Van stikstofcrisis tot dierenwelzijn: Follow the Money onderzoekt de belangen in de dierenbusiness. Lees meer

De intensieve veehouderij speelt in veel hedendaagse vraagstukken een centrale rol: de stikstofcrisis, de uitstoot van broeikasgassen, de opkomst van zoönosen. Follow the Money onderzoekt de belangen in de dierenbusiness.

Nederland heeft de ambitie de wereld te voeden met vlees, eieren en zuivelproducten. Jaarlijks exporteren we voor ruim 16 miljard euro aan vlees (8,7 miljard) en zuivel (8,2 miljard). Daar staat tegenover dat we granen en soja moeten importeren (ter waarde van zo’n 3 miljard euro) om al onze koeien, varkens, geiten en kippen te kunnen voeden.

Intussen wordt de grootschalige vleesindustrie een steeds groter probleem. Ze legt meer en meer beslag op de schaarse ruimte, vergiftigt de bodem en het (drink)water, en staat aan de wieg van dierziekten die soms ook mensen kunnen treffen (Q-koorts). En dan de dieren zelf. Steeds minder mensen vinden het acceptabel dat ze louter omwille van onze honger naar vlees worden geboren, vetgemest en geslacht.

In dit dossier onderzoekt Follow the Money de belangen achter de vleesindustrie, of en hoe er veranderingen mogelijk zijn, en welke krachten een omwenteling in de weg staan.

29 artikelen

© Follow the Money

Hoe Europa een Nederlandse varkensboer met lak aan de regels vetmest

Boeren een redelijk inkomen geven en zorgen dat ze milieuvriendelijke landbouw bedrijven. Daar is het gemeenschappelijke landbouwbeleid, de grootste slokop van het Europese budget, op gericht. In de praktijk verdwijnt de steun nog al eens in de zakken van grote, goed boerende veehouders die flink wat stikstof uitstoten, zoals de Ommense varkenshandelaar Schuttert.

Dit stuk in 1 minuut
  • Varkenshandel Schuttert bezit vele hectaren grond en duizenden varkens. Door zijn omvang is hij een van de grootontvangers van Europese subsidies.
  • Uit onderzoek van The Investigative Desk voor Follow the Money blijkt dat de varkensboer soms wat al te ver vooruitloopt op zijn vergunningen: niet zelden stalt hij varkens voor hij daar een vergunning voor heeft gekregen. Deze krijgt hij vrijwel altijd achteraf. 
  • Niet al zijn stallen voldoen aan de geldende milieuvergunningen. Ook dat is geen bezwaar voor uitbreiding. Net als bij de grootste melkveehouder van Nederland, schuiven lokale en provinciale overheden de verantwoordelijkheid voor handhaving van zich af.
Lees verder

Op het hek van de Grenshoeve hangt een bordje verboden toegang. We staan er nog maar net voor of er komt een man in een overall aangelopen. In de stallen achter het hek huizen ruim tweeduizend zeugen. Een kijkje nemen mogen we niet. ‘Dan moet je de baas bellen,’ zegt de man die er al dertig jaar werkt. Zijn chef had al eerder laten weten dat hij ons niet kon ontvangen. ‘Daar ga ik niet aan meewerken,’ zei hij nogal nors aan de telefoon, toen we hem uitlegden een verhaal te maken over de Europese steun die hij ontvangt.

De Grenshoeve in het Overijsselse Beerzerveld, een buurtschap van de gemeente Ommen, is een van de acht boerderijen van Handelshuis Schuttert. De onderneming waar 65 mensen werken, fokt en verhandelt varkens. In Nederland ontvangt de varkenshouderij in 2020 de meeste Europese subsidie uit het Gemeenschappelijke Landbouw Beleid (GLB): een kleine twee ton. Over de afgelopen acht jaar toucheerde hij 1.872.385 euro. Dat heeft Schuttert te danken aan zijn grote grondbezit. Met 620 hectare staat hij nummer vier op de ranglijst van grootste particuliere grondeigenaren in Nederland.

Volgens de Europese Commissie beloont de steun ‘boeren voor milieuvriendelijke landbouw en voor publieke goederen die normaal niet door de markt worden betaald, zoals het onderhoud van het landschap.’ De subsidie is bedoeld om boeren een redelijk inkomen te garanderen, om klimaatverandering tegen te gaan en om natuurlijke hulpbronnen duurzaam te beheren. Heeft varkensfokker en -handelaar Schuttert deze Europese steun nodig voor een redelijk inkomen? Is zijn landbouwbedrijf een zegen voor landschap, milieu en klimaat? 

Subsidie voor een redelijk inkomen?

