
Jaarlijks gaan duizenden bedrijven en personen failliet. Vaak heeft dat grote gevolgen — en het gebeurt lang niet altijd even netjes. Lees meer
Toeleveranciers moeten nog maar hopen dat ze een deel van hun facturen betaald krijgen, werknemers dreigen op straat te komen en de gefailleerde ondernemer moet lijdzaam toezien hoe de bedrijfspanden, voorraden en wagenpark met een beetje pech tegen executiewaarde worden verkocht. Alle hoop is gevestigd op de door de rechtbank aangestelde curator die de volledige regie in handen krijgt van het afwikkelen van het faillissement.
De curator krijgt op basis van de 120 jaar oude Faillissementswet vergaande bevoegdheden: van het ontslaan van personeel, de verkoop van het bedrijf, het starten van juridische procedures tegen de gefailleerde tot het gijzelen van een bestuurder die niet meewerkt.
Maar doet de curator zijn werk wel goed? Wat is de verhouding tussen de boedelopbrengst, die hij binnenhaalt en zijn eigen declaraties (die ten laste van dezelfde boedel plaatsvinden). En wie houdt er toezicht op curatoren? Dat zóuden rechters-commissarissen moeten zijn, maar die hebben het krankzinnig druk en ontberen kennis. Follow the Money zet in op deze kwestie die al tientallen jaren door de rechtspraak, politiek en journalistiek ongemoeid wordt gelaten. We nodigen u uit om uw kennis en ervaringen met ons en andere lezers te delen.
Roger Lips strijdt niet alleen tegen zijn curatoren, maar ook tegen justitie
Verdachte van faillissementsfraude hoort strafeis: drie jaar
‘80 procent van de curatoren doet geen melding van faillissementsfraude’
Gebed zonder eind: de strijd tegen faillissementsfraude
FTM Audio - De bijna ongestoorde handel en wandel van faillissementsfraudeurs
De bijna ongestoorde handel en wandel van faillissementsfraudeurs
Waarom banken bij faillissementen altijd aan het langste eind trekken
Zo plukt de curator je als je bedrijf failliet gaat
FTM Audio - Dit is de schadelijkste wet van Nederland
Dit is de schadelijkste wet van Nederland
Drenkeling banken curatoren © Boomerang
Waarom banken bij faillissementen altijd aan het langste eind trekken
Banken hebben de afgelopen jaren hun voorrangspositie bij faillissementen steeds verder verstevigd. Met dank aan zogeheten pandrechten en rechters bij de Hoge Raad. De gewone schuldeisers moeten daardoor steeds harder bloeden.
- Jaarlijks laten failliete bedrijven miljarden aan schuld achter. Het is de taak van de curator om de resterende bezittingen te verdelen onder de schuldeisers.
- Voor gewone schuldeisers is dit echter een ‘pauperparadijs’: zij zien gemiddeld nog geen 2 procent van hun vordering terug. Het salaris van de curator krijgt voorrang.
- Maar baas-boven-baas zijn de banken. Die hebben door middel van zogeheten pandrechten voorrang op bijna alles en iedereen bij een faillissement.
- De afgelopen jaren hebben banken deze voorrangspositie op alle mogelijke manieren steeds verder uitgebreid. Met alle gevolgen van dien voor gewone schuldeisers.
Eric Clapton soleerde Steppin’ out op een Gibson Les Paul-gitaar en Angus Young van AC/DC legde op zijn speciale SG ontelbare malen een Highway to Hell aan. Het Amerikaanse concern Gibson wist decennialang ’s werelds topgitaristen te verleiden en strikte zelfs Guns N’ Roses-ster Slash als brand ambassador. Dat is nu allemaal verleden tijd: de hofleverancier van de rock ‘n roll startte begin mei een Chapter 11-procedure om zich tegen een acuut faillissement te wapenen. Diezelfde bescherming gold echter niet voor Gibson Innovations Netherlands BV: op 15 mei viel het doek voor deze in Eindhoven gevestigde dochteronderneming, waar Gibson in samenwerking met Philips onder meer soundbars en koptelefoons produceerde.
Aan advocaat Floris Dix van Turnaround Advocaten de taak om het faillissement af te wikkelen. En hoewel het bedrijf vorig jaar nog een balanstotaal had van 121 miljoen euro, een omzet draaide van ruim 300 miljoen euro en 60 man personeel in dienst had, zit er voor de curator weinig muziek in dit faillissement. ‘Werkelijk alles van waarde is verpand: van de aandelen, tot de voorraden, debiteuren, banksaldi, handelsnamen, IE-rechten en inventaris aan toe,’ zegt Dix teleurgesteld. Hij geeft aan dat door verpanding zijn werk als curator vrijwel onmogelijk wordt gemaakt: ‘Er was niet eens een paar honderd euro om het telefoonnummer in de lucht te houden.’
