
De economische wetenschap is te ver afgedreven van zijn maatschappelijke relevantie en is teveel het domein geworden van carrière-academici, zo betogen economiestudenten Lorenzo Fränkel en Maarten Kavelaars. Zij raden hun collega-economen aan om zich te laten inspireren door de bekendste Nederlandse econoom aller tijden: Nobelprijswinnaar Jan Tinbergen.
Jan Tinbergen (1903–1994) groeide op in een intellectueel stimulerend en maatschappelijk betrokken gezin. Toen hij tijdens zijn studie natuurkunde in Leiden in de jaren ’20 van de vorige eeuw de postbode hielp de post te bezorgen, schrok hij van de armoede die hij om zich heen zag. Hij besloot zijn studie natuurkunde af te maken, maar zich daarna om te scholen tot econoom. Hij wilde een bijdrage leveren aan de strijd tegen sociale achterstelling.
Tinbergen wilde een bijdrage leveren aan de strijd tegen sociale achterstelling
Het is de bèta-achtergrond van Tinbergen die verklaart waarom hij zich als een van de eersten in de wereld bekwaamde in de econometrie, een terrein in de economische wetenschap met veel wiskunde en statistiek. Tinbergen wordt internationaal dan ook nog steeds gezien als een van de grondleggers van deze discipline. Destijds vonden de meeste economen dat de economische wetenschap vooral moest bestaan uit theorieën die waren vervat in tekst. Met name de beroemde econoom John Maynard Keynes was een fel tegenstander van de econometrische methode, die hij betitelde als ‘statistische alchemie’. Het was echter Tinbergens overtuiging dat een wetenschap met cijfers veel preciezer kon meten hoe een economie functioneert en waar er zaken bijgeschaafd kunnen worden. In dienst van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) kreeg Tinbergen in de jaren ’30 veel vrijheid om deze ideeën verder te ontwikkelen. Terugkijkend op deze tijd kan met recht gesteld worden dat Tinbergen een van de wegbereiders is geweest van de manier waarop moderne economen te werk gaan, omdat wiskunde in de economische wetenschap gaandeweg een steeds prominentere rol heeft gekregen.
Systematische discussie
Het was dan ook niet opzienbarend dat Tinbergen, toen de Nederlandse economie na de Tweede Wereldoorlog in puin lag, de eerste directeur werd van het nieuwe Centraal Planbureau (CPB). De Nederlandse economie moest hersteld worden en een gedegen onderbouwde en strakke economische planning was hiervoor vereist. De taak van het CPB was dan ook een route uit te stippelen die de Nederlandse economie er weer bovenop kon brengen. Een perfecte taak voor Tinbergen. Hij zag de noodzaak van een systematische discussie over de logica achter het te voeren beleid, en zocht de systematiek in de door hem ontwikkelde analyses en modellen. Zijn benoeming bracht hem in een machtspositie van waaruit hij het lot van veel Nederlanders kon verbeteren, en Nederland kon sturen door moeilijke tijden van hoge inflatie, hoge werkloosheid en opgedroogde wereldhandel. Hij deed het met verve.
Ook nadat hij in 1955 bij het Centraal Planbureau was vertrokken, bleef Tinbergen zich inzetten voor de positie van de minder bedeelden in de samenleving. Zo ontwikkelde hij economische planning voor lage-inkomenslanden. Hiervoor gebruikte hij dezelfde wiskundige methoden die hij eerder bij het CPB had toegepast. Hij werd ontwikkelingsadviseur van landen als Egypte, Venezuela, Suriname en Pakistan, en voerde analyses uit in dienst van organisaties als de UNESCO en de VN, waar hij op hoog niveau werkzaam was. In 1969 beleefde hij zijn hoogtepunt, toen hij samen met de Noorse econoom Ragnar Frisch de allereerste Nobelprijs voor de Economie kreeg, ‘omdat hij dynamische modellen voor de analyse van economische processen heeft ontwikkeld en toegepast.’
Het was een tijd waarin economen de wereld wilden verbeteren
Op deze manier is Tinbergen het symbool geweest voor succesvolle economen van zijn generatie en heeft hij als voorbeeld gefungeerd voor vele Nederlandse economen in de decennia na zijn werkzame leven. Het was een tijd waarin economen de wereld wilden verbeteren. Met die reden stonden ‘de wetenschap’ en ‘Den Haag’ sterk met elkaar in verbinding. Neerlands beste economen hadden een centrale maatschappelijke functie.


