
Gemeenten zouden de jeugdzorg goedkoper en beter regelen. Het tegenovergestelde is gebeurd. Wat ging er mis? Lees meer
De gemeenten zouden jeugdzorg dichterbij, efficiënter en uiteindelijk ook goedkoper gaan regelen. Het tegenovergestelde gebeurde: het aantal zorgaanbieders is gestegen van 120 in 2014, naar zo’n 6.000 nu. En inmiddels ontvangt één op de tien Nederlandse kinderen een vorm van jeugdzorg.
Maar is geld het enige probleem? Onder de werktitel "Jeugdzorg in het Rood” doet Follow the Money onderzoek naar de geldstromen in de jeugdzorg. In deze gids loodsen we je langs de belangrijkste bevindingen.
Jeugdzorgmanagers verdienen bij met handeltje in zzp’ers bij hun eigen werkgever
Anderhalf jaar strijd om één Excelsheet: hoe gemeenten onderzoek naar jeugdzorg frustreren
Hoe kindvriendelijke jeugdzorg moest wijken voor hekken en sloten op de deur
Bij de jeugdbescherming is het wachten op de volgende meltdown
Lelystad versus Pluryn: in het gevecht om de rekening delft de gemeente het onderspit
Opvanghuis voor kinderen krijgt dikke onvoldoende, maar blijft voorlopig open
Staatssecretaris Van Ooijen over het repareren van de jeugdzorg: ‘Het is een enorm praatcircus’
Minister Franc Weerwind: ‘Herwinnen van vertrouwen, dat is mijn belangrijkste opdracht’
Terugkijken | Beslissen in een failliete jeugdzorg: het verhaal van drie kinderrechters
In het hart van een zorginfarct: de rechter kan in een kinderleven het keerpunt zijn
© Elise Vandeplancke
De jeugdbescherming bezwijkt onder de hoge werkdruk
Door een ongekende uittocht van medewerkers zit de jeugdbescherming volledig klem. Tussen 2015 en 2019 verlieten meer dan vijfduizend medewerkers de veertien jeugdbeschermingsorganisaties. In 2019 keerde bijna een vijfde van het personeel de jeugdbescherming de rug toe, en zat 6,9 procent ziek thuis. Honderden kinderen blijven zo verstoken van hulp. ‘Het systeem staat op klappen.’
- Samen met Pointer, De Limburger, de Gelderlander, Omroep Flevoland, de Stentor, het Noordhollands Dagblad, het Haarlems Dagblad, het Leidsch Dagblad, de IJmuider Courant, De Gooi- en Eemlander, Tubantia, het Dagblad van het Noorden en de Leeuwarder Courant onderzoekt Follow the Money waar de jeugdzorgmiljarden blijven.
- Vanaf vandaag komen we naar buiten met onze bevindingen over de jeugdbescherming. Aan deze ‘intensive care van de jeugdzorg’ besteedt een gemeente grofweg 10 procent van haar totale jeugdzorgbudget. Daarbovenop komt nog de jeugdhulp die de jeugdbeschermer vervolgens inzet.
- De hele keten van de jeugdbescherming zit verstopt. De eerste schakel is Veilig Thuis. Daar liggen per vestiging tot 200 meldingen en tot 400 onderzoeken te wachten. Pas na hun onderzoek gaat een melding door naar de tweede schakel, de Raad voor de Kinderbescherming: daar staan nu meer dan 3300 kinderen op de wachtlijst. Dan komt de derde schakel, de gecertificeerde instellingen (GI’s). Zij houden geen eenduidige wachtlijsten (‘instroomlijsten’), bij.
- Nu de Inspectie hamert op inkorting van de wachttijden, richten de GI's zich op het halen van de wettelijke termijnen. Maar dat lukt slecht: rapportages van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd tonen aan dat de instellingen daar in ongeveer de helft van de gevallen niet in slagen. Wat de zaak lastig maakt, is dat zowel Veilig Thuis als de GI’s geen landelijke cijfers bijhouden. Intussen is het aantal maatregelen dat de kinderrechter oplegt, sinds 2016 min of meer stabiel.
- De jeugdbescherming komt maar moeilijk aan personeel en weet zowel nieuwe als ervaren medewerkers veelal niet binnenboord te houden. Elk jaar verlaat bijna eenvijfde van de medewerkers – samen goed voor zo’n 1000 fte – de jeugdbescherming. Dat stelt de organisatie voor grote problemen. Voor gezinnen en kinderen is het nog moeilijker: die krijgen te maken met wisselende hulpverleners.
- Follow the Money analyseerde de jaarrekeningen van alle gecertificeerde instellingen vanaf 2014. Daaruit blijkt dat de meeste gecertificeerde instellingen wel degelijk eigen vermogen hebben. Waarom steken ze dat niet in hun medewerkers?
Wanneer Imad Aziz op 15 februari 2021 de rechtbank betreedt, is die zijn laatste strohalm. Zijn oudste kind heeft hij al sinds de zomer niet gezien, nadat de jeugdbescherming (JB) ingreep, zijn baby heeft hij nog nooit vastgehouden. Twee dagen voor Kerst stelde de rechter ook die onder toezicht. Over de ontwikkeling van beide kinderen zijn zorgen, en Aziz had gehoopt dat de bemoeienis van de jeugdbescherming zou betekenen dat hij tenminste omgang krijgt met zijn kinderen.
Pas ruim een maand nadat de ondertoezichtstelling (ots) van zijn jongste inging, krijgt Aziz het eerste teken van leven van de jeugdbescherming: een brief, waarin staat dat hij voorlopig geen jeugdbeschermer toegewezen krijgt. ‘Met de huidige informatie die wij hebben, is niet gebleken dat er op dit moment sprake is van een zodanige onveiligheid van uw kinderen, dat het noodzakelijk is om de ondertoezichtstelling met spoed toe te wijzen aan een vaste jeugdzorgwerker.’ Uiterlijk eind februari is er iemand beschikbaar, belooft Jeugdbescherming Brabant (JBB). Ze geven Aziz een nummer dat hij kan bellen bij calamiteiten.
Ammehoela, denkt Aziz. Dat denkt ook zijn advocaat, Roy van Kerkhof. ‘Nu de ots binnen is, gaat de rem erop. Wel een ots aannemen maar vervolgens tweeënhalve maand niets doen is onacceptabel.’
Daarom spande Van Kerkhof een kort geding aan. Zo wil hij JBB dwingen per direct een jeugdbeschermer op de zaak te zetten. ‘In twee andere zaken, waarin mijn cliënten ook smeekten om interventie van een jeugdbeschermer, is me dat ook gelukt,’ zegt de advocaat. Nog voor de rechter zich erover zou buigen, kregen ze allebei een jeugdbeschermer toegewezen.
‘De dag dat de zaak van Aziz diende, kreeg ik telefoon: er zou die middag een jeugdbeschermer op de zaak komen. Of ik het kort geding wilde intrekken. Toen ik vroeg of die jeugdbeschermer dan meteen zou bellen met Aziz, vertelde JBB dat er een brief zou uitgaan. Omdat JBB zo nog altijd niet voldoet aan haar wettelijke plicht om binnen vijf dagen na een ots contact te leggen, gingen we dus gewoon naar de rechtbank.’
Over twee maanden is er een medewerker voor Aziz beschikbaar. Tot dan krijgt hij zijn kind niet te zien
Tijdens het kort geding betoogt de jurist van JBB dat zo’n ‘beperkt hulpaanbod’ niet uniek is voor Brabant. Net als andere gecertificeerde instellingen (GI’s) is JBB genoodzaakt een telefoonnummer te geven in plaats van een terdege opgeleide medewerker in te zetten. Net als alle GI’s kampt JBB met krapte op de arbeidsmarkt en een stijgend aantal ondertoezichtstellingen. Absoluut niet wenselijk, beaamt de jurist van JBB, maar over hooguit twee maanden is er een medewerker voor Aziz beschikbaar. Tot dan krijgt Aziz zijn kind niet te zien.
JBB delfde het onderspit, en zette daarna liefst twee medewerkers op de zaak.
Een paar maanden later kan Van Kerkhof er nog kwaad om worden. ‘Met dit soort emmertjes tegen het lek aandragen heb ik mijn handen vol. Het systeem staat op klappen. Voor een onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming sta je in sommige arrondissementen zo zes, zeven maanden op een wachtlijst. Corona heeft dat alleen maar verergerd. De Raad kolkt over, en daarna raakt de jeugdbescherming overspoeld en beland je weer op een wachtlijst. Terwijl een ondertoezichtstelling betekent dat er per direct hulp nodig is, en daar betaalt de gemeente ook voor.’
Bij Veilig Thuis komen meldingen binnen van mensen die kindermishandeling vermoeden. Als die na onderzoek gerechtvaardigd blijken, geeft Veilig Thuis ze door aan de Raad voor de Kinderbescherming. Die onderzoekt de situatie door met alle betrokkenen te spreken en brengt rapport uit aan de kinderrechter.
Op basis daarvan kan de kinderrechter een ondertoezichtstelling (ots) of een voogdijmaatregel uitspreken: het kind komt dan onder de vleugels van de jeugdbescherming (JB). Die wijst een vaste jeugdbeschermer aan, die zorgt dat kind en ouders de juiste hulp krijgen, zodat het kind zich veilig kan ontwikkelen.
De jeugdbeschermer coördineert de zorg en schakelt de hulp in die nodig is. Daarbij is de jeugdbeschermer afhankelijk van zorgbedrijven die een contract hebben met de gemeente. Door dit verwijsrecht is de rol van de gemeente gereduceerd tot die van portemonnee: de gemeente heeft niet alleen de plicht de jeugdbescherming zelf te betalen, maar ook de hulp die zij inschakelt.
Wachten, wachten, wachten – in elke schakel opnieuw
In alle onderdelen van de ‘beschermingsketen’ zijn lange wachtlijsten. Zo wachtten in 2019 bij elk van de 26 Veilig Thuis-instellingen tot tweehonderd meldingen op beoordeling, en tot vierhonderd op onderzoek. Hoeveel zaken er nu in de rij staan, kan Veilig Thuis niet zeggen: het houdt geen landelijke cijfers bij.
Ook de Raad voor de Kinderbescherming heeft een lange wachtrij. In 2019 wachtten er 3192 kinderen tien dagen of langer op onderzoek, op 29 april 2021 waren dat er 3397. Van alle soorten onderzoek zijn straf- en civiele onderzoeken de grootste categorie. Daarnaast doet de Raad ook onderzoek in gezag- en omgangszaken, adoptie of afstand en schoolverzuim.
Over de instroomlijsten bij de gecertificeerde instellingen vallen geen betrouwbare cijfers te geven, schrijft de Inspectie in haar signalement van november 2019. Geen enkele organisatie registreert namelijk op dezelfde manier. ‘Sommige GI’s halen een kind van de instroomlijst als een (papieren) inschatting van de veiligheid is gemaakt. Andere doen dat pas als de maatregel methodegetrouw en met een vaste jeugdbeschermer wordt uitgevoerd. Een voorzichtige schatting is dat in de zomer van 2019 vijf- tot zeshonderd kinderen op een instroomlijst stonden bij zeven onderzochte GI’s.’
Hoe lang een kind op een instroomlijst staat, is evenmin hard te krijgen. ‘De voorzichtige inschatting is ‘enkele maanden’, want die wordt het meest genoemd,’ schrijft de Inspectie.
Wettelijk is de jeugdbescherming verplicht binnen vijf dagen contact te leggen met een kind onder toezicht of voogdij. Binnen zes weken moet een plan van aanpak klaar zijn. Binnen drie maanden moet vervolghulp zijn gerealiseerd. Het regelen van vervolghulp is op dit moment het grootste struikelblok: die is er namelijk vaak niet. Of de wachtlijsten zijn lang, of de gemeente heeft geen contract met de zorgaanbieder, of het budgetplafond is bereikt, of de gemeente vindt de hulp te duur.