Schuldeisers de dupe
Bijkomend probleem: Dix moet uit deze (lege) boedel ook zijn eigen salaris betalen. De kans is dus groot dat hij de komende maanden — zoniet jaren — naar zijn standaardtarief van 265 euro per uur kan fluiten.
‘Gewone’ schuldeisers krijgen in Nederland nog geen 2 procent van hun geld terug
Deze lege boedelproblematiek is een van de vele manco’s van de Nederlandse faillissementswet, een wet die nog stamt uit de tijd van de postkoets. In het dossier ‘In de greep van de curator’ stuitte Follow the Money de afgelopen jaren regelmatig op misstanden die uit de problematiek voortvloeien. Denk aan curatoren die grof declareren zodra de boedel gevuld is, curatoren die bijna letterlijk op de vlucht slaan zodra ze een lege boedel aantreffen, en faillissementsfraudeurs die vrijwel ongestoord bedrijven leeg kunnen plukken. De prijs wordt daarbij betaald door ontslagen werknemers, ondernemers die het leven zuur wordt gemaakt door curatoren, en door schuldeisers die in de steek worden gelaten.
Uitzonderingspositie banken
Uit het CBS-rapport Faillissementen: Oorzaken en Schulden bleek in 2016 dat hoewel failliete bedrijven in Nederland jaarlijks circa 5 miljard euro achterlaten, gewone schuldeisers gemiddeld nog geen 2 procent van hun geld terug krijgen. De Belastingdienst en het UWV komen er iets minder gehavend uit: zij kregen gemiddeld respectievelijk 8,9 en 10,7 procent van hun openstaande bedrag uitgekeerd.
Er is echter één groep die alle malaise weet te omzeilen: de banken. Samen met professionele investeerders zijn zij de grote ‘winnaars’ van de faillisementen. Harde cijfers ontbreken, maar in een case study ‘Doing Business 2018’ van de Wereldbank kwam naar voren dat secured creditors, dit zijn hoofdzakelijk banken met zekerheden, in Nederland bijna 90 procent van hun vordering terugkrijgen bij een faillissement.
‘Waar de “gewone” handelscrediteuren zich in geval van insolventie van een debiteur in het pauperparadijsbevinden, verkeren de banken in vergelijking met hen in een hemels paradijs,’ luidde dan ook de harde conclusie van hoogleraar Burgerlijk Recht Bas Kortmann in zijn afscheidscollege aan de Radboud Universiteit. Kortmann deed ook een educated guess: ‘Ik durf de stelling wel aan dat de 'recovery rate' bij banken vele malen — twintig tot dertig keer — hoger is dan bij gewone handelscrediteuren.’
De exacte hoogte valt evenwel niet te achterhalen: banken houden hun kaarten voor de borst en bestempelen het als ‘vertrouwelijke informatie’.
Hoogleraar Bas Kortmann hekelde in zijn afscheidsrede de intransparantie van banken op het gebied van hun recovery rate. ‘De geheimzinnigheid van de banken op dit punt is ongewenst en onnodig,’ aldus Kortmann. Follow the Money vroeg Rabobank, ING en ABN Amro om hun recovery rates bij faillissementen maar dat bleek om uiteinlopende redenen niet mogelijk.
Rabobank wil desgevraagd de recovery rate niet openbaar maken. ‘We publiceren dat niet. We zien het als vertrouwelijke informatie. Ik vermoed dat andere banken dezelfde lijn volgen.’
ABN Amro geeft via een woordvoerder aan dat een overall gemiddeld recovery percentage in faillissementen van klanten die een financiering met onderpand hebben ‘geen realistisch beeld’ geeft.
ING geeft ook geen inzage. ‘Het is moeilijk om hier een eenduidig antwoord op te geven en in een getal uit te drukken. Allereerst omdat we een internationale bank zijn en dat dat de cijfers beïnvloedt, maar ook om betrouwbaar te zijn moet je afzonderlijk kijken naar segment, type financiering, secured of secured, en dergelijke Dat maakt het dat het complex is om daar vergelijkbare cijfers voor te produceren.’
Alles is voor Bassie
Hoe lukt het banken om bij een faillissement zoveel meer uitgekeerd te krijgen dan andere schuldeisers? Een eerste reden hiervoor is dat banken in een riante uitgangspositie zitten: zij zijn de voornaamste verstrekkers van financiering aan ondernemers. Hoe meer financiering, hoe strakker de bank de touwtjes in handen krijgt. Zo eisen banken bijvoorbeeld regelmatig dat een ondernemer zich ook privé aansprakelijk stelt voor de bedrijfsfinanciering, of dat de bank het geld eventueel mag terughalen bij andere gelieerde bedrijven.
Het wondermiddel zijn echter de zogeheten pandrechten. Banken vestigen deze vorm van zekerheid op bijvoorbeeld voorraden en de debiteuren van de ondernemer. Het werkt als een soort ‘priority lane’, waarmee banken voorrang krijgen op bijna alles en iedereen ten tijde van een faillissement. Als een bedrijf daadwerkelijk over de kop gaat, dan mag de bank als pandhouder búiten de faillissementsboedel om zijn zekerheden cashen. Oftewel: voorraden (laten) verkopen en alle openstaande facturen incasseren.
