurosceptische conservatief deze zomer directeur van Forum for Democracy International werd, staat hij in de schijnwerpers als ‘agent van Poetin’. 

Zelf verzet Laughland zich heftig tegen deze kwalificatie die hem naar eigen zeggen ook privé raakt. Hij is getrouwd met de half-Russische Emily Matthews, wier familie heeft geleden onder het schrikbewind van Stalin. Laughland: ‘Mijn schoonmoeder is een slachtoffer van de Stalinistische zuiveringen in 1937. Haar vader is geëxecuteerd in dat jaar, zij werd een wees en heeft tien jaar in kampen gezeten. Onder Stalin werden mensen die verdacht waren buitenlandse agent te zijn opgepakt.’ 

Daarom steekt het hem zo dat juist hij wordt weggezet als Russische agent. 

Sinds Rusland Oekraïne is binnengevallen, heeft dit stempel een verstrekkende lading gekregen. Niet alleen militair en economisch woedt een oorlog, ook in de politiek steken krachten de kop op die steeds openlijker pro-Russische desinformatie verspreiden en proberen de democratie te ondermijnen. 

In Nederland gaat Thierry Baudet daarin het verst. Onlangs beweerde hij nog dat Europa wordt geregeerd door een stelletje kwaadaardige reptielen. De enige verlosser volgens hem: president Vladimir Poetin. Baudet komt niet in zijn eentje op deze ideeën, maar laat zich voeden door een netwerk van ‘deskundigen’ en politieke medestanders. Een van zijn inspiratiebronnen is de door hem benoemde ‘partij-ideoloog’ John Laughland, wiens publicaties hij gebruikt om zijn ideeën een wetenschappelijke basis te geven en daarmee te legitimeren. 

Laughland profileert zich al bijna dertig jaar in opiniestukken in gerenommeerde kranten en in wetenschappelijke artikelen als pro-Russische, anti-EU voorvechter van de natiestaat. Daarnaast onderhoudt hij nauwe banden met een aan het Kremlin gelieerd netwerk van oligarchen, ex-politici en academici. Maar maakt dat hem ook een Russisch agent? 

Een team onderzoeksjournalisten van Follow the Money, The Investigative Desk en Platform Authentieke Journalistiek dook in de materie en werkte voor dit artikel samen met het Dossier Center, een organisatie opgericht door Michail Chodorkovski, die zich richt op de activiteiten van de Russische inlichtingendiensten en Russische inmenging in andere landen. 

Klassieke Russische spionnen bestaan nog steeds. Ze luisteren af, proberen bedrijven te infiltreren en informatie naar Rusland te sluizen. Onlangs zetten Nederland en België nog een aantal ‘diplomaten’ uit die betrapt waren op spionage. En Noorwegen betrapte deze week een spion die zich voordeed als Braziliaanse universitair docent die beweerde ‘hybride bedreigingen’ te bestuderen.

Maar dat is slechts de top van de ijsberg. Er bestaat een veel omvangrijker, subtieler netwerk van internationale denkers, politici en mediapersoonlijkheden wier gedachtegoed naadloos aansluit bij de Russische agenda. En dat de Russische overheid dankbaar inzet voor haar buitenlandse beïnvloedingspraktijken.

Aan de hand van John Laughlands ‘werdegang’ laten we zien hoe de wisselwerking tussen zijn ideologie en Russische strategieën, organisaties en financiering leidt tot een diffuus beeld van beïnvloeding van de publieke opinie in andere landen. Hier is moeilijk grip op te krijgen, en dat is precies de bedoeling van de strategie.

Een Europeaan bij uitstek

John Laughland (1963) groeide op in Berkshire, op twintig minuten rijden van Windsor Castle, een ‘flashy and expensive part of England’, zoals hij het zelf noemt. Door het internationale werk van zijn vader – hij was piloot bij British Airways en vloog ook nog even voor KLM – ontving zijn familie regelmatig buitenlandse vrienden.