Per direct hulp nodig
In uitspraken op rechtspraak.nl schemert inmiddels het toenemend chagrijn van kinderrechters over de schrale beschikbaarheid van jeugdbeschermers door: ‘Al langere tijd blijkt er geen vaste jeugdbeschermer voor het gezin te zijn en niemand van de GI die bekend is met de zaak was ter zitting aanwezig. De kinderrechter verzoekt de GI zeer dringend per omgaande een vaste jeugdbeschermer voor [naam kind] aan te stellen en met spoed actie te ondernemen.’
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd constateerde in november 2019 in het rapport Kwetsbare kinderen onvoldoende beschermd dat de jeugdbescherming niet in staat is de aan haar toevertrouwde kinderen te helpen. ‘De inspecties vinden de wijze waarop jeugdbescherming en jeugdreclassering nu wordt uitgevoerd niet acceptabel en zijn van oordeel dat door het Rijk, gemeenten en instellingen ingezette maatregelen en actieprogramma’s hier op korte termijn geen adequaat antwoord op bieden.’
Kortom, actie was nodig, en wel meteen. In oktober 2020 oordeelde de Inspectie in een tussenrapportage zo mogelijk nog harder. ‘In mei 2020 – een half jaar na het uitbrengen van het rapport – waren er nog bijna achthonderd kinderen met een jeugdbeschermingsmaatregel zonder vaste jeugdbeschermer. Voor een groot deel van de gezinnen geldt dat contacten tussen medewerkers van een gecertificeerde instelling en kinderen en hun ouders niet tijdig plaatsvond en plannen van aanpak niet tijdig opgesteld. [...] Niets doen is geen optie.’
Marktwerking werkt niet
Sinds de Inspectie dat schreef, verloor nieuwkomer Briedis haar certificering en trokken dertien wethouders de stekker uit de Zeeuwse GI Intervence. ‘Dat het überhaupt mogelijk is dat een gecertificeerde instelling omvalt, is schokkend,’ vindt Arina Kruithof, bestuurslid van Jeugdzorg Nederland. ‘Wij hebben de wettelijke taak voor de meest kwetsbare kinderen te zorgen. Daarom zijn wij ook tegen marktwerking.’
Vanaf 2015 onderhandelen de GI’s jaarlijks met gemeenten over de tarieven. Gemeenten betalen voor het uitvoeren van een ondertoezichtstelling (tussen de 9500 en 11.000 euro per jaar per kind) en een voogdijmaatregel (ongeveer 7000 euro per jaar per kind). ‘Ieder jaar opnieuw is het onduidelijk of het tarief wel voldoende is. Daar kun je geen gezonde toekomst op bouwen,’ zegt Kruithof. ‘Ook lopen de tarieven die gemeenten betalen, steeds verder uiteen. Wat een GI voor een voogdijkind in bijvoorbeeld Overijssel krijgt, kan zo 20 tot 25 procent schelen met het tarief voor een voogdijkind in Amsterdam. Dat is raar. Wij pleiten voor een landelijk tarief, dat overal hetzelfde is.’
Al die verschillende tarieven zijn ook het Leger des Heils een doorn in het oog. Het Leger des Heils en de William Schrikker Stichting zijn de enige GI’s die landelijk werken. Dat betekent dat het Leger des Heils met 42 gemeentelijke regio’s en een aantal losse gemeenten aan tafel zit om afspraken te maken over de tarieven. Zo’n 10 procent van hun staf is met deze gemeentelijke bureaucratie bezig. Bij een aantal gemeenten werkt het Leger onder de kostprijs, terwijl het overal dezelfde zorg levert. ‘Gemeenten sturen op lage tarieven,’ zegt kapitein en bestuursvoorzitter Harm Slomp. ‘Gemeenten moeten kiezen tussen een zwembad openhouden of een kind hulp bieden, maar wij voeren als private partij gewoon een overheidstaak uit. Wij rijden niet in Maserati’s.’
Volgens Jeugdzorg Nederland moet het tarief met minstens 25 procent omhoog. Niet alleen om de jeugdbescherming financieel gezond te maken, ook om het aantal uren uit te breiden die een jeugdbeschermer aan een gezin kan besteden. ‘De afgelopen jaren hebben we absoluut de tering naar de nering gezet. Maar de bodem is nu echt bereikt,’ zegt Kruithof. ‘Uiteindelijk moet elke organisatie duurzaam gezond zijn om de wettelijke opdracht uit te voeren. Met deze beperkte middelen kunnen wij niet doen wat nodig is. Niet goed genoeg, in elk geval.’
Voldoende vermogen
Hoeveel GI’s zitten nu werkelijk aan de grond? Follow the Money analyseerde de jaarrekeningen vanaf 2014 van alle veertien GI’s. Daaruit blijkt dat ze lang niet allemaal kampen met geldgebrek. Integendeel: in totaal stond in 2019 bij de GI’s voor 85,1 miljoen euro op de bank. Het totale eigen vermogen was 48,7 miljoen euro. Sinds 2014 wisten ze, ondanks een omzetdaling van in totaal 180 miljoen, gezamenlijk 2,3 miljoen euro aan eigen vermogen bij te boeken. Geen vetpot, maar ook geen hoge financiële nood.
Gezamenlijk hielden de GI’s 22,6 miljoen winst over tussen 2014 en 2019, gemiddeld genomen 1,6 ton per jaar per instelling. ‘Slechts drie gecertificeerde instellingen draaiden in 2019 verlies,’ zegt hoogleraar financial accounting Jeroen Suijs, die op verzoek van Follow the Money de analyse doornam. ‘De winstcijfers nemen over de jaren voor de meeste GI’s niet af. Anders gezegd: ik zie geen negatieve trend in de cijfers. Daardoor gaan bij mij geen alarmbellen rinkelen.’
Voor de financiële analyse onderzochten we alle gecertificeerde instellingen die jeugdbescherming en jeugdreclassering mogen leveren. In de afgelopen jaren zijn meerdere organisaties gefuseerd; inmiddels zijn er veertien GI’s. Om de jaren 2014 tot en met 2019 met elkaar te kunnen vergelijken, voegden we de jaarrekeningen van de gefuseerde organisaties samen.
Voorheen werden jeugdbeschermingsorganisaties via de provincies gefinancierd. Sinds 2015 moeten gemeenten deze zorg betalen. Sindsdien moet elke GI jaarlijks met tientallen gemeenten onderhandelen over de tarieven.
In 2015 is de markt opengezet voor bedrijven die jeugdbescherming willen bieden. Toetreden tot deze markt is tot nu toe alleen Briedis gelukt, een coöperatie van zzp’ende jeugdbeschermers. Omdat het een kleine, startende organisatie was, hebben we Briedis niet meegenomen in onze vergelijking. Ook Nidos, dat onder het ministerie van Justitie en Veiligheid valt, hebben we niet meegenomen in de analyse: Nidos stelt geen jaarrekeningen beschikbaar.
Grote verschillen tussen GI’s
De verschillen tussen de GI’s zijn groot. JB Gelderland staat er verhoudingsgewijs het beste voor. In 2020 had zij een eigen vermogen van 7,8 miljoen euro, een groei van 4,8 miljoen euro in de afgelopen zes jaar. Die groei geeft een vertekend beeld, zegt bestuurder Arno Lelieveld. ‘Er was ten onrechte een voorziening opgenomen. In werkelijkheid nam het eigen vermogen met 1,5 miljoen euro af. Desondanks staat de organisatie er financieel goed voor. We zullen dit vermogen voor een belangrijk deel investeren in innovatie en het oplossen van knelpunten.’
Sommige GI’s zijn door een diep dal gegaan, zoals JB Overijssel. Zij raakte in 2017 bijna haar certificaat kwijt. In 2018 verscheen een kostprijsonderzoek van organisatieadviesbureau Berenschot, waarna de tarieven werden verhoogd. Vanaf dat moment zit JB Overijssel weer in de lift. Vorig jaar is het certificaat voor drie jaar verlengd en de IGJ is volgens bestuurder Ruud Brinkman tevreden. ‘De kwaliteit is in de basis goed op orde en die bouwen we nu verder uit,’ zegt Brinkman. Belangrijke aandachtspunten zijn de verhoogde (administratieve) werkdruk en agressie tegen het personeel.
JB West (regio Haaglanden en Zuid-Holland) staat er na het Zeeuwse Intervence in 2019 het slechtst voor. West wijt de slechte financiële positie aan de lage tarieven vóór 2019. ‘Dat wij hebben moeten interen op ons eigen vermogen, vinden wij niet erg. Wij zijn ons geld aan de kinderen blijven besteden,’ zegt bestuurder Joost van der Hulst. Dankzij een voorschot van de inkoopregio’s heeft JB West kunnen overleven. De financiële vooruitzichten zijn volgens West rooskleurig.
Hoge kosten
JB Brabant en JB Rotterdam Rijnmond hebben in verhouding hoge huisvestingskosten. In 2014 betaalde JB Rotterdam Rijnmond nog 6 miljoen euro voor de huisvesting, in 2019 was dit fors gedaald: 2,1 miljoen euro. JB Brabant betaalde in dat jaar 2,6 miljoen euro. Inmiddels heeft JB Brabant een aantal huurcontracten opgezegd en zijn de kosten lager.
Op de post accountants- en advieskosten scoorden Intervence en JB Brabant een aantal jaren heel hoog. Brabant gaf daar van 2016 tot en met 2019 zo’n 3 miljoen euro aan uit, deels vanwege een reorganisatie. Bij de automatiseringskosten steekt JB Regio Amsterdam er in verhouding ver bovenuit. In totaal gaf Amsterdam hier in zes jaar 13,8 miljoen euro aan uit, terwijl Rotterdam hier in diezelfde periode 3,6 miljoen euro voor betaalde.
Beloning topfunctionarissen
De JB’s Samen Veilig Midden-Nederland (SVMN), Regio Amsterdam, West (regio Haaglanden en Zuid-Holland) en Brabant hebben sinds 2014 in verhouding de meeste medewerkers die onder de Wet normering topinkomens (WNT) vallen. SVMN beloonde bestuurders en directeuren in zes jaar in totaal met 2,8 miljoen euro. JB West en Regio Amsterdam elk met zo’n 2 miljoen. JB Brabant scoorde van 2015 tot en met 2017 hoog. Volgens SVMN zijn de vele topfunctionarissen te verklaren door de fusie in 2015 van Bureau Jeugdzorg Utrecht en Bureau Jeugdzorg Flevoland en de samenvoeging met Veilig Thuis Utrecht. Momenteel heeft SVMN twee bestuurders, net als JB West en JB Amsterdam. Opvallend is dat het Friese Regiecentrum Bescherming en Veiligheid, een van de kleinste GI’s, ook twee bestuurders heeft.
De totale bestuurskosten van alle veertien GI’s bedroegen in 2014 3,6 miljoen euro. Ondanks de enorme omzetdalingen daalden de bestuurs- en directiesalarissen in 2019 slechts naar 3,3 miljoen euro.
Exodus
Wat wel alle alarmbellen doet afgaan, is hoeveel jeugdbeschermers er de brui aan geven. Telden de jeugdbeschermingsorganisaties in 2015 nog 5966 voltijdbanen, vier jaar later zijn dat er 1002 minder. In de chaotische tijd na de decentralisatie moesten alle GI’s reorganiseren. Daarnaast verdwenen er banen: enerzijds omdat rechters minder maatregelen hebben uitgesproken, anderzijds omdat bij de decentralisatie de toegang tot jeugdzorg is weggehaald bij de jeugdbescherming. Veel jeugdbeschermers vertrokken naar wijkteams of Veilig Thuis, de nieuwe toegangspoorten. Ze verdienen daar vaak hetzelfde, maar dragen daar minder verantwoordelijkheid en lopen minder risico.
