Samen met journalisten uit heel Europa controleren we de macht in Brussel. Lees meer

Steeds meer ingrijpende besluiten worden op Europees niveau genomen. Maar zolang burgers niet weten wat er gaande is in Brussel, kunnen politici er verborgen agenda’s op nahouden en hebben lobbyisten vrij spel. Om hier verandering in te brengen lanceert Follow the Money ‘Bureau Brussel’. Een team EU-specialisten controleert, in samenwerking met collega’s uit heel Europa, structureel de macht.

103 artikelen

Kabinetten-Rutte verzwegen politieke lobby in Brussel

De Tweede Kamer is onder de kabinetten-Rutte herhaaldelijk niet, niet tijdig of onvolledig geïnformeerd over de politieke lobby die in Brussel werd gevoerd ten bate van de industrie. Hierdoor is de controlerende functie van de Tweede Kamer stelselmatig ondermijnd. Dat blijkt uit jarenlang onderzoek van Follow the Money en is de conclusie van het nieuwe boek ‘Sluiproute Brussel’ van FTM’s EU-correspondent Lise Witteman.

Het was een flink boodschappenlijstje, dat minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) bij zich had van de luchtvaartindustrie. Tegen het einde van de winter van 2020 had de covidepidemie ook Europa steeds verder in haar greep gekregen. Voor woensdag 18 maart was daarom met spoed een online Europese bijeenkomst ingelast, met de transportministers van alle lidstaten en met de voor mobiliteit verantwoordelijke Eurocommissaris: Adina Vălean.

Voorafgaand schreef Van Nieuwenhuizen in een brief aan de Tweede Kamer wat zij tijdens de bijeenkomst voor het voetlicht zou gaan brengen. Enkele dagen ervoor had ze nog een overleg gehad met onder andere de Nederlandse luchtvaartmaatschappij KLM over de penibele situatie waarin de luchtvaartsector verzeild was geraakt, doordat overheden hun burgers geboden thuis te blijven. Ook andere luchtvaartmaatschappijen en reisbureaus, zoals TUI, luidden de noodklok. Het regende annuleringen, verzoeken om compensatie en terugbetalingsvorderingen. De vliegindustrie vreesde een financiële strop.

Van Nieuwenhuizen was kort en helder in haar Kamerbrief over het terugbetalen van vliegtickets: geen uitzonderingsgrond

In de brief die de minister een dag voor die Europese bijeenkomst naar de Kamer stuurde, schreef Van Nieuwenhuizen dat ze om die reden bij Eurocommissaris Vălean erop zou aandringen om de epidemie als ‘buitengewone omstandigheid’ aan te merken. Van de luchtvaartmaatschappijen zou dan niet meer verlangd kunnen worden om passagiers te compenseren voor bijvoorbeeld de kosten van accommodatie omdat hun vlucht was afgelast. Ook zou ze de Europese Commissie vragen om met steunmaatregelen voor de sector te komen. Dit zou de branche lucht moeten geven.

Wat betreft het terugbetalen van tickets was Van Nieuwenhuizen daarentegen kort en helder in haar Kamerbrief: vanwege Europees consumentenrecht bleef een luchtvaartmaatschappij in geval van vluchtannulering verplicht om een alternatieve vlucht aan te bieden aan passagiers, of hen het ticketgeld terug te betalen. Daar bestond binnen de Europese regelgeving geen uitzonderingsgrond voor.

Dossier

Bureau Brussel

Follow the Money controleert de macht in de Europese Hoofdstad. Wil je een seintje bij nieuwe verhalen? Abonneer je dan op de nieuwsbrief.

Inschrijven

Incompleet verhaal

Pas later zou blijken dat deze informatievoorziening aan de Tweede Kamer niet het volledige verhaal betrof. In werkelijkheid zou de minister tijdens die cruciale EU-bijeenkomst ook aan die terugbetalingsplicht proberen te tornen, zo blijkt uit verkregen Rijksoverheid-documenten na een verzoek om openbaarmaking (Wob) van Follow the Money.

Uit de stukken komt naar voren dat Van Nieuwenhuizen gedurende de Europese videoconferentie de Eurocommissaris verzocht om tijdelijk het desbetreffende consumentenrecht buitenspel te zetten, zodat luchtvaartmaatschappijen hun passagiers met een voucher zouden kunnen afschepen. Een maatregel waarbij KLM veel baat zou hebben, en daarmee ook de Nederlandse staat als een van de voornaamste aandeelhouders van Air France KLM.