Aan de telefoon zegt Schuttert dat het Europese geld dat hij ontvangt niets met zijn varkenshandel te maken heeft, alleen met zijn akkerbouwbedrijf in het 15 kilometer verderop gelegen Dedemsvaart. De subsidie is berekend op basis van het aantal hectares landbouwgrond dat hij bezit. De bodem waarop varkensstallen staan, telt niet mee.

Al wil hij zelf de zaken liever scheiden, het is één zaak waarvoor hij de subsidie ontvangt. ‘Varkenshandel Schuttert’ is de naam waaronder de kleine twee ton Europese steun in 2020 is te vinden in de database met EU-subsidiegegevens. Bovendien zijn Schutterts activiteiten in de akkerbouw nauw verbonden met zijn bezigheden als varkensboer: in Dedemsvaart verbouwt hij onder meer korrelmaïs en wintertarwe om aan zijn varkens te voeren. In totaal heeft hij dik 23.000 zeugen en vleesvarkens op zes verschillende locaties. Daarmee is hij grofweg zeven keer zo groot als het gemiddelde Nederlandse varkensbedrijf. 

Schuttert levert zijn varkens aan Nederlandse en Duitse slachterijen, vanwaar het vlees de wereld over gaat. Op de Grenshoeve staan vooral vermeerderingszeugen. Hun biggetjes gaan na een week of tien per vrachtwagen naar een andere locatie, waar ze ongeveer vier maanden worden afgemest tot ze ongeveer 130 kilo wegen en rijp zijn voor de slacht.

De paraplu boven eenmanszaak Handelshuis Schuttert is Schuttert Holding bv, waarvan hij de enige aandeelhouder en bestuurder is. De laatst ingediende jaarrekening over 2019 vermeldt geen resultaat en winst. Het eigen vermogen laat wel een gezonde ontwikkeling zien. Dat is tussen 2007 en 2019 gegroeid van ruim 3 miljoen naar bijna 13 miljoen euro. Voor het binnenharken van een redelijk inkomen had Schuttert tot en met 2019 Europese steun dus bepaald niet nodig.

Crisis: subsidie nu wel broodnodig?

Sindsdien is de varkenssector evenwel in een diepe crisis geraakt. De medewerker achter het hek bij de Grenshoeve verzucht dat het moeilijke tijden zijn. De varkens gaan dezer dagen ver onder de kostprijs van de hand. ‘Vroeger had je de varkenscyclus,’ zegt hij. Overschotten en tekorten wisselden elkaar af, zodat er altijd weer tijden kwamen waarin goed werd geboerd. Maar waarom de prijs nu al twee jaar daalt, is hem niet precies duidelijk.

In 2019 hadden de varkenshouders met een gemiddeld inkomen van 282.100 euro nog de beste inkomenspositie van alle boeren. Maar in 2020 en 2021 leed de doorsnee varkensboer juist verlies, in het laatste jaar zelfs bijna een halve ton. Door uitbraken van de Afrikaanse Varkenspest en door covid-19 liggen de varkensprijzen zeer laag en de veevoederprijzen juist hoog. In oktober 2021 vroeg een coalitie van 24 Europese landen bij de Europese Commissie om crisissteun, maar ze kreeg nul op het rekest.

‘Het is zeer cru gesteld, maar Nederland, Spanje en Denemarken hebben er belang bij dat hun concurrenten verdwijnen’

Opvallend genoeg sloten Nederland en ook Denemarken en Spanje zich niet aan bij het appel. In dit trio landen werden varkensboeren niet getroffen door de Afrikaanse varkenspest. Doordat ze het langst konden profiteren van de hoge exportprijzen richting China konden ze de meeste financiële reserves opbouwen.

‘In Nederland is er een oorlogskas om deze crisis uit te zitten,’ zegt Bart Vergote van het Belgische Algemeen Boerensyndicaat (ABS). In zijn land is de situatie nijpend. ‘Als er niet snel maatregelen genomen worden, zal de Belgische varkensstapel, maar ook die in Duitsland, waar ze de Afrikaanse Varkenspest maar niet onder controle krijgen, serieus afnemen en op termijn misschien verdwijnen. Het is zeer cru gesteld, maar Nederland, Spanje en Denemarken hebben er belang bij dat hun concurrenten verdwijnen. Ieder varken dat wij niet langer produceren kunnen zij overnemen.’

Voor de Nederlandse boeren die door corona omzetverlies lijden, is er de regeling Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL). Schuttert heeft op 18 december 2020 90.000 euro aan TVL gekregen. Met die steun van de Nederlandse overheid en de dikke laag spek die hij nog op zijn botten heeft, kan hij de crisis in de varkenssector vermoedelijk makkelijk uitzingen.

