© JanJaap Rypkema

Royaal leven van stervensbegeleiding

De publicaties van Follow the Money en Pointer deze week over zorgcowboys maakten heel wat los. En dit was pas het begin; ons maandenlange onderzoek leverde veel meer zaken op. Lees vandaag over de capriolen van het Almelose bedrijf Anahid, over een lucratief hospice in Schoorl en waarom Jan Slagters zorginstelling op onze lijst voorkwam, terwijl daar niets mis mee is.

Dit stuk in 1 minuut
  • Aan publieke en politieke commotie over onze eerste publicaties was geen gebrek. Ook in de Tweede Kamer werd meteen over ons onderzoek gesproken. Minister De Jong betoonde zich bezorgd, maar op problemen rond de aanpak van fraude ging hij niet in. ’Daar waar het daadwerkelijk fraude is, kunnen we het aanpakken,’ beweerde de minister.

  • We leggen onze aanpak nog eens uit: dat een instelling op de lijst van 174 bedrijven met een opmerkelijke winst voorkomt, wil niet zeggen dat daar iets mis mee is. Juist daarom doen we naar al die bedrijven extra onderzoek: we willen weten wat daar precies aan de hand is.

  • We vonden een hospice dat onverklaarbaar hoge winsten maakt, en dat die ‘efficiëntie’ verklaart uit de toepassing van ‘elektronisch toezicht’.

  • En we troffen een oude bekende aan: Anahid. We vonden daar opnieuw opmerkelijke kwesties.

Lees verder

Van een woedend ‘Pak ze, dat misbruikende “zorg”tuig!’ op social media, tot het meer geserreerde ‘Ik herken de boosheid’ van minister Hugo de Jonge – het onderzoek dat Follow the Money met KRO-NCRV’s Pointer en Reporter Radio uitvoerde, maakte woensdag en donderdag een storm van reacties los. 

De boosheid werd veroorzaakt door de torenhoge winsten die we ontdekten bij 97 zorginstellingen en de manier waarop sommigen van hen die winsten bij elkaar verdienen. Bij het bedrijf Thuiszorg Naborgh uit Rotterdam ontdekten we beschuldigingen van fraude waar stevig bewijsmateriaal onder bleek te liggen. Follow the Money publiceerde daarover en KRO-NCRV’s Pointer bracht de kwestie uitgebreid in beeld, in een reportage die woensdagavond werd uitgezonden. Zondagavond om 19.00 uur wijdt ook Reporter Radio uitgebreid aandacht aan het onderzoek. 

Maar voor we mochten publiceren, moesten we nog even naar de rechter: Shanna Naborgh wilde de KRO-NCRV en Follow the Money verbieden haar naam of portret te gebruiken en haar booming thuiszorgbedrijf te noemen. De rechter oordeelde echter dat er geen reden was om Thuiszorg Naborgh bij voorbaat uit de publiciteit te houden en merkte in haar vonnis op dat er ‘voldoende steun in de feiten’ te vinden was voor het uitgangspunt van onze publicaties. Ook stelde ze dat Naborgh uitgebreid gelegenheid was geboden een weerwoord te geven. Daar veranderde de dramatische uitbarsting van bestuurder/eigenares Naborgh (‘Ze maken ons kapot!’) aan het einde van de zitting helemaal niets aan.

Reacties politiek

Diverse kamerleden noemden ons onderzoek eergisteravond tijdens het WMO-debat van de vaste kamercommissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport. John Kerstens (PvdA) haalde de reportage van Pointer aan en zei: ‘Eerder vandaag schreef Follow the Money hier ook al over, met werkelijk belachelijke voorbeelden van zorgbazen en -baasjes die binnen twee jaar miljonair kunnen worden.’ Hij pleit voor erkenning van het probleem: ‘Geef toe dat het toezicht op de WMO een ondergeschoven kindje is, en dat het niet vanzelf en snel genoeg gaat veranderen.’