‘De bank heeft daardoor bij een faillissement een heel sterke uitgangspositie,’ zegt Maartje van der Beek, voormalig curator en nu als partner werkzaam bij Bais Legal. ‘Bijna alles gaat eerst naar de bank, vervolgens naar curatoren die ook nog vaak ruime uren schrijven, dan de Belastingdienst en het UWV en ja, dan is er niks meer over voor gewone schuldeisers.’
Woekerende pandrechten
Daar komt bij dat de macht van de banken het afgelopen decennium alsmaar is gegroeid door een lange reeks proefprocessen. De inzet: hun voorrangspositie bij faillissement verder verstevigen door te procederen tot aan de hoogste rechter, de Hoge Raad. Dit met hulp van hiervoor gespecialiseerde advocaten van onder meer advocatenkantoor Houthoff Buruma.
Voortaan kon de bank álles pakken — nu en in de toekomst
Een van de obstakels voor de banken vormde de wet waarin is aangegeven dat banken alleen pandrecht kunnen vestigen op vorderingen van bestaande klanten. Dat was de banken een doorn in het oog: ze wilden ook de mogelijkheid hebben om alle toekomstige facturen van nieuwe klanten te kunnen incasseren. Banken bedachten daarom rond 2009 een truc om toch grip te krijgen op alle toekomstige geldstromen van een ondernemer. Het middel: de zogeheten ‘verzamelpandakte in combinatie met een onherroepelijke volmacht’. Daarmee kon de bank voortaan álles pakken — nu en in de toekomst.
Getackeld door Jan Heintze
ING voerde dit wondermiddel — de verzamelpandakte met volmacht — naar verluidt als eerste door in hun Algemene Voorwaarden. Ondernemers gingen blindelings akkoord met deze automatische verpanding. Zetten zij immers geen handtekening, dan kregen ze ook geen financiering.
De verzamelpandakte met volmacht werd vervolgens dé nieuwe trend in bankenland. Dit gebeurde mede door de zaak van de Deense voetballer Jan Heintze. Deze linkerverdediger, die 16 jaar in het rood-witte tenue van PSV speelde, was tijdens zijn voetbalcarrière ook actief als ondernemer. Hij had in Nuenen het mediabedrijf, Jan Heintze Sports en Media, dat een paar miljoen euro omzet draaide met het uitgeven van gesponsorde magazines voor clubs als PSV, ADO Den Haag en HFC Haarlem. In 2009 ging zijn bedrijf echter over de kop en werd Floris Dix — de curator die later ook bij Gibson aan de slag zou gaan — aangesteld om het faillissement af te wikkelen. Hij rekende zich rijk met een gevulde boedel, maar werd getackeld door Heintze’s huisbankier ING: de bank kwam opeens met de verzamelpandakte op de proppen en claimde de debiteurenportefeuille ter waarde van ruim 100 duizend euro.
‘Ik was daar verbolgen over en wilde wel eens weten of zo’n verzamelpandakte met volmacht de toets der kritiek kon doorstaan,’ zegt Dix. De eerste ronde in de rechtbank won hij, maar uiteindelijk verloor hij in 2012 bij de Hoge Raad. ‘Ik ben een voorstander van een juridisch debat. Maar banken behaalden wel een heel belangrijke overwinning,’ luidt de sportieve reactie van Dix op de pijnlijke nederlaag. ‘Vroeger moesten banken lange debiteurenlijsten aanleveren, maar door het arrest ging dat passen op een A4’tje.’
Bij de datum van het faillissement staat de onderneming volledig in brand en aan alle kanten spuit het bloed eruit
Twee weken op de tweede viool
De zaak tussen Dix en ING had dan ook grote gevolgen. Met het gunstige arrest in de hand konden alle voortaan op eenvoudige wijze hun zakelijke cliënten tot op het bot gaan uitkleden. En daar bleef het niet bij. De Hoge Raad bepaalde in een ander proefproces dat de curator ook desgevraagd alle administratie dient te verstrekken aan de pandhouder (meestal de bank) om zijn recht te kunnen uitwinnen.
Dankzij het arrest ING/Verdonk moet de curator de bank bovendien ruim baan geven: hij of zij mag in de eerste twee weken na faillissement bijvoorbeeld geen debiteuren benaderen om hun factuur te incasseren. Dit tot onvrede van Dix: ‘Bij de datum van het faillissement staat de onderneming volledig in brand en aan alle kanten spat het bloed eruit. Juist dan heb ik centjes nodig om dat te stelpen.’
De acute geldnood heeft soms vergaande gevolgen. Dix: ‘Ik ben ooit als curator aangesteld bij een logistiek bedrijf dat failliet ging op het moment dat er nog chauffeurs in het buitenland waren. Tankpassen werden geblokkeerd; door alle verpanding kon ik ze zelfs geen benzinegeld geven om terug naar Nederland te komen.’
Bovenstaande is slechts een greep uit de alsmaar toenemende macht van banken bij faillissementen door bankvriendelijke rechtspraak. De praktijk is nu dat de bank eigenlijk de volledige regie heeft bij een faillissement van hun klanten; de curator speelt min of meer de tweede viool en kan nog wat geld verdienen door – in opdracht van de pandhouder – de verpande voorraden te verkopen en de verpande facturen te innen voor de bank.
‘In tien jaar tijd heb ik geen enkele uitkering gedaan aan concurrente schuldeisers'
De afhankelijkheid en het gebedel bij banken was voor een curator in Noord-Nederland, die niet bij naam genoemd wil worden, reden om te stoppen met het werk: ‘Alles is verpand aan de bank, waardoor ik eigenlijk vooral bezig was met onderhandelen met de bank. Dat maakte het werk niet meer aantrekkelijk, want ik wilde ook inzetten op het behouden van werkgelegenheid en eens een keer een uitkering doen aan schuldeisers. In tien jaar tijd heb ik geen enkele uitkering gedaan aan concurrente schuldeisers. Zij stonden altijd met lege handen.’
De lege boedels zorgen volgens de curator bovendien voor een verkeerde prikkel: ‘Als er weinig geld in de boedel zit, dan doe je alleen het noodzakelijke wat je hoort te doen. Het minimum.’ Aan de andere kant; als er wél geld in de boedel zit, dan is er juist een prikkel om extra werkzaamheden te verrichten. ‘Een deel van de curatoren is eenpitter en die maken bedrijfseconomische afwegingen.’
Bij Dix is ook de twijfel toegeslagen: ‘Voor wie werken wij nog als curatoren? Het is volgens de wet voor de gezamenlijke schuldeisers, maar eigenlijk treden we alleen maar op voor de pandhouders, de UWV en de Belastingdienst. De pandrechten zijn te ver doorgeschoten, maar een discussie over lege boedels is nooit goed van de grond gekomen.’
Dix moet op de blaren zitten. Hij heeft inmiddels al bijna 100 uur in het faillissement van Gibson gestoken. Het trieste boedelsaldo in het eerste faillissementsverslag van 25 mei: 0,00 euro.
De enige partij die banken een beetje tegenwicht kan bieden, is de belastingdienst. Het gaat er dan ook regelmatig hard aan toe, waarbij banken de fiscus de pas af proberen te snijden en vice versa. In een Memorie van Toelichting is zelfs een keer gesproken over de ‘rat race tussen Belastingdienst en kredietverleners’. De fiscus begint deze race met een voorsprong, want hij heeft namelijk het zogeheten bodemvoorrecht. Daarmee heeft de belastingdienst voorrang op de opbrengst van zaken die zich – letterlijk — op de bodem van het bedrijf bevinden en die in eigendom zijn van de ondernemer. Deze bodemzaken zijn bijvoorbeeld machines, restauranttafels, het servies en andere inventaris. Het is een krachtig middel, de fiscus krijgt hiermee zelfs voorrang op banken met een pandrecht. Het is bovendien lonend: het CPB en Ecorys becijferden al in 2004 dat het voorrecht van de fiscus jaarlijks 80 tot 105 miljoen euro oplevert.
Houdini-act
Dit tot onvrede van banken, die als tegenreactie een slinkse constructie bedachten: de bodemverhuur. Dat komt erop neer dat banken zoals Rabobank nog snel de fiscus de pas afsneden door de bodem – via een verhuurconstructie – niet meer te laten toebehoren aan de onderneming, maar aan de bank. Prettige bijkomstigheid: de fiscus kon zijn bodemvoorrecht niet meer uitoefenen. Deze goocheltruc komt er eigenlijk op neer dat banken het tafelkleedje wegtoverden waardoor zíj (en dus niet de fiscus) de borden en het bestek kunnen claimen.
Voormalig curator Van der Beek stond regelmatig tussen de twee kemphanen: ‘Ik heb veel faillissementen gedaan waar op de "bodem" zeer waardevolle machines stonden. De bank had daar dan pandrecht op, maar omdat dit bodemzaken zijn, zou de fiscus een voorrecht hebben op de opbrengst van deze zaken. Banken wilden daarom dat deze machines niet meer op de bodem van de onderneming stonden. Ze pasten dan snel de bodemverhuurconstructie toe door als bank de grond te gaan huren. De machines waren dan geen bodemzaken meer, want ze bevonden zich niet meer op de bodem van de onderneming waardoor de bank als pandhouder rechthebbende is op de opbrengst.’ Het was een papieren werkelijkheid die banken geloofwaardiger maakten door een eigen slot op de deur te zetten om ‘aan te tonen’ dat alleen zij toegang hadden tot de bodem.
Arie van Eijsden, beleidsmedewerker op het Ministerie van Financiën, Directoraat Generaal Belastingdienst, legt uit wat er misging: ‘Afdelingen bijzonder beheer van banken kunnen veel alerter reageren zodra een onderneming in de problemen komt. In teveel situaties bleek dat de banken al maatregelen hadden genomen bij faillissement. De grond was door de pandgever dan al verkocht aan de financier of alle bodemzaken waren al verdwenen. De Belastingdienst viste permanent achter het net.’
‘De Belastingdienst viste permanent achter het net’
De Belastingdienst pakte in 2013 de voorsprong weer terug door in de Invorderingswet 1990 vast te laten leggen dat pandhouders zoals banken voortaan bij de fiscus moeten aangeven dat ze aanspraak willen maken op bodemzaken. Ze dienen daarbij een termijn van 4 weken in acht te nemen, waarin ze niks met de bodemzaken mogen doen. De fiscus kreeg daarmee weer haar voorsprong terug, want in die maand tijd kan de dienst (invorderings)maatregelen nemen.
Van Eijsden: ‘In een faillissement blijft er vaak maar weinig over om te verdelen onder de schuldeisers. Vaak is er zelfs niet voldoende in de boedel om de bevoorrechte schuldeisers volledig te voldoen. Door de invoering van de wetswijziging in de Invorderingswet 1990 beoogden we te bereiken dat de oorspronkelijke wettelijke verdeling van de boedel weer “in ere werd hersteld”. Op deze manier voorkomen we dat eventuele twijfelachtige maatregelen door financiers, die de strekking hebben om geld bij de fiscus weg te houden, doel treffen. Door middel van de nieuwe wetgeving buigen we datgene wat onacceptabel is om.’
43 Bijdragen
[Verwijderd]
Een stapel a4-tjes met elk vel een stippellijntje, hiet ondertekenen.
Martin Haarmans 5
[Verwijderd]wim de kort 8
Wat een achterlijke toestand zeg, bijna middeleeuws.
Jan Smid 8
wim de kortLydia Lembeck 12
wim de kortRoland Horvath 7
De banken gedragen zich als aasgieren bij een faillissement. De Hoge Raad helpt daarbij en bevoordeelt -zoals wel vaker- de machtigen in plaats van een regeling voor te staan die alle belanghebbenden kunnen aanvaarden.
Het is duidelijk dat de rechten van de banken bij kredietverlening ingeperkt moeten worden. Want zij zijn meestal de schuldeisers die het geringste risico lopen.
De banken zouden moeten dienen als buffer voor faillissementen. Het is ook mogelijk dat de overheid een regeling uitwerkt waarbij een percentage van de uitstaande schuld, namelijk een deel dat zo goed mogelijk overeenkomt met het gemiddelde van het niet terug betaalde krediet, op de een of de andere manier wordt gecompenseerd.
En dan dragen de overheid en de banken in feite niet het risico van niet terugbetaling van het krediet. De maatschappij als geheel neemt dan uitsluitend het risico dat materiële zaken en arbeid worden verspild in projecten die uiteindelijk falen en tot niets gediend hebben.
Er mag nog vermeld worden dat bij een faillissement van banken, de overheid en dus de belastingbetalers het risico dragen. Met de EU bankenunie is dat enigszins verbeterd maar gezien de grootte van de balanswaarden van banken zal dan ook een bankenunie in veel gevallen niet toereikend zijn. Daarom is het ook nodig dat de banken zich specialiseren en dat de grootbanken in meerdere delen worden gesplitst, zodat ze niet te groot zijn om te falen. Dat wordt moeilijk want ook de overheid is een failliete boedel, ze kan haar taak niet meer aan en ze is nu ondergeschikt aan de banken. Ook daar zijn de banken aasgieren.
Jan Smid 8
Het is zorgelijk te noemen dat curatoren steeds vaker verplicht moeten worden om de boedel gratis en voor niets af moeten wikkelen omdat er niets meer inzit en dus extra werk leveren als de boedel goed gevuld is.
Dit effect hadden we jarenlang al bij de bergingmaatschappijen. No cure no pay. Was er wel een cure dan vroegen de bergers ook méér geld en dat is terecht.steeds vaker krijgen bergingsmaatschappijen te maken met verzekeraars die no cure no pay niet belonen. En dat vertaalt zich dan dat bergingsmaatschappijen klussen laten liggen en de overheid wel zekerheid biedt aan de bergers en de kosten van de wrakopruiming op zich nemen.. En daarom zie je dat beringsbedrijven steeds vaker andere klussen doen zoals het plaatsen van brugdelen of hijswerk doen middels grote bokken.