Emissiearm en milieuvriendelijk?

In de afgelopen jaren is Schuttert dankzij de vele hectares grond in zijn bezit rijkelijk bedeeld met inkomenssteun. Daarnaast putte hij ook nog eens uit de EU-pot voor plattelandsontwikkeling, bedoeld voor steun aan varkensboeren om hun stallen emissiearm te maken doot luchtwassers te plaatsen. In 2013 ontving hij daar 134.356 euro uit. Maar deze subsidies dekken de kosten niet volledig en werken schaalvergroting in de hand. Een dure luchtwasser is niet rendabel voor een kleine stal. Het onbedoelde neveneffect van de EU-eisen voor milieu en dierenwelzijn: boeren moeten almaar groter groeien om hun marge te behouden bij oplopende kosten.

Dat is precies wat de Ommense boer deed. Van de autoriteiten kreeg hij telkens toestemming voor zijn uitbreidingsplannen, als hij zijn stallen maar emissiearm zou maken. De luchtwassers waarmee hij dat claimde te doen, werken evenwel lang niet altijd naar behoren. 

‘De meeste dorpelingen denken: die man moet ook bestaan en we eten allemaal vlees’

Op 10 mei 2021 schreef een omwonende van de Grenshoeve in een e-mail aan de Omgevingsdienst IJsselland ‘een zware varkenslucht’ te hebben geroken, uit zijn tuin naar binnen te zijn gevlucht en de ramen te hebben gesloten zodat de lucht niet binnendrong. Hij vertelt al 35 jaar op dezelfde plek te wonen en dat de stankoverlast de laatste jaren steeds erger is geworden.

In deze toch dunbevolkte omgeving is deze man niet de enige die klaagt, zo blijkt. Stichting Leefbaar Buitengebied verkreeg documenten met verschillende klachten via een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur. De Stichting voert samen met verontruste bewoners al jaren strijd tegen de varkensstallen van Schuttert in Beerzerveld. De drijvende kracht achter de stichting, Betsie de Ruiter, woont precies tussen twee boerderijen van Schuttert in. Samen met Loekie van der Schoor van Platform Beerzerveld strijdt ze al jaren tegen de varkenshandelaar.

‘De meeste dorpelingen denken: die man moet ook bestaan en we eten allemaal vlees,’ zegt De Ruiter in een met ordnermappen volgestouwd kantoortje in een bijgebouw van Van der Schoors huis. Ook waardeert de lokale bevolking de werkgelegenheid en het vertier waarvoor Schutterts bedrijf zorgt. 

Elk jaar organiseert hij met zijn familie op zijn paardenboerderij Driehoekshoeve een internationaal springconcours. Frank Schuttert, een van zijn zonen, is een succesvolle ruiter, die het concours tweemaal op zijn naam schreef. Rondom het wedstrijdterrein is een Goods & Foods Fair waar je kan ‘chillen, shoppen en lekker eten’. Op het grote slotfeest in de partytent komt tout Ommen. Het klapstuk van het programma is ‘De grote prijs van het Vechtdal door Handelshuis Schuttert en de Provincie Overijssel.’ Op een foto is de winnaar uit 2021 vereeuwigd met naast hem een stralende Jan Schuttert en de burgemeester van Ommen Hans Vroomen (CDA).

De ondernemer heeft warme banden met de overheden die hem moeten controleren. ‘Hij heeft een bedrijf in werking dat al sinds 2016 niet voldoet aan de vergunning die erop ligt,’ merkt De Ruiter op. ‘De gemeente Ommen weet dat, maar doet er niets aan. Het wordt allemaal toegedekt.’

Waarom geen handhaving?

In Nederland is de emissie van stikstof per hectare de hoogste van heel Europa: vier keer hoger dan het Europese gemiddelde. Mede dankzij de enorme veestapel. In 2021 telde Nederland 11,4 miljoen varkens. Die leveren niet alleen een stevige bijdrage aan de uitstoot van stikstof maar ook aan die van fosfaat en broeikasgassen.

Wat Schuttert aan stikstofverbinding ammoniak mag uitstoten, is in zijn vergunningen vastgelegd. Maar de berekeningen op papier zijn gebaseerd op een hoog ingeschatte effectiviteit van zijn stalsystemen en luchtwassers. Daar die niet voldoen, is het goed mogelijk dat zijn uitstoot in werkelijkheid hoger ligt. Alleen meet niemand dat. 