Ook Maarten Hijink (SP) had het artikel gelezen, evenals Fleur Agema (PVV): ‘Winsten van 21 procent, met uitschieters tot 60 procent, dat is diep schandalig. Daar moeten we wat aan doen.’

‘Ik herken de irritatie. De boosheid die u daarover uit en ook dat het natuurlijk niet kan,’ reageerde minister Hugo de Jonge (CDA), die meldde het artikel op FTM  nog niet te hebben gelezen. De Jonge was overigens al weken op de hoogte van de inhoud en resultaten van ons onderzoek en had het onderzoeksteam aanvankelijk een interview toegezegd. Dat interview kwam er niet. ‘Veel kunnen we aanpakken, maar een aantal dingen ook nog niet omdat de wetgeving daar nog onvoldoende in voorziet.’ De minister doelt hiermee puur op winsten die op een manier behaald zijn die net binnen de randjes van de wet vallen.

Op problemen rond de aanpak van fraude ging De Jonge niet in. ’Daar waar het daadwerkelijk fraude is, kunnen we het aanpakken,’ beweerde de minister. Hij beloofde nog voor het zomerreces maatregelen aan te kondigen in een brief over winst in de zorg.

Lees verder Inklappen

Het onderzoek leverde meer interessante zaken op dan we in ons eerste artikel konden toelichten. Wat te denken van een hospice waar de winst 40 procent is en de bestuurders tonnen aan zichzelf uitkeren? En hoe maakte thuiszorgbedrijf Anahid uit Almelo nu 54,9 procent winst over 2017? We kregen een antwoord op die vraag van oud-werknemers en betrokkenen. Zij vertellen over hoge declaraties voor geleverde zorg aan cliënten, terwijl zij geen zorg ontvangen zouden hebben maar slechts een paar uur dagbesteding of huishoudelijke hulp, geleverd door goedkope krachten.

De uitzending van Pointer en het artikel van Follow the Money leidden bovendien tot een stroom van nieuwe tips, waarvan een aanzienlijk deel zich leent voor nader onderzoek. De jacht op zorgcowboys is voorlopig niet voorbij.

Onschuldige winsten

Er meldden zich ook veel lezers met opmerkingen of vragen over de lijst van 174 instellingen die woensdag werd gepubliceerd. Wie is nu wel ‘verdacht’ en wie niet? En waarom hebben we niet alleen de 97 instellingen bekendgemaakt waarvan we de torenhoge winsten niet konden verklaren? Zo kunnen lezers per ongeluk de conclusie trekken dat een bedrijf met goed verklaarbare winsten ‘fout’ zit. Die overweging maakte het onderzoeksteam ook. We besloten deze lijst van 97 instellingen niet apart te publiceren, omdat naar deze bedrijven eerst nader onderzoek moet worden gedaan voordat we iets concreets kunnen zeggen over de herkomst van hun winst.

Tussen de 174 instellingen die boven de 10 procent winst uitkomen, zitten stichtingen en bedrijven waarvan die winst volledig verklaarbaar en logisch is

Nogmaals: tussen de 174 instellingen die boven de 10 procent winst uitkomen, zitten stichtingen en bedrijven waarvan die winst volledig verklaarbaar en logisch is – of niet volledig als winst kan worden gezien, omdat het ondernemersloon of de vergoeding voor medische specialisten in een maatschap er nog niet vanaf getrokken is. In een uitgebreide verantwoording van ons onderzoek lichten we toe hoe we te werk zijn gegaan.

Zo vroeg een aantal mensen op Twitter en via e-mail waarom de zorginstelling Ben OudeNijhuis, een intiatief van Jan Slagters Omroep Max, op de lijst van grote winstmakers staat. Is Slagter soms ook een zorgcowboy? Nee: we konden de stichting van Slagter schrappen, Ben OudeNijhuis hoort niet bij de 97 dubieuze instellingen.