Professionaliseringsslag
Sinds de tijd van Tinbergen is er echter veel veranderd. De economische wetenschap heeft in de laatste decennia van de vorige eeuw een grote professionaliseringsslag doorgemaakt. Waar wetenschappelijke economen lange tijd gezien werden als luxe ambtenaren met een rustige kantoorbaan, zijn zij nu voor het behoud van hun positie afhankelijk van de kwaliteit én kwantiteit van publicaties. Het gevolg hiervan is een exorbitant groeiende schrijfdrift. Waar alle Nederlandse economen bij elkaar in de jaren ’70 op jaarbasis tussen de veertig en vijftig artikelen publiceerden in erkende internationale vaktijdschriften, waren dit er in 2008 maar liefst 550.
De professionalisering is samengegaan met globalisering van de economische wetenschap. Waar de topeconomen in de tijd van Tinbergen veelal in eigen land werkten en ook over dat eigen land schreven, werkt een toenemend aantal Nederlandse topeconomen nu in het buitenland, voornamelijk in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. Ook zijn steeds meer Nederlandse economen in de VS en het VK geschoold, waar zij Angelsaksische invloeden opdoen die ze meenemen als ze terugkomen naar Nederland. De globalisering van de wetenschap heeft daarom ook sterk geresulteerd in een ‘verangelsaksisering’ van de Nederlandse economisch-wetenschappelijke cultuur.
Het brandpunt van de economische wetenschap bevindt zich absoluut in de VS en VK, waar de allerbesten strijden om de weinige plekjes op instituten als Harvard, MIT, de London School of Economics en Oxbridge, en veel Nederlandse economen zich in het zweet werken om hun artikelen in Amerikaanse en Britse toptijdschriften gepubliceerd te krijgen. Gevolg hiervan is dat het werk van vooraanstaande Nederlandse economen een ander doel is gaan dienen. Uiteraard zijn er nog steeds universiteitseconomen met een dubbelfunctie in een beleidsorgaan, maar naam maken in Angelsaksisch-wetenschappelijke kringen is steeds meer het hoofddoel geworden. Ook in het onderwijs is deze ontwikkeling terug te zien. Zo zijn Angelsaksische stokpaardjes als geavanceerde wiskunde, prestige via allerlei rankings en kwantiteit in plaats van kwaliteit steeds meer centraal komen te staan aan Nederlandse economiefaculteiten.
In de internationale ranglijsten worden Nederlandse economen op Amerikanen, Britten en Canadezen na het meest geciteerd
Puur nadelig is deze ontwikkeling zeker niet. Vaak hadden knappe koppen als Tinbergen last van een gebrekkige wetenschappelijke infrastructuur, waardoor ze veelal op hun eigen kwaliteiten waren aangewezen. De hedendaagse internationalisering en professionalisering maakt veel betere kennisuitwisseling tussen verschillende instituten en economen mogelijk. Omdat dit samengaat met een cultuuromslag (weg van de ambtelijkheid en knokken voor de publicaties) is de professionaliteit en productiviteit van de Nederlandse economische wetenschap sterk toegenomen. Dit is terug te zien in de internationale ranglijsten, waar Nederlandse economen op Amerikanen, Britten en Canadezen na het meest geciteerd worden.
Kennis delen met gewone mensen
Toch zitten er ook wel degelijk negatieve kanten aan deze ontwikkelingen. Door de sterkere Angelsaksische invloed en de dominantie van de wiskunde is de afstand tussen veel goede Nederlandse economen en de Nederlandse samenleving sterk vergroot. Economen zijn minder generalistisch en meer specialistisch geworden, en hun keuze voor onderzoeksthema’s heeft steeds meer met deze, voor burgers vaak ongrijpbare specialisatie te maken. Het functioneren van de Nederlandse economie zelf raakt zo geleidelijk steeds verder uit beeld.