Uit de vele mappen in het kantoortje van Van der Schoor tovert De Ruiter een document uit augustus 2016 tevoorschijn. Daaruit blijkt dat een inspecteur al een reeks overtredingen op de omgevingsvergunning constateerde. Zo waren de luchtwassers van drie stallen op de Grenshoeve niet uitgevoerd zoals in de vergunning stond. Bij de provincie gewobde stukken laten zien dat een inspecteur in 2012 constateerde dat het bedrijf twee stallen had bijgebouwd en vol varkens had gezet zonder dat daarvoor een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet was. Op 15 januari 2013 gelastte de provincie Overijssel Schuttert de activiteiten waarvoor geen vergunning was verleend onmiddellijk te staken. 

Dit bedrijf heeft een ‘niet nalevingsgeschiedenis’, tekent de ambtenaar van dienst op

Op diezelfde dag viel er bij de provincie een aanvraag op de mat. Drie maanden later had Schuttert die vergunning op zak. Maar een inspectierapport uit oktober 2013 blijft stevig van toon. Dit bedrijf heeft een ‘niet nalevingsgeschiedenis’, tekent de ambtenaar van dienst op.

Acht jaar later blijken de luchtwassers bij de Grenshoeve nog altijd niet goed te functioneren. Hoe kan de boer daar zo lang mee wegkomen? In een reactie erkent de Omgevingsdienst Overijssel dat er in 2016 niets is gedaan met de constatering dat de luchtwassers er anders uitzagen dan op papier was vastgelegd. De dienst schrijft dat onduidelijk is of dat negatieve gevolgen heeft voor de ammoniakuitstoot. En in plaats van dat eindelijk eens uit te zoeken, wil ze ‘daar op een later moment nader aandacht aan besteden’.

Ook op de Polderhoeve, een andere boerderij van Schuttert in Beerzerveld, is er een lange geschiedenis van overtredingen. In november 2011 concludeert het Team Handhaving van de provincie Overijssel dat de boer op die locatie het aantal varkens flink heeft opgevoerd zonder de benodigde natuurvergunning. Het rept van ‘illegaliteit voor de NB wet’.   

Hier hetzelfde liedje: Schuttert krijgt alsnog de benodigde vergunning. Maar ook op deze plek houdt hij zich lang niet altijd aan de daarin vastgelegde eisen. Uit een inspectierapport van 29 december 2020 blijkt dat de luchtwasser niet naar behoren functioneert. De Omgevingsdienst sommeert Schuttert op 15 april 2021 onder dreiging van dwangsom daar onmiddellijk iets aan te doen.

Meer geurbelasting dan vergund

In reactie op de vraag of Schuttert die boete intussen heeft betaald, laat de Omgevingsdienst weten dat de definitieve dwangsom pas op 4 november 2021 is opgelegd. Het ‘onmiddellijk’ uit april moeten we dus met een korreltje zout nemen. Bij een controle in november functioneerde de luchtwasser wél goed en als dat bij een nieuwe, in februari 2022 geplande inspectie opnieuw het geval zal zijn, zal de dwangsom niet geïnd worden en is de lange tijd van ondermaats functioneren blijkbaar vergeven en vergeten.  

En dat terwijl er nog aardig wat andere problemen spelen op de Polderhoeve. De inspecteur van dienst schrijft in zijn rapport van december 2020 dat een van de stallen niet van het type is dat in de vergunning is vastgelegd, dat de biggen eigenlijk niet zo goed worden geregistreerd en dat er meer geurbelasting is dan vergund.

Het past in een patroon: zoals onderzoek van Follow the Money en De Groene Amsterdammer uitwees, leggen Omgevingsdiensten zelden boetes op. Omgevingsdienst IJsselland bungelt onderaan het nationale lijstje met in 2019 maar twee uitgedeelde boetes. En voor de opdrachtgevende gemeenten heeft handhaving bepaald geen hoge prioriteit.

Vrolijk verder met nieuwe uitbreidingen? 

Niet alleen de Omgevingsdienst, ook de gemeente maakt het Schuttert erg makkelijk, vindt Gerrit de Jonge, raadslid voor de lokale Ommense partij VOV (Volkspartij Ommen Vooruit). ‘Ommen is een CDA-gemeente die heel erg voor de boeren staat,’ zegt hij aan de telefoon. ‘De democratie werkt hier niet zoals die behoort te werken. Dat zie je ook aan de aanvragen die Schuttert doet. Hij heeft een jaar of drie, vier geleden op de Beerzerhooiweg een saneringspand gekocht. Dat wilde hij uitbreiden naar behoorlijk wat varkentjes. Ik heb tientallen keren gevraagd om de juiste vergunningen en de juiste GGD-rapporten. Die zouden allemaal rond zijn, maar ze werden niet beschikbaar gesteld. Maar onlangs was er een rechtszaak en zei de advocaat van de gemeente dat ze niet alle goede onderzoeken hebben laten doen.’

