
Beeld door Thomas Richter (via Unsplash)
©
CC0 (Publiek domein)
Tsjakka! De windhandel van Charles Ratelband
Heeft u al zo’n mooie folder van WindShareFund ontvangen? Onafhankelijk analist Roel Gooskens wel. Hij legde dit fonds van Charles Ratelband onder de loep. Inderdaad, de ‘vijfde generatie ondernemer’ en zoon van Emile.
De spaarrente is laag; niks doen voelt als verliezen. Met name spaarders gaan dus op zoek naar beleggingen die een wat hogere vergoeding beloven. De particuliere belegger kan het hogere risico dat onvermijdelijk is verbonden aan zo’n hogere rentevergoeding echter niet altijd goed inschatten. En dat biedt kansen voor sluwe ondernemers, die via crowdfundingplatformen en glanzende brochures rentevergoedingen beloven van 5 procent en soms zelfs meer.
Dat het mogelijk is om bij deze investeringen een deel of zelfs de gehele investering te verliezen, wordt vaak niet duidelijk uit de informatie die de aanbieders verstrekken. Omdat de meeste proposities onder de 5 miljoen euro blijven, is er ook geen enkele controle op deze investeringen.
Het zijn vooral investeringen in de groene duurzame sector die veel dubieuze ondernemers aantrekken. Zij willen geld lenen van argeloze wereldverbeteraars die op zoek zijn naar een hogere rente. Daarbij worden veelal ronkende slogans gebruikt, die inspelen op zowel het schuldgevoel van deze investeerders, als op hun behoefte aan een redelijke vergoeding op het gespaarde geld. Vaak gebruikte teksten zijn bijvoorbeeld duurzame rente, groene rente, een steentje bijdragen aan een betere wereld et cetera.
Het elektrische laadpalenbedrijf Fastned, waarover ik me als onafhankelijk analist in verschillende artikelen al eerder uitsprak, is een goed voorbeeld van een groene onderneming die 6 procent rente belooft, maar een uiterst twijfelachtige toekomst heeft; WindShareFund van Charles Ratelband (1980), zoon van de ooit beroemde Nederlander Emile Ratelband, is een ander voorbeeld van een sluwe onderneming die duurzaamheid misbruikt om argeloze beleggers in haar web te lokken.
"Op de website van WindShareFund blijkt geen informatiememorandum te vinden"
Het tsjakka-gevoel van ‘de zoon van’
Onlangs zat bij mijn Vrij Nederland een brochure bijgesloten van WindShareFund. De onderneming achter het in Arnhem gevestigde fonds is voor honderd procent eigendom van ‘fervent natuurliefhebber’ Ratelband junior. Sinds 2015 heeft hij twee beleggingsfondsen gelanceerd in bestaande windmolens in Duitsland. Hij is momenteel bezig om een derde fonds te lanceren.
Op de website van WindShareFund blijkt geen informatiememorandum te vinden: dat wordt pas vrijgegeven als je om extra info vraagt. Ik vraag me af hoeveel beleggers in ClimateBonds (weer zo’n mooie groene naam) van WindShareFund dit document zullen lezen. Voor de mensen die dit hebben nagelaten, geef ik hierbij een overzicht van de belangrijkste punten.
- De aangekochte en aan te kopen Duitse windmolens zijn veelal tien jaar oud en kunnen nog tien jaar profiteren van de prijsgarantie die de Duitse overheid voor twintig jaar heeft afgegeven. De inkomsten zullen voor de komende tien jaar redelijk stabiel zijn.
- Tot zover het goede nieuws, want ondanks deze stabiele inkomsten willen de banken maar 62 procent van de aanschafprijs financieren (met de windmolens uiteraard als onderpand). Daarom moet er aanvullende financiering komen van argeloze particuliere beleggers die willen financieren zonder onderpand en garanties.
- De ClimateBonds van Ratelband voorzien in 36,5 procent van de financiering van de windmolen. De 5 procent rentevergoeding die wordt geboden, is echter veel en veel te laag voor alle risico’s.
- Met een investering van slechts 100.000 euro (1,5 procent van de totale financiering) wordt Charles Ratelband enig eigenaar van elk nieuw op te richten windfonds.
- Na aftrek van alle uitgaven resteert jaarlijks net voldoende om de rentelasten aan de particuliere belegger te voldoen. Één kleine tegenvaller, en de rentebetalingen worden gestopt.
Deze zogenaamde autoriteiten moeten de betrouwbaarheid van de investering vergroten, maar zijn nietszeggend
- De terugbetaling van de inleg van de particuliere inleggers vindt pas over tien jaar plaats. Als de windmolen bij verkoop minder opbrengt dan gehoopt (en er is geen enkele zekerheid omtrent de marktwaarde van zo’n 20-jarige molen, die dan niet meer kan profiteren van de gegarandeerde stroomprijs), kan de belegger zijn of haar inleg gedeeltelijk of zelfs helemaal verliezen. Op pagina 41 van het informatiememorandum, dat hoogstwaarschijnlijk bijna niemand heeft gelezen, geeft Charles dat ook toe: ‘Geen enkele marktdeskundige heeft op dit moment een reëel beeld van de exacte marktwaarde van een windturbine met een leeftijd van 10 jaar [Hij bedoelt natuurlijk 20 jaar, red.]. Er zijn daarvoor te weinig ervaringscijfers bekend.’
- Natuurlijk is er een soort raad van advies, die hier de Board of Trustees heet. Hierin zitten drie mij onbekende personen met een bancaire/vastgoed-achtergrond (zie pagina 23 van het informatiememorandum). Tevens wordt trots gemeld dat de jaarrekening wordt gecontroleerd door accountants van EY en dat technisch advies op het gebied van windmolens afkomstig is van Ecofys. Al deze zogenaamde autoriteiten moeten de betrouwbaarheid van de investering vergroten, maar zijn nietszeggend.
Bij Harry Mens aan tafel
Een van mijn guilty pleasures is het kijken naar BusinessClass op zondagochtend. Presentator Harry Mens ontvangt dan een bonte verzameling van ondernemers die op zoek zijn naar geld. Of het nu gaat om de verkoop van vakantiehuisjes of de financiering van containerschepen, er blijven bij mij altijd twee vragen hangen. De eerste: waarom kun je geen financiering vinden bij institutionele beleggers? De tweede: wat blijft aan de strijkstok van de initiatiefnemer hangen?
Hoe zit het nu precies in elkaar, dat WindShareFund?
Ik gebruik het programma veelal om mijn antenne voor frauderende ondernemers op peil te houden. Stilletjes heb ik ook bewondering voor het vakmanschap van Mens, die al jaren een goed belegde boterham verdient met de advertenties en sponsoring rond dit wekelijkse Woodstock voor financiële schuinsmarcheerders.
In een interview met Mens in BusinessClass op 5 juli 2015, vergeleek Charles Ratelband – ondanks de diepgaande kennis die hij heeft van de hierboven genoemde punten – de obligaties in zijn WindShareFund met uiterst veilige staatsobligaties. Hij refereerde hierbij aan de Duitse staatsgarantie op de stroomprijs, maar ging daarbij volledig voorbij aan de zeer hoge risico’s die kleven aan de ‘ClimateBonds’ van WindShareFund. Zelf zou ik die eerder kwalificeren als junk bonds, oftewel rommelobligaties.
Opvoeding verloochent zich niet: tsjakka! Zien is geloven. Windmolens, 5 procent!
Tsjakka! Kassa voor Ratelband, alle risico’s voor u
Hoe zit het nu precies in elkaar, dat WindShareFund? Welnu: Charles Ratelband krijgt bij aanschaf van een windmolen 2 procent van de aanschafprijs (die is ongeveer 6 miljoen euro per windmolen) als ‘structureringsvergoeding’ (pag. 37 van het informatiememorandum). Deze vergoeding is nodig voor de inspanningen die Charles levert om het WindShareFund 3 op te zetten.
Waar die inspanningen voor het opzetten van de structuur precies uit bestaan, is onduidelijk, maar het levert Ratelband instant 120 duizend euro per molen op. De zoon-van heeft op dit moment al twee molens in zijn bezit; het kunnen er binnenkort wel zes zijn.
Ongeveer 1,5 procent van de totale investering wordt gefinancierd met eigen vermogen. Dat is gelijk aan de 100.000 euro per windmolen, die Charles Ratelband inbrengt als aandelenkapitaal. Deze 100.000 euro hoeft hij niet op tafel te leggen: hij gebruikt hiervoor zijn inspanningsvergoeding van 2 procent en zijn vergoeding voor emissiekosten.
"Wat Ratelband voorstelt mág misschien wel, maar deugen doet het niet"
Mocht de windmolen in 2028 onverhoopt meer geld opbrengen dan nodig is voor de aflossing van de particuliere belegger, dan komt die meeropbrengst ook nog eens ten goede aan Ratelband junior. In het neutrale scenario voorziet hij zo een winst voor zichzelf van 396.000 euro op een investering van 100.000 euro. Een rendement van 395 procent over tien jaar dus. Tsjakka!
Omdat Charles Ratelband bijna 39.600 euro per jaar per windmolen krijgt als management fee, kan hij over de komende tien jaar dus 396.000 euro per windmolen tegemoet zien. Als hij erin slaagt ook het vierde windfonds tot een succes te maken, heeft hij zes windmolens: dus 2.376.000 euro voor de komende tien jaar.
Zijn hebzucht komt het best tot uitdrukking in het volgende citaat op pagina 31 van het informatiememorandum: ‘De emissiekosten bedragen eenmalig 2% over de toegewezen nominale waarde en komen ten goede aan ons’, staat daar te lezen. Het is duidelijk dat ‘ons’ staat voor Ratelband. Schaamteloos!
Voor Ratelband is dit ondernemen zonder risico’s: die legt hij immers volledig bij de argeloze particuliere belegger in ClimateBonds. De geschatte marketingkosten voor deze bonds bedragen 140.000 euro (5,7 procent van de emissieopbrengst) en worden indirect ook gedragen door de beleggers.
Wat Ratelband voorstelt mág misschien wel, maar deugen doet het niet. Misleiding, zou ik zeggen.
Geen jaarverslagen
Op 3 december 2015 tikte de Reclame Code Commissie WindShareFund op de vingers, omdat het te stellig beweerde dat er sprake was van een ‘duurzame rente’. De brochure werd iets aangepast en Ratelband kon rustig verder gaan.
Bij de Kamer van Koophandel zijn geen jaarverslagen gedeponeerd
Ik heb WindShareFund gevraagd om recente jaarverslagen van de twee reeds genoteerde fondsen. Die konden zij mij niet verstrekken. Ik werd doorverwezen naar handelsplatform Captin (onlangs afgesplitst van Van Lanschot Bankiers), maar ook daar kreeg ik nul op mijn rekest. Ook bij de Kamer van Koophandel zijn geen jaarverslagen gedeponeerd. Dat is een economisch delict.
Het feit dat de AFM aandelenemissies die kleiner zijn dan 5 miljoen euro niet controleert, leidt ertoe dat veel onbetrouwbare ondernemers actief zijn in het ophalen van geld in dit marktsegment. Zo ook Charles Ratelband: zijn kleine beleggingsfondsen houden zich keurig aan de maximale inleg van 5 miljoen euro per fonds. En als deze lopende actie een succes wordt, heeft Ratelband het vierde WindShareFund alweer opgetuigd. Zo kan hij ongestoord geld blijven ophalen.
Het wordt tijd dat de overheid inziet dat toezicht geen grenzen mag kennen: iedere belegger moet kunnen rekenen op zijn toezichthouder. Ook om te voorkomen dat ondernemingen toezicht ontlopen door herhaaldelijk 5 miljoen euro op te halen bij investeerders.
Wie zijn spaargeld wil toevertrouwen aan een onderneming, zou zichzelf verder de volgende vragen moeten stellen:
- Waarom kan de onderneming niet (meer) bij een bank lenen? Als een bank de risico’s te hoog vindt, zijn ze dat meestal ook voor jou. Heeft de bank alle activa als onderpand? Zo ja, dan zijn de risico’s voor gewone obligaties erg hoog.
Als het te mooi klinkt om waar te zijn, is het dat in de regel ook
- Is er voldoende eigen vermogen bij de onderneming om tegenslagen op te vangen? In het geval van WindShareFund wordt slechts 1,5 procent van de investering gefinancierd met eigen vermogen. Veel te weinig! Minimaal 20 procent lijkt mij in dit geval gewenst.
- Zijn de ondernemers betrouwbare mensen? Google hun namen. Het feit dat ze (kinderen van) bekende Nederlanders zijn, is geen garantie voor kwaliteit, maar eerder een waarschuwing. Charles Ratelband had tot 2015 geen enkele affiniteit met (of ervaring in) de windmolensector. Voor hem is het gewoon een branche waar je gemakkelijk en relatief goedkoop geld kunt ophalen bij argeloze beleggers.
- Is de sector waarin de onderneming opereert veelbelovend en heeft het bedrijf een stevige marktpositie? Bij WindShareFund is de toekomst vooral erg onzeker, omdat de marktwaarde van de betreffende windmolens over tien jaar niet bekend is.
- Hoeveel verdient de initiatiefnemer eigenlijk zélf aan de investering? In het geval van WindShareFund bestaan de inkomsten van Charles uit emissiekostenvergoeding (2 procent of 49.000 euro), een structureringsvergoeding (2 procent of 120.000 euro), de management fee (39.600 euro per jaar) en een eventuele winst op de verkoop over tien jaar (395.000 euro in zijn neutrale scenario). De aanschafwaarde per molen is 6 miljoen euro. Waarom Charles gelooft in windhandel, is wel duidelijk.
Bedenk dat ook beleggers in obligaties 100 procent van hun inleg kunnen verliezen als de onderneming waarin wordt geïnvesteerd failliet gaat. Die 5 procent rentevergoeding is veelal een lokkertje: als het te mooi klinkt om waar te zijn, is het dat in de regel ook. Te mooie rendementen zonder risico bestaan niet. Bij twijfel: niet doen. Zo simpel is het.
41 Bijdragen
Peter Faasse 4
Uitstekend artikel. Waarom doet het geval me denken aan Icesave?
Windhandel dus of tulpenbollen zo men wil.
Marco Leeuwis 4
Reinier van der Drift 1
HansSmit 1
HansSmit 1
Luc van Beers 7
HansSmitVerhaal is inhoudelijk spathelder.
Smaken verschillen. Geen rede voor twijfel.
HansSmit 1
Luc van BeersW Hoogkamer 10
HansSmitHansSmit 1
W Hoogkamerthebluephantom 6
HansSmitRob Huibers 4
HansSmitInge 4
HansSmitLuc van Beers 7
Jan Buis 1
Luc van BeersJan Maarten Fernig 1
Wellicht menig landgenoots voorstelling prikkelend is koploper Ampyx Power van Nederlandse bodem. Eén van de initiatiefnemers (Richard Ruiterkamp) heeft daarvoor gewerkt met Wubbo Ockels. Zie https://www.ampyxpower.com
Vormt deze start-up (en soortgelijke) enerzijds een risico voor de waarde van nu nog aan te schaffen windmolens, zij biedt dus anderzijds juist aardige kansen voor liquiditeiten op zoek naar alternatieve bestemmingen dan sparen.
Voor de transparantie: ik ben middels crowdfunding sedert 2013 (micro) investeerder in deze club.
En uit de vele genoten presentaties heb ik nog een aardig lesvoorbeeld omtrent toekomstige waardeontwikkeling windmolens:
Windparken op zee zijn ooit volgebouwd met molens van 2Kw (de technisch maximale haalbare capaciteit van toen). De licenties houden veelal in dat na afloop deze òf worden verlengd, òf niet, maar dan moet alles worden opgeruimd. De kosten daarvan zijn dramatisch en doorgaans niet ingecalculeerd geweest.
Verlenging is alleen rendabel als de oude windmolens worden vervangen door nieuwe vanwege technische slijtages (denk aan metaalmoeheid en andere narigheid van 20 jaar in weer en wind en heel veel zout). Dan nu de clou: op de funderingen (die wel langer meegaan) passen alleen de relatief lichte windmolens van toen. En die worden niet meer geproduceerd als bijeffect van de leercurve in kombinatie met het gegeven dat een hoger rendement gepaard gaat met groter en hoger in de wind steken.
Ampyx power is nu al in dat gat gesprongen. ... (vervolg hieronder)
Mark Osterloh 2
Jan Maarten FernigDe oude gas platformen op de Noordzee bewijzen dat ze het veel langer volhouden dan de verwachte levensduur toen ze geïnstalleerd werden.
Jan Maarten Fernig 1
Mark OsterlohEr kan heel veel, en zeker deze vervanging. Maar tegen welke kosten?
Jan Maarten Fernig 1
Ampyx power is nu al in dat gat gesprongen. Enerzijds maakt zij er de voor haar certifisering benodigde vlieguren mee, anderzijds biedt zij oplossing voor de verouderde windparken op zee. Want voor de zweefvliegtuigjes zijn geen zware funderingen nodig, de bestaande krijgen hernieuwde functie als drager van de landingsplatformpjes. En met dat lichtgewicht zijn zij niet alleen voorbehouden aan ondiepe zeeën (zoals die waar wij het geluk hebben aan te liggen). Fijn ook voor .. Japan?
Er liggen dus ook wel degelijk hele mooie kansen in de 'groene economie'. En ja, dit nu langzaam in goegemeentes neerdalende besef biedt natuurlijk juist ook de firma's list en bedrog nieuwe mogelijkheden haar beuk in te gooien, Tsjakka!
Mark Osterloh 2
Jan Maarten FernigJan Maarten Fernig 1
Mark OsterlohDesalniettemin vormt AWES een serieuze bedreiging voor windmolens vanwege enorme besparingen op materiaal. Dat houdt dus zowel het materiaal zelf als het vervoer en de plaatsing van dat materiaal in.
Harbers 8
marcel 7
HarbersAls ik dan nu lees dat EY zo'n 'prutsclubje' wil controleren, dan zal het controlebudget vast ruimhartig zijn vastgesteld door Ratelband jr.
hans 213 6
bij voorbeeld hoe de investeringsaanbiedingen van wind- en/of zonnepanelenparken door de autoriteiten beter belicht kunnen/moeten worden en hoe de eerder ondeskundige privé-investeerder 'uit de wind' gehouden kan worden door een onafhankelijk Keurmerk?
Niet iedere energieconsument heeft de gelegenheid om zelf een windmolen te plaatsen en/of voor zonnepanelen zijn de meeste huizen ongeschikt t.o.v. de zon gepositioneerd. Geef die burgers een reële kans op deelname/participatie aan energieparken door voldoende reglementering ... en de agrariër meteen een vast inkomen voor de verhuur van zijn (lege) weilanden.
Gevolg: Minder koe en millieuproblemen, meer alternatieve energie-opwekking en het terugdringen van overbodige boerenbedrijven zonder subsidie te hoeven verstrekken, omdat vlees steeds vaker wordt vervangen door vegetarisch voedsel.
W Hoogkamer 10
hans 213hans 213 6
W HoogkamerW Hoogkamer 10
hans 213Aflossen naar de leden toe mag pas na toestemming van de bank. De bouw van 1 molen is indertijd aanbesteed toen nog niet zeker was of er subsidie voor toegekend zou worden.
Berekeningen lieten zien dat het zonder ook uit kon. De AVL heeft toen de bouw goedgekeurd. De vereniging staat er heden gezond voor. Nu alleen nog verhinderen dat er een type
'Henry Keizer' van opzij op de voorzittersstoel terecht komt.
jp rebel 2
Hebben momenteel 10 molens, allemaal zorgvuldig uitgekozen tweedehandsjes die goed onderhouden worden en nog jaren meekunnen.
Verwijderd 6012 2
http://www.localheroes.org/
De cirqulaire bankrekening van Local Heroes.org.
De initiatiefnemers willen maar geen openheid van zaken geven over de volgende woorden, die gewoon in vage taal een in potentie excessief verdienmodel verhullen.
"Voor de financiering van het digitale platform richten we een aparte zelfstandige juridische entiteit op.
De oprichtingsleden en investeerders worden mede eigenaar en delen mee in de winst.".
Vooral deze tekst zet grote vraagtekens bij het initiatief, kwam in het begin nog voor in het 'prospectus', maar is daaruit inmiddels verdwenen.
Chris Zielinski
R. Eman 7
Chris ZielinskiHet feit dat onbesproken blijft is de levensduur van windmolens. https://www.climategate.nl/2016/01/levensduur-windmolens/
Uitgaande van de investering in 10 jaar oude molens mag je er vanuit gaan dat na nog eens 10 jaar de molens geheel zijn afgeschreven en dus niets meer opbrengen. Daarmee ben je je inleg kwijt en is je rendement dus -5% geweest.
Harbers 8
R. EmanW Hoogkamer 10
HarbersWeet dat liander voor een van de molens bij A4 een half miljoen in rekening bracht.
Marla Singer 7
W Hoogkamer 10
Marla SingerOnze overheid heeft tegelijk de bouw van een paar kolencentrales toegestaan. Zodat de grote energiebedrijven dmv overproductie de stroomprijs zo kunnen drukken dat er voor particulier initiatief de rekensom niet meer sluitend te kijgen is.
De overheid zou m.i. een beleid moeten voeren waarmee elk kleinschalig initiatief netjes uit kan ook zonder subsidie.
Harbers 8
Misschien dat Roel de prospectus van het Windsharefund eens online kan zetten. Kunnen we daar ook eens kennis van nemen.
Arjan 40
Ik kan het niet meer controleren want ik heb de folder direct weggegooid.
Roel Gooskens 3
Arjan 40Arjan 40
Roel Gooskensbram de Jeu 4
Je kan ook laagdrempelig instappen bij
http://www.windvogel.nl/
Een cooperatie met jaarvergadering en voor iedereen leesbare jaarverslagen.
Kees Jan de Vries
Zou je hier eens naar kunnen kijken?
http://www.windparkkoningspleij.nl
Roel Gooskens 3
Kees Jan de VriesVan dit project is nog geen prospectus te verkrijgen. Ik heb al een aantal van deze zgn burgerparticipatie projecten bekeken. Ik vraag me af of windmolen projecten met 1-5 molens een toekomst hebben. Bij alle projekten geldt dat het uiteindelijk rendement wordt bepaald door de technische en economische levensduur van de betreffende windmolens. Ook bij het door jou hierboven genoemde projekt wordt gesproken over een verwacht rendement van 5-6 %. Lees de prospectus als hij uitkomt en kijk of de uitgangspunten realistisch en fair zijn. Kijk mn naar de vergoedingen voor de intiatiefnemers.
Gr, Roel