Ook de rotten in het vak haken nu af, waardoor de jeugdbescherming haar collectieve geheugen verliest
De werkdruk bleef stijgen, de administratie nam toe en zaken werden steeds complexer. Ook het in 2015 ingevoerde tuchtrecht helpt niet. ‘Je doet het nooit goed bij ouders. Je bent te laat, te vroeg of je krijgt het verwijt dat je partijdig bent. Sommige ouders zijn zelfs fysiek agressief en online krijgen jeugdbeschermers het te verduren. Het gaat tot doodsbedreigingen aan toe,’ zegt Maaike van der Aar van vakbond FNV.
De uittocht bij de GI’s is daardoor al jaren hoog. In 2018 ging bijna 18 procent uit dienst, een jaar later was dat 19 procent. En dat is ‘bovengemiddeld’, zo staat ook in het toekomstplan Zonder twijfel voor het kind, een publicatie van alle GI’s. Ook het ziekteverzuim onder medewerkers in loondienst is bovengemiddeld: dat lag in 2019 op 6,9 procent.
Als er voor iedere vertrekkende of zieke jeugdbeschermer nu een ervaren kracht klaarstond, zou dat nog te doen zijn. Maar dat is niet het geval, zegt Van der Aar: ‘Zelfs mensen die nog niet lang in dienst zijn, vertrekken snel. Inmiddels haken ook de oude rotten in het vak af, waardoor de jeugdbescherming haar collectieve geheugen verliest. Kwaliteit en kennis lopen zo de deur uit.’
‘Het personeel heeft met de voeten gestemd,’ zegt kapitein Harm Slomp van het Leger des Heils, ‘zo simpel is het.’ Om de uitstroom te stelpen, steekt het Leger des Heils de komende tijd meer energie in het inwerken van nieuwe krachten. Maar of dat volstaat? Slomp: ‘Af en toe nieuwe mensen verwelkomen naast de harde kern is te doen. Maar nu er steeds meer nieuwe mensen bijkomen, die ook weer snel van baan wisselen, is het voor ons als organisatie eigenlijk niet meer houdbaar.’
De GI’s hebben moeite om nieuwe krachten te werven, want ‘de animo om bij de gecertificeerde instellingen te gaan werken, is niet groot’, tekent de Inspectie op. En als ze over de drempel zijn, lukt het de GI’s niet bijster goed om ze vast te houden: ‘Enkele gecertificeerde instellingen geven aan dat zij als opleidingsinstituut fungeren voor het sociaal domein.’
Productie draaien
Niet voor elke branche is een uitstroompercentage van 19 procent desastreus. Voor de jeugdbescherming wel, zegt Paul Boselie, hoogleraar bestuurs- en organisatiewetenschap. ‘Het betekent bijna zeker dat ze afscheid nemen van dit werk. Dan ben je ze dus kwijt. Een grote zorg, want het houdt ook in dat de relatie tussen jeugdbeschermer en gezin verbroken raakt. Bij zulke hoge uitstroomcijfers kan dat in één gezin meer dan eens gebeuren.’
Productie draaien is noodzakelijk om de exploitatie sluitend te krijgen
Hoe minder mensen er zijn om het werk te doen, hoe groter de werkdruk voor de achterblijvers. In de toekomstplannen van de GI’s speelt een ‘verantwoorde caseload’ dan ook een centrale rol. Gemiddeld heeft een fulltime jeugdbeschermer nu tien tot veertien gezinnen onder zijn hoede, oftewel vijftien tot twintig kinderen. Dat is niet verantwoord, zegt Arina Kruithof van Jeugdzorg Nederland: ‘Een ideale caseload bestaat uit hooguit zes tot acht gezinnen, dus tien tot vijftien kinderen.’ Maar dat krijgt het overgrote deel van de GI’s niet voor elkaar. Productie draaien is immers noodzakelijk om de exploitatie sluitend te krijgen, zo tekende Berenschot in 2018 op.
Om lange wachtlijsten voor te zijn, beperken GI’s het aantal uren. Een jeugdbeschermer mag maximaal twee uur per week aan een gezin besteden. In die tijd moet hij contact onderhouden met alle betrokkenen, die contactmomenten schriftelijk vastleggen, een plan van aanpak schrijven, de benodigde hulp in gang zetten, zittingen voorbereiden en bijwonen en dat allemaal tot op de minuut vastleggen in een tijdschrijfsysteem. Ook de reistijd valt binnen die twee uur.
En dat dus maal tien, of zelfs veertien.
Dossier
Jeugdzorg in het rood
De gemeenten zouden jeugdzorg goedkoper en beter regelen. Het tegenovergestelde is gebeurd. Wat ging er mis?
‘In dit beperkte aantal uren kunnen jeugdbeschermers niet voldoende zorg leveren,’ stelt hoogleraar jeugdstrafrecht Mariëlle Bruning. ‘Cliënten en ouders klagen dat ze een jeugdbeschermer nauwelijks zien of dat ze telkens weer nieuwe jeugdbeschermers krijgen. Je zou willen dat ze meer contact met cliënten hebben.’ Precies dat is de bedoeling van dat landelijke, hogere tarief dat Jeugdzorg Nederland wil, legt Arina Kruithof uit: ‘Het Rijk moet meer geld beschikbaar stellen aan gemeenten, zodat zij voldoende tijd kunnen inkopen.’
Jeugdbescherming is verantwoordelijk voor ongeveer 10 procent van de gemeentelijke uitgaven aan jeugdzorg. De jeugdzorgdatabase van Follow the Money laat zien dat het beslag dat de jeugdbescherming op het totale jeugdzorgbudget legt, per gemeente flink verschilt: in 2019 lag dat percentage tussen de 2,5 en 11,1 procent. Zo gaf de gemeente Waddinxveen dat jaar 11,1 procent (957.000 euro) uit aan jeugdbescherming en jeugdreclassering, Enschede 10,1 procent (4,9 miljoen), Amsterdam 9,2 procent (30,4 miljoen), Arnhem 8,4 procent (4 miljoen) en Harderwijk 4,7 procent (782.358 euro).
JB Brabant ligt al enige tijd in de clinch met gemeenten over de tarieven. De Jeugdautoriteit is ingeschakeld om de impasse te doorbreken. JBB heeft vorig jaar 3 miljoen verlies geleden. De omzet kelderde de afgelopen jaren: vrijwillige maatregelen voert JBB nauwelijks meer uit, en spoedeisende zorg wordt minder ingezet. Die twee uur per gezin is volgens JBB nauwelijks haalbaar. ‘We zijn er soms wel 40 uur per week mee bezig. Dat komt door de intensiteit en de wachtlijsten bij jeugdzorgorganisaties die we voor hulp moeten inschakelen. Daarom is het belangrijk om de wachtlijsten aan te pakken,’ zegt bestuurder Rinda den Besten.
Miljonair uit gebrek
Slechts één branche spint garen bij het personeelsprobleem van de GI’s: de uitzend- en detacheringsbureaus. Waar een ervaren kracht in loondienst 60.000 euro kost, betaalt een GI voor het extern inhuren van exact dezelfde medewerker tot wel een ton per jaar.
In zes jaar tijd betaalden de GI’s samen meer dan 110 miljoen euro voor de inhuur van personeel
Maar de GI’s moeten wel, want ze hebben zich te houden aan de wettelijke termijnen waarbinnen een kind en gezin geholpen moeten zijn. Vanaf 2016 stegen de inhuurkosten explosief, zo blijkt uit de analyse van Follow the Money. Kochten de GI’s in 2016 voor in totaal 15,8 miljoen externe hulp in, een jaar later liepen die inhuurkosten op tot 25,4 miljoen. In zes jaar tijd betaalden de GI’s samen meer dan 110 miljoen euro voor de inhuur van personeel. Dat is 4,7 procent van de totale personeelskosten.
In 2017 spande JB West de kroon, met 5,5 miljoen euro inhuur. In de loop van dat jaar sloot zij een contract met detacheringsbureau Advizo, specialist in jeugdzorgpersoneel. Pieter van Reeuwijk en Wim Karels richtten Advizo eind 2014 op. Van Reeuwijk werkte jarenlang in de jeugdzorg, ook als zzp’er bij GI’s. Hij zag de uitzendkrachten komen en gaan en besloot zelf medewerkers in te werken en op te leiden, zodat ze vervolgens in vaste dienst kunnen treden.
Dat bleek een gat in de markt. ‘De GI’s waren zo druk met het regelen van hun financiën dat ze blij waren dat wij ze de werving en opleiding van personeel uit handen namen. Tijdelijk zijn ze meer geld aan ons kwijt, maar op de langere termijn profiteren ze er juist van.’ Na zo’n zes maanden komt het personeel van Advizo in dienst bij West. De afspraak is dat minimaal 80 procent van het ingehuurde personeel in dienst moet komen. Dat is gelukt, en volgens West is er een relatief laag verzuim en verloop bij de aangenomen trainees.
Uit een rondgang langs de GI’s blijkt dat Advizo met minimaal de helft van de gecertificeerde instellingen samenwerkt. Hoe vaak en hoeveel, dat verschilt. Wel zegt Van Reeuwijk in actie te moeten komen zodra er wachtlijsten dreigen te ontstaan. ‘Geen enkele GI wil een wachtlijst op haar geweten hebben.’
Sinds de start in 2015 hebben de twee eigenaren in hun privé-bv’s een gezamenlijk vermogen opgebouwd van 4,1 miljoen. ‘Dat geld komt niet alleen van jeugdzorg en jeugdbescherming. We leveren bijvoorbeeld ook voor de gehandicaptenzorg, ggz en andere zorg in gemeenten. We hebben daarnaast ook andere bedrijfsactiviteiten, zoals aankoop, verkoop en de verhuur van vastgoed. We zijn hard gegroeid, maar daarom hebben we ook een buffer nodig om kosten te dekken en risico’s op te vangen.’
Bureau Jeugdzorg Limburg en het Friese Regiecentrum Bescherming en Veiligheid huren het minst extern personeel in. ‘Wij vinden inhuur te duur en je haalt geen rendement uit het opleiden van de externe inhuur,’ stelt het Regiecentrum.
De andere GI’s werken naast Advizo vooral met grote uitzendbureaus als Maandag. Gevraagd naar hun aandeel in de ‘jeugdzorgmarkt’ laat Maandag weten het ‘niet chique’ te vinden om over inhuur of inhoud te praten met Follow the Money.
Waarom weten detacheringsbureaus deze medewerkers wel binnen te halen en GI’s niet? ‘Voor ons is het ook niet makkelijk om aan personeel te komen,’ relativeert Van Reeuwijk. ‘Iedereen vist in dezelfde vijver. Onze jonge mensen, die net van school komen, zijn onze wandelende reclameborden. Als wij goed voor ze zijn, dan vertellen ze dat aan anderen door, zodat die ook bij ons komen werken. Bovendien werken wij met zeer slimme softwaretools en hebben we een goed personeelsbeleid.’ Het jonge personeel kan na twee jaar ervaring in de jeugdzorg ingezet worden als jeugdbeschermer.
Gewoon nee zeggen
Hoe raken de GI’s uit deze vicieuze cirkel van weglopende medewerkers, in wier plaats ze duur extern personeel moeten inhuren? Jeugdzorg Nederland zoekt de oplossing in hogere tarieven en betere arbeidsvoorwaarden voor de gehele jeugdzorg. Een gezamenlijk arbeidsmarktbeleid komt er niet: daarvoor verschillen de regio’s volgens Jeugdzorg Nederland te sterk.