En mooi om te zien in dit artikel hoe hard het MKB is getroffen tijdens de crisis. Weer een signaal waarom het lang heeft geduurd eer Nederland uit de crisis was. Het enige waar ik nog op zit te wachten is de MKB-partij.
thebluephantom 6
Jan SmidJan Smid 8
thebluephantomthebluephantom 6
Jan SmidJan Smid 8
thebluephantomthebluephantom 6
Jan Smider zijn maar weinig buffets
ik heb geen zin hard te werken en mijn primaire woning als inkomsten zien. klaar punt uit
Jan Smid 8
thebluephantomthebluephantom 6
Jan Smidmijn punt was dat men de belasting verhoogde op allerlei manieren. als de crisis over was dan waren die nu verlaagd. dat is niet het geval
belasting is een complex onderwerp, er is geld nodig uiteraard, maar waar is de grens? zeker in NL. misschien heb je gelijk. overigens heb ik geen moeite met belasting, alleen de hoogte ervan. mensen hebben meer schuld dan bezit m.i.
er is wel een probleem hier, maar het is een groot onderwerp waar je nooit over eens wordt
Lydia Lembeck 12
Jan SmidEn wil je juist op zorg bezuinigen dan moet je zorgen dat juist die groep gezonder gaat eten door daar in ieder geval maximaal 5% BTW te eisen, maar als het kan juist géén BTW te hebben over gezonde voeding.
Wie de lasten wil verhogen, zonder dat daar verhoging van het netto besteedbaar inkomen tegenover staat, duwt mensen in de armoede.
Op Twitter kreeg ik een stukje uit - ik dacht het FD - onder ogen. De titel: "Flexcontracten duwen lonen omlaag en gaan daardoor ten koste van de welvaart."
De trend is verarming van de lage en de lagere middeninkomens. Dus ik vraag me of of deze zaken met elkaar te maken hebben. Het lijkt er wel op.
Antonie Kerstholt 1
Jan-Marten Spit 9
2) Met het krediet begint de business - dus ook het verdienen van de toeleveranciers.
3) Toeleveranciers kunnen ook nadenken over welk risico zij wensen te lopen, zij hoeven immers niet te leveren aan bedrijven die zich op rand van failllissement bevinden in de hoop dat anderen voor de gevolgen opdraaien.
4) Als de rechter bepaald of een contract strijdig is met de wet, en dat blijkt niet het geval, dan is het contract rechtsgeldig. Dat is geen 'bankvriendelijke rechtsspraak', dat heet 'rechtsspraak'.
5) Als de wet disfunctionele oneerlijkheid in het voordeel van de bank in hand werkt, is er sprake van 'bankvriendelijke wetgeving', de verantwoordelijkheid daarvoor ligt niet bij de rechter, maar bij de wetgevende macht, het parlement dus, en d.m.v representatie dus het electoraat.
6) Als juist de banken het nakijken zouden hebben, dan kan een even tendentieus artikel worden geschreven met als kop: "spaarders de dupe van toeleverancier/curator vriendelijke rechtsspraak". Het bestaan van verliezers in een faillisssement is een -gegegeven veroorzaakt door het faillissement-.
7) Het citaat van Dix "Voor wie werken wij nog als curatoren? Het is volgens de wet voor de gezamenlijke schuldeisers, maar eigenlijk treden we alleen maar op voor de pandhouders, de UWV en de Belastingdienst." is onjuist: volgens de wet gaat pand voor andere schuldeisers. Waarom wordt er niet gewezen op deze fout van Dix?
Het artikel ondermijnt de rechtstaat valselijk, ontheft de wetgevende macht van verantwoordelijkheid voor de wetten die zij maakt door in te spelen op de onderbuik, en werkt machtsontnemend tov het electoraat door vals cynisme te instigeren:
"De Hoge Raad helpt daarbij en bevoordeelt -zoals wel vaker- de
Jan Smid 8
Jan-Marten SpitJan-Marten Spit 9
Jan SmidWat ik wel zal beamen is dat oplossingen beginnen met een juiste inventarisatie van de feiten, het destilleren van een grondoorzaak, en die adresseren. Daarvan is hier precies geen sprake.
Jan Smid 8
Jan-Marten SpitJan-Marten Spit 9
Jan Smiddit mist preciesie. wat is 'juist'?
"We zien juist een steeds vaker vreemd fenomeen: een bank die geld uitleent en zich in tijden van crisis het uitgeleende geld in één keer mag opeisen, zelfs als dat betekent dat de ondernemer failliet en aan de bedelstaf raakt. "
'mag opeisen' van wie 'mag' dat? het contract dat ze sluit? de wet?
"maar moeten ze kleiner worden"
zeker, dat zou een kartel vervangen door marktwerking. maar wat is de relatie met mijn reactie en dit artikel?
je denkt dat kleinere banken geen behoefte hebben aan pandrecht? dat die banken tegen hun investeerders zeggen: dat was pech hebben ze gingen failliet - hierbij de rekening?
thebluephantom 6
Jan-Marten SpitRoland Horvath 7
Jan-Marten SpitNogmaals, de Hoge Raad staat er de laatste tijd om bekend nogal eens zwart wit te noemen en omgekeerd. Dat is een bewering die ver gaat, akkoord, maar ze steunt op feiten.