Hoe weten we dat? 2017 was het eerste bestaansjaar van de stichting Ben OudeNijhuis, en de zorginkomsten waren volgens het jaarverslag (hier te vinden) nog laag: rond de 271.000 euro. De hoge winst komt voort uit de hoge donaties die onder meer via omroep Max mogelijk zijn gemaakt. Het gaat dus niet om zorgwinsten. Slagter laat daarnaast weten dat het jaar 2018 allerminst rooskleurig verliep.

Ook Wessel van Beek van GGZ Veenendaal meldde zich. ‘Ik krijg huilende patiënten aan mijn bureau die bang zijn dat ik een graaier ben.’ Hij runt met collega’s een maatschap. Op papier maakt hij veel winst, maar die moet eigenlijk niet als winst gezien worden omdat zijn loon en dat van de andere maten er nog afgetrokken moet worden. Daarom is hij door het onderzoeksteam ook al snel uitgesloten van de lijst bedrijven met verdachte winsten. We kunnen aan de jaarrekening namelijk zien dat Wessel's bedrijfsresultaat verklaarbaar is en eigenlijk niet als winst gezien moet worden, net als bij de meeste andere maatschappen.

GZ-mediator en ondernemer Annemarie van den Harn schrok toen ze de naam van haar bedrijf GGZ Centrum Wageningen op de lijst van 174 grote winstmakers ontdekte. Voor de duidelijkheid: dit bedrijf merkten we zelf na onderzoek aan als niet verdacht. ‘Ik was er echt door geraakt,’ zegt Van den Harn, ‘want het is sinds 2012 echt tobben om te kunnen blijven bestaan.’ Ze legt uit dat 2017 weliswaar een relatief gunstig jaar voor haar bedrijf was, maar dat kwam vooral door omzet die na afloop van het boekjaar kon worden geïnd. Op papier maakte ze winst, maar in werkelijkheid was het bedrijf juist krap bij kas. ‘Bovendien kregen we een deel van onze omzet niet betaald, onder meer doordat we boven plafondafspraken uitkwamen,’ legt Van den Harn uit. 

De gemeente Wageningen belde haar om te vragen hoe het zat. ‘We hebben gelukkig een heel betrokken gemeente,’ verzucht de bestuurder. Ze kon de gemeente goed uitleggen hoe de vork in de steel zat. ‘Fijn dat ik ook bij FTM mijn verhaal kan doen,’ besluit ze, ‘Ik vind het heel belangrijk dat er openheid is in de zorg.’

Lokale politici in andere gemeenten bekijken de lijst ook met interesse. Zo namen de Partij voor de Dieren en de SP in Groningen contact met ons op om te informeren naar bedrijven in hun gemeente. 

Royaal leven van stervensbegeleiding

Ook aan het begeleiden van stervende mensen valt goed te verdienen. Dat blijkt uit de jaarcijfers van een hospice uit het lommerrijke duindorp Schoorl, waar tonnen aan dividend aan de eigenaren werden uitgekeerd. Zoveel geld verdienen aan stervensbegeleiding? Dat maakte ons nieuwsgierig.

In een sfeervolle stolpboerderij in Schoorl huist hospice De Bregthoeve bv, waar terminaal zieke patiënten tot hun levenseinde verzorgd worden. Het hospice wordt uitstekend beoordeeld op zorgkaart.nl en heeft uitsluitend positieve Google-reviews. De Bregthoeve is eigendom van het echtpaar Andreas en Els van den Bosch, via hun holding. Volgens de website van het hospice wordt alle zorg vergoed door verzekeraars. In 2017 werd daarmee ruim 9 ton omgezet. Nog eens 120 duizend euro aan inkomsten kwam uit de verhuur van de zorgappartementen aan cliënten, die de instelling zelf weer huurt van de holding van het echtpaar Van den Bosch voor ruim een ton per jaar. De winst vóór belasting over dat jaar bedroeg een kleine 4 ton, waarvan ruim 3 ton overbleef na belasting. Een winstmarge voor belasting van bijna 40 procent dus.