Wim Groot, hoogleraar gezondheidseconomie aan de Universiteit Maastricht betwijfelt of extra geld de oplossing is. En daarbij: ‘Waarom gebruiken ze hun eigen vermogen niet om de jeugdbescherming te verbeteren? Het is niet nodig om zulke grote reserves aan te houden.’
Volgens Jeugdzorg Nederland moeten de instellingen een weerstandsvermogen hebben. ‘De meeste bestuurders zeggen niet te kunnen voldoen aan de norm voor een gezond vermogen. Als je het eigen vermogen gebruikt, wordt het weerstandsvermogen nog kleiner,’ zegt de woordvoerder.
Groot stelt dat voor GI’s andere normen gelden. ‘Ze voeren een belangrijke publieke taak uit, waarbij ze het monopolie hebben om jeugdbescherming te bieden. Jeugdbescherming zal altijd nodig zijn. De normale bedrijfsrisico’s die te maken hebben met concurrentie en het eventueel wegvallen van de markt gelden hier dus niet.’
Paul Boselie, hoogleraar bestuurs- en organisatiewetenschap vindt dat bestuurders een visie moeten ontwikkelen. ‘Wat kunnen we bijvoorbeeld doen aan de administratieve druk? Dat is een klus, maar maak het concreet. En ga als bestuurder ook eens bij grote bedrijven kijken. Hoe pakken zij problemen aan en wat kunnen zij daarvan leren? Ze moeten out of the box gaan denken.’
Daarnaast moeten managers en bestuurders voor hun mensen staan, meent hij. ‘Ze mogen ook nee zeggen. Laat het een probleem worden, laat zien dat de grenzen zijn bereikt. Hoe groot is het probleem als je gewoon doorgaat? Het personeel betaalt de prijs en uiteindelijk is de cliënt de dupe.’
Ook jeugdrechtadvocaat Reinier Feiner vindt dat GI’s alleen zaken moeten aannemen waarvoor ze de mankracht in huis hebben. ‘Dat gebeurt nu niet. GI’s nemen nu alles aan en zeggen dan ‘zo goed mogelijk’ te handelen. Triageren is nodig. Een GI moet zeggen: het is code zwart, de ic ligt vol. Je kunt niet iedereen helpen.’
Wie zich in ieder geval niet geholpen voelen, zijn Imad Aziz en zijn kinderen. Na zijn kort geding op 15 februari knapte er iets. De omgang stokte wederom, er volgde weer een gang naar de rechter, waarin Aziz inzette op een fifty-fifty omgangsregeling. Het lukte niet. ‘Mijn oudste zie en spreek ik al 467 dagen niet. Mijn jongste is 15 maanden en die heb ik nooit mogen ontmoeten. Enkele weken geleden heb ik besloten om niets meer te willen. Zolang men niet openstaat voor verandering, heeft het geen zin.’
- Morgen verschijnt bij FTM een vraaggesprek met Arine Kruithof van Jeugdzorg Nederland,
- Maandag doen negen jeugdbeschermers bij Follow the Money een boekje open over hun werkomstandigheden.
100 Bijdragen
Jeroen Peters 1
zie https://www.igj.nl/zorgsectoren/jeugd/publicaties/brieven/2021/06/03/brief-toezicht-faillissement-briedis
Henri Lechner
Jeroen PetersBert Kerkhof 1
De situatie van meneer Imad Aziz is schrijnend. Een langs de kant gezette vader die moet gaan smeken om de inzet van een jeugdbeschermer? In een Europees land, waar twee ouders voor elk kind de norm is, is de verwarring ten top.
Het komt veel voor dat ouders in de loop van hun leven eigenlijk meer gaan houden van hun kinderen dan van de partner. Één op de drie huwelijken loopt uit op een wisseling van partner. Maar meestal blijft de liefde van vader voor de kinderen en de bereidheid hen te blijven koesteren.
De trouw aan een partner duurt voor velen korter dan het levenslange huwelijk. Toch is de trouw van de biologische vader aan zijn kinderen meer duurzaam dan de band die een uitzendkracht in de jeugdzorg kan opbouwen.
Pas wanneer niet-gekozen burgemeesters en in hun gevolg rechters een streep zetten door deze sociaal-culturele overwegingen, levert het de financiële rekeningen op voor commerciële jeugdzorg en toestanden in de buurten waar de gemeenten nu mee kampen.
De pas van school komende jeugdzorgers met hun leuke speel-activiteiten voor de kids oefenen een aantrekkingskracht uit op de onder toezicht staande moeders. Maar missen nog de vaderlijke wijsheid om bij de gemeente aan te dringen op een blijvende rol in het opvoeden voor vader. Stimuleren onvoldoende het aanvragen van kinderopvangtoeslag en hervatten van het werk van de ouders. Helpen niet of nauwelijks bij het verkrijgen van tenminste een minimumloon.
Waren de besturen maar zo wijs om het nut van uitgaven voor jeugdzorg in een rekenschema af te wegen tegen uitgaven voor betere huisvesting van de samenlevingsvormen in de gemeente en uitgaven voor studiebeurzen voor het kind.
Waar blijven de gemeentelijke- en regionale rekenkamers?
Charles de Monchy
De verschillen in doelmatigheid tussen de GI's zijn wel heel erg groot. Hebben jullie gekeken naar hoe dat komt? Waarom doen de regio's Utrecht en Overijssel het zoveel beter dan bv. Brabant en Rotterdam? En wat is de rol van de gemeenten Utrecht en Deventer in dezen? Het is m.i. geen toeval dat zij tot de gemeenten behoren die goede jeugdhulp leveren, terwijl dat van Rotterdam niet zo is. Wellicht komen er verrassende en pijnlijke zaken naar boven, maar het is m.i. wel noodzakelijk dat we dergelijk onderzoek gaan doen. En ja, dit heeft ook met geld te maken, zie een recente blog hierover.
Hopelijk gaan we hierover binnenkort onderzoek starten.
https://www.sociaalweb.nl/blogs/de-betere-jeugdhulp-is-haalbaar-en-betaalbaar
Persoonlijk denk ik dat alleen maar geld pompen in slecht georganiseerde regionale zorgsystemen niet de oplossing is. Je moet veel beter kijken naar wat de goed georganiseerde regio's goed doen, en dan kijken wat de andere regio's daarvan kunnen leren. Heel veel ingewikkelder is het niet.
GJ van Broekhoven 9
Charles de MonchyBert Van Baar
Onderhand zijn hun prachtig gelegen panden verkwanselt aan projectontwikelaars en wordt er ‘ondermaats’ personeel ingezet.
Diegenen die dit allemaal regiseren gedragen zich als hedge-funds, aasgieren in gewoon Nederlands!
Jan Ooms 10
Bert Van BaarGJ van Broekhoven 9
Jan OomsHet WMO, jeugdzorg etc dichtbij gemeenten brengen is op zich niet verkeerd. Wel verkeerd is dat teveel gemeenten de controle aan de poort en gedurende de uitvoering van de zorg onvoldoende uitvoeren.
Buiten het voorgaande om heeft de oude zorgregeling als gevolg gehad dat volwassenen na twee jaar tot de gemeente behoren waar deze verblijven. De Horeb in Apeldoorn heeft bergen aan lui uit de randstad aangetrokken, die erg vaak uitkeringen van de gemeente Apeldoorn ontvangen. Daarom is de zorg dermate kort geworden, zonder echt effectief te zijn. Want, die mensen worden dan weer naar de gemeente van herkomst afgeschoven.
Walter Boer 3
Paul Jonas 1
Eveline Bernard 6
Paul JonasArthur Venis 3
Paul JonasHet is altijd weer de vraag wie er precies aan tafel mogen zitten wanneer de plannen worden gemaakt en de buit wordt verdeeld...
GJ van Broekhoven 9
Arthur VenisEen voorbeeld. In het oude systeem is men echt enorm blij geworden indien een cliënt een pgp pot van zeg 200.000,00 heeft. In dat geval weet men dat men per jaar voor 200.000 kan declareren. Indien een cliënt dat niet heeft, dan rent men iets minder hard.
Een ander voorbeeld. Ook onder het oude systeem is het in de mode om kinderen te diagnoseren met ADHD. Wat is daarvan de reden? Te vaak is de reden dat men dan meer zorggeld of -subsidie krijgt dan het echte probleem. Waarbij een bijkomend probleem komt. Veel medici hebben vroeger bakken geld van medische ondernemingen gekregen indien genoeg van hun medicijnen gebruikt is.
De les die men kan leren; vroeger is het ook niet rozengeur en maneschijn geweest.
De les die men ook kan leren; het oude graaien is weg; het nieuwe graaien is ervoor in de plaats gekomen.
Het is alleen de vraag hoe dit kan worden voorkomen.
Hoela Hoep 1
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
Hoela HoepHet probleem is, herhaald; dat de gemeente omdat deze dient te beoordelen of een aanvraag financieel in orde is in de regel vakmatig incapabel is. En indien er wel enige vakmatige onderlegging is, het hen niet al teveel kan schelen. Indien er wel afdoende controle zou plaatsvinden, dan zou er hopen meer geld voor jeugdzorg en overige zorg beschikbaar zijn.
Mijn ervaring is indien bepaalde zaken bij de gemeente gemeld worden dat zij er helemaal geen behoefte aan heeft om actief te worden. Wellicht zijn er wel gemeenten die dat iets kunnen schelen, heb die eerlijk gezegd nog niet meegemaakt.
GJ van Broekhoven 9
Jan Ooms 10
GJ van BroekhovenWelke controle is belabberd?
Aan welke ‘onzin’ wordt veel te veel geld besteed?
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsDe controle van gemeenten op de WMO achtige zorg, maar ook bij aanbieders van zwaardere zorg is gewoonweg slecht van de zijde van tal van gemeenten. In een gemeente blijkt het zo te zijn dat een zorgaanbieder haar cliënten mishandelt. Een cliënt mijnerzijds en ik hebben dit gemeld. De gemeente heeft niets willen ondernemen. Uiteindelijk heeft een andere gemeente, waar cliënten wonen die mishandeld worden, wel actie ondernomen. Een aanbieder van WLZ zorg heeft voor 24/7 zorg betaald gekregen. Daadwerkelijk is een lichte vorm van woonbegeleiding geleverd. De gemeente die eerst niets heeft willen ondernomen heb ik meegedeeld; indien niets wordt gedaan komt de pers erbij. Daarom is wel iets ondernomen. Kortom; controle aan de poort en gaandeweg de zorg is erg beroerd.
Veel van die WMO achtige zorg, die vaak helemaal niets brengt, wordt enorm lang doorgezet; kost ook bergen aan geld, met een verwaarloosbaar effect. Daarom is dat onzin.
Arthur Venis 3
GJ van BroekhovenIk vraag me dan af, waarom is dat? Kennelijk is er fijn geld mee te verdienen...
GJ van Broekhoven 9
Arthur VenisJan Ooms 10
GJ van BroekhovenDat de controle op de zorg an sich slecht is ben ik op zich met u eens, maar is anderzijds niet zo verwonderlijk. De gemeenten hebben geen inspecteurs in dienst om dit te controleren. De wijkteams die zorg indiceren (en verstand (horen te) hebben van zorg) zijn vrijwel altijd onderbemenst en hebben voor controle/inspectie noch tijd, noch bevoegdheid. De salarissen van de medewerkers in de wijkteams liggen ver onder het niveau van de beleidsmedewerkers (de papierproducenten) maar mogen wel de shit opruimen die door regeringsbeleid wordt veroorzaakt.
