Nicolet Jager, voorzitter van de stichting Tuchtrecht Banken, opent de handelsdag op de beurs met de traditionele gongslag en luidt daarmee het begin van het tuchtrecht voor bankiers in.

Nicolet Jager, voorzitter van de stichting Tuchtrecht Banken, opent de handelsdag op de beurs met de traditionele gongslag en luidt daarmee het begin van het tuchtrecht voor bankiers in. © ANP / Koen van Weel

Voormalig hoofd toezicht NVB diende tuchtklacht in tegen Ralph Hamers

Simon Lelieveldt, het voormalig hoofd toezicht en financiële markten van de Nederlandse Vereniging van Banken, diende een half jaar geleden een tuchtklacht in tegen Ralph Hamers. Hij wacht sindsdien op uitsluitsel van het tuchtorgaan. ‘Als deze melding niet leidt tot een behandeling, dan kun je de stichting Tuchtrecht Banken wel opdoeken.’

Op 11 maart 2018 diende ene ‘Pieter’ een tuchtklacht in over ING-topman Ralph Hamers, plus de overige bestuurders en commissarissen van de bank. Hij deed dit bij het online klachtenloket van de stichting Tuchtrecht Banken, het tuchtorgaan waar alle Nederlandse bankmedewerkers onder vallen na het afleggen van de bankierseed. Dit tuchtorgaan kwam vorige week nadrukkelijk in het nieuws toen het aankondigde een informatieverzoek te hebben neergelegd bij de ING om te achterhalen of medewerkers de bankierseed hebben geschonden in het witwasschandaal dat voor 775 miljoen euro werd geschikt.

De klacht van Pieter van afgelopen maart betrof echter niet de medewerkers van de ING, maar specifiek Ralph Hamers, voorzitter van de Raad van Bestuur. Hamers stond op het punt om een forse loonsverhoging te krijgen, waardoor hij drie miljoen euro op jaarbasis zou gaan verdienen. Dat was klachtwaardig, volgens ‘Pieter’.

Saillant detail: de klager gebruikte een alias. In werkelijkheid was de klager Simon Lelieveldt, het voormalig hoofd toezicht en financiële markten van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB). Waarom gebruikte hij een alias? ‘Ik wil weten wat er gebeurt als een betrokken consument een goed geformuleerde tuchtklacht indient bij de stichting Tuchtrecht Banken. Ik had een bruin vermoeden dat wanneer ik “Simon Lelieveldt” onder mijn melding had gezet, de reactie misschien anders was geweest. Maar wie een klacht indient, zou natuurlijk niets moeten uitmaken.’

Inhoudelijke klacht

Lelieveldt diende de klacht in nadat de Raad van Commissarissen, onder leiding van Jeroen van der Veer, een salarisverhoging voor ING-topman Ralph Hamers had voorgesteld. Dat leidde afgelopen maart tot grote politieke en maatschappelijke ophef, inclusief klanten die hun ING-rekening opzegden. De voorgestelde salarisverhoging voor Hamers werd schielijk weer ingetrokken. Lelieveldt was boos dat de bank überhaupt voorstelde om het loon van Hamers te verhogen: ‘ING is in 2008 met 10 miljard euro gered en heeft in een herenakkoord beloofd om duurzaam en gematigd te gaan belonen. Maar tien jaar na dato trekken ze zich daar niks meer van aan. Hoewel alle signalen en verkeersborden de andere kant op wijzen, volgen ze dat ene kleine bordje waarop naar hun zeggen staat dat een hogere beloning tóch mag. Dat is ondankbaar. Daardoor ontstaat er ook een vertrouwensbreuk met de maatschappij.’

Volgens Lelieveldt lijdt de gewone bankmedewerker onder het grensoverschrijdende gedrag van bestuurders. ‘Medewerkers onderin de organisatie worden allemaal gedrild met uitgebreide cursussen over compliance en ethiek. Iedereen integreert de bankierseed in zijn of haar werkzaamheden, maar in de toplaag is het besef van ethiek volledig zoek.’ Woensdag 12 september stond hij daar uitgebreid bij stil in zijn gastcolumn voor Follow the Money.

Reminder op reminder

Terwijl het tuchtorgaan officieel binnen vier weken moet bepalen of het een klacht in behandeling neemt, heeft Lelieveldt ruim een half jaar later nog steeds geen uitsluitsel. De status van zijn klacht: ‘wij bestuderen de melding’. ‘Keer op keer word ik administratief weggetikt, zodat ik nog steeds geen antwoord heb gekregen of mijn melding wel of niet wordt doorgezet,’ zegt Lelieveldt.

Het is een lakmoesproef. Voeren we een goed debat, of moffelen we het gedrag van ING weg?

Vanwege de publicatie van de NVB-position paper over beloningen op 29 augustus besloot hij twee dagen nadien maar weer eens een reminder naar het klachtenloket te sturen. Maar het tuchtorgaan melde opnieuw dat het de melding nog steeds aan het bestuderen is. Dit tot grote onvrede van Lelieveldt die vurig hoopt op een tuchtrechtelijke discussie over het tentoongespreide (grensoverschrijdende) gedrag van ING-bestuurders. ‘Het is een lakmoesproef. Voeren we een goed debat, of moffelen we het gedrag van ING weg? Als deze melding, eentje waarvoor het tuchtrecht bij uitstek bedoeld is, niet tot behandeling leidt, dan kun je de stichting Tuchtrecht wel opdoeken.’

Tuchtrecht

Het meldpunt is op 1 april 2015 geopend bij de invoering van het Tuchtrecht Banken – een uitvloeisel van de verplichte bankierseed die sinds 2013 door 90 duizend bankmedewerkers is ondertekend. Invoering van het tuchtrecht was een initiatief van de Nederlandse Vereniging van Banken, bedoeld om het gebutste imago van de financiële sector te herstellen. NVB-voorzitter Chris Buijink, die in 2013 aantrad, nam na zijn aantreden stevige woorden in de mond over de introductie van bancair tuchtrecht. ‘Met de invoering van tuchtrecht onderstrepen we dat het ons ernst is. Vanzelfsprekend pakt eventueel tuchtrecht zwaarder uit naarmate de verantwoordelijkheid toeneemt,’ zei Buijink in september 2014 tijdens een congres.

Sinds het tuchtorgaan in het leven werd geroepen, hebben alleen medewerkers van de werkvloer en in het middenkader voor de tuchtcommissie moeten verschijnen. Dat varieert van hypotheekadviseurs van ABN Amro die handtekeningen vervalsten of een medewerkster die een privé-uitgave deed met een zakelijke creditcard, tot aan handelaren die een miljoenenverlies niet aan het einde van de dag meldden aan hun leidinggevende. Niemand van het hoger management, bestuurders en commissarissen, hoefde vooralsnog voor het hekje te verschijnen. De stichting Tuchtrecht Banken krijgt echter met de ING-kwestie voor het eerst de mogelijkheid om bankbestuurders voor de tuchtcommissie te slepen.

Nieuwe ronde, nieuwe kansen

De voorzet daartoe is afgelopen week gegeven door advocaten Hester Bais en Maartje van der Beek, en Lex van Teeffelen, lector Financiële en Economische Advisering aan de Hogeschool Utrecht. Gedrieën startten zij het initiatief ‘Leeuwonwaardig’, een website waarin burgers via een template een klacht kunnen  indienen tegen onder meer bestuurder Ralph Hamers en commissarissen.

Een van de klachten heeft betrekking op het feit dat ING de witwassignalen begrensde op maximaal drie per dag. Dat is een van de belangrijkste strafrechtelijke verwijten die ook het Openbaar Ministerie aanhaalde in het vrijgegeven feitenrelaas. ‘Een systeembank zoals ING mag klanten, stakeholders en de maatschappij niet blootstellen aan risico’s,’ zegt Van der Beek.‘Maar zodra de bank maar drie meldingen per dag toelaat, en daarmee bewust commerciële doeleinden laat prevaleren boven compliance, stelt zij de maatschappij bloot aan grote risico’s. Zo behoud je niet het vertrouwen in de financiële sector. In ons meldformulier hebben we dan ook opgenomen dat het ING-bestuur en de commissarissen de gedragscode hebben geschonden op onder meer de punten “integer en zorgvuldig handelen” en “behouden van vertrouwen in financiële sector”.’

De melders staan volledig buiten de procedure

Een dergelijke gecoördineerde actie om de stichting Tuchtrecht Banken aan te sporen om bestuurders voor het hekje te slepen, is een noviteit. ‘Het is niet bedoeld als pr-actie voor ons advocatenkantoor,’ benadrukt Van der Beek. ‘Wij staan eigenlijk alleen financiële instellingen en ondernemers bij, geen consumenten. Wel zijn we activistisch en willen we dingen aan de kaak stellen. Wij stellen burgers in de gelegenheid om een zo goed mogelijk onderbouwd verhaal aan te leveren bij de tuchtcommissie.’

Werkwijze tuchtklacht

Klagers kunnen geen ‘pleidooi’ houden om hun beschuldigingen in een toekomstige tuchtzaak nader te onderbouwen. Na de melding ligt de klacht volledig in handen van de stichting Tuchtrecht Banken. De procedure is zo ingericht dat de algemeen directeur, van de stichting Jerry Brouwer, uiteindelijk bepaalt of een melding wordt omgezet in een daadwerkelijke klacht. Een onafhankelijke tuchtcommissie velt uiteindelijk een oordeel. Maartje van Beek vergelijkt hun werkwijze met die van justitie: je doet aangifte bij de politie maar de vervolgbeslissing en dagvaarding liggen geheel in handen van het openbaar ministerie. ‘De melders staan volledig buiten de procedure: de algemeen directeur formuleert de klacht. En als hij aangeeft dat hij geen grond ziet voor een klacht, kun je hooguit nog in bezwaar gaan. Dat is het. De zittingen zelf zijn voorts niet openbaar.’

De werkwijze en samenstelling van de tuchtcommissie

De tuchtprocedure bij de stichting Tuchtrecht Banken begint bij een melding bij het online klachtenloket. Vervolgens vindt er een weging plaats onder leiding van algemeen directeur Jerry Brouwer. De melding wordt dan gegrond of ongegrond verklaard (daartegen kan de melder in beroep gaan). Is een melding eenmaal gegrond verklaard, dan wordt de klacht voorgelegd aan de tuchtcommissie en volgt een schikking of een uitspraak (die kan worden aangevochten bij de Commissie van Beroep).

De voorzitter van de tuchtcommissie is Michel Jurgens, raadsheer bij het Gerechtshof Amsterdam. Hij behandelde onder meer de vastgoedfraude rondom het Bouwfonds en het Philips Pensioenfonds, de zogeheten Klimop-zaak. De overige leden van de tuchtcommissie (overzicht en hun nevenfuncties) hebben een achtergrond in de rechtspraak, wetenschap en de financiële sector. Zo is bijvoorbeeld commissielid Tom Loonen onder meer actief als directeur Private Banking bij InsingerGilissen Bankiers. De onafhankelijkheid van de tuchtcommissie is geregeld in artikel 3.3 van het Tuchtreglement Bancaire Sector. Zo dienen zowel de voorzitter en tenminste twee leden van de Tuchtcommissie te voldoen ‘aan de eisen voor benoembaarheid tot rechter in een rechtbank’ en mag de voorzitter geen enkele functie vervullen bij een bank. De overige commissieleden mogen niet werkzaam zijn bij de Nederlandse Vereniging van Banken en DSI. Ze mogen ook geen bestuursfunctie vervullen bij een bank (maar wel andere functies).

Lees verder Inklappen

Particulieren vaak buitenspel

Het publieke vertrouwen in krachtig optreden van het tuchtorgaan is niet al te groot. Dat bleek begin mei ook in uit uitzending van EenVandaag. In de drie jaar sinds zijn bestaan zijn er nauwelijks meldingen van consumenten in behandeling genomen. Slechts 4 meldingen van particulieren (op een totaal van 21 tuchtzaken) zijn voorgelegd aan de tuchtcommissie.

Lelieveldt is sceptisch of zijn melding als particulier in behandeling wordt genomen. ‘Wat ik tot nu toe zelf heb meegemaakt, is weinig daadkrachtig. Als de melder geen verweer mag voeren, maar alleen gehoord wordt, scharniert het allemaal om de aanklager. Ik moet nu hopen dat de functionaris die al een half jaar niet weet wat hij met mijn melding aanmoet en die niet de moeite neemt mij persoonlijk bij te lichten over de status ervan, wél in staat is om namens mij een goede argumentatie neer te leggen. Maar goed: ik laat me graag verrassen en hoop dat er in elk geval klaarheid komt over wat we van bestuurders onder de eed wel en niet mogen verwachten.’

Symboolwetgeving

Het is hoopgevend dat het tuchtorgaan vorige week aankondigde dat het een informatieverzoek heeft gedaan bij de ING. Dat lijkt erop te wijzen dat een tuchtklacht in voorbereiding is. Van der Beek is voorzichtig optimistisch. ‘Het laat in ieder geval zien dat de commissie zelf al vindt dat ze iets moet doen. We hopen dat dit – aangemoedigd door de meldingen van Nederlandse burgers – daadwerkelijk uitmondt in een klacht. In het statuut van de Code Banken staat duidelijk dat het tuchtrecht absoluut geen symboolwetgeving is. Wij willen de proef op de som nemen en uitzoeken of de bankierseed een maatregel voor de bühne is of niet. Het is een test om te zien of de tuchtcommissie Banken daadwerkelijk doet waarvoor ze ingesteld zijn.’

 

Kaj Leers, woordvoerder van de Stichting Tuchtrecht Banken, is gevraagd om een reactie op de lange doorlooptijd van de tuchtklacht van Lelieveldt. Hij deelde mee dat de Stichting ‘vanwege privacywetgeving nooit uitspraken kan doen over individuele meldingen'.