In 2017 haalde het echtpaar 3 ton dividend uit het hospice. In 2014 ontving het echtpaar 315 duizend euro aan goodwil

In 2017 haalde het echtpaar Van den Bosch 3 ton aan dividend uit het hospice, wat ze overigens niet elk jaar doen. In 2014 ontving het echtpaar wel 315 duizend euro aan goodwill, door het hospice vanuit hun VOF onder te brengen in de bv. Daarnaast ontvangen de bestuurders als eigenaar van Van den Bosch Holding jaarlijks ruim een ton aan huur van het hospice. Of het echtpaar tevens een bestuurderssalaris ontvangt – en zo ja, hoeveel – is niet duidelijk.

Het hospice levert het echtpaar dus een royaal inkomen op, maar hoe realiseren Els en Andreas van den Bosch een dergelijke winst? We legden het echtpaar een serie vragen voor; een reactie bleef uit.

Op basis van de cijfers lijkt de winstmarge vooral te verklaren uit besparing op de personeelskosten. In 2017 gaf De Bregthoeve 289 duizend euro aan personeel uit: 32 procent van hun zorgomzet. Dat is nog niet de helft van wat de rest van de sector eraan besteedt: in de berekening van het tarief voor terminale zorg zoals de Bregthoeve levert wordt uitgegaan dat circa 81 procent van de kostprijs bestaat uit personeelskosten. Dat blijkt uit de toelichting op de tarieven die de NZa in 2016 publiceerde.

In 2017 had De Bregthoeve in totaal zes cliëntgebonden medewerkers in dienst, volgens de informatie die het hospice bij het ministerie aanleverde. Vier daarvan waren parttime verpleegkundigen, samen ruim 2 fte. Voorts werkten er een verzorgende en een helpende. Het hospice had in 2017 nog drie andere personeelsleden in dienst en telde zeven vrijwilligers. Volgens de website van De Bregthoeve houdt de inzet van elektronisch toezicht de kosten laag. ‘Om de kosten van de zorg betaalbaar te houden’, stelt De Bregthoeve zelf. De winst van die efficiëntie – zo die er al is – komt echter niet ten goede aan de premiebetalers, maar vooral aan Van den Bosch Holding.

Dossier

Volg de zorgcowboys

In dit dossier gaan we op jacht naar zogenoemde zorgcowboys: gehaaide ondernemers, listige consultants en graaiende managers die zichzelf verrijken door misbruik van de wet- en regelgeving. Ze maken onze zorg veel duurder dan nodig is.

Schrijf je in, en je krijgt onze handige Zorgcowboy-gids, plus een mailtje zodra er een nieuw stuk in dit dossier verschijnt.

Volg dit dossier en ontvang de gids

Anahid: ‘Meer dan 40 procent winst is heel normaal in de branche’

Dat we de Armeens-Nederlandse Nver Dermovsesian van thuiszorgbedrijf Anahid uit Almelo weer zouden tegenkomen, lag voor de hand. FTM schreef in 2018 uitgebreid over het bedrijf, dat een netto-winstmarge van 66,8 procent voor belasting behaalde. Maar dat die winstmarge over hetzelfde jaar nu ineens in de jaarrekening is gedaald tot ‘slechts’ 54,9 procent leek vreemd. Wat blijkt: de jaarrekening is na alle ophef die het artikel van Follow the Money destijds opleverde, opnieuw ingediend. In de versie van oktober 2018 staat niet langer ruim 919 duizend euro winst, maar 756 duizend euro winst voor belasting geboekt. Eigenares Nver Dermovsesian keerde daarvan 6 ton uit aan haar BV Hartion.