Dat de gemeenten in 2014 stonden te juichen dat ze de jeugdzorg en de (uitgebreide) WMO-zorg mochten uitvoeren geeft al aan dat de kennis hierover ver beneden peil was/is, anders hadden ze het wel graag aan zich voorbij laten gaan. Zeker toen er ook nog eens 30 procent (WMO) en 40 procent (jeugdzorg) op het budget werd gekort. Voeg daarbij de, door de neoliberale kabinetten van de laatste 3 decennia, alom verheerlijkte, geprezen, ja bijna aanbéden marktwerking en het recept voor totale mislukking is daar!
U bent kennelijk goed ingewijd in de wmo-zorg wanneer u stelt dat deze vaak helemaal niets brengt, te lang duurt, te duur is en geen effect heeft. Misschien is een inspectiefunctie bij een gemeente iets voor u?
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsDe controle zijdens de gemeenten is naadje. Dermate naadje dat in een praktijkgeval een gemeente ondanks een gemotiveerde melding niet heeft willen controleren.
De wijkteams zijn een groot probleem. Niet zozeer qua beloning, maar te vaak de vakkennis en inzet. Waarbij het niet eerlijk is alle medewerkers over dezelfde kam te trekken.
In een praktijkgeval heeft een slechte medewerkster van zo'n wijkteam een cliënt, waar zij een hekel aan heeft, omdat hij op juiste gronden een weerwoord heeft, geprobeerd ernstig te schaden. Zij is zelfs zo ver gegaan om een persoon met een ernstige beperking op te stoken om daaraan mee te werken. Uiteindelijk is die medewerkster buitengetrapt. En, zo zijn er meer van zulke gevallen bekend.
Het leeuwendeel van de gemeenten zijn inderdaad niet al te competent, dat is waar. Het aller ergste is, dat die gemeenteambtenaren, overduidelijk niet competent, van zichzelf wel menen dat te zijn. Dus, voordat die gemeenteambtenaren dat begrijpen is ongehoord veel tijd nutteloos verstreken.
Heb vakmatig met WMO (en overige) zorg te maken. Waarom de lichte WMO zorg niet echt werkt kan ik uitleggen. Stel een bezoek aan een psycholoog wordt geregeld; één uurtje per week. Heb meegemaakt dat hierbij niet echt de kern wordt gezocht. Dus na een jaar zijn de problemen nog exact hetzelfde, en, is een berg aan geld over de bekende balk gegooid.
Gezien mijn beroep is het niet mogelijk een inspectiefunctie te bekleden. Denk dat het wel wijs zou zijn indien gemeenten, of samenwerkingsverbanden die reeds ontstaan, daar snel werk van maken.
Overigens, het woord neoliberaal is thans in de mode. Onder het oude stelsel is nog veel meer aan zulke zorg verdiend. Wat is dat dan? Super neoliberaal?
Jan Ooms 10
GJ van BroekhovenUw bijdrage doet dat nl. niet vermoeden.
De WLZ is gewoon géén taak van de gemeente en wanneer een gemeente voor WLZ-zorg betaald zijn er twee zaken aan de hand: 1. Ze hóeven het niet te betalen en 2. Ze kunnen het niet betalen al zouden ze wíllen!
Zorg vanuit de WLZ wordt door het zorgkantoor betaald réchtstreeks aan de zorgverlener óf aan de hulpvrager middels een PGB, meer smaken zijn er niet.
WLZ-zorg kan uitsluitend aangevraagd worden bij het CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg) die een indictie verstrekt op basis van zorgzwaarte en gemeenten hebben daar geen enkele rol, inspraak of wat dan ook in, noch zijn ze op welke wijze dan ook gelieerd aan het CIZ.
U kletst echt onzin wanneer u zegt: ‘maar de gemeenten hebben daar wel degelijk een grote rol in’.
Vanuit de WMO wordt ook geen zorg vergoedt voor bezoeken aan een psycholoog, Dat valt nl. onder de zorgverzekeringswet.
Kortom u valt met uw ‘kennis van de zorg’ lelijk door de mand.
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsEen voorbeeld. Een persoon met een WLZ indicatie verblijft in een WLZ instelling, dus 24/7 zorg. Die persoon heeft daarmee problemen gekregen. Een wijkteam medewerker, in dienst bij de gemeente, heeft een herplaatsing geregeld. De nieuwe WLZ instelling dient 24/7 zorg te leveren, maar doet dat niet. Gelijktijdig krijgt die persoon ook WMO zorg van de gemeente. De gemeente heeft de samenwerking met de WLZ instelling opgezegd. Uiteindelijk heeft die persoon een opstapwoning gekregen, waarbij vanuit de WMO ondersteuning geregeld is. Uiteindelijk is die persoon uit de opstapwoning gezet wegens wangedrag.
Er is dus sprake van vermenging tussen de diverse soorten aan zorg.
Ik heb geschreven over WMO achtige zorg. Hierbij bedoel ik te schrijven dat bij alle zorg, dus niet alleen wat betreft jeugdigen, dat er teveel wordt ingezet op lichte zorg die per saldo niets tot bijna niets brengt.
Het bezoeken van een psycholoog. Mooi! Heb in een praktijkzaak aangegeven wat mijns inziens het geval is; zwaardere zorg is noodzakelijk. Psycholoog weet het beter. Alleen na een jaar is de jeugdige gedwongen in een internaat opgenomen. Pappen en nathouden werkt niet.
Jan Ooms 10
GJ van BroekhovenIemand met een WLZ-indicatie kan nog op slechts 2 manieren met de gemeente te maken hebben:
1. Iemand met een WLZ-indicatie verblijft in een instelling en is voor zijn/haar sociaal vervoer afhankelijk van anderen. In het geval dit vervoer niet (volledig) door zijn/haar sociaal netwerk opgelost kan worden kan die persoon nog een beroep op de gemeente doen voor de zgn. regiotaxipas of een vervoermiddel als een scootmobiel, driewielfiets, etc..
2. Iemand met een WLZ-indicatie verblijft gewoon thuis (VPT=volledig pakket thuis) en is in huis aanpassingen nodig (bijv. traplift) om daar te kunnen blijven functioneren. Voor dergelijke woningaanpassingen kan een beroep gedaan worden op de gemeente (WMO). Voor vervoersproblemen geldt hetzelfde als onder 1 genoemd.
NB. Het gaat dus uitsluitend om hulpmiddelen!
Daadwerkelijke zorg (wassen/aankleden/wondverzorging/medicatietoediening/begeleiding, óók dagbesteding) valt allemaal onder de WLZ bij een WLZ-indicatie en is NOOIT een zaak van of voor de gemeente, gewoon echt helemaal NOOIT!!
Nu heeft u het over een jeugdige die psychologische zorg nodig is. Dat was vanuit uw vorige bijdrage niet duidelijk. U had het over de WMO en over bezoek aan de psycholoog. Tot 18 jaar valt psychologische hulp onder de Jeugdwet (in uitzonderlijke gevallen kan dit verlengd worden, de zgn. verlengde jeugdzorg, tot 21 jaar) en is dus een taak voor de gemeente. Echter zoals ook in het artikel is geschreven fungeert de gemeente hier meestal als portemonnee. Wanneer de huisarts of kinderarts dit voorschrijft heeft de gemeente gewoon te betalen, geen discussie mogelijk. Wanneer de psycholoog in uw voorbeeld geen juiste diagnose heeft gesteld, staat dit los van de Jeugdwet en de gemeente als uitvoerder van die wet. Dit was dan 'gewoon' een foute diagnose
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsDat bij jeugdigen psychologische zorg onder de Wet op de jeugdzorg valt is mij ook bekend. Maar ook hier is er sprake van dat ook de gemeente in kwestie zich ermee heeft bemoeid. Voordat men bij een psycholoog terecht komt, komt men eerst bij een gemeentelijk instantie terecht, waarna een psycholoog beschikbaar kan komen; wat ongehoord veel tijd en inspanning vereist. Het gaat in het concrete geval niet zo zeer om een foute diagnose, maar om een psycholoog die partij heeft gekozen voor één partij op grond van selectieve waardering van voorhanden feiten; zelfs actief gelogen is. Nadat gedreigd is met een tuchtklacht is het klaar met die ongein geweest.
Het kind in kwestie is behept met NPS, haar vader ook. De psycholoog heeft als houding dat het allemaal wel meevalt. Dit ondanks het feit dat Veilig Thuis, de gemeente en ook de huisarts hetzelfde vinden; nps. De psycholoog heeft verder geprutst. Uiteindelijk heeft een medewerkster van Pactum de juiste conclusie getrokken; NPS en het kind is gedwongen opgenomen. Dit gedurende twee jaren. Waarom is dit erg? Omdat men er bij NPS erg vroeg bij moet zijn. Indien het te lang duurt, dan werkt een behandeling niet meer.
Kortom er is dus wel degelijk te vaak sprake van inmenging van van gemeenten bij zorg waar zij niet bevoegd toe zijn.
Hoela Hoep 1
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
Hoela HoepMijn visie is dat in het oude systeem sprake is geweest van bureaucratie, maar dat teveel gemeenten een nieuwe bureaucratie hebben aangebracht, die nog veel erger is dan de oude. En ja, in de oude situatie is er tenminste sprake geweest van vakkennis.
Op zichzelf genomen is dit erg droevig. Zorg dichter bij de burger zou minder bureaucratie moeten inhouden. Dit kan de gemeenten worden aangerekend; ook de tekorten; teveel geld is aan totale onzin besteed.
Jan Ooms 10
GJ van BroekhovenU geeft maar niet op hé? U verkondigt grote kolder. De gemeenten hebben GEEN maar dan ook echt GEEN ENKELE bemoeienis, zeggenschap, of wat dan ook mét of óver WLZ-zorg.
Ik verslijt u niet voor gek, dat kan ik met dit soort uitspraken heel goed aan uzelf overlaten, zie ik.
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsHoela Hoep 1
GJ van BroekhovenSommige hulp, zoals beschermd wonen, is soms provinciaal georganiseerd. Dat is ook 'grappig', want het werkt via een triagesysteem waarbij de hulpvraag centraal staat, niet jouw woonplek. Woon je dus in een grote provincie aan de oostgrens, dan kun je dus verplicht worden om aan de westgrens beschermd te gaan wonen.
Jan Ooms 10
Hoela HoepGrote kolder! Wanneer de kinderarts of huisarts (let op het woord arts, net als in tandarts) een diagnose stelt en behandeling voorschrijft heeft de gemeente gewoon te betalen. De gemeente inlichten is voldoende. Daar komt geen wijkteammedewerker aan te pas.
Overigens uw stelling dat Wmo-teams een groot gebrek aan kennis hebben is wel alle teams over 1 kam scheren. Het ligt er vooral aan hoe de betreffende gemeente het heeft geregeld. De meeste gemeenten hebben expertise aangenomen of ingehuurd (niet voor niets zijn veel jeugdwerkers naar de gemeente overgestapt). Met de kennis zit het over het algemeen in díe gemeenten wel goed. Gemeenten die hun Wmo-consulenten er nu de Jeugdwet 'bij laten doen' vallen lelijk door de mand.
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsUit mijn praktijkervaring vloeit voort dat veel gemeenten totaal ondeskundige medewerkers ingrijpende besluiten laten nemen op zorggebied. Dat is géén kolder; dat is zo!
Veel gemeenten zijn doende om wat zorg betreft regionale samenwerkingsverbanden op te zetten. Hierbij wordt dan expertise ingehuurd. Het grote probleem is dat hierbij sprake is van een enorme bureaucratie, maar ook, dat de zorg weer verder van burgers komt af te staan.
Het grootste probleem inzake gemeenten is dat zij het budget verkeerd besteden; veel besteden aan lichte zorg en volstrekt te weinig aan zware zorg. Er is niet echt veel meer geld nodig; gemeenten moeten eindelijk ophouden om de lichte zorg overmatig te sponsoren en de zware zorg het stiefkind te laten worden en blijven.