Na wat kostschooljaren in het nabij gelegen Reading, zet Laughland de internationale oriëntatie uit zijn jeugd voort tijdens zijn studiejaren. Vanaf 1982 studeert hij vier jaar lang filosofie en Duits aan de universiteit van Oxford. ‘Een van mijn studiejaren bracht ik door in München, waar een oudtante woonde. Ik was erg op haar en München gesteld, dus ik verbleef daar een tijdje,’ vertelt hij in een uitgebreid gesprek met het onderzoeksteam.

Na een kort uitstapje als analist voor persbureau Reuters in de Londense City, pakt Laughland in 1988 zijn studie in Oxford weer op. Hij kiest het Saint Anthony’s College. ‘Waar Sigrid Kaag ook studeerde,’ voegt hij er nadrukkelijk aan toe. Een opmerking die Thierry Baudet een paar dagen later zou opvoeren in een Kamerdebat.

In de jaren daarna, tussen 1990 en 1995, doceert hij een aantal jaar politiek en filosofie aan de prestigieuze Sorbonne universiteit in Parijs. Die roerige periode, waarin de Sovjet-Unie uiteenvalt en Europa zich herschikt, is zal een stempel drukken op zijn ideologische gedachtegoed.

Russische beïnvloeding - terug naar KGB-tijden

Hoe kan het dat deze Europeaan regelmatig wordt gekwalificeerd als ‘agent van Poetin’? Het antwoord op deze vraag is niet los te zien van het doel van Russische beïnvloedingsstrategieën. Dat is al sinds de Koude Oorlog ongewijzigd. Zoals veel deskundigen stellen: de methodes zijn weliswaar aangepast en gemoderniseerd, maar het doel is nauwelijks veranderd: Rusland versterken en de vijand verzwakken.

Rusland heeft hier een hele gereedschapskist voor ontwikkeld. Daar zitten tools in als directe politieke en economische invloed (bijvoorbeeld gascontracten en sancties), maar ook spionage en militair ingrijpen (zoals nu in Oekraïne). Ook desinformatie en de zogeheten soft power maken hier sinds jaar en dag onderdeel van uit. 

Al zullen ze dit nooit openlijk toegeven, Russische machthebbers weten al sinds het begin van de twintigste eeuw dat hun land minder rijk en militair minder sterk is dan het Westen. Daarom heeft het Kremlin zich toegelegd op een andere manier van strijd voeren: informatie-oorlogvoering. Deze methode is erop gericht beslissingen in het buitenland te vertragen en te beïnvloeden. Zoals Jakub Kalenský, onderzoeker bij het Atlantic Council’s Digital Forensic Research Lab, tegen het onderzoeksteam zei: ‘Poetin is niet in staat om Rusland sterker te maken, dus het enige doel is nu om de tegenstander te verzwakken.’ 

Desinformatie wordt hierbij gebruikt ‘to confuse, divide and demoralize’ en om in andere landen op de lange termijn het vertrouwen in instituties als de EU, de regering, de media en wetenschap te ondermijnen, legt Kalenský uit.

Nuttige pionnen

In de informatie-oorlog zijn het zelden door het Kremlin direct aangestelde agenten of spionnen die de pro-Russische verhalen verspreiden. In plaats daarvan maakt Rusland dankbaar gebruik van een ander soort ‘agenten’. Populistische politici of deskundigen bijvoorbeeld, die sowieso al een conservatief, pro-Russisch, anti-establishment wereldbeeld hebben van waaruit ze de politieke verhoudingen verstoren of twijfel zaaien onder de bevolking. 

Maar ook denkers en wetenschappers wier wereldbeeld aansluit bij het pro-Russische verhaal. Ze hoeven niet te worden beïnvloed: hun denkbeelden passen al precies in de strategie van onrust en verdeeldheid zaaien. Zoals Alya Shandra, hoofdredacteur van de onafhankelijke Oekraïense nieuwswebsite Euromaidan Press, zei tegen het onderzoeksteam: ‘Er is nooit direct bewijs dat leidt naar het Kremlin, dat is onderdeel van de strategie.’

Volgens journalist Keir Giles, die onderzoek heeft gedaan naar Russische beïnvloeding, is het ook onderdeel van de Russische strategie om mensen te gebruiken zonder dat ze het doorhebben: ‘Er is een verschil tussen actieve agenten die bewust werken voor Rusland of de ‘useful idiots’ die denken dat wat ze doen uit eigen motivatie is. Ze denken echt dat ze het allemaal zelf doen. ’

Het Dossier Center noemt deze mensen ‘enablers’. John Laughland is er zo eentje.