Gewijzigde jaarrekening

Wat is er in de jaarrekening veranderd? De personeelskosten lijken met terugwerkende kracht te zijn verhoogd. Die stijgen in 2017 volgens de nieuwe jaarrekening ineens met ruim 2 ton ten opzichte van het jaar ervoor, terwijl het opgegeven aantal fte’s – de fulltime personeelsinzet – juist daalt volgens de bij het ministerie opgegeven cijfers. In 2016 zouden er 16 fte bekostigd zijn met 108.000 euro aan lonen en premies – wat neerkomt op een beloning ver onder het minimumloon. In 2017 zou er maar 11 fte in dienst zijn, voor 418 duizend euro personeelskosten. Dat wekt de indruk dat een deel van de winst achteraf alsnog bestempeld is als salaris.

Lees verder Inklappen

De jaarrekening van 2018 kwam tijdens ons onderzoek online te staan en riep meteen nieuwe vragen op. De omzet is weer met een paar ton gestegen. Opnieuw maakt Anahid een enorme winst, zij het nu ‘slechts’ 36 procent voor belasting. De kosten zijn namelijk toegenomen, onder meer doordat het salaris van bestuurder Nver Dermovsesian verdubbelde: van 45.000 naar 90.000 euro. Anahid leent in 2018 bovendien ruim 260 duizend euro uit aan Dermovsesian en haar bv Hartion.  

Hoe lukt het Anahid toch om zoveel winst te maken, zelfs nadat het bedrijf onder vuur kwam te liggen? We nemen contact op met Nver Dermovsesian, die nooit eerder reageerde op vragen van Follow the Money. Nu neemt ze de telefoon wel op. Maar nadat duidelijk is dat de beller een onderzoeksjournalist is met vragen over haar bedrijfsvoering, blijkt Dermovsesian ‘bij de fysiotherapeut’ te zitten. Na een paar dagen stilte mailt advocaat Eddy Kolkman uit Almelo ons om namens Anahid te antwoorden.

‘De eigen mening’ van cliënte Dermovsesian is volgens advocaat Kolkman dat zij geen buitensporige winst maakt

Ten eerste is de winstmarge van Anahid helemaal niet ongewoon, zegt Kolkman. We begrijpen het gewoon niet. ‘De 3% norm die normaal zou zijn in de sector vraagt om een nadere toelichting en begrip over hoe de zorgmarkt thans is georganiseerd,’ zo steekt Kolkman van wal. Daarop volgt een omstandig verhaal over de overgang van zorgtaken naar de gemeenten. ‘De eigen mening’ van cliënte Dermovsesian is volgens Kolkman dat zij geen buitensporige winst maakt, maar ‘een winst die gebruikelijk is in de branche voor kleinschalige thuiszorgorganisaties’.

Het simpele feit dat Anahid zelfs binnen de door ons geïdentificeerde lijst van 97 zorgcowboys als uitschieter geldt, bewijst haar ongelijk. Hoogleraar accountancy Jeroen Suijs laat weten dat de gemiddelde winstmarge voor de thuiszorg op 3,65 procent ligt en dat die daalt tot 1,58 procent bij een gewogen gemiddelde, waarbij grote instellingen meer gewicht krijgen. 

Dat er 6 ton aan winst als dividend is uitgekeerd aan Dermovsesians bv Hartion, verdedigt de advocaat met een bijzondere redenering: ‘De reden daarvoor is dat Anahid met Hartion BV een fiscale eenheid vormt, waardoor Hartion BV de belastingplichtige is voor de vennootschapsbelasting en dus ook degene is aan wie de vrij beschikbare reserves dienen te worden uitgekeerd.’ We begrijpen dat niet. We leggen Kolkmans uitspraak daarom voor aan hoogleraar Jeroen Suijs, die er evenmin wijs uit kan: ‘Voor zover ik weet heeft een dividenduitkering niets met een fiscale eenheid te maken.’  Het roept ook de vraag op waarom zo’n uitkering in 2018 dan niet is gedaan. Daarop blijft het antwoord uit. 

Volgens Kolkman is de winst van Anahid makkelijk te verklaren: ‘Een kleinschalige zorgorganisatie heeft veel minder overheadkosten, waardoor zij meer winst kan behalen voor exact hetzelfde werk geleverd door exact hetzelfde gekwalificeerd personeel die exact hetzelfde salaris ontvangt op basis van de cao VVT.’ 