De Tweede Kamer kreeg pas twee weken later te horen wat de werkelijke stellingname van de minister was inzake het terugbetalingsrecht

Hoewel deze poging van de minister om de Europese regels op te schorten niet in die vooraf uitgestuurde Kamerbrief werd vermeld, was juist deze potentiële ingreep misschien nog wel het meest vergaand, zeker vanuit het oogpunt van de consument.

Uiteindelijk kreeg de Tweede Kamer pas twee weken later te horen wat de werkelijke stellingname van de minister was wat betreft het terugbetalingsrecht. Nadat Van Nieuwenhuizen tijdens de Europese vergadering nul op het rekest had gekregen van de Eurocommissaris, besloot de VVD-minister op eigen houtje in Nederland een gedoogbeleid uit te rollen ten aanzien van vliegvouchers, in strijd met het Europees recht. Aan deze beslissing ging geen debat vooraf, het werd de volksvertegenwoordigers simpelweg medegedeeld.

Intussen bleef Van Nieuwenhuizen proberen om ook de rest van Europa achter haar standpunt te krijgen, opnieuw zonder voorafgaand de Tweede Kamer hierover te polsen. Haar ambtenaren op de ambassade in Brussel zette ze reeds direct na de videoconferentie aan het werk om andere lidstaten van haar gelijk te overtuigen, in een ultieme, doch vergeefse poging de Eurocommissaris ertoe te bewegen het Europees consumentenrecht op te schorten.

De minister bleef proberen de rest van Europa achter haar standpunt te krijgen, zonder voorafgaand de Tweede Kamer hierover te polsen

Het zou vervolgens weken duren voordat de Kamer in die chaotische coronatijd doorkreeg wat er precies gaande was en zich uitsprak tegen deze gang van zaken, zodat de minister haar gedoogbeleid moest intrekken en de inspectie weer ging handhaven op het terugbetalingsrecht. Al die tijd zaten talloze passagiers in onzekerheid ten aanzien van hun rechten, maandenlang moesten ze wachten op hun geld. Sterker nog, zelfs een jaar na dato waren duizenden reizigers nog niet terugbetaald.

Het was het directe gevolg van gefrustreerde democratische besluitvorming.

Wim Voermans, hoogleraar staatsrecht

Bij het ministerie van Buitenlandse Zaken bestaat een traditie om te doen alsof ‘het buitenland’ iets is waar alleen zij over gaan en waar verder niemand zich tegenaan moet bemoeien: de Kamer snapt daar toch niets van

Negeren informatieplicht parlement

Dit voorval is geen ongelukkige uitzondering op de regel. Gedurende jarenlang onderzoek van Follow the Money-journalisten naar Europese besluitvormingsprocessen is gebleken dat als het om Europese zaken gaat, de Nederlandse regering wel heel vaak een loopje neemt met de grondwettelijke informatieplicht ten aanzien van het eigen parlement. Juist wanneer het gevoelige dossiers betreft, zoals handelsovereenkomsten of de markttoelating van risicovolle producten, deinzen ministers ervoor terug de Kamer openhartig te woord te staan.

Intussen weten de betrokken bedrijfssectoren doorgaans wel precies wat er gaande is en worden hun lobbyisten nauwkeurig op de hoogte gehouden door de ambtenaren van de regering. De controlerende functie van het parlement wordt hierdoor stelselmatig uitgehold.

Als het gevoelige Europese dossiers betreft, deinzen ministers ervoor terug de Kamer openhartig te woord te staan

De casussen die FTM heeft onderzocht, voeren terug tot het eerste kabinet-Rutte (2010-2012). Destijds belandde Europa in een zware economische crisis, nadat de Amerikaanse aandelenmarkten waren ingestort omdat de massaal verkochte beleggingsproducten waarin hypotheken waren herverpakt, op lucht bleken gebaseerd. Minder bekend is dat de Nederlandse bankensector eveneens goed had verdiend aan deze zogenaamde securitisaties, maar dan gebaseerd op de hypotheken van Nederlandse huishoudens.

In mijn deze week verschijnende boekSluiproute Brussel’ constateer ik dat toen de internationale toezichthouders met een nieuw maatregelenpakket kwamen om deze markt te beteugelen (onder deskundigen bekend als Basel III), het eerste kabinet Rutte alles in het werk heeft gesteld om ervoor te zorgen dat het keurslijf niet al te strak zou worden aangetrokken en dat de Europese Commissie de Basel III-regels niet te streng zou interpreteren.