Tegelijkertijd laten economen als Thomas Piketty en Dani Rodrik zien dat het ook mogelijk is economie weer dicht bij de mensen te brengen. Alleen op deze manier blijft maatschappelijk relevante kennis niet in elitaire bubbels hangen, maar kan zij met een breed publiek gedeeld worden. Zo kan de economische wetenschap haar maatschappelijke relevantie vergroten. Helaas wordt het feit dat Piketty in 2014 in een uitverkocht Paradiso over zijn boek Kapitaal in de 21ste eeuw sprak, niet meegenomen in de publicatie- en citatieranglijsten, waardoor we een van ’s wereld’s bekendste en meest relevante economen terugvinden op plaats 459 van de wereldwijde economenranglijst. Het is een symptoom van de hedendaagse discrepantie tussen samenleving en wetenschap.

Een tweede zorgelijke ontwikkeling is de groeiende kloof tussen het werkveld van vooraanstaande Nederlandse economen en het Nederlandse economische beleid. De blik van de Nederlandse econoom richt zich niet langer op Den Haag, maar op Chicago en Boston. Intussen worden het CPB en CBS steeds meer door mensen uit ‘Den Haag’ zelf bevolkt. Waar Tinbergen zichzelf ten doel stelde de sociaal-economische positie van mensen te verbeteren via een nationale beleidsagenda, zijn er tegenwoordig steeds minder economen die zich op een dergelijke manier met hun vak bezighouden. Dit is jammer, omdat het mooie van de economische wetenschap juist is dat ze kan worden vertaald in concrete beleidsinstrumenten die een bijdrage leveren aan maatschappelijke verbetering.
Maatschappelijke relevantie centraal
In de huidige context kunnen we daarom twee belangrijke dingen leren van onze geestelijk voorvader Jan Tinbergen. Ten eerste houdt hij onze generatie een spiegel voor als het gaat om de maatschappelijke relevantie van de economische wetenschap. Waar Tinbergen uitdagingen zag toen hij in Leiden om zich heen keek, zien wij de uitdagingen voor onze samenleving als we vooruitkijken: klimaatverandering, groeiende inkomens- en vermogensongelijkheid en grote migratiestromen die de druk op onze verzorgingsstaat opvoeren. Het zijn maatschappelijke vraagstukken met een economische kern, en Tinbergen leert ons dat complexe wiskundige analyses alleen van waarde zijn als ze bijdragen aan de aanpak van de genoemde uitdagingen.
Piketty, een van de meest relevante economen van onze tijd, komt niet verder dan plaats 459 op de wereldwijde economenranglijst
De tweede les van Tinbergen is dat de nadruk op maatschappelijke relevantie een houding van economen vergt waarin niet publicaties in wetenschappelijke tijdschriften en naamsvermeldingen op ranglijsten centraal staan, maar burgers, welzijn en de toekomst. Dit vergt een reflectie op de doelen die wij onszelf als economen zouden moeten stellen, maar het vergt net zo goed een wetenschappelijke structuur waarin economen door allerlei maatstaven niet structureel in het Angelsaksische keurslijf gedwongen worden. Dit vereist om te beginnen een onderwijsprogramma waarin economiestudenten gevormd worden met gevoel voor mens en maatschappij, en niet slechts modellen en wiskundige trucs leren te produceren.
Jan Tinbergen zou voor deze zaak op de barricaden gaan. Nu het woord aan een nieuwe generatie is, nemen wij graag het stokje van hem over.
Dit artikel is geschreven door Maarten Kavelaars en Lorenzo Fränkel, twee studenten van Rethinking Economics NL. Het verscheen eerder op de website Young Critics.
26 Bijdragen
Fred Raaks 2
Gilles Wattel 1 3
Fred RaaksVan Tinbergen kregen we geen last, Dries van Agt zag er niets in, de gevolgen van Schumann voelen we aan den lijve.
Gilles Wattel 1 3
Deirdre N. McCloskey, ‘The Vices of Economists, The Virtues of the Bourgeoisie’, Amsterdam 1996 fileert deskundig Tinbergen als kind in een zandbak.
Nadat VVD en CDA de maakbare samenleving van Tinbergen afwezen ging het ons land een twintig jaar uitstekend.