Niet alleen de KGB, ook de Amerikaanse CIA maakt gebruik van ‘enablers’. Om geschikte kandidaten te vinden, hebben zowel de CIA als de KGB tijdens de Koude Oorlog de beweegredenen van deze mensen in kaart gebracht in een eigen motivatiemodel. De KGB hanteert in haar model in het KGB-handboek voor psychologie drie ‘motivaties’ op basis waarvan ze potentiële bronnen en ‘agenten’ kunnen rekruteren. 

  • Motivatie 1: Ideologie (een kandidaat heeft zich uit eigen overtuiging al vereenzelvigd met pro-Russische of anti-westerse ideeën.)
  • Motivatie 2:  Materieel (iemand is om financiële redenen bereid te helpen bij het verspreiden van het gedachtegoed van Rusland of het verzamelen van inlichtingen.) 
  • Motivatie 3: Moreel-psychologisch (een kandidaat is vatbaar voor beïnvloeding vanwege een persoonlijk gevoel van miskenning of is geschikt om te worden gedwongen met behulp van belastend materiaal).

De huidige Russische geheime diensten passen het model nog steeds toe. En John Laughlands levensloop, zijn uitingen en zijn actieve betrokkenheid bij onder meer FvD laten zien hoezeer hij past in het profiel van een ‘enabler’.

Motivatie 1: De ideologie

‘Ik ben een intellectueel,’ benadrukt Laughland herhaaldelijk in het gesprek met het onderzoeksteam. Uit zijn publicaties rijst eerder het beeld van een ideoloog die selectief citeert om zijn standpunten te bevestigen. 

In zijn tijd aan de Sorbonne begint Laughland te publiceren, met name tegen de eenwording van de Europese Unie. ‘Ik had een aversie tegen het Verdrag van Maastricht uit 1992. Mijn grootste kritiekpunt toen en nu is dat de Europese Unie in de kern ondemocratisch is. Later, toen ik daar zelf werkte, zag ik mijn vermoedens bevestigd.’

Vanaf dat moment komt zijn anti-EU-standpunt steeds sterker terug in zijn werk. In 1992 richt hij samen met gelijkgestemden de British Helsinki Human Rights Group (BHHRG) op. Volgens hemzelf een groepje vrienden ‘die op deze manier geld voor reizen bij elkaar sprokkelde’. De kleine club weet met zijn openlijke steun aan autoritaire presidenten als Alexander Loekasjenko (Wit-Rusland) en Slobodan Milošević (Servië) voor enige controverse te zorgen in het Westen. Financiële steun krijgt de groep vanuit sympathiserende fondsen en individuen uit Engeland en de VS.

In 1995 wordt Laughland directeur Europa bij de European Foundation, een eurosceptische denktank, onder voorzitterschap van Bill Cash, een Brits conservatief parlementslid en een van de grondleggers van de Brexit. De foundation, die ook de steun kreeg van oud-premier Margaret Thatcher, verspreidde in Westminster The European Journal met daarin analyses over Europese verdragen en steunbetuigingen voor Eurosceptische amendementen in het parlement. 

Laughlands scepsis tegen een sterk Europa blijft groeien. Hij ziet een verband tussen de oprichting van (de voorloper van) de EU en van de NAVO. ‘Als je teruggaat naar het begin van de Europese Unie, zie je dat de Verenigde Staten achter het creëren van de eerste versie van een Europese gemeenschap zaten.’ 

Volgens Laughlands redenering is de EU erop uit de natiestaten te vernietigen, wat hem bij een vergelijking met het Derde Rijk brengt in een van zijn eerste, en veel geciteerde boeken The Tainted Source. Bovendien varen zowel de EU als de NAVO door Laughlands bril een uiterst linkse of zelfs ‘marxistische’ koers en vormen ze een bedreiging voor conservatieve waarden en de vrije markt.