Jan Ooms 10
GJ van BroekhovenWie de schoen past,...
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsJan Ooms 10
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
Jan OomsJan Ooms 10
GJ van BroekhovenEn dat u daarvan niet op de hoogte bent laat u in uw bijdragen meer dan eens zien!
Wat mij betreft houdt de discussie hier dan ook op.
Hoela Hoep 1
Jan OomsHet grote gebrek aan kennis is inderdaad kort door de bocht. Ware het niet dat er bij de GI's een team van 5 á 6 gediplomeerde, ervaren (als in, zij staan wel met de voeten in de modder en zitten niet achter een bureau), opgeleide jeugdzorgwerkers zitten onder leiding van een gedragswetenschapper, die tijdens een gestructureerd overleg beslissen dat hulp x nodig is.
Die beslissing moet bekrachtigd worden worden door 1 enkele medewerker WMO: die kan beslissen of de rekening van de behandeling in zijn geheel, gedeeltelijk of helemaal niet binnen de WMO indicatie betaald gaat worden. En als de gemeente geen geld heeft, geen contract met een passende zorgaanbieder heeft of een andere behandeling de voorkeur geniet, is dat wat er gebeurd. En die medewerker WMO zal ook wel een team hebben waarin overleg gevoerd wordt, dat weet ik verder niet. Het blijft dubbelop.
Het kind in gemeente A heeft dus een compleet ander leven dan het kind in gemeente B. De jeugdzorgwerker heeft dan wel het recht om de behandeling voor te schrijven en de gemeente de plicht om de behandeling te financieren, maar daar tussen zit een heel groot grijs gebied van bureaucratie, willekeur en ongelijke behandeling.
Jan Ooms 10
Hoela HoepDat is gewoon niet waar. Wanneer de huisarts of kinderarts voorschrijft moet de gemeente betalen. Daar zit in geen geval een WMO-medewerker tussen. Gecontracteerde aanbieders worden rechtstreeks betaald, niet-gecontracteerde aanbieders kunnen betaald worden middels een PGB.
Handig is het niet, maar een jeugdige uit Maastricht mag best naar een aanbieder in Groningen. Geen gemeente(ambtenaar) die hem/haar of zijn/haar ouders/voogd tegen kan/mag houden!
Hoela Hoep 1
Jan Oomsniet toereikend is? Een drama. PGB mag, maar dan komt de SVB en die bepaalt of de aanbieder binnen het geoormerkte budget mag declareren op basis van input van … de gemeente! En ter verduidelijking: hoe het bij artsen werkt, weet ik niet. Dit is de jeugdzorg.
Jan Ooms 10
Hoela HoepOverigens is het verschil in wat u noemt 'het geoormerkte budget' per gemeente enorm verschillend.
GJ van Broekhoven 9
Hoela HoepDat ken ik ook uit de praktijk (schrijf ik ondanks het gevaar dat ene Jan Ooms wederom met het woord kolder op de proppen zou kunnen komen).
In een zaak heeft een kind een enorm probleem met het gedrag van haar vader. Zij wil wel hulp maar wil absoluut niet dat die man van haar hulpvraag ervaart. Die man heeft in het verleden het kind, omdat zij het niet eens is met hem, meegedeeld dat zij hem enkel daarom twee maanden niet zal zien. Nog mooier, niet echt, blijkt die man twee valse meldingen bij het AMK te hebben gedaan. Die man heeft zelfs tegen diens toenmalige vriendin gezegd; indien het kind bij haar moeder blijft en niet bij hem zal komen, dan moet zij maar naar pleegouders toe (wat het kind heeft gehoord).
Terzake is ook ingrijpend contact met Veilig Thuis, die op grond van het dossier het eens is met de wens van het kind.
Die zot van het wijkteam van de gemeente, zogenaamd ervaren op het vlak van jeugdzorg, heeft desondanks die vader willen informeren. Na maximale juridische druk; waaronder het aangeven dat een tuchtklacht zal worden ingediend, heeft die zot dat niet gedaan.
Hieruit vloeit dus gewoonweg voort dat de gemeente zich, ondanks wat ene Jan Ooms beweert, zich desondanks met zaken inlaat die niet tot haar competentie behoren.
Jan Ooms 10
GJ van BroekhovenZegt dus helemaal niets over dat ‘de gemeente’ structureel de privacy schendt.
Maar het klaagt zo héérlijk weg, hé?
Niet te geloven wat ‘ene GJ van Broekhoven’ allemaal uitkraamt onder het mom van ‘vakmatig’ met deze wetgeving te maken te hebben.
Belachelijk, belachelijker, belachelijkst!
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsIn dezelfde gemeente is een medewerkster van wederom het wijkteam, in dienst van de gemeente; betreft géén jeugdzorg, doende geweest om een ex-cliënt inzake het krijgen van een opstapwoning, die haar ex-cliënt wegens grof onvermogen aan de kant heeft gezet, doende geweest om diens ex-vriendin, die een forse beperking heeft; een WLZ indicatie, verblijft daarom in een WLZ woongroep destijds, op te ruien om haar ex-cliënt te schaden. Die medewerkster van het wijkteam begeleidt namens de gemeente die vrouw. De wanpraktijken van die medewerkster van het wijkteam zijn ontdekt; zij blijkt ondermeer het emailadres van haar ex-cliënt te hebben gehackt, maar ook, heeft zij buiten de pb'ers van de zorginstelling de ex-vriendin bewerkt om de relatie te beëindigen en aperte leugens te verkondigen. Dit alles is aan de zorginstelling en de gemeente; de betrokken wethouder, gemeld. Pas na geruime tijd is die medewerkster bij het wijkteam afgevoerd.
Indien een gemeente als bestuursorgaan bij welke zorg dan ook betrokken is, dan is de gemeente als bestuursorgaan aansprakelijk voor elk doen en laten in dat verband.
Wederom is het bewijs dat tal van gemeenten ook indien er sprake is van WLZ zorg mede haar vingers in het spel blijken te hebben. Want, die vrouw heeft ook een persoonlijk begeleider namens de zorginstelling krachtens de WLZ, maar de gemeente is desondanks daarbij meer dan actief daarbij betrokken. Dit ondanks het feit dat dit volgens u onmogelijk is.
Het schenden van privacy binnen de zorg zijdens gemeenten gebeurt vaker. En ja, dat is uiterst zorgelijk. Over het te laat en na grote druk reageren op ernstige misstanden zijdens gemeenten maar helemaal te zwijgen. Het gaat niet over lekker gemakkelijk klagen; die zijn zeer ernstige zaken, die, echt pas na druk en dreigementen worden aangepakt. Met name indien jeugdigen daarbij betrokken zijn is dat echt ernstig.
GJ van Broekhoven 9
Jan Ooms1. vermenging van zorg waar de gemeente geen competentie heeft, maar wel actief bij betrokken is; drie gevallen.
2. in twee gevallen is er sprake van ernstige misstanden zijdens gemeenteambtenaren in het kader van zorg mij bekend. Omdat dit niet alleen jeugdzorg betreft lijkt er sprake te zijn van een bestendige praktijk.
3. medewerkers van het wijkteam gaan met WLZ cliënten naar andere WLZ zorginstellingen toe om deze daar te plaatsen. Bewijs terzake is voorhanden.
4. wat Hoela Hoep heeft aangegeven dat de afdeling WMO, die ook op andere zorgterreinen actief is, een grote stempel op de te verlenen zorg heeft, heb ik ook gemerkt.
5. meldingen van misstanden aan de gemeente in kwestie worden niet bepaald serieus genomen, eerder afgewimpeld. Alleen naar forse druk wordt de gemeente in kwestie actief. Pas achteraf vindt de echt noodzakelijke controle plaats.
De niet serieus genomen melding betreft een zorgonderneming, waarbij de zorgondernemer zwaar alcohol verslaafd is, met een zatte kop een ongeluk heeft veroorzaakt en een zorgcliënt van hem heeft gedwongen om de schuld op zich te nemen, een andere zorgcliënt stelselmatig heeft mishandeld, zorgcliënten die verslaafd zijn alcohol heeft gegeven. Allemaal zéér ernstig, maar in eerste instantie is niets gedaan. Pas nadat de gemeente Zutphen wel iets heeft gedaan, is de gemeente in kwestie actief geworden. Zorggelden zijn teruggevorderd, maar de B.V. en de zorgondernemer zijn failliet; het terug te vorderen bedrag is dus in de grote put verdwenen.
U heeft geschreven;
"Niet te geloven wat ‘ene GJ van Broekhoven’ allemaal uitkraamt onder het mom van ‘vakmatig’ met deze wetgeving te maken te hebben".
Gezien mijn ervaringen kan ik het ook helemaal niet geloven wat ene Jan Ooms beweert, ondanks het feit dat anderen en ikzelf terzake aandragen. Wat u ook niet weet uit welken hoofde ik met deze zorgzaken betrokken ben geweest.
GJ van Broekhoven 9
Jan OomsHet staat u natuurlijk vrij om ook dit als zijnde kolder, kolderiek of belachelijk te achten.
Wat ik op voorhand geweten heb is beaamd en bevestigd; dat is wat mij betreft voldoende.
Jan Ooms 10
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
Jan OomsNogmaals benadruk ik dat het mij niet om gelijk hebben of krijgen gaat. Belangrijker vind ik het dat het belang van in dit geval jeugdigen beter gediend wordt.
Karin Deijlen 2
Jan OomsGJ van Broekhoven 9
Karin DeijlenTeveel gemeenten lossen helemaal niets preventief op. Zij zorgen voor een zogenaamd passende plek, zonder controle vooraf noch achteraf, en, indien zij in de hoeven moeten komen boos zijn; worden zij moe van.
De grotere zorginstellingen pompen inderdaad cliënten rond, waarbij niet de zorg maar de te ontvangen subsidiebedragen het voornaamste zijn. Het oude- en het nieuwe stelsel is; oude wijn in nieuwe zakken. Men is goed gelukt om hetzelfde geld te verdienen als voorheen, waarbij met name de managers zichzelf goed hebben beloond; zoals dat in het verleden ook het geval is geweest.
Hoela Hoep 1
Karin DeijlenGJ van Broekhoven 9
Hoela HoepNaast het feit dat die zorg goedkoper is; worden bergen aan geld aan verspild, heeft veel gemeenten nul komma nul verstand van de curatieve / intensieve zorg.
Hoela Hoep 1
Echt niet. Ze noemen het de gouden kooi, maar je kunt er uit. Ten koste van jouw jarenlange werkervaring, veel investering vanuit de werkgever in opleidingen, maar je eigen levensvreugde gaat dan voor.
De constante spanning en stress zijn het werk niet waard, zeker als je strafrechtelijk veroordeeld kunt worden voor fouten die je tijdens het werken onder voortdurende stress kunt maken. De wereld op zijn kop!
Decentralisatie is echt oliedom, tuchtrecht maakt mensen bang, SKJ registratie is een bureaucratische, niet te temmen tijger die tussen de bedrijven doorgepropt moet worden en al met al is er weer meer geld aan management besteed en staan de medewerkers op de vloer in de kou.
Was er vóór deze veranderingen nog enigszins spraken van een teamgevoel, daarna bleef alleen over dat je als individu constant afgerekend wordt op het werken in een falend systeem. Perfect recept voor een burn out.
GJ van Broekhoven 9
Hoela HoepWaarom is de invoering van het tuchtrecht verkeerd? Lijkt mij op zich niet verkeerd indien zij die binnen de jeugdzorg actief zijn gekwalificeerd zijn, en ook, dat net zoals dat bij BIG geregistreerden tuchtrechtelijke beoordeling kan plaatsvinden. Heb namelijk voordat het tuchtrecht is ingevoerd echt vakmatig slechte jeugdzorg medewerkers meegemaakt.