Dan de VS:
" Zo zijn Angelsaksische stokpaardjes als geavanceerde wiskunde, prestige via allerlei rankings en kwantiteit in plaats van kwaliteit steeds meer centraal komen te staan aan Nederlandse economiefaculteiten. "
De gevolgen van het niet meer gebruiken van de hersens zitten we nog middenin.
De exposure van Deutsche Bank aan derivaten is een vijftien keer het Duitse nationale inkomen.
Die derivaten konden ontstaan doordat, zoals Greenspan of z'n opvolger of voorganger zei 'de modellen niet bleken te werken'.
ARD eergisteravond zond een speelfilm uit getiteld Der Bankraub.
Het ging over een keurige oudere Duitser, die door door zijn bank aangesmeerde derivaten aan de bedelstaf raakte, en z'n zoon, die in de VS met die derivaten steenrijk werd, pa pleegde uiteindelijk een moordaanslag op 'zijn' bankdirecteur.
Natuurlijk is het niet zo dat alle VS economen geloven in geavanceerde wiskunde, ik noem Thomas I. Palley, Juliet B. Schor, James K.Galbraith en Tony Judt.
Hollande lijkt wakker te worden, over modellen en groei en zo, met zijn uitspraak 'als het beter gaat met Frankrijk betekent dat niet dat het beter gaat met iedereen in Frankrijk'.
Dat zijn zijn burgers met hem eens, de door Brussel opgelegde arbeidsmarkthervorming, de Loi Travail, 'iedereen op de schopstoel', gaat dan nu ook per decreet ingevoerd worden.
Hollande durft een parlementaire behandeling niet aan.
Franse vakbonden kondigden twee dagen staking aan, de Nuit Debout beweging wil de 15e in heel Europa actie.
Gewone mensen hebben geen boodschap aan modellen, zij willen boodschappen kunnen doen.
Fred Raaks 2
Gilles Wattel 1En met de economische wetenschap is het als zoveel pseudo wetenschappen, je kan het uitleggen zoals het je uitkomt. Het gaat om het morele kompas dat de laatste decennia kompleet is uitgeslagen.
PS economen danken hun baan aan het uitleggen waarom ze het verkeerd hadden.
Gilles Wattel 1 3
Fred RaaksIk kreeg altijd gelijk, maar soms duurde het even voor het zover was.
M. van Deelen 11
Gilles Wattel 1Lach of ik schiet!
Gilles Wattel 1 3
M. van DeelenMaar als ik zie hoe Frankrijk toeglijdt naar een echte opstand, en hoe dat uit het nieuws buiten Frankrijk wordt gehouden, en een artikel lees als http://www.joop.nl/opinies/populus-en-elite , dan kan het toch niet lang meer duren.
Een diepgelovig PvdA lid voorspelde ik een jaar geleden dat Frankrijk binnen vijf jaar de franc weer gaat invoeren.
Nu het snel bergafwaarts gaat met 'socialisten' en EU hoor ik niets meer van dit PvdA lid.
Diepgelovig, misschien ten overvloede, gelovig in de PvdA.
Diny Pubben 9
Toen de brief en de post ontstond, dus ver voor Tinbergen, was het de gewoonte, dat de ontvanger van de brief moest betalen voor de postzegel. Veel mensen accepteerde de brief niet laat staan dat ze ervoor wilden betalen. Stel je voor, heden ten dagen dat de mens zijn belasting aanslagen en de onterechte rekeningen van de zorgverzekeraars zou kunnen weigeren, door gewoon de postzegel niet te betalen.
Maar dat is mijn punt niet, ik wil ICT kantelen. Privacy is veiligheid en privacy is van de burger. Privacy By Design.
Techniek en ethiek vragen, waar werkt het goed, waar niet?
goof 4
Gilles Wattel 1 3
goofEr zijn geen geldbomen, als eenmaal enorme zeepbellen zijn gemaakt ploffen die een keer.
Je ziet dat nu aan Griekenland, nog steeds doen politici of dat land ooit nog de schulden zal terugbetalen, ondanks dat er nog steeds geld naar het flutlandje moet.
De wereld heeft twaalf keer het wereldjaarinkomen aan derivaten, volgens Varoufakis.
Die staan nog steeds voor de nominale waarde op balansen.