In een studie uit 2016 wordt de rode draad in Laughlands carrière helder samengevat: ‘Laughland vertegenwoordigt een extreme lijn van conservatief denken die nationale soevereiniteit boven alle andere overwegingen plaatst. Volgens de redenering van Laughland zijn Vladimir Poetin, Slobodan Milošević en Alexander Loekasjenko daarom heldhaftige figuren.’

Omslagpunt: Joegoslavië 

Tijdens de NAVO-bombardementen op Servië in 1999 bezoekt de harde kern van de BHHRG Belgrado om ‘met eigen ogen te zien hoe mensen lijden onder NAVO agressie’. De groep is er op uitnodiging van de Servische Academie van Wetenschappen. Laughland: ‘Ik hoorde de bommen, onder andere van The Royal Air Force, het was erg emotioneel.’

Het is een cruciaal moment in Laughlands leven. Hij uit zijn anti-EU en anti-NAVO overtuiging steeds openlijker, laat zich interviewen door een propagandakrant en loopt in een anti-NAVO T-shirt door de stad. Niet lang daarna sluit hij zich aan bij de Slobodan Milošević International Committee, een internationaal comité om Slobodan Milošević te verdedigen. ‘Hij schreef daarover een boek waarin hij betoogde dat de Servische leider een slachtoffer was geworden van een politiek proces.

De reis zal ook belangrijk zijn voor zijn verdere carrière. In Belgrado ontmoet hij de Russische Natalia Narochnitskaya: conservatief, anti-NAVO en een oud-parlementslid in Rusland. In die rol pleitte ze voor een grotere rol voor de Russisch-Orthodoxe Kerk binnen de politiek en voor de Russische inval in Tsjetsjenië. 

Een ‘denktank’ in Parijs

Ze houden contact. Wanneer Narochnitskaya bijna tien jaar later het Institute for Democracy and Cooperation (IDC) in Parijs opricht, vraagt ze Laughland als director of studies. ‘De Franse pers dacht meteen dat we wel oude Russische kolonels zouden inhuren, maar ik mocht doen wat ik wilde. Het moest een intellectueel platform worden, dus ik koos John, hij sprak perfect Frans en Duits,’ vertelt ze vanuit Moskou. Laughland hapt toe. 

Het instituut bestond tot 2018 en had vestigingen in Parijs en New York. Uit meerdere bronnen, waaronder het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken, blijkt dat het werd opgericht op persoonlijk aandringen van Vladimir Poetin. Laughland beaamt dit. 

Het idee om een eigen ngo te hebben in het westen ontstond in 2005 vanuit ergernis over westerse ngo’s in Oost-Europa: ‘Na het einde van het communisme vestigden veel westerse organisaties zich in Rusland en Oost-Europa. Iedereen weet van George Soros en zijn Open Society Foundation. Het waren er veel en de Russen werden ze al gauw zat. Deze organisaties vertelden hen voortdurend wat ze moesten doen.’

Het IDC moest daar iets tegenover stellen en het imago van Rusland in het Westen oppoetsen, blijkt uit een diplomatiek telegram onderschept door Wikileaks. Tijdens het vijfjarige lustrum van het IDC beaamt Narochnitskaya dat een van de doelen van het IDC was: ‘to resist the falsification of the history of the anti-Russian campaign in the Western media.’ 

Toch zegt ze nu dat propaganda niet het doel was: ‘We kozen onderwerpen die in de media speelden en waarover publieke discussie was. We nodigden altijd Franse, Duitse, Britse, Europese deskundigen uit. Als er eentje uit Rusland kwam, dan alleen omdat die een passende wetenschappelijke achtergrond had.’ 

Laughland bedacht en coördineerde deze activiteiten in Parijs. ‘Ik heb nooit instructies gekregen van Natalia over waar onze evenementen over zouden moeten gaan. Het was zelfs tegenovergesteld: het was juist mijn taak om met ideeën te komen. Ik had complete vrijheid.’

En inderdaad, deze ‘denktank’ lijkt op het eerste gezicht vooral gericht op het organiseren van bijeenkomsten en lezingen en het publiceren van opiniestukken van Narochnitskaya en Laughland. Maar nadere analyse ervan laten zien dat deze ‘soft power’ precies past in de Russische beïnvloedingsstrategie: een wetenschappelijk ogend instituut dat Ruslandvriendelijke, eurosceptische en natiestaatlievende verhalen verspreidt.