Exact hetzelfde werk, geleverd door exact hetzelfde gekwalificeerd personeel, voor exact hetzelfde salaris? Dat is een problematisch antwoord, zo bleek al eerder uit onderzoek van FTM naar Anahid.

Beschuldigingen

De behaalde omzet van Anahid bleek namelijk bij narekening vrijwel niet te realiseren met de opgegeven personeelskosten en het aantal fte’s (11). Terwijl het normale aandeel van de personeelskosten tussen de 75 en 85 procent van de omzet ligt, gaf Anahid in 2017 30 procent en in 2018 34 procent uit aan personeelskosten. Nog niet eens de helft dus. Daarom dringt ook hier de vraag zich op of alle gedeclareerde zorg wel geleverd kan zijn. Die vraag wordt nog urgenter door een aantal verklaringen van bronnen rond Anahid.

Follow the Money sprak drie oud-medewerkers en betrokkenen die onafhankelijk van elkaar beweren dat Anahid regelmatig zorg declareerde die niet daadwerkelijk geleverd werd. Zij deden hun verhaal met het dringende verzoek anoniem te mogen blijven: de Armeense gemeenschap in Almelo is hecht en Anahid is voornamelijk dankzij de dagbesteding voor Armeense ouderen erg populair. 

‘Geruchten van derden die kennelijk de klok hebben horen luiden maar niet weten waar de klepel hangt’

De bronnen verklaarden er ieder persoonlijk getuige van te zijn geweest dat cliënten waarvoor zorg gedeclareerd werd, die zorg herhaaldelijk niet ontvingen. In plaats daarvan gingen zij naar de dagbesteding, die gerund zou worden door vrijwilligers plus hooguit een of twee medewerkers op een groep van meer dan twintig mensen. Ook kwam het volgens drie bronnen voor dat huishoudelijke hulp werd geleverd, in plaats van de gespecialiseerde zorg die volgens indicaties nodig was en waarvoor werd gedeclareerd. Een oud-medewerker: ‘Deze mensen weten niet waar ze recht op hebben en kregen ook de indicaties niet te zien van de zorg die voor hen betaald werd.’

De beschuldigingen, die zorgfraude suggereren, leggen we voor aan Dermovsesian. Advocaat Kolkman doet de aantijgingen af als ‘geruchten van derden die kennelijk de klok hebben horen luiden maar niet weten waar de klepel hangt’. Anahid levert haar zorg volgens hem en Dermovsesian zelf keurig volgens de regels; Anahid zou niet eens kunnen frauderen vanwege de waterdichte controles van bijvoorbeeld de gemeente. Van de veertien gemeenten waar Anahid in 2017 zorg voor leverde, zegden twee – te weten Almelo en Hof van Twente – overigens hun contract met het bedrijf per 2019 op.

Een derde betrokkene vertelt dat bij het bepalen van de benodigde zorg vaak getolkt werd door eigenares Nver Dermovsesian zelf. Armeense cliënten die de taal niet machtig zijn, zouden daardoor niet precies weten welke zorg er voor hen werd afgesproken. Ook de betrokken wijkverpleegkundigen kunnen bij vragen over de ernst van de klachten en de behoefte aan hulp alleen varen op wat Dermovsesian – die een financieel belang heeft bij zware indicaties – hen daarover vertelt. Kolkman erkent dat Dermovsesian getolkt heeft voor haar eigen cliënten. ‘Vanwege de informatie-asymmetrie maar ook het begrip van de Nederlandse taal ligt het voor de hand om te vertalen ten tijde van het stellen van indicaties maar ook op andere zorgmomenten.’