Wat ze waard zijn weet ik niet, niet niks, maar gemakshalve zou ik het op de helft van de nominale waarde houden.
Het probleem is alleen dat een dergelijke afwaardering alom faillissementen zou veroorzaken, met bijbehorende werkloosheden.
En daarom schuiven we de problemen maar voor ons uit, tot een kind luidop zegt dat de keizer geen kleren heeft.
Roland Horvath 7
De meeste economisten praten de machtigen na en beperken zich tot wat rommelen in de marge. Zo is het besparingen en bedrijfslasten politiek van de EU door zeer weinigen bekritiseerd. Wat nu verandert. Die besparingen vergroten de exportwinst van de Grote Multinationale Ondernemingen GMO. En verminderen de productie en het inkomen met hetzelfde bedrag als de bespringen. De hele maatschappij gaat kapot. Het concurrentie vermogen en een betalingsbalans tekort worden gecompenseerd, opgelost door veranderingen van de wisselkoersen.
In het TTIP zelfde, de grote lijnen worden niet gezien. Er is geen totale vrijhandel nodig of een totaal protectionisme want beide zij dodelijk voor ieder land, onderneming, burger. Er is een combinatie nodig van de twee. Zoals de US al altijd gehad hebben en nog steeds nastreven.
De hoofdidee in de economie is nu dat de GMO heilig zijn en dat ze door alles en iedereen gediend moeten worden zoals door mens, milieu, maatschappij, overheid: Dat is kapitalisme =fascisme =neoliberalisme =corpocratie. Als alle werknemers dagloners zijn zonder rechten zullen de GMO en de hele economie floreren zoals in de 19e eeuw. Gestoord en onnozel. Alle bij een onderneming betrokkenen moeten altijd relevant zeggenschap hebben, dan is de economie en de hele maatschappij beter af, stabieler. Nu bvb gaat te veel geld naar de aandeelhouders of beter de GMO willen geen geld uitdelen als voordien. Ze delen aan steeds minder mensen geld uit en krijgen dan hun goederen niet verkocht. En het systeem faalt en creëert een WO III.
Gilles Wattel 1 3
Roland HorvathGeen van beide heeft iets met sociale wetenschappen van doen.
Dat veel economen niet veel van economie begrijpen is helaas waar, maar dat kan het vak niet worden aangerekend.
Het omgekeerde is eerder waar.
Iets wat eenvoudig is kan iedereen begrijpen.
M. van Deelen 11
Roland Horvathsquarejaw 5
Gilles Wattel 1 3
squarejawIk denk in 1963 publiceerde NRC een artikel waarin iemand voorrekende, op grond van de normale verdeling van IQ, hoe ver de minimum IQ voor een academische studie moest zakken om aan de politieke aspiraties tegemoet te komen.
Ik herinner er nog even aan dat nog maar een half jaar of zo geleden een PvdA kamerlid van allochtone afkomst riep dat er geen rekentoets in eindexamens mocht, want dan kregen ze geen diploma's.
De politieke benoemingen her en der, inderdaad CPB, ABP, openbaar vervoer, zorgverzekeraars, ziekenhuizen, leiden tot verlies van kwaliteit, en bedekken van de gevolgen daarvan tot de ramp niet meer te verbergen is.
Bij Joop kun je lezen dat Wim Kok roept dat dit kabinet er nooit had mogen komen.
Deze Nijenrodiaan besliste in 1993 de euro in te voeren.
DNB directeur Szas en Koos Andriessen waren het er over eens dat niemand in het kabinet toen enig idee had waar ze mee bezig waren.
Of Kok begrijpt dat zijn euro dit kabinet heeft opgeleverd, vast niet.
Bart Bartelds 4
Gilles Wattel 1En dat doel uit laat voeren door de Europeanen deze lieden hoog opgeleid zijn.
Gilles Wattel 1 3
Bart BarteldsDat dat Rusland tot oorlog moet gaan provoceren lijkt nog niemand te zien.
Bart Bartelds 4
Dat de EU als geheel moeten handelen naar het Amerikaanse buitenlandse beleid inzake strategie en economie.
Is dit in strijd met plaatselijke belangen dan is dat jammer maar wij, VS, zullen NIET tolereren dat de EU ons belang schaad.