Aan de Beerzerhooiweg staan een oude stal en een gammele schuur te verkommeren. Aan de oostelijke horizon tekenen de stallen van de Polderhoeve zich af. Even noordelijker meandert de Overijsselse Vecht door Europees beschermde natuur. Hier wil Schuttert alle bebouwing slopen en een nieuwe stal voor 3500 fokzeugen neerzetten. Maar de Raad van State vernietigde op 15 juli 2021 de natuurvergunning voor dit plan. 

De rechter baseerde de vernietiging van de vergunning eigenlijk alleen op het feit dat er geen inspraak was geboden. Wat de consequenties van deze uitspraak zijn, is onduidelijk. Kan Schuttert de aanvraag opnieuw indienen en de vergunning alsnog krijgen, als de provincie ditmaal wel inspraak organiseert? De verantwoordelijke gedeputeerde Gert-Harm ten Bolscher (SGP) weigert vragen hierover te antwoorden. Zijn persvoorlichter stuurt wel een persbericht van 23 september 2021 door waarin de provincie naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State aankondigt de mogelijkheid voor inspraak te verruimen.

De gemeente Ommen verleende in 2020 een omgevingsvergunning voor de nieuwe stal aan de Beerzerhooiweg. In het schrijven waarin de gemeente die beslissing motiveerde, constateerde ze eerst dat de plannen strijdig zijn met het feit dat de varkensstal moet komen in een ‘Milieuzone – grondwaterbeschermingsgebied’. Daar mogen eigenlijk alleen gebouwen verrijzen ten behoeve van drinkwatervoorziening. Maar op elke regel is een uitzondering te bedenken. Afwijking ervan is toegestaan als advies wordt ingewonnen bij de drinkwaterbeheerder en de risico’s op verontreiniging van het grondwater niet toenemen. Blijkbaar vond de gemeente dat aan deze voorwaarden is voldaan.

De bestuursrechter vernietigde op 16 december 2021 in een door De Ruiters Stichting Leefbaar Buitengebied aangespannen zaak de vergunning. HIj oordeelde dat de gemeente had verzuimd de procedure voor de beoordeling van milieueffecten correct te volgen. 

In strijd met het bestemmingsplan

In het Drentse Coevorden gaat het er niet heel anders aan toe. Schutterts grootste boerderij, de Drenthehoeve, staat in het Coevordense dorp Geesbrug. Daar houdt hij 13.000 varkens. Als de gemeente in 2020 een vergunning verleent voor een derde uitbreiding op rij erkent zij dat dit ‘in strijd is met het bestemmingsplan buitengebied Coevorden, omdat er sprake is van een uitbreiding van vee’. Dat belet Coevorden niet de vergunning af te geven, met als argument dat het woon- en leefmilieu en de ruimtelijke structuur van de omgeving niet onevenredig worden aangetast. Een antwoord op onze vraag hoe dat is getoetst, blijft uit.

Met de zegen van de gemeenten en provincies waar hij actief is, groeide Schuttert in de afgelopen twintig jaar almaar groter. Hij is exemplarisch voor honderden andere veehouders die in de afgelopen jaren vergunningen kregen om uit te breiden tegen de belofte dat de emissies niet zouden toenemen door de toepassing van moderne technieken zoals luchtwassers. Die belofte maakten ze niet waar. Zo kwam het leeuwendeel van het Europese geld, bedoeld voor milieuvriendelijke landbouw en inkomenssteun terecht bij vermogende boeren die in de buurt van natuurgebieden flinke hoeveelheden stikstof uitstoten. 

Intussen blijft Schuttert geloven dat hij op het juiste pad zit en dat zijn bedrijf toekomst heeft. ‘Slechte prijzen heb ik al vaak meegemaakt, maar nog nooit in combinatie met deze enorme kostenstijgingen,’ schrijft hij in de jongste editie van Schuttert Magazine. ‘Het enigste wat je hier aan kan doen is koers houden, de dingen goed blijven doen zoals je altijd gedaan hebt en wachten tot de bui is overgetrokken. Want na elke tijd komt weer een andere tijd.’

Jan Schuttert kreeg het volledige artikel voor publicatie ter inzage. Hij wilde niet reageren. De gemeente Ommen legden we enkele passages voor, maar was te druk met de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne om te reageren.

The Investigative Desk is een collectief van gespecialiseerde onderzoeksjournalisten. Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten.