
Waarom nieuwe noodleningen voor Griekenland géén goed idee zijn
Gastauteur Pieter Cleppe zegt luid en duidelijk 'nee' tegen nieuwe noodleningen voor Griekenland. Die bedreigen alleen maar het vredesproject dat EU heet en dat vooral gedijt door open grenzen voor de handel. En niet door inmenging en bureaucratie.
Tijdens de eurotop, op zondag 12 juli, besloot de Duitse Bondskanselier Angela Merkel de beslissing over een mogelijke Griekse euro-exit maar naar Athene over te hevelen. De Grieken krijgen het vooruitzicht op een nieuwe 'noodlening' van 86 miljard euro van, onder meer, het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM), maar dienen in ruil daarvoor een hele reeks wetten in te voeren.
Het land ondergaat daarmee een in Europa ongeziene inperking van de soevereiniteit. Zou dit uiteindelijk in Griekenland zelf politiek onhaalbaar blijken, dan kiest Athene er zelf wel voor om de muntunie te verlaten, is de redenering. En kan Merkel haar handen wassen in onschuld. Er is een kans op vervroegde verkiezingen in de herfst.
wanneer syriza wordt overgenomen door de meer radicale fractie zien we meer dan waarschijnlijk een grexitAls er in de extreem-linkse regerende partij Syriza een afsplitsing komt of wanneer de partij wordt overgenomen door de meer radicale fractie zien we meer dan waarschijnlijk een grexit.
4 x Nee tegen nieuwe leningen
Maar evengoed mogelijk is een nieuwe noodlening. Om de volgende redenen is dat laatste echter een bijzonder slecht idee: 1)De vorige noodleningen faalden. Waarom meer van het zelfde? De Griekse schuldgraad schommelt rond 180 procent van het BBP, een recordhoogte. Nog maar eens die schuldenberg vergroten zou de economie nog meer ondermijnen, zoals al gebeurde na 2010, sinds wanneer het land leningen ter waarde van 240 miljard euro ontving, zowel van de eurozone als van het IMF. Het is juist dat dit een indirecte redding van grote, internationale banken was, die lichtzinnige leningen hadden toegekend aan Griekenland, iets wat we met onze denktank Open Europe ook steeds hebben onderstreept. Toch hielp dit ook de Griekse staat. Griekenland moest immers dat geld dan zelf niet terugbetalen. Een Grieks faillissement zou een goede zaak geweest zijn, maar het zou pijnlijke hervormingen met zich mee hebben gebracht. Het zou immers niet langer mogelijk zijn geweest de Griekse ambtenarenkaste te financieren. De nodige besparingen in het Griekse overheidsapparaat zouden veel groter zijn geweest. Griekse ambtenaren zagen hun loon slechts met acht procent gemiddeld dalen tussen 2009 en 2013, terwijl dit 19 procent was in de privé-sector. Daardoor verdiende men er 43 procent minder dan de ambtenaren, wat voordien ‘slechts’ 35 procent was.Sanering
De broodnodige sanering van het Griekse ambtenarenkorps zou op lange termijn hebben geloond, want het enige succesvolle recept om corruptie in emerging economies te bestrijden is het terugdringen van de rol van de overheid in de economie, hetgeen bijvoorbeeld in Georgië gebeurde. Als Griekenland geen toegang meer zou hebben tot het goedkope geld van de ECB, is het eenvoudigweg niet langer mogelijk om zo’n groot overheidsapparaat in stand te houden. Die weg wordt nu echter niet gekozen. Een heel aantal hervormingen wordt nu van buitenaf opgelegd. Op zich zijn daar goede ideeën bij, zoals privatisering van overheidsbedrijven, havens en luchthavens, het afbouwen van brugpensioen of toelaten van zondagswinkelen: zaken die men in Noord-Europa vaak nog niet doorvoerde. Het is echter maar de vraag of Griekenland dit alles in de praktijd effectief zal uitvoeren, gezien het feit dat het land nog niet de helft van de voorwaarden uit de vorige programma’s van het IMF vervulde.Herstelde concurrentiekracht onvoldoende
Griekenland heeft ten dele zijn concurrentiekracht hersteld, maar met een nieuwe reeks forse belastingverhogingen is het zeer betwijfelbaar of de economische groei wordt gecreëerd die zo broodnodig is om het land weer op eigen benen te laten staan. 2) Vergaande bemoeienis met cruciale politieke beslissingen van een land is gevaarlijk Los van de rol van de andere Europese landen of de VS, had Griekenland de keuze om niet toe te treden tot de muntunie, aangezien het niet aan de voorwaarden voldeed. Het land had nu perfect ook de mogelijkheid om de muntunie te verlaten en in de EU te blijven, wat ook de voorkeur geniet van een deel van Syriza. De Griekse keuze om een zoveelste nieuwe miljardenlening te vragen, brengt onvermijdelijk voorwaarden met zich mee, het is dus niet terecht daarom met een beschuldigende vinger naar de andere eurolanden te wijzen. Toch is dit een bijzonder groot risico. Op dit moment is er al een nationalistisch-populistische regering aan de macht, met alle gevolgen van dien. Voormalig minister van Financiën Yanis Varoufakis waarschuwde na zijn ontslag dat de fascistische partij Gouden Dageraad wel eens ‘de grote winnaar van het protest tegen de besparingen zou kunnen worden, jammer genoeg’.Serieus risico
We moeten dit gevaar serieus nemen. Is het wel verantwoordelijk om dit te riskeren met een land dat weinigen uit de EU en de Schengenzone willen zien verdwijnen, bovendien een cruciale Navo-bondgenoot? Als 61 procent van de bevolking in een referendum tegen een reeks voorwaarden stemt voor een nieuwe miljardenlening, zou het antwoord dan niet eerder het voorbereiden van een gecontroleerde grexit moeten zijn, dan het opleggen van nog striktere voorwaarden, hetgeen tot politieke radicalisering kan leiden? De Europese leiders, Merkel voorop, kiezen er echter voor om dit risico te negeren. Een Griekse euro-exit zou immers bewijzen dat hun noodleningen-beleid van de laatste vijf jaar een complete mislukking is. 3) Meer transfers en gemeenschappelijk beleid in de eurozone leiden tot conflict Tot nog toe gaf de Griekse crisis voornamelijk aanleiding tot spanningen tussen Duitse en Griekse beleidsmakers, maar nu heeft die geleid tot een openlijke clash tussen Duitsland en Frankrijk. Daarbij ging Frankrijk openlijk in de aanval tegen de Duitse minister van Financiën en zijn voorkeur voor een Griekse euro-exit door een team specialisten naar Athene te sturen om eigenhandig het ‘Griekse’ voorstel voor besparingen te schrijven.De spanningen tussen Vlamingen en Franstaligen zouden genoeg bewijs moeten zijn dat een gebrek aan gemeenschappelijke publieke opinie of ‘demos’ voor conflicten zorgt bij gemeenschappelijke beleidskeuzesDe spanningen in België tussen Vlamingen en Franstaligen zouden genoeg bewijs moeten leveren voor het feit dat een gebrek aan gemeenschappelijke publieke opinie, cultuur of ‘demos’ voor conflicten zorgt bij het maken van gemeenschappelijke beleidskeuzes.
Bijdragen