Duidelijk doel: het vormen van een christelijk-conservatief netwerk

Laughland had dan wel volledige vrijheid als Director of Studies bij het IDC, de activiteiten stonden wel in het teken van een groter plan, blijkt uit een tot nu toe onbekend intern document.

 

Daarin beschrijven Narochnitskaya en Laughland hoe ze door middel van het IDC een Europees netwerk willen vormen van conservatieve politici en ngo’s in samenwerking met de Orthodoxe en Katholieke Kerk, als antwoord op de ‘voortdurende bedreiging van christelijke en conservatieve waarden in Europa’. 

‘Het is van groot belang de bestaande conservatieve niet-gouvernementele organisaties bij een dergelijke taak te betrekken, die, zonder hun verbinding openbaar te maken, brede activiteiten in beide genres – in zachte en harde strategieën – zouden initiëren.’ Hieronder vallen ook activiteiten die niet direct het christelijk-conservatief gedachtegoed als onderwerp hebben, maar het wel impliciet uitdragen, bijvoorbeeld lezingen over ‘homoseksualiteit als politieke ideologie’ of ‘vruchtbaarheid, immigratie, demografie’. 

De twee leiders van het IDC schrijven dat ze allang bezig zijn met het uitrollen van deze strategie en hiervoor inmiddels ook conservatieve vertegenwoordigers uit het Franse establishment en de Europese universitaire wereld rond zich hebben verzameld. 

De Orthodoxe Kerk speelt een belangrijke rol in de Russische beïnvloedingsstrategieën, zegt Giles: ‘Veiligheidsdiensten gebruiken de kerk als middel om de ideologische informatieoorlog te voeren. Het is een camouflage voor het uitdragen van nationale belangen. Het Westen beseft niet welke dreiging er van de kerk uitgaat. Daar maakt Rusland gebruik van.’

Narochnitskaya zegt dat het IDC geen formele banden had met de Russisch-Orthodoxe Kerk, maar dat zij en Laughland wel dezelfde christelijk-conservatieve waarden wilden uitdragen: ‘John Laughlands wereldbeeld is diep geworteld in het christendom. Hij is een gelovige katholiek en interpreteert verschijnselen uit het moderne Europese leven vanuit deze overtuiging. We hebben ons openlijk neergezet als conservatief.’ 

Dat deze waarden terugkomen in Russisch beleid bleek nog deze week: Rusland gaat een wet aannemen die de rechten van lhtbi’ers verder inperkt. De ‘lhbti-ideologie’ zou onderdeel zijn van een westerse propaganda-strategie.

Motivatie 2: Geld

Laughland was niet alleen ideologisch geïnteresseerd in de aanstelling in Parijs, ook financieel was deze aantrekkelijk. Tegen het onderzoeksteam: ‘Ik was net getrouwd, ik leefde al tien jaar van opiniestukken en had weinig geld. Ik schreef haar dat ik erg geïnteresseerd zou zijn om voor haar te gaan werken.’ 

Geruchten dat het IDC betaald zou zijn door het Kremlin spreekt hij tegen. ‘Zoals ik het begrepen heb, werden we voor honderd procent gefinancierd door Natascha’s stichting in Moskou en die werd weer gefinancierd door Russische bedrijven, niet de overheid.’

Het IDC werd inderdaad gefinancierd via een stichting van Narochnitskaya, de Foundation for Historical Outlook in Moskou. Maar deze stichting lijkt op haar beurt wel degelijk gefinancierd door het Kremlin. Uit bronnen in handen van het onderzoeksteam blijkt dat de stichting van Narochnitskaya in de periode tussen 2013 en 2016 ieder jaar zogeheten presidentiële beurzen kreeg, Russisch staatsgeld dus. Bij elkaar gaat het om 49.026.008 roebel, ongeveer 820 duizend euro.