Het is natuurlijk wel een probleem dat veel ouders inderdaad steeds agressiever geworden zijn. Idem dat de hele maatschappij steeds meer klachtgericht wordt.
Arthur Venis 3
GJ van BroekhovenMmm, dat lijkt me wel een probleem, inderdaad. Dan komt de vraag op waar dat dan vandaan komt? En of we daar dan al niet een oorzaak van de problematiek te pakken hebben?
Ik blijf worstelen met de vraag waar de oorzaken liggen. We hebben problemen in het systeem, zoveel wordt uit het artikel wel duidelijk. De reflex van meer geld is een beetje een "Haagse" oplossing. Alsof dan de problemen vanzelf verdwijnen. Ik betwijfel dat. Wanneer je de oorzaken niet wegneemt, of vermindert, is het waarschijnlijk dweilen met de kraan open. Temeer omdat er al bijna geen mensen te vinden zijn, gaat meer geld ook niet echt helpen lijkt me.
GJ van Broekhoven 9
Arthur VenisDenk niet dat meer geld standaard de oplossing is. Wat betreft gemeenten zou het enorm helpen indien;
1. aan de poort (zorgaanbieders) en gaandeweg (hoe de zorgaanbieders werken) wordt gecontroleerd.
2. kwaliteit van de zorgmedewerkers wordt bewaard. Tal van gemeenten hebben oude en ervaren krachten ontslagen. Dat is natuurlijk geheel contraproductief.
3. gemeenten bij het onderhandelen inzake tarieven niet het onderste uit de kan zouden willen hebben. In de gemeente Apeldoorn heeft men een veel te laag tarief inzake thuiszorg opgelegd; prachtig! Alleen heeft die thuiszorg organisatie zich failliet laten verklaren, en heeft de gemeente achteraf veel meer betaald.
Het probleem inzake jeugdzorg is zeker niet (alleen) te wijten aan het nieuwe modewoord neoliberalisme. De gemeenten hebben gewoonweg ook een stortvloed aan fouten gemaakt. Het is een samenraapsel aan fouten van tal van actoren.
Hoela Hoep 1
Arthur VenisDit uitgangspunt valt samen met de ontwikkelingen in de schuldenproblematiek. Als een moeder (met kind) een huurachterstand heeft en dreigt uitgezet te worden, wordt een enorme hulpverleningstijger opgebouwd die bakken met geld kost. De simpelste oplossing: betaal de huur voor deze moeder en stel een budgetcoach of bewindvoerder aan die met de moeder zorgt dat het huishoudboekje op orde komt. Een bewindvoerder kost de gemeente c.a. 100,- per maand. Stukken goedkoper dan een horde onderzoekers, indicatiestellers, intakecoördinatoren en hulpverleners.
Hoela Hoep 1
GJ van BroekhovenHet lijkt leuk dat je meer beslissingsbevoegdheid krijgt, maar dan moet je die beslissingen wel evenwichtig kunnen nemen. En daarvan is hier geen sprake. De managers boven haar/hem kregen minder tijd per zaak om mee te denken en er werd meer zelfsturing van binnen het team van de jeugdzorgwerkers gevraagd.
Dat isoleert de jeugdzorgwerkers bij het nemen van beslissingen. Zeker de ad hoc beslissingen; de manager boven haar was niet vaak meer beschikbaar om te sparren over een zaak. Te druk (met verplichte bijeenkomsten). Gevolg: je neemt de beslissing alleen of met een collega en dit voelt zwaarder. Onzekerder. Het is geen kattenpis waarover besloten moet worden. Het zijn kinderen.
Anderzijds werd het beslistraject verder geformaliseerd. Goed initiatief. Gevolg; de ad hoc beslissingen onder hoge druk die de jeugdzorgwerker alleen nam, waren niet volgens protocol. Maar, zie jij maar eens onder hoge druk je poot stijf te houden en te zeggen dat je niet nu kunt beslissen of een kind weer thuis mag logeren maar dat je daar over drie weken over beslist, als je overleg hebt gehad en een bureaucratisch format hebt ingevuld.
Ten derde wordt de doelgroep mondiger. Dus als jouw alleen of verkeerd genomen beslissing onder hoge druk aanleiding is voor een zitting bij de tuchtcommissie dan zit je daar alleen. Jij draagt immers de verantwoordelijkheid, de managers delen die niet meer met jou. Is dat fair?
Vakmatig slechte jeugdzorgwerkers moeten eruit gezeefd worden, eens. Maar niet ten koste van de vitaliteit van de rest. Voor mij voelde het na invoering tuchtrecht, de zelfsturende teams en het nieuwe functieprofiel, alsof mijn ruggengraat, mijn dekking weggevallen was en ik alleen met mijn pen en notitieblok tegenover de 25-30 gezinnen stond.
ben wellerdieck 4
Hoela HoepGJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckIndien ik zou schrijven wat u heeft geschreven, dan zou ik hebben geschreven;
"meen dat het aan de tijd wordt dat het aantal managers drastisch wordt teruggebracht".
U ziet, ook zonder dwaze kreten kunt u hetzelfde schrijven wat u geschreven heeft.
Eveline Bernard 6
Hoela HoepWillem Van Dijk 1
GJ van Broekhoven 9
Willem Van DijkWat mij al tijden opvalt; bij opvoeding van kinderen worden vele kinderen het idee gegeven dat zij perfect zijn in alles wat zij doen; wat natuurlijk niet zo is. In de maatschappij merken die kinderen dat het behoorlijk tegenvalt met het perfect zijn. Bedoel dus niet dat de opvoeding hard moet zijn. Ouders kunnen ook liefdevol ervoor zorgen dat kinderen tot stabiele mensen opgroeien. In mijn beroep merk ik te vaak de gevolgen van een dergelijk mijns inziens minder perfecte opvoeding.
Niek Jansen 9
GJ van Broekhoven“Mannetje, vrouwtje en twee kinderen. Vader is de enige kostwinner en snijdt op zondag het vlees en moeder doet de was: dat beeld van het hoeksteen-gezin dragen we al generaties lang met ons mee. Of in de typering van Gerrit Komrij: “Er hangt een geur van bolle appelwangen omheen, van sjoelbakken, steunzolen en moeder, vertel nog eens over Adolf Hitler. (–) Moeder troont in het midden, de kinderen aan haar voeten. Vader rookt en is geen onruststoker. Een tafereel voor een propaganda-affiche.”
Dat gezinnetje dus, dat heeft zijn langste tijd als maatschappelijk ijkpunt wel gehad. Tien procent van de gezinnen in ons land bestaat momenteel uit samengestelde combinaties met tweede keus-partners of stiefpartners. 22 procent betreft – volgens de cijfers van het Nederlands Jeugdinstituut – eenoudergezinnen, en dan hebben we het nog niet gehad over oudercombinaties van twee vaders of twee moeders of over meeroudergezinnen “, citaat uit:
https://www.hpdetijd.nl/2017-05-18/gezin-hoeksteen/
Of maakt u een verschil tussen hoek- en bouwstenen?
Overigens mijn waardering voor het gedegen onderzoekwerk van FTM.
Robertus van Heukelom 1
Niek JansenHet idee dat de uitvoering beter dichtbij door de gemeentes zou kunnen worden uitgevoerd sprak velen aan in het begin. Helaas bleek het daarbij vooral te gaan om een grote bezuinigingsoperatie waarmee men dacht veel geld te kunnen besparen. Daar is het mis gegaan. Bij veel zorgverleners gaan nog altijd de haren overeind staan als ze de naam Edith Schippers horen.
GJ van Broekhoven 9
Robertus van HeukelomJuist is ook dat de social media ook niet echt veel goeds heeft gebracht. Het probleem wat ik zie dat teveel ouders / opvoeders social media te vaak belangrijker vinden dat echt contact met hun kinderen. Denk dat velen zullen herkennen dat te velen in een restaurant meer bezig zijn met hun mobiele telefoons dan met interactie. Idem binnen het gezin.
Mij gaat het niet om het oude ideaalbeeld; man, vrouw, kinderen. Mij gaat het erom dat zij die verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van kinderen die taak echt belangrijk vinden en zich daarnaar gaan gedragen.
GJ van Broekhoven 9
Niek JansenHet maakt niet uit of een gezin bestaat uit ouders en/of opvoeders; man en vrouw, vrouw en vrouw, man en man etc. Het gaat erom dat het gezin, die ik dus zoals voorgaand zie, een erg belangrijke taak hebben bij de opvoeding van kinderen die tot dat gezin horen.
Indien het gezin de opvoedingstaak verzaakt, dan kan de maatschappij; overheid, school etc, dat gewoonweg niet opvangen.
Willem Van Dijk 1
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
Willem Van DijkGoede opvoeding houdt mijns inziens in dat ouders of opvoeders echte aandacht voor kinderen hebben. Hierbij is gemeende aandacht voor het kind belangrijk. Mijn vader heeft ons altijd gezegd; kinderen hebben ook verstand. Het is de kunst om kinderen te laten ontdekken dat zij verstand hebben, en, dat zij dat verstand ook kunnen gebruiken. Indien opvoeding alleen maar inhoudt dat kinderen aan de norm van het gezin dienen te voldoen, zonder ruimte te laten voor vragen te mogen stellen, dan krijgt men later vanzelf problemen.
Een probleem is ook dat de samenleving in zijn algemeenheid steeds meer egoïstisch is geworden. Dit is reeds zeker twintig jaar aan de gang. Dit betreft ook ouders die dit ook aan hun kinderen als bagage meegeven.
De maatschappij de opvoeding laten doen, is mijns inziens een slap aftreksel wat het gezin zou moeten doen.
Hoe die spiraal omgedraaid kan worden, is een belangrijke vraag, waar denk ik geen gemakkelijk oplossing voor te vinden zal zijn.
ben wellerdieck 4
Willem Van DijkGJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckMijn bericht gaat over de familie en opvoeding.
Of ziet u het gezin ook als een neoliberaal complot?
Mijn vraag aan u; wordt u niet moe van uzelf?
ben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenWillem Van Dijk 1
ben wellerdieckben wellerdieck 4
Willem Van DijkGJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckWat mij gaandeweg opvalt;
1. u geeft alles en iedereen de schuld; vooral het neoliberalisme.
2. indien een linkse partij ook fouten maakt, dan beweert u dat deze partij niet echt links is.
3. u denkt alleen in aantijgingen, niet in het vinden van oplossingen van een probleem.
Vind ik gewoonweg een beetje jammer, maar dat staat mij vrij.
ben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenMaar u doorziet de kracht van het systeem niet. Zolang die vrije markt (vrij voor wie? wat nou vrije markt) niet aan banden wordt gelegd, de privatiseringen niet worden teruggedraaid, en sluwe belastingontwijkingsconstructies voor grote ondernemers en rijke graaiers blijven bestaan, is dit een paradijs voor handige jongens met verkeerde bedoelingen. Daarom, Dood Aan Het Neoliberalisme!
GJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckHet is in het verleden zo geweest dat zorgondernemers veel geld aan de zorg hebben verdiend. En daar is ook thans sprake van. Het probleem is niet zozeer dat alle ondernemer louche of kapitalistisch zijn. Het probleem is dat thans gemeenten veel te weinig controleren of er sprake is van deugdelijke zorg. Indien gemeenten dat wel doen, dan zijn de bedragen aan bijvoorbeeld jeugdzorg aanvaardbaar laag. Indien gemeenten dat niet doen, dan wordt geld met bakken vol het raam uitgegooid, voor slechte zorg en aan slechte ondernemers.