In het voorjaar van 2012, toen de coalitie van VVD en CDA met gedoogpartner PVV zojuist was uiteengevallen, hebben vervolgens twee hoge ambtenaren van het ministerie van Financiën hierover met de andere Europese lidstaten een akkoord gesloten namens hun demissionair minister Jan-Kees de Jager (CDA), buiten medeweten van de Tweede Kamer. Die werd pas enkele weken later op de hoogte gesteld.

 

Duwtje in de rug

Zo ging het wel vaker. Follow the Money schreef bijvoorbeeld ook over het duwtje in de rug dat minister Henk Kamp van Economische Zaken in 2016 onopgemerkt gaf aan het omstreden taxiplatform Uber. Hij werd daarin bijgestaan door partijgenoot en voormalig Eurocommissaris Neelie Kroes, die direct daarop een betaalde adviesfunctie bij het bedrijf zou verwerven.

We reconstrueerden het jarenlange achterkamertjesbeleid dat de ambtenaren van minister Carola Schouten van Landbouw voerden om het pesticideproducenten en -gebruikers niet te moeilijk te maken, ten koste van de bijenpopulatie. We brachten aan het licht hoe het ministerie van Defensie en kennisorganisatie TNO belangen verstrengelden betreffende nieuwe Europese subsidiepotten voor de wapenindustrie.

We lieten zien dat toenmalig minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Lilianne Ploumen niet het volledige verhaal vertelde over de mogelijke gevolgen van het trans-Atlantische handelsverdrag TTIP voor dierenwelzijnsstandaarden. We ontdekten de ‘waterstofgezant’ die minister Eric Wiebes van Economische Zaken naar Berlijn en Brussel had gestuurd om internationaal klimaatbeleid te bepleiten toen daar op dat moment binnen de polder nog helemaal geen overeenstemming over was.

Premier Mark Rutte was onderdeel van de lobby om het Europese voorzorgsbeginsel te ondermijnen

En we toonden aan dat premier Mark Rutte onderdeel was van de lobby om het Europese voorzorgsbeginsel te ondermijnen, zodat de tabaks- en chemiebedrijven niet te streng zouden worden gereguleerd, lang voordat de Tweede Kamer ook maar iets daarover te horen had gekregen.

De betrokken bedrijfssectoren wisten intussen wel van meet af aan wat er achter de schermen speelde, zo blijkt uit dezelfde casussen. Dit kwam mede doordat ze daar door de Nederlandse ambtenaren nauwkeurig over op de hoogte werden gehouden. Bovendien beschikken met name de grotere industrieën over voldoende lobbykracht om dit soort Europese beleidsprocessen nauwkeurig te volgen en de beleidsmakers op de juiste momenten aan hun jasje te trekken, terwijl het de Tweede Kamer ontbreekt aan voldoende kennis en capaciteit om op onderzoek uit te gaan en voor ieder dossier de waarheid boven tafel te krijgen.

Tegen de tijd dat de parlementariërs de volle omvang meekrijgen van wat er speelt, is er vaak al zoveel in werking gezet dat het in de praktijk erg lastig blijkt die rijdende EU-trein nog een halt toe te roepen. 

Transparant Europa

In het verleden zijn er wel pogingen gedaan om EU-regeringen te dwingen meer openheid van zaken te geven over hun Europese agenda. Vanuit de Tweede Kamer hebben de Tweede Kamerleden Renske Leijten (SP) en Pieter Omtzigt (CDA) er samen met de nationale parlementen van andere lidstaten bij de Europese instanties op aangedrongen om transparanter te worden. Ook het Nederlandse kabinet, ondanks de eigen tekortkomingen nog een van de transparantere Europese regeringen, pleit hier consequent in Brussel voor.

Tegelijkertijd constateert hoogleraar staatsrecht Wim Voermans dat er bij de Nederlandse overheid sprake is van een oude reflex. In reactie op onze bevindingen zegt hij tegenover Follow the Money: ‘Jaren geleden ontdekte ik met collega’s al dat er bij het ministerie van Buitenlandse Zaken een traditie bestaat om te doen alsof ‘het buitenland’ iets is waar alleen zij over gaan en waar verder niemand zich tegenaan moet bemoeien, zelfs als het de Europese Unie betreft. Dat is vanuit de gedachte: de Kamer snapt daar toch niets van. Er zit een zekere arrogantie achter.’