Narochnitskaya geeft toe het geld te hebben ontvangen, maar de giften waren volgens haar alleen bedoeld als aanvullende financiering voor specifieke Russische projecten. ‘Als je toch zou begrijpen wat een presidentiële beurs in Rusland betekent. Zelfs een kopje koffie wordt er beschreven als ‘beurs’. Ook mocht ze naar eigen zeggen ‘geen enkele kopeke’ ervan naar het buitenland sturen, dus ook niet naar het IDC.

Ze is verbolgen over de verdachtmakingen: ‘Media weten het altijd meteen zeker: als iemand denkbeelden uitdraagt die niet in het westerse beeld passen, dan moeten ze wel gefinancierd zijn door de Russische staat. Ik zweer bij mijn zoon en – zoals mijn moeder altijd zei – bij mijn moeders melk, dat ik nooit ook maar een cent overheidsgeld heb ontvangen voor het IDC.’

Waar het geld voor het IDC dan wel vandaan kwam? Ze liep er de deuren voor plat bij bedrijven, zegt ze. ‘Een paar banken, een paar fabrieken, een keer zelfs het Moskouse Elektriciteitsbedrijf. Dat geld ging naar mijn organisatie in Moskou van waaruit ik het overmaakte naar het IDC.’

Het fenomeen dat de herkomst van financiële middelen wordt verhuld doordat ze niet rechtstreeks, maar via derde personen of bedrijven worden geïnvesteerd, wordt ook wel roundtripping genoemd, legt Raivo Vare uit. Hij was minister van Staat in Estland tijdens het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Het is een beproefde strategie om Russische beïnvloedingscampagnes te verdoezelen. 

De geheime dienst van de Sovjet-Unie ontwikkelde de methode om westerse sancties te ontwijken, later namen Russische bedrijven de strategie over. Volgens Vare is roundtripping ook bruikbaar voor andere doelstellingen: ‘Bijvoorbeeld om Ruslandvriendelijke evenementen in het Westen te financieren of westerse hoogwaardigheidsbekleders in te huren.’

Laughlands internationale netwerk

John Laughland is onderdeel van een conservatief netwerk dat zich uitstrekt van Rusland tot het Westen. Aan de conservatieve ideeën van Poetin is ‘niets wezenlijk Russisch’, schreven twee analisten in de Washington Post eerder dit jaar. ‘Ze komen voort uit een wereldwijde christelijk-rechtse ideologie, waar Russische conservatieven in de jaren negentig van leerden.’ 

In 2017 spreekt Laughland op het eerste World Congress of Families in Parijs. Thema’s zijn onder andere ‘tactieken en strategieën van de homo-lobby in de EU.’ 

De conservatief Laughland begeeft zich even gemakkelijk in libertarische kringen. Hij is lid van het Amerikaanse Ron Paul Institute sinds 2013, de denktank van de gelijknamige voormalig libertarisch presidentskandidaat. Deze denktank pleit steevast, vanuit een rechts-libertarische traditie, tegen Amerikaans interventionisme en oorlogvoering. Ron Paul zelf sprak zich meermaals fel uit tegen anti-Russische sancties.

Dat verklaart waarom zijn instituut kan rekenen op Russische sympathie: Laughland en twee collega’s binnen het instituut – Mark Almond en Daniel McAdams, beiden voorheen betrokken bij het British Helsinki Human Rights Group – verschenen allen op de Russische zender RT. Almond wordt bovendien ook als auteur vermeld op de website van Narochitskaya’s Foundation for Historical Outlook.

En de banden met Rusland?

Laughlands banden met Rusland zijn niet te missen. Hij onderhield in het verleden directe contacten met personen die op sanctielijsten staan. Zo sprak hij op 25 november 2014 in het Russische parlement in Moskou over ‘Overcoming the crisis of confidence in Europe’. In het daarop volgende jaar hield hij samen met Natalia Narochnitskaya en de Russische minister van Buitenlandse Zaken Lavrov een persconferentie, waarin hij zegt dat christenen het slachtoffer zijn van religieuze zuiveringen. 

Uit documenten van het Dossier Center, ingezien door het onderzoeksteam, blijkt dat Laughland direct contact had met de oligarch Vladimir Yakunin. Deze voormalige baas van de Russische spoorwegen en oud-KGB-officier zou lange tijd goede banden met de Russische president hebben gehad. Vanwege zijn rol in de oorlog in Oekraïne staat hij al sinds 2014 op de Amerikaanse sanctielijst. 