Niet alleen de wet bepaalt wat het resultaat is van een rechtszaak, de rechters spelen vaak een beslissende rol.
Uw punt 5, dat de kiezers verantwoordelijk zijn voor de wetgeving, is onzin. De wetgeving, die de banken betreft, wordt in hoofdzaak geschreven door de banken zelf.
Uw punt 6 is niet ter zake. Het artikel is niet tendentieus.
En de verliezen worden inderdaad veroorzaakt door het faillissement, maar het gaat in het artikel om de ongelijke rechten en om de ongelijke machtspositie van de verschillende partijen. Zoals door anderen gezegd, de banken lopen het minste risico en ze incasseren het meest.
Uw punt 7, inderdaad, pand gaat voor andere eisen. Maar de bewering van Dix is juist.
En waarom moeten banken pand hebben en andere leveranciers niet.
Nog iets: De rol van de banken in het feit dat het MKB moeilijk krediet krijgt is onderbelicht. Het MKB heeft in veel gevallen wellicht een prima cashflow en schitterende mogelijkheden maar wellicht vaak te weinig pand. Dan is de rol van de banken anti innovatief.
De banken verwringen, domineren en terroriseren de hele maatschappij. Niet alleen de faillissementen.
Jan-Marten Spit 9
Roland HorvathIn dit geval steunt ze niet op feiten. De wet stelt pandrecht boven andere schuldeisers.
Welke andere feiten refereer je aan? ik wil wel eens zien welk bewijs je bewering ondersteund.
"Uw punt 5, dat de kiezers verantwoordelijk zijn voor de wetgeving, is onzin."
Mijn punt 5 is een feit. Geen discussiepunt.
"De wetgeving, die de banken betreft, wordt in hoofdzaak geschreven door de banken zelf."
En akkoord bevonden door volksvertegenwoordigers die het electoraat kiest.
"Uw punt 7, inderdaad, pand gaat voor andere eisen. Maar de bewering van Dix is juist. "
Deze twee zinnen kunnen niet allebei waar zijn. Aangezien de eerste zin een feit is, is de tweede zin een onjuiste conclusie. Dat is basale logica. Wat heeft debatteren voor ene zin als we de rede eerst overboord gooien?
Marla Singer 7
Jan-Marten SpitHet is algemeen bekend dat de banken een onevenredige invloed heeft op de politiek en in de praktijk soms zelfs mee schrijft aan wetten. Het is misschien minder bekend dat rechters diverse bijbanen hebben en derhalve ook met een half been in de financiële wereld staan. In de rechtspraak is belangenverstrengeling aan de orde van de dag en met die kennis is het niet verwonderlijk dat uitspraken van rechters bij faillissementen als blijkt uit te vallen.
Zelf benoem ik dat als klassenjustitie en in sommige gevallen mag je m.i. ook van corruptie spreken. Waarschijnlijk dat velen hier problemen mee hebben omdat dit accepteren betekend dat je toe zou moeten geven dat de rechtspraak zwaar gemankeerd is en het begrip rechtsstaat ondermijnt.
Jan-Marten Spit 9
Marla SingerMarla Singer 7
Jan-Marten SpitZoals dit:
https://www.youtube.com/watch?v=HzG3QolEkKA
https://www.youtube.com/watch?v=cm8BEzv93qc
https://www.youtube.com/watch?v=cvSp5nQdHFY
Deze interviews dienen op de middelbare scholen getoond te worden zodat de jeugd van tevoren al weet dat de Nederlandse rechtsgang niet deugd en grondig herzien dient te worden.
Waarschijnlijk zult u dat niet nodig vinden want ik ga ervan uit dat u denkt dat allemaal wel meevalt. Mijn vermoeden is dat de echte werkelijk nog wel wat zwarter is als ik wat meer internationaal ga kijken wat rechters allemaal aan het uitspoken zijn. Hele erge nare dingen waar elk gezond mens een knoop van in de maag krijgt.
Jan-Marten Spit 9
Marla SingerWat al wordt onderwezen in het Nederlandse is dat je met een handvol gekozen voorbeelden geen conclusies mag trekken als
"dat de Nederlandse rechtsgang niet deugd en grondig herzien dient te worden"
"Waarschijnlijk zult u dat niet nodig vinden want ik ga ervan uit dat u denkt dat allemaal wel meevalt."
Ik denk dat ik een vrij realistisch beeld van de echte wereld, en in dat beeld is corruptie nergens afwezig. je zou je 'bewijstrant' eens los moeten laten op Antillianen en criminaliteit. 3 voorbeelden en je kan het attribuut aan de hele groep hangen.