Meen, goed wie ben ik, dat iedereen genoodzaakt is om mee te denken aan een goede oplossing van het probleem.
Omdat de zware jeugdzorg het probleem is. Lees; dat gemeenten veel te weinig daarvoor besteden, zou het een oplossing kunnen zijn om de zware jeugdzorg buiten de competentie van de gemeenten te brengen. Dan zijn de gemeenten alleen nog maar bevoegd voor de lichte zorg; waarvoor zij dan natuurlijk stukken minder geld krijgen. Wat niet naar de zin van tal van gemeenten zal zijn. Waarom? Omdat ook jeugdzorg budgetten te vaak wordt gebruikt voor andere doeleinden. Wat niet neoliberaal is; dat is gewoonweg stelen.
ben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenDe zegeningen van het neoliberalisme!
GJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
Willem Van DijkGemeenten die geen tekorten hebben op jeugdzorg maken wel werk van hun controletaak. Zij die dat niet doen laten tal van zorgondernemers fors graaien.
GJ van Broekhoven 9
Hierin is geschreven;
"Bij de zorg die wel wordt ingekocht, gaat volgens Van der Aar het een en ander mis. "Je kan het ze niet kwalijk nemen, maar gemeenten hebben niet de kennis en kunde in huis om de juiste specialistische hulp in te kopen. Heel dure zorg kopen gemeenten daarom liever niet, omdat het budget er dan snel doorheen is. Hierdoor zijn er te weinig plekken voor kinderen die zulke zorg nodig hebben.".
Het geeft een groot deel van het probleem aan. Gemeenten kopen massaal de WMO achtige zorg in, maar, verzaken de zwaardere zorg in te kopen. Waarmee het denk ik duidelijk is waarom de wachtlijsten dermate lang zijn in de jeugdzorg.
Dat de gemeenten in de regel deskundigheid ontberen, kan ik op grond van praktijkervaring bevestigen. Vandaar dat tal van gemeenten met elkaar grote samenwerkingsverbanden aangaan. De gemeente Apeldoorn is bijvoorbeeld een samenwerkingsverband aangegaan met gemeente Zutphen e.a. In feite is dit een teruggang naar een tussenvorm tussen zorg van het rijk en zorg bij een individuele gemeente.
Ook bij die grotere samenwerkingsverbanden is de deskundigheid niet meteen een gegeven.
ben wellerdieck 4
GJ van BroekhovenGJ van Broekhoven 9
ben wellerdieckWaar gebeurd verhaal; een patiënt die in een revalidatie instelling opgenomen zal worden, is overleden. Desondanks is een dikke rekening gekomen van fl 14.000,00. De reactie is; gewoonweg bij de ziektekostenverzekering indienen.
Dit ware verhaal is ongeveer 35 jaar geleden gebeurd.
Dus ook vroeger, in de goede oud tijd is het ook gewoonweg louche geweest. En ja, ook deze zorg is gewoonweg ingekocht.
Een goede vriend van mij heeft een kleinschalige zorginstelling, waarbij mensen WMO zorg kunnen krijgen. Ook deze zorg wordt natuurlijk ingekocht zijdens de gemeente. Het enige verschil is dat ik weet dat deze zorginstelling het niet alleen doet om zoveel mogelijk geld te verdienen, terwijl er natuurlijk ook zorgondernemingen zijn die dat wel als doel hebben.
---
Een opmerking ten randde. Zou het op prijs stellen indien u niet bijna elk bericht beweert dat alles louche is.
GJ van Broekhoven 9
“Veel jeugdbeschermers vertrokken naar wijkteams of Veilig Thuis, de nieuwe toegangspoorten. Ze verdienen daar vaak hetzelfde, maar dragen daar minder verantwoordelijkheid en lopen minder risico”.
Bij Veilig Thuis zijn de AMK’s (Algemeen Meldpunt Kindermishandeling) samengevoegd met andere functies. Het probleem is dat voor het echte jeugdzorg werk en jeugdbescherming minder tijd beschikbaar is. Het is dus niet zo dat jeugdbeschermers zijn vertrokken, zij doen exact hetzelfde werk; alleen hebben zij daarvoor minder tijd en het budget is ook minder geworden.
De wijkteams zijn erg vaak een probleem. Het probleem is, merk ik op of grond van praktijkervaring, dat de ene medewerker erg goed is en dat de andere medewerker erg slecht is. Omdat ook hier de gemeente verantwoordelijk is, die weinig met ingediende klachten doen, is dat ook weer een verklaring waarom het dermate dramatisch is.
Linda Jansen
Er zijn hele goede jeugdbeschermers die keer op keer tegen een muur van juridische procedures, regels en klachten aanlopen en daardoor stuk lopen in hun werk en het opgeven.
GJ van Broekhoven 9
Linda JansenUit mijn praktijkervaring vloeit voort dat er moeders zijn die de kinderen de man en vader onthouden om hem daarmee te straffen. Er is zelfs jurisprudentie bekend waarbij een moeder tot een enorme dwangsom is veroordeeld omdat zij op onjuiste gronden weigerachtig is de vader de kinderen te laten zien.
Indien tegen een moeder gericht een OTS is aangevraagd en is verkregen, dan is er in de regel behoorlijk wat aan de hand. Uit mijn praktijkervaring vloeit voort dat ik zaken ken waarbij juist de moeder slecht is voor haar kinderen. Dus indien in dat geval een OTS is opgelegd ten nadele van de moeder, dan begrijp ik dat.
Uit mijn praktijkervaring vloeit voort dat te vaak ouders over en weer hun kinderen gebruiken als wapens voor, tijdens en na de scheiding. Wat natuurlijk voor de kinderen nooit goed kan zijn.
Dat werknemers binnen de jeugdzorg te maken krijgen met wettelijke regels, tuchtrecht, klachten en ook juridische procedures, lijkt mij inherent te zijn aan het uitgeoefende beroep. Of meent u wellicht dat dit alles niet mag binnen de jeugdzorg?
Het enige echte gebrek in de Wet op de jeugdzorg is; dat jeugdzorg jegens de ouder waar een kind niet verblijft geen maatregelen kan treffen.
In een praktijkgeval is een vader van een kind, behept met NPS, voortdurend doende om de belangen van diens kind te schaden. Jeugdzorg (Veilig Thuis) wil graag actief worden maar mag dat niet. Dat is met zekerheid een punt dat in de wet dient te worden opgenomen.
Linda Jansen
GJ van BroekhovenMaar als vervolgens een groot deel van de tijd en energie van de hulpverleners moet worden besteed aan juridische procedures, klachten, regels, enzovoort in plaats van dat we daadwerkelijk met het kind zelf in gesprek kunnen gaan, hulp kunnen bieden of met ouders in alle redelijkheid om tafel kunnen. Dan gaat dit ten koste van de kinderen én hulpverleners. Kinderen komen klem te zitten en hulpverleners lopen stuk op dit soort zaken omdat we niet meer kunnen doen wat in ons hart zit.
Dit werk doe je vanuit je hart en omdat je gezinnen en kinderen verder wilt helpen in hun leven. En niet om een onderdeel van een vechtscheiding te worden met ouders die de strijd tegen elkaar gaan verleggen naar jou als hulpverlener.
Ik heb het zeker ook niet over een klassieke moeder/vader verdeling overigens, dat is naar mijn mening achterhaald. Het kan net zo goed andersom spelen, dat zien we in de praktijk ook.
Maar we slaan de plank mis als we mensen elke keer treffen in de rechtbank of bij een klachtgesprek in plaats van dat we met elkaar samenwerken en praten.
Laat ouders eerst hun scheiding verwerken en er rouwverwerking na scheiding plaatsvinden, zoals met een SCHIP traject. Ga daarna om tafel om goede afspraken over de kinderen te maken en kijk pas dán of er jeugdzorg nodig is of dat ouders er uiteindelijk uit komen.
Jeugdzorg zou er voor de kinderen moeten zijn en niet om vechtscheidingen op te lossen, want dat lukt vaak niet. Dat maakt dat mensen afhaken en ander werk gaan doen, waar ze niet tegen dit soort muren oplopen.
GJ van Broekhoven 9
Linda JansenEen groot probleem is inderdaad dat teveel mensen niet meer praten maar meteen klachten indienen en procedures opstarten. Waarbij erg veel klachten etc worden misbruikt.
Waar verhaal. Een man, behept met NPS, wil diens ex-vriendin straffen omdat zij hem verlaten heeft. Dus het gemeenschappelijk kind is diens wapen. Hij heeft tal van valse meldingen etc gedaan. Mijn aanpak is om met tal van instanties samen te werken. Het gevolg is dat men heeft ingezien wie die man is, waarna het klaar is.
Een groot deel van de jeugdzorg aanvragen heeft ermee van doen, dat op valse gronden beweerdelijke problemen met de haren erbij getrokken worden, die ertoe leidt dat kinderen die wel hulp nodig hebben die zorg niet krijgen.
Een ander probleem die ik zie; dat gemeenten een nog meer bureaucratisch systeem hebben gecreëerd dan in het oude systeem het geval is geweest. Mijn stellige overtuiging is, net zoals dat in de landelijke politiek het geval is, dat ambtenaren systemen bedenken om hun eigen soort aan het werk te houden.
Gijs Andrea
GJ van Broekhoven 9
Gijs AndreaJasper van Weerd 1
Onderzoek? Volgens de wet wel. Maar in de praktijk vind er zelden "waarheidsvinding" plaats. Eerder een gesprek met meerdere partijen, daarvan word een PV opgesteld en dat gaat naar de rechtbank. Onderweg worden ouders niet gewezen op het feit dat zij recht hebben op juridische bijstand of gebruik mogen maken van hun zwijgrecht. Als het PV eenmaal in de rechtbank is, worden de stellingen van zowel derden, familie, ouders en anderen betrokken als wáár bestempeld, zelfs als deze conflicteren. De Kinderrechter hamert echter de meeste zaken af in het voordeel van de Kinderbescherming.
Johnny van der Horst
Ik heb vaker pogingen ondernomen maar tot op heden helaas zonder enig resultaat, en dat terwijl ik denk dat ik over informatie beschik die de gemoedstoestand van een aantal hooggeplaatsten ernstig zal verstoren wanneer ik dit in openbaarheid breng. Tegelijkertijd zal ik vanaf dat moment rekening moeten houden met misdrijven die tegen mijn leven zijn gericht!
Waarom onder dít afrtikel? Nou... omdat dit artikel gaat over de 5000 weggelopen jeugdbeschermers, en daarvan werken er inderdaad een zooi bij (On)veilig (Uit)huis, maar dat is niet alles!
Wat denken jullie bijvoorbeeld waar ál die zorgcowboys vandaan komen? Juist!
Met een aantal van hen heb ik indirect te maken, en ik heb ook contacten met cliënten van hen! Jongvolwassenen, in de verlengde jeugdzorg, die nóóit hadden durven denken dat zij, na soms járenlang gescheiden van hun ouders en naasten te hebben moeten leven, en in die periode de meest vreselijke dingen hebben gezien en/of meegemaakt... op déze leeftijd NOG STÉÉDS níet geholpen worden!
Ik was daar ook, en ik heb er nog dagelijks las van!
Om een lang verhaal kort te houden... Ik bezit een megadossier, waaruit ontzéttend veel informatie te putten valt waardoor heel politiek Den Haag zal schudden op haar grondvesten!
Het topje van die ijsberg hebben jullie al eens gezien, en nu ik met verzamelen en documenteren in een verder-gevorderd stadium ben, en er nog steeds gezeken wordt over werkdruk, vechtscheiding, waarheidsvinding en €€€€, heb ik gemeend andermaal contact te moeten gaan zoeken met een vorm van media!
Ik hoop van harte dat ik bij jullie aan het goede adres ben!