Yakunin wordt samen met de zogenaamde ‘orthodoxe oligarch’ Konstantin Malofeev, gezien als belangrijkste speler in een groot Russisch-Europees netwerk dat met veel geld conservatieve, christelijke en anti-gender ideeën probeert te verspreiden en Rusland wil neerzetten als ‘kampioen van christelijke waarden’. Laughland was in 2017 een van de sprekers op een mede door Malofeev gefinancierd congres in Parijs.

Laughland en Baudet

Thierry Baudet ontmoette John Laughland toen die voor het IDC werkte. De twee herkenden in elkaar dezelfde conservatieve en intellectuele standpunten. Ze troffen elkaar onder andere in Parijs en wisselden veelvuldig van gedachten.  

De FvD-leider zaaide zelf verwarring over hun relatie door te stellen dat Laughland hem hielp met het schrijven van zijn proefschrift. Laughland beweert dat niet te hebben gedaan. 

Wel gaat het proefschrift over een onderwerp waarover ook Laughland veelvuldig heeft gepubliceerd: de bedreiging van de natiestaat.

In 2018 begaf Laughland zich naast zijn werk voor het IDC in Parijs in het ‘hol van de leeuw’: Brussel. Hij werd medewerker van europarlementariër Jean-Luc Schaffhauser, van het Franse Rassemblement national, de partij van Marine Le Pen. Een jaar later stapte hij over naar Baudets partij en ging hij werken voor europarlementariër Derk Jan Eppink (toen nog Forum voor Democratie). Later, na de afsplitsing naar JA21 van enkele prominente Forum-leden, bleef hij Baudet trouw.

Inmiddels is het IDC ter ziele, maar de samenwerking tussen Baudet en Laughland is juist geïntensiveerd. Ze denken over veel zaken hetzelfde: beiden zijn scherpe tegenstanders van de EU, willen de natiestaat ‘redden’ en conservatieve waarden behouden. En beiden pleitten in 2014 voor het Oekraïne referendum. 

Baudet valt nu op door zijn adoratie van Poetin. Zo noemde hij hem onlangs nog de ‘enige leider die de strijd oppakt’.

Opvallend was ook de publicatie van een interview met de omstreden Russische denker Aleksandr Doegin op de site van FvD International, vlak na het aantreden van Laughland. Hoewel hij hem naar eigen zeggen twintig jaar geleden wel een keer ontmoet heeft, zegt Laughland dat hij en Baudet geen ‘Dugin-disciples’ zijn. ‘We zaten niet op dezelfde golflengte.’

Niettemin verscheen eind augustus een eerbetoon aan de omgekomen dochter van Aleksandr Doegin op de site van FvD International. Auteur: Natalia Narochnitskaya, de oprichter van het IDC waarvoor Laughland werkte en die inmiddels weer voor haar Russische stichting aan het werk is.

Lees verder Inklappen

Motivatie 3: Moraal

En dan is er nog de motivatie van de moraal. Laughland schreef in het begin van zijn carrière voor The Guardian en andere gerenommeerde media, maar tegenwoordig wordt hij niet meer gezien als serieuze bron. In een interview met NRC zei hij hierover: ‘Ik probeer aanwezigheid in de media te houden, omdat ik mijn ideeën wil verspreiden. Voorheen werd ik ook gevraagd door de BBC en andere Britse media, maar die bellen niet meer. Ik krijg door RT [voorheen Russia Today, red.] niet betaald. Alleen voor Crosstalk, een debatprogramma op RT, krijg ik 100 euro.’

Bij alle instellingen waar hij later bij is aangesloten, zoals het IDC en FvD, krijgt hij ruimte om te publiceren en zichzelf te positioneren als intellectueel. Dat laatste benadrukt hij steeds. En ook Baudet prijst hem als ‘een van de belangrijkste denkers van onze tijd’.