"Mijn vermoeden is dat de echte werkelijk nog wel wat zwarter is"
Belangen kunnen en zullen oplijnen. Dat leidt onvermijdelijk tot ongewenste situaties. De rechtsspraak is daarin een ontwikkelde oplossing, maar zelf niet vrij van het probleem. Het ondermijnen van de rechtsspraak als geheel met invalide argumentatie is echter het kind met het badwater weggooien.
Dennis Mijnheer 4
Jan-Marten SpitJan-Marten Spit 9
Dennis MijnheerMaar dat is niet de schuld va de rechter. Het is de ruimte die de wet biedt.
"De Hoge Raad geeft steeds grotere bescherming aan de financiers - bankvriendelijke rechtspraak. "
Neen. De Hoge Raad is de wetgevende macht niet. De Hoge Raad gaat ook niet over de contracten waar een kredietnemer zijn handtekening onder zet - zolang ze niet in strijd zijn met de wet.
"in het citaat van Dix; ze werken in de praktijk voor pandhouders "
Zoals in de wet is vastgelegd.
De actie hier ligt bij de wetgevende macht. Dat zijn wij.
Jan Smid 8
Jan-Marten SpitJan-Marten Spit 9
Jan SmidJan Smid 8
Jan-Marten SpitJan-Marten Spit 9
Jan SmidDe kiezer kan ook lobbyen - en op die manier invloed uitoefenen. Moet je het wel doen natuurlijk.
Dat je dat niet snapt.
Guido Leenders 6
Dennis MijnheerHoe vervelend ook voor de afnemers maar ik ga er tegenwoordig altijd van uit dat alle middelen weg zijn bij een faillissement en beperk daarom het risico in hoogte en tijd. Dat is blijkbaar het resultaat van de huidige wettelijke situatie.
Arjan 7
Dennis MijnheerZelf heb ik die ervaring via crowdfunding. Dan kom je er later achter dat die platforms informatie hebben achtergehouden en dat de rol van de bank in de financieringsconstructie heel anders is dan ze je wijsmaken.
Een mooi voorbeeld is dat een bedrijf via crowdfunding nieuw geld binnenhaalde om een gedeelte van de rekening-courant faciliteit bij de bank af te lossen, en dat de bank daarna de stekker er uit trok. Dat werd de investeerders niet duidelijk gemaakt, en was pure oplichting. De bank zal gedacht hebben dat alles wat binnen komt mooi is meegenomen.
R. Eman 8
A.J. van Soelen 2
Ik voorspel trouwens dat er binnenkort een onderzoek beschikbaar komt waarmee Mark Rutte probeert aan te tonen dat een oplossing in deze trant teveel negatieve bijwerkingen heeft. De NVB heeft daarvoor zojuist al een budget beschikbaar gesteld van € 300.000, zo hoorde ik fluisteren. 😀
Stravidarus 6
Rest
De bank en verzekering zijn me beste vriend...waarom?
Ik heb ze niet veel nodig zo.
Ik heb meer moeite met mollen...bedrijven met mooie schijn maar zonder enkele persoonlijke verantwoording .
Stravidarus 6
Rest
De bank en verzekering zijn me beste vriend...waarom?
Ik heb ze niet veel nodig zo.
De curator wil geld?terwijl hij niet eens schuldeiser is.
Hij is gewoon politieagent door de staat neergezet.
Ik heb meer moeite met mollen...bedrijven met mooie schijn maar zonder enkele persoonlijke verantwoording .
sebastiaan visser 2
M.i. is een simpele oplossing voor handen. Leveranciers die leveren op krediet, kunnen óók gebruik maken van de verzamelpandconstructie; daarmee verschaffen zij zich eenzelfde positie als de bank, in een faillissement (of anders in geval van betalingsonmacht/onwil).
De administratie die daarbij komt kijken is minimaal; aanpassing van algemene voorwaarden, dagelijks (zonder daarbij na te denken (!)) een verzamelpandakte laten registreren en klaar is kees. Lekker efficiënt, zo hadden banken dat toch graag gewild?
Bijkomed voordeel: de bank komt er pas achter ten tijde van het faillissement. Ander bijkomend voordeel: de bankrekening bij desbetreffende bank kan ook worden verpand aan leverancier, dat is immers ook een vordering (overigens weet ik niet hoe dat af zou lopen..., waarschijnlijk zouden banken de overdraagbaarheid/verpandbaarheid van de bankrekening snel onmogelijk maken).
Jan-Marten Spit 9
sebastiaan visserexact. of je neemt een dienst af van bedrijven die zich specialiseren in het vaststellen van dergelijk leveringsrisico, en dat is ook helemaal niet zo duur. risico te hoog: niet leveren zonder directe betaling. maar in de praktijk zullen typisch de dollartekens in de ogen bij het zien van de inkooporder overheersen. ga dan niet moord en brand schreeuwen als bij faillissement blijkt dat jij je van alle schuldeisers het minst hebt voorbereid op die situatie.
Norbert Mergen-Metz 3