Het resultaat voor de EU met of zonder goede economen laat zich raden.
En als we deze video zien dat de deutse bank op springen staat.
https://youtu.be/f3LbVRrRpsI
Dit alles uiteraard naar Amerikaans economisch belang
Gilles Wattel 1 3
Bart BarteldsZoals Obama zei 'the world must play by USA rules'.
Maar als je bij Telegraaf reacties kijkt dan zie je daar dat Putin meer aanhangers heeft dan Obama.
Ook daar stemden 34.000 mensen over TTIP, 86% had daar zorgen over.
Anton Van de Haar 8
Ik geloof dat Keynes niet zozeer een fel tegenstander was van de econometrische methode van Tinbergen, maar dat hij van mening was dat in analyses zoals die van van Tinbergen moet worden voldaan aan bepaalde randvoorwaarden, en dat Tinbergen daar niet alleen niet aan voldeed, maar dat hij daar ook niet helder over was.
Zie bv. het volgende artikel:
https://pure.uvt.nl/ws/files/522521/113.pdf
En het volgende artikel:
http://www.paecon.net/PAEReview/issue74/Klees74.pdf
Gilles Wattel 1 3
Anton Van de HaarEen uitspraak over modellen is 'die geven de vooroordelen van de bouwer weer'.
Hoe die modellen niet werken blijkt uit de weermodellen, de zwaarste modellen voorspellen nauwelijks beter dan een weerkundige.
Zoals ik al eerder schreef, na de 2008 crash riep de VS politiek topman 'de modellen werkten niet'.
bps 12
Omdat alles wat mogelijk is, weliswaar te berekenen is,
maar niet alles wat te berekenen is, is ook mogelijk en werkelijk.
Je kunt je met wiskunde dus in de onwerkelijkheid begeven.
Drugsgebruikers betalen ervoor. Theoretici krijgen geld toe.
Sorry voor mijn eenvoud.
De theoretische natuurkunde geeft er ook blijk van; bij stringtheorie, M theorie, en meer theorie gebaseerd op wiskunde.
Waar ligt de grens tussen werkelijkheid en onwerkelijkheid in de wiskunde?
Is dat een te bereiken sectie op een tijdlijn voor ons, of schrijdt dat punt voor ons uit met minstens dezelfde snelheid?
Ik heb twijfels en zorgen over theoretische economie gebaseerd op wiskunde en op modellen.
De eerste kan te ver doorschieten. De tweede schiet te kort.
Dan kom ik toch weer op wetmatige werkingen (mechanismen) en werkelijkheid die achteraf wiskundig na te rekenen zijn.
In de praktische natuurkunde kwam steeds een formule bij een verschijnsel. Niet andersom.
Als de formule waar is, natuurwet is, dan zijn verschijningen van het verschijnsel te berekenen en te voorspellen.
Maar die verschijnselen zijn dan per definitie niet complex en berekenbaar.
Zo ook komt econometrie en wiskunde bij en na economische verschijnselen en gebeurtenissen. Niet andersom.
Maar die verschijnselen zijn dan per definitie complex en niet berekenbaar.
De wetmatigheid van werkingen en mechanismen, ook in de economie als complex systeem, zijn belangrijker dan wiskunde.
Lijkt mij.
Iemand commentaar of mee eens?
Gilles Wattel 1 3
bpsGeen model bleek dat te kunnen.
Geen wonder, het butterfly effect bij weermodellen werd ontdekt bij het falen van die modellen.
bps 12
Gilles Wattel 1Mijn vrouw is ook een complex systeem bij dezelfde definitie en ook niet onduidelijk.
In gedefinieerde tegenstelling zijn gecompliceerde systemen wel goed berekenbaar en voorspelbaar met een model.
Bijv. de sterkte van een constructie of het zenden van een sonde (Rosetta) naar een komeet.
Dat is toch hartstikke knap.
Modellen zijn evenwel niet geschikt voor complexe systemen.
Gorgias Bernays
Hoeveel mensen zouden die 550 artikelen artikelen hebben gelezen?
Wie controleert eigenlijk of die artikelen enige toegevoegde waarde hebben, anders dan publiceren om geld binnen te halen?
Gilles Wattel 1 3
Gorgias BernaysPublish or perish, is de kreet.