Sinds de oorlog in Oekraïne uitbrak, zat Laughland een aantal keren als expert in programma’s van RT en Sky News Arabia om de ontwikkelingen te duiden. Ook zoekt hij actief naar nieuwe publicatiekanalen. 

Dit jaar is Laughland bovendien gastdocent aan het Mathias Corvinus Collegium (MCC) in Boedapest. In deze functie komen zijn verschillende motivaties samen. Hij kan zijn reputatie als academicus nieuw leven inblazen (motivatie 3), zijn ideologie uitdragen (motivatie 1) en financieel is de aanstelling aantrekkelijk (motivatie 2). Naar eigen zeggen verdient hij er 4000 euro per maand. 

Russische agent, slachtoffer of nuttige pion?

De nauwe contacten met Russische organisaties en media lopen als een rode draad door Laughlands biografie. Zijn anti-Europese retoriek en ideologie zijn in al die tijd nauwelijks veranderd. Maakt dit hem tot een Russische agent?

Volgens de Oekraïense wetenschapper Anton Shekhovtsov, die veel onderzoek heeft gedaan naar Rusland en extreemrechts, is de zaak duidelijk: ‘Laughland werkte voor het IDC, dat vanaf het begin was opgezet als een Russische beïnvloedingsoperatie. Dat maakt hem een Russische agent. Als hij werd betaald voor zijn bijdragen aan de bevordering van Russische belangen in het buitenlands beleid, dan was hij een betaalde Russische agent. Ik weet niet wat hem precies stoort aan deze simpele feiten.’

Laughlands Russische connecties waren voor de antiterreureenheid van de Britse politie ieder geval voldoende aanleiding om hem op 7 oktober aan te houden en te verhoren op de Londense luchthaven Gatwick. Dat dit niet zomaar een ondervraging was, blijkt uit de grondslag van de aanhouding: Schedule 3 van de Britse Counter-Terrorism en Border Security Act uit 2019, zoals de politie FTM liet weten. 

Deze wetgeving werd specifiek ingevoerd naar aanleiding van de vergiftiging van de Russische dubbelspion Sergej Skripal in maart 2018 in het Britse Salisbury. Een aanhouding onder Schedule 3  vindt plaats op basis van een verdenking van deelname aan ‘vijandige activiteiten’ voor of namens een andere staat. Tijdens een verhoor moet worden vastgesteld of de persoon in kwestie een spion is. 

Laughland bevestigt dat hij tijdens het verhoor inderdaad gevraagd werd of hij ‘in contact is met iemand die voor de Russische staat werkt, of iemand die voor de Russische staat werkt zonder dat hij het weet.’ Hij ontkende dat.

Hij noemt zijn aanhouding ‘verschrikkelijk’. Toch kwam die hem goed uit. Hij kon de gebeurtenis gebruiken om zichzelf als slachtoffer te positioneren en zijn standpunten geloofwaardiger te maken. 

‘Andersdenkenden worden weggezet als Russische agent. Dat is trial bij association. Westerse media vragen nooit naar mijn ideeën of wat ik doe, alleen naar mijn contacten, het netwerk. En ze praten elkaar na.’

Daarom bracht hij het nieuws van de aanhouding op 11 oktober meteen zelf naar buiten in een artikel op de website van Forum for Democracy International. Hij presenteerde het als bewijs dat het Westen steeds meer gaat lijken op de dictaturen zoals die in Oost-Europa onder de Sovjet-Unie. ‘De Serviërs waren de kwade geesten in de jaren negentig, nu zijn het de Russen. Ik zeg altijd tegen Natascha: de echte slachtoffers, dat zijn wij.’

Onderzoeker Giles vindt dit een typisch teken van hoe mensen als Laughland worden gebruikt: ‘Ze zien niet alleen niet dat ze gebruikt worden, maar zijn ook niet in staat te zien hoe nuttig ze zijn. Juist dat maakt hen nog nuttiger.’

Reactie John Laughland: Since 2018, when my employment at IDC was terminated, I have had no connections with Russia whatever. I see people on the Internet saying that I am sort of a liaison between Thierry and the Kremlin, or that I still have ‘links to Russia' but these are fantasies and malicious lies.  I have no links at all to Russia and am only in occasional contact with Natalia (although we certainly remain friends).