Een laatste beschuldiging luidt dat Dermovsesian de pgb’s van haar cliënten zelf zou beheren, dan wel dat door haar personeel zou laten doen. Anahid erkent dat in 2018 de omzet op pgb’s is gestegen. Advocaat Kolkman antwoordt namens Anahid dat dit ‘absoluut onjuist’ is, het zou zelfs ‘feitelijk onmogelijk’ zijn. De uitleg die daarop volgt komt neer op: ‘het mag niet volgens de regels, dus het kan ook niet’. Maar gebeurt het ook niet, informeel bijvoorbeeld, vragen we verder? Daarop krijgen we geen antwoord meer.

Onderzoeken

Hoewel de verontwaardiging in Almelo na publicatie van de eerste artikelen over Anahid groot was en gemeenteraadsleden vragen stelde, lijken de consequenties voor het bedrijf tot nu toe minimaal te zijn. Cliënten uit die stad zouden gewoonweg zijn overgestapt op betaling uit pgb’s, zegt een van de bronnen. In andere Twentse gemeenten kan Anahid nog gewoon aan de slag.

Dat leverde liefst 64 zorgbedrijven op waarbij ernstige twijfels bestaan over de integriteit en werkwijze

Wel zijn de veertien Almelose gemeenten bezig met een zogeheten barrièremodel om ‘foute’ zorgondernemers aan de poort te kunnen weigeren. Een daartoe speciaal in het leven geroepen taskforce deed onderzoek naar 300 zorgorganisaties in de regio. Tot nu toe leverde dat liefst 64 zorgbedrijven op waarbij ernstige twijfels bestaan over de integriteit en werkwijze. Daarvan worden er nu 36 nader onder de loep genomen, meldde Tubantia eerder deze maand.

Anahid wijst ons zelf ook op dit initiatief: ‘Anahid heeft geen schrijven ontvangen waarin zij oranje dan wel rood wordt aangemerkt. Daarom gaat zij ervan uit dat zij voldoet aan de norm en dus de kleur groen heeft gekregen.’ We vroegen de taskforce die het onderzoek uitvoert of die veronderstelling terecht is. De taskforce antwoordt dat zij geen uitspraken doet over (lopende) onderzoeken naar individuele aanbieders.

Minimaal twee van de mensen met wie FTM sprak, hebben een uitgebreide verklaring afgelegd bij zorgverzekeraar Menzis; een van hen sprak tevens met de Sociale Recherche in Twente, die in de regio Almelo onderzoek doet naar zorgbureaus. Dat leidde ertoe dat Almelo het contract met Anahid in 2019 niet verlengde. In 2018 stelde de Sociale Recherche al een rapport op over de casino-minnende onderneemster Nina Barsamian van Victorie, waarover FTM eerder schreef. Barsamian is overigens commissaris bij Anahid.

Volgens Kolkman richt het onderzoek van Menzis zich niet op Anahid, maar op een contractpartij van het bedrijf. ‘Het betreft dus geen onderzoek naar cliënte. [..] Dat onderzoek is afgesloten zonder dat er enige maatregel jegens cliënte is getroffen.’ Navraag bij zorgverzekeraar Menzis levert een ander antwoord op: het onderzoek is nog in volle gang. ‘Het is een complexe zaak,’ zegt woordvoerder Corinne Rodenburg van Menzis. ‘Meer dan de bevestiging dat het onderzoek nog loopt kan ik u niet geven.’

Anahid zegt dat het onderzoek van de gemeente Almelo zonder gevolgen bleef voor het bedrijf. Ook dat is niet waar: de gemeente besloot immers om in 2019 geen nieuw contract met Anahid af te sluiten.

Als het Nver Dermovsesian vergaat zoals haar collega (en Anahid-commissaris) Nina Barsamian van zorgbedrijf Victorie, kan ze haar borst natmaken. De gemeente Almelo heeft inmiddels besloten de WMO-subsidie aan Victorie te stoppen en een miljoen euro terug te vorderen van het bedrijf. Ook is conservatoir beslag gelegd op zowel de bezittingen van Victorie als op het privébezit van Barsamian.