‘Bij het ministerie van Buitenlandse Zaken bestaat een traditie om te doen alsof ‘het buitenland’ iets is waar alleen zij over gaan en waar verder niemand zich tegenaan moet bemoeien’

Voermans memoreert in dat kader dat er tien jaar geleden amok werd gemaakt door Buitenlandse Zaken toen de Kamer afdwong dat er instructies kunnen worden meegegeven aan bewindslieden wanneer zij aan onderhandelingen over Europese kwesties deelnemen; het zogenaamd ‘parlementair behandelvoorbehoud’. Terwijl dat toen al in veel andere EU-lidstaten normaal was. ‘De ambtenaren deden alsof de Kamer hen daarmee ontzettend voor de voeten zou lopen. In de praktijk is dat reuze meegevallen.’

Onvoldoende grip Tweede Kamer

De bevindingen van de Follow the Money-journalisten laten volgens de hoogleraar zien dat de Kamer desondanks nog altijd niet voldoende grip heeft op de EU-agenda’s van ministers. Zo heeft het behandelvoorbehoud alleen betrekking op Europese regelgeving die reeds in de steigers staat, terwijl de lidstaten vaak jaren daarvoor al met elkaar de onderliggende koers hebben uitgestippeld.

‘Parlementariërs mogen tekenen bij het kruisje’

‘Doordat de Kamer daar slecht bij wordt betrokken, worden de parlementariërs uiteindelijk vaak met min of meer voldongen feiten geconfronteerd. Ze mogen tekenen bij het kruisje.’ Voermans waarschuwt dat de regering door deze praktijk uiteindelijk zichzelf in de vingers zal snijden. ‘Je moet het parlement willen betrekken bij politieke keuzes, anders verlies je op een gegeven moment het vertrouwen.’

Tegelijkertijd heeft de Tweede Kamer sowieso al grote moeite die Europese besluitvorming goed te volgen, vertelt SP-Kamerlid Renske Leijten desgevraagd. De hoeveelheid en de complexiteit van de onderwerpen ondermijnt de grip die de volksvertegenwoordigers kunnen hebben op de discussie dusdanig, dat het parlement vaak niet op het juiste moment de ministers ter verantwoording kan roepen. ‘In hoeverre wij richting kunnen geven is marginaal,’ constateert ze. ‘Het is ongelooflijk moeilijk om te controleren wat het kabinet wel en niet doet.’
Dat probleem ziet ook Marieke Koekkoek, Tweede Kamerlid voor de pan-Europese partij Volt. In haar ogen zoekt het kabinet de grenzen op van wat wel en niet kan qua informatieplicht, wanneer het de Europese besluitvorming betreft. ‘Je ziet parallellen met de problemen in de bestuurscultuur die ook tot de Toeslagenaffaire heeft geleid. Er wordt van alles besproken zonder dat je die informatie goed terugvindt in de Kamerbrieven.’

Ze wil zich daarom de komende jaren ervoor hardmaken om als parlement meer grip te krijgen op die informatievoorziening, door ook via Brusselse contacten te achterhalen wat er werkelijk gaande is. ‘Als burger of parlement moet je controle kunnen uitoefenen. Dat raakt voor mij aan de kern van democratische besluitvorming.’

‘Deze wonderlijke gang van zaken in Brussel kan blijven voortbestaan, omdat de Kamer, als puntje bij paaltje komt, de regeringen niet terugfluit’

Tot slot nog even terug naar de vliegvouchers. Nadat Follow the Money het ministerie van Infrastructuur had geconfronteerd met de gebrekkige informatievoorziening aan de Tweede Kamer, erkende het ministerie dat ‘doordat de ontwikkelingen vorig jaar maart elkaar heel snel opvolgden’ het de minister ‘helaas’ voorafgaand aan de Europese bijeenkomst niet was gelukt om de Kamer te informeren over ‘de volledige Nederlandse inzet’.

Het is nu aan de Kamer om zich af te vragen of ze genoegen neemt met deze uitleg of dat ze afdwingt dat bewindspersonen in het vervolg eerlijker zijn over hun Europese agenda, zoals bijvoorbeeld Leijten bepleit.

‘Dat deze wonderlijke gang van zaken in Brussel kan blijven voortbestaan, komt ook omdat de Kamer, als puntje bij paaltje komt, de regeringen niet terugfluit,’ zegt ze. ‘Het parlement zou daarom vaker op haar strepen kunnen staan. Als weer eens blijkt dat de regering in Brussel niet onze moties heeft opgevolgd, moeten we misschien wat vaker zeggen: sorry, maar hier zetten we niet onze